AMERSFQOKTSCH DAGKtAD EERE-GERECHTSHOF VOOR JOURNALISTEN Dinsdag 13 October 1931 .DE EEMlANDEft" 30e Jaargang No. 90 OPENINGS PLECHTIGHEID De invloed en verantwoordelijk heid der Pers DERDE BLAD DE WONINGDIENST EN DE GEMEENTEWET De gemeente in last Rede van den president Mr. Loder en installatierede van den minister van buiten landsche zaken 's-Gravenhage, 12 October. Hedenoch tend half elf is in de groote rechtszaal van het Vredespaleis het Internationale Eerc- Gercchtshof voor Journalisten, ingesteld door de Internationale Federatie van Jour nalistcn plechtig gcinstallcerd. Dit Eere-Gerechtshof is als volgt 6amen gestold: President dr. B. C. J. Loder, oud president van het Permanente Hof van In ternationale Justitie; plaatsvervangend-pre sident prof. Weltstcin, Ziirich; permanente rechters, de heeren Georges Bourdon, Pa rijs, redacteur van de Figaro, eere-voorzittcr stichter van de Internationale Federatie van Journalisten; secretaris-generaal van de Na tionale Journalisten Vcrceniging; dr. Fcder, Berlijn, hoofdredacteur van het Berliner Tagcblatt; permanento rcchters-plaatsver vanger de heeren L. Zanykcl, Olcmouc (Tsje- cho-Slowakije, hoofdredacteur van de Na 6inoc en C. A. Clemensen, president van de Deonsche Journalisten Unie, Kopenhagen, redacteur van de NationaUidende. De installatiezitting werd bijgewoond door Z.K.H. den Prins der Nederlanden, verge zeld van zijn adjudant, luitenant ter zee le klasse J. W. Termytêlen. Voorts waren tot bijwoning der zitting uitgenoodigd, de leden van het corps diplo malique en van liet Permanente Hof van In ternationale Justitie, de Ministers, hoogge plaatste Ncderlandvsche rechterlijke autori teiten, de leden van het Eere-comité en van het uitvoerend Comité, dat voor deze gele genheid gevormd is en vele anderen. Zooals reeds is gemeld werden de minis ters van Buitenlandsche Zaken van België en Polen, de heer Hvinans en Zaleski ver tcgénwoordigd door de gezanten van beide landen; de Regeering van Letland deed zich hij deze gelegenheid vertegenwoordigen door den lieer Fr. van Monsjou, consul van Letland te Amsterdam. Nadat de President van de Internationale Federatie van Journalisten de heer Richard son den Minister van Buitenlandsche Zaken jhr. mr. Beclaerls van Blokland had uitge noodigd wel te willen overgaan tot de in stallalie van het Eere-Gerechtshof, hield do Minister in dc Fransche taal de volgende rede; Installatierede van den minister van Buitenlandsche Zaken. In dc moeilijke tijden, welke de wereld in onze dagen doormaakt, is het een even troostrijke als bemoedigende gedarhte, dat men dc geboorte bijwoont van een orgaan, bestemd om het aantal te vermeerderen van die, welke lot taak hebben, niet slechts liet recht, maar ook de moraal te handha ven. Tc dezer plaatse zou het volkomen over bodig zijn dc beteckcnis van dc pers aan le toon en. Intusschen kan ik niet nalaten van haar invloed melding te maken, aangezien deze xoor een deel tot grondslag heeft gestrekt door de stichting van het Internationaal ecrc-gercchtshof voor Journalisten. Want niet alleen zal dit gerechtshof vonnissen in zaken, waarin het do handhaving van dc rechten van den journalist ral betreffen, maar zijn bevoegdheid zal zich eveneens uitstrekken tot bcrocpshandeïingen, die, zonder dat zij vervolgbaar zijn krachtens dc wet, uit moreel oogpunt ontoelaatbaar schijnen en die, gegeven deze geduchte in vloed van dc pers onherstelbare nadoelen kunnen veroorzaken en dc journalistieke eer bezoedelen. Moge de internationale atmosfeer van Den Haag bevorderlijk zijn aan zijn werkzaam heden en moge de geest van hooge onpar tijdigheid en van gerechtigheid zijn beslis singen inspireeren. Overtuigd van dc betec kcnis van deze nieuwe instelling heet ik haar hartelijk welkom. Ik zou niet beter de groote betcekenis kunnen onderstrepen, welke gehecht wordt aan de stichting van het ecre-gereciitshof van de pers. dan door erop te wijzen, dat dc minister van Buitenlandsche Zaken der Fransche republiek, de heer Aristide Briand, zich bereid had verklaard in Den Haag tc komen om deze zitting bij le wonfcn ten einde den eersten president tc installcc- rcn. De omstandigheden hebben dien grooten staatsman niet vergund zijn vóornemens te verwezenlijken en de zitting met den glans van zijn hoog gezag op tc luisteren. Onder deze omstandigheden heb ik liet oor mcencn tc moeten leencn aan het verzoek van de Internationale Federatie van Jour nalisten, mij te kwijten van de aangename taak, die was weggelegd voor den cerbied- waardigen kampioen voor den vrede. Mijnheer dc President, Toen gij in 1930 een nieuwe candidatuur wcigerdet als rechter in het Permanente Hof van Internationale Justitie was men cr algemeen van overtuigd, dat dit aftreden gelukkig niet beteckende, dat gij het voor nemen had om het spreekwoordelijke otium cum dignitate te genieten. Ik zeg: „gelukkig", omdat men veel ïnoeite zou hebben gehad het te stellen zon der uwe activiteit, uw scherpzinnigheid en uwe groote rechtskundige ervaring. Thans zijn wij getuigen van een nieuwe rechtvaardiging van deze algemeen over tuiging. Opnieuw hebt gij uw talenten ter be schikking van het algemeen welzijn willen stellen cn door uw naam aan dit gdrechts- hof te verbinden het reeds bij zijn inwijding willen introducccrcn als een college, dat het grootste vertrouwen waardig is. Ik stel cr prijs op u daarvoor dank tc zeggen en u tevens mijn oprechte gelukwen schcn aan te bieden. Wil uwe benoeming beschouwen als een nieuw bewijs van de al- gemccne waardeering voor uw onafhanke lijk karakter en uw eigenschappen als jurist. Ik eindig met het uitspreken van den wcnsch, dat het Internationaal Ecrege- rcchlshof voor Journalisten, dat zijn werk zaamheden onder uw eminente leiding aan vangt, moge bijdragen tot verhooging \an de waardigheid en het prestige van de pers. Vervolgens aanvaardde dr. Loder het pre sidium met het uitspreken van dc volgende rede, eveneens in de Fransche taal. Rede van dr. Loder. Reeds in mijn jeugd zoo vervolgde spr. na in een korte inleiding te hebben gewe zen op de veranderingen, die in het leven der volkeren plaats vonden noemde men do Pers „de Koningin der Aarde", omdat zij het is die dc overtu:ging der volkeren regeert. Maar regeeren brengt groote verplichtin gen met zich mede: men moet wetenschap, ervaring cn tact bezitten. Men moet te goe der trouw zijn onpartijdigheid, eerlijkheid, eer bezitten. Maar in de eerste plaats we tenschap. In langvcrvlogcn tijden gaf men zich geen rekenschap van deze elementaire waar heid Thans denkt men cr aan. althans in mijn land, orn faculteiten, academische cursussen te stichten voor de opvoeding, het onderwijs in dc journalistieke kunst, voor hen, die zich voorbereiden tot het waardig vervullen van de vooraanstaande rol die den journalist in de moderne maat schappij toekomt. Dit is gelukkig, want het is een zware verantwoordelijkheid do gansche wereld dag op dag in volkomen onpartijdigheid en zonder eenigc kwaadwillige bedoeling te moeten inlichten omtrent hetgeen voorvalt in tijden van crisis of politieke beroerin gen ofwel propaganda tc maken ten bate van e enige pari ij. Want de groote meerderheid der lezers wordt gevormd doorregenen dio slechts een enkel dagblad lezen, het blad van hun keuze, waarin zij een biind vertrouwen stellen. Hun mccningcn ziin die van dc schrijvers der artikelen. liet ontbreken van iedere internationale band. de engheid van blik in de nationalistische kampen, de vooroordcelcn. dc haat do misverstanden, van hoeveel kwaad, van hoeveel wereld rampen. oorlogen zclK zijn deze niet de ■grondoorzaak geweest! liet gfoolc gevaar voor dc volken, zelfs in onzen modernen tijd, de bron van verschei dene van hun conflicten is. dal zij elkaar niet kennen, elkaar niet begrijpen. Men zegt terecht: alles welen is alles vergeven; men zou met evenveel recht kunnen zeg gen: elkander kennen is elkander begrij pen. elkander verstaan. En in onzen tijd doordrongen van verachting voor den oor log cn het ruw geweld zoo ver verwijderd van de Gerechtigheid, onzen tijd dio reeds herhaaldelijk heeft verklaard dat de oorlog oeri wvreldmisdaad is. die hem buiten de Wet heeft, gesteld door plechtige verdra gen gctcckcnd cn bekrachtigd door de Mo gendheden in onzen tijd is hot wel drin gend noodig dc oorzaken cr van tc ver mijden. Dat alios hebt gii begrepen bij het slich ten van uw federatie. Gij volgt het illustere voorbeeld van den Volkenbond. Maar deze Volkenbond voor welken uw federatie een machtigen steun zal zijn ten bate van dc geheclc wereld hoe is deze ontstaan Hij is niet te danken aan do wcnschcn van de makers der vredesverdragen maar aan het feit, dat zij hun arbeid' niet heb ben durven volbrengen, zonder hem te doen voorafgaan door de 2'ï artikelen van liet Pact, dat het Statuut vormt van den Vol kenhond: zonder tevens dc stichting te voorzien van een Permanent Hof van In ternationale Justitie. Hof van Justitie in do eerste plaats van Justitie tusechcn de Stalen, omdat dc Justitie zweeft boven dc Staten cn hun politiek; van Justitie omdat deze behoort tot de ethische en eeuwige 6feer, terwijl de souvereiniteit der Staten behoort tot dc sfeer van het tijdelijke cn het voor bijgaande. De Volkenbond is van beneden en niet van boven tot ons gekomen. En hetzelfde geldt voor elke wereldorga nisatie. In onzen democratischen tijd is als gevolg van de ontwikkeling van dc mo derne beschaving het begrip der souverei niteit en van zijn discretionnaire macht bezig tc evoiuceren. De technische weten schap do n hebben den aanblik van de we reld en haar levensvoorwaarden volkomen gewijzigd. Hebben de machthebbers zich rekenschap gegeven van dat alles, van dc eisclien van onzen modernen tijd? Er is reden tot twijfel. Zien wij niet in tegendeel vaak een nationalisme groeien en zich ontwikkelen, dat de volkeren scheidt in plaats van ze te doen toenndc- ren, dat de miskenning heeft bevorderd van de economische grondwaarheden en dat de Staten er toe heeft geleid zich tc omringen met onoverkomelijke tolmuren? De wcreldatmospheer wordt daardoor ver giftigd cn de economische crisis bestaat reeds jaren. Dr. B. C. J. LODER. Zeker, dat alles zal genezen cn zich her stellen. Intu6schen ook hier zal niet van boven, maar van beneden de redding ko men. Ilij zal slechts komen door de onweer staanbare macht van het algemeen gewe ten, door de helderziendheid en den krach- tigen wil der volken zelve. Maar deze wil, in don aanvang zoo vaag cn zoo onvol maakt Wegcn6 de veelvuldige moeilijkhe den, welke alle sociale vraagstukken doen verrijzen, heeft behoefte aan voorlichting en leiding. Deze zoo belangrijke en zoo verantwoor delijke taak. zij rust op u. heeren van de Pers; op u die zooals ik zooeven zeide, het volkomen vertrouwen geniet van een reus achtige menigte lezers, een vertrouwen dat u, een vaak beslissenden invloed geeft op de richting van den volksgeest en op den loop der geschiedenis zelf. Dat gij u re kenschap hebt gegeven van deze verant woordelijkheid wordt door de stichting zelf van uw federatie bewezen. Gij eerbiedigt het vrije woord, gij erkent het recht van verdediging der nationale belangen. Elke eerlijke mecnir.g heeft recht op bestaan, maar boven aïies ^ischt gij. dat de vervul ling van eiken plicht plaats heeft in vol maakte eerlijkheid. En daar gij begrepen hebt, dat gezien de menschelijkc natuur rnen altoos afwijkingen moet voorzien cn duchten hebt gij dit EercrGcrechtshof ge sticht. een Gerechtshof zonder andere uit voerende macht, dm hen die de eer bezoe delen nis zoodanig bekend le maken cn hen uit uw gelederen tc doen verdwijnen, opdat uwe federatie rein en vlekkeloos blijvc. Vergunt mij het u nogmaals te zeggen, ik beschouw het als een buitengewone eer geroepen te zijn dit Gerechtshof te presi- dcercii. Hot belcckent heel wat voor een man van bevorderden leeftijd.,'als men tot'hem wil zeggen, wees ónze. rechter, wij reke nen op uwe onpartijdigheid. Ik v< Pk Ia ar liet u'"plechtig: Ik zal mijn plicht doen tot het einde mijner dagen.; Ik aanvaard het presidium. Nadat de heer Loder zijn rede beëindigd had. werd lierri een hartelijke en langdurigo ovatie door dc aanwezigen gebracht. Vervolgens gaf dc lieer Richardson het woord aan den vice-president van den Duit- schcn Rijksdag, von Kardörff. De heer von Kardörff zeide, dat hem door dc Duitschc Rijksrcgeering was ongedragen liet Eere-Gerechtshof aoor journalisten har telijk te verwelkomen. Met groote vreugde heeft men in Duitschland dc totstandko ming van dit tribunaal gezien en spr. weet. dat hier de wen'sch van zeer vélen in ver vulling is gegaan. Dit hooge Gerechtshof zal liet verantwoordelijkheidsbesef cn het gevoel voor recht hij de journalisten verhoo- gen. Zonder recht kan cr in de wereld niets bestaan; welke vrijheid welke niet aan rechtsregelen gebonden is, ontaardt in tcu- gcloosheid. Ook voor dc journalistiek zijn beperkingen door het recht opgelegd, nood zakelijk. Dit hof, dat op den grondslag van het Recht staat, zal uit te maken hebben of be paalde handelwijzen in overeenstemming •zijn met de eer cn de waardigheid der pers. Het gaat hier echter niet alleen om een zui vere persaangelcgcnheid, maar om iets van internationale betcekenis. In de instelling van dit Gerechtshof ziel spr. weer een schrede, afgelegd op den weg der internatio nale rechtsorganisatie. Ik geloof, aldus ein digde de heer von Kardörff, aan dc harmo nie tusschcn dc belangen der verschillende volken: ik geloof, vriendschap tusschcn de volken. Deze to bevorderen is de opgave van dit Hof. Wanneer de leden zich dit ten doel cn leidster stellen, dan zal hun werk een zegen zijn voor Europa niet alleen, maar voor de gchcele wereld. Na deze redevoeringen is nog liet woord gevoerd door den President der Federatie, den heer Richardson, die in het Engelsch sprak en door de leden van het Gerechtshof dc heeren Bourdan cn dr. Feder. Dc plechtige zitting werd hierop gesloten 's-G r a v enhagc, 12 October. Ter aan vulling van ons verslag over de plechtige opening van het cere-gerechtshof voor jour nalisten, kan nog het volgende worden ge meld: Na de rede van den heer Von Kardörff sprak het lid van het gerechtshof de heer Bourdon van ,,De Figaro", die, na zijn vreugde tc hebben uitgesproken over zijn benoeming als ecre-voorzitter van de Fede ratie erop wees, dat vrijheid cn recht hand aan hand behooren te gaan. Verder stelde hij in het licht dat de wereld ln den laat- stcn tijd ontzettend is veranderd. In zijn jeugd was het een planeet vol geheimenis sen met groote streken terra incognita, ter wijl dc natiën bijna geisoleerd als 't ware in bastions verschansd leefden. De afstan den waren onmetelijk. Thans is de aarde een klein bolletje geworden; de afstanden zijn verdwenen, de natiën leven niet meer in bastions, maar geluk en ongeluk, rijk dom cn armoede van de volkeren hangen nauw met elkander samen. In deze omstan digheden hebben de talrijke dagbladen een taak, die tegelijkertijd grootsch en geducht is. Het zou noch rechtvaardig noch rede lijk zijn, indien een dergelijke bijna onbe perkte macht zonder eenige controle bleef. Maar wij journalisten aanvaarden geen an dere controle dan die van onze gelijken. Wij stellen boven alles de eer van ons beroep en den dienst van de vrijheid. Zij echter, die de machtige wapenen welke hun beroep hun verschaft, voor noodlottige doeleinden willen gebruiken, moeten tot hun plicht ge bracht worden door een krachtig gezag. Dit gerechtshof scherpt hun in, dat de vrijheid, op straffe van in bandeloosheid tc ontaar den, een tweede begrip in zich sluit, dat der verantwoordelijkheid. Dr. Feder, eveneens lid van het ge rechtshof, sprak allereerst eenige vriende lijke woorden ten opzichte van Nederland le 's-Gravenhage, waar het gerechtshof zal ze telen en betoogde vervolgens, dat dit ge rechtshof een proefneming is, een moeilijke proefneming, waarvan het resultaat niet vooruit is te zien. Is gemeenschappelijke arbeid op nationaal gebied reeds moeilijk, bij dc groote geschilpunten in de interna tionale pers is het nog moeilijker, deze tc onderwerpen aan een eereprocedure en een eerecode. Dit recht moet voor een gedeelte nog geschapen worden. Spr. lichtte dit toe met een voorbeeld, ontleend aan een der eerste plichten van den journalist, zijn discretie en zwijgzaamheid, waarop zijn crcdiet als journalist berust. Dit kan tot ernstige conflicten aanleiding geven. Er is reeds voor een gedeelte een com munis opinio omtrent hetgeen als eere- recht moet gelden, maar dit gerechtshof heeft opnieuw recht te scheppen. Wij weten dat de persvrijheid, het grootste cultuur goed van den modernen tijd, dat in enkele landen helaas is doodgeslagen cn elders wordt bedreigd, alleen kan worden gehand haafd als haar correlaat, het bewustzijn van verantwoordelijkheid, daarmede nauw ver bonden blijft. Dit gerechtshof heeft echter niet alleen het zuivere berocpsbelang der journalisten te dienen; het algemeen belang is bij zijn uitspraken nauw betrokken. Want het groote conflict tusschen macht cn recht is nog steeds niet uitgevochten. Wel is er een groote macht in dc wereld, die vrede en vriendschap tusschen dc volken wil, maar daartegenover slaan groote krachtige-tegen- stroomingen, die dit ideaal als fantasie bc- schoüwctf. Wij 'journalisten wjllcn mei geestelijke wapenen daartegen den strijd aanbinden. Mij vertrouwen dat dc genius loei, de geest, die deze plaats bezielt, ons daartoe de kracht ial vcrleoncn en dat dit gerechtshof ons zal brengen vrede door recht. - Tcuj&lotte is hel' wfiord gevoerd door den president der federatie, «den heer Richardson, die in het Engcl9ch sprak en erop wees, dat de stichting van dit ge rechtshof het resultaat is van een ernstige poging der federatie, om oorlogen legen le gaan. Het deel ervan is, den journalist een dieper gevoel bij te brengen \an zijn ver antwoordelijkheid, niet slechts tegenover zijn gezin cn zijn volk, maar tegenover dc gansche wereld. Dc taal moc-t een middel zijn om elkander tc verstaan, maar niet een middel om mis verstanden te scheppen. Onze ecrccodex moet ons beschermen tegen het gevaar van internationale wrij vingen. Meer en meer beseft men, dat de natiën der wereld één zijn. Dat denkbeeld tracht de federatie te versterken. Met een woord van vertrouwen in het nieuwe instituut eindigde spreker zijn rede, die evenals de andere zeer werd toege juicht. Nadat dc heer V a 1 o t. secretaris-generaal van de federatie, voorlezing had gedaan van een telegram van gelukwensen van sir Eric Drummond, secretaris-generaal van den Volkenbond, die het betreurde dat de tijds omstandigheden niet vergunden den Vol kenbond op deze zitting te vertegenwoor digen, werd de zitting gesloten. De plechtige installatie van het Eere- Gercchtshof vor Journalisten in het Vredes paleis werd bijgewoond door een groot aantal belangstellenden. Van de Nederlandsche ministers was te genwoordig jhr. mr. Beclaerls van Blok land, minister van Buitenlandsche Zaken. Voorts werden opgemerkt de vice-president van den Raad van State, graaf van Lijn den van Sandcnburg, mr. Tak, procureur- generaal bij den Iloogen Raad, de deken van het corps diplomatique, vele gezanten, zaakgelastigden cn legatie-secretarissen, dc burgemeester van Rotterdam, mr. Drooglec- vcr Fortuyn, wethouder Quant, namens het Ilaagschc gemeentebestuur, prof. mr. Fran cois, chef van de afdeeling Volkenbonds zaken aan het departement van Buitenland sche Zaken, de Tweede Kamerleden mr. Schokking en Schaepman, mr. J. Limburg, dc heer v. d. Manderc, secretaris-generaal van de Vcrceniging voor Volkenbond en Vrede, mr. Plemp van Duivcland, ecre-voor zitter van den Nederlandschen Journalis tenkring, bestuursleden van den Nederland schen Journalistenkring, van de Ilaagschc Journalistcnvereeniging, van de Buiten landsche persvereeniging en van de Roomsch-Katholieke Journalistenvereeni- ging. Voorts waren nog aanwezig dc president en de griffier van 't Permanente Hof van Internationale Justitie, dc heeren Adatci en Ilammarskjöld, de voorzitter van. de Twee- do Kamer, mr. van Schaik, do Commissa ris der Koningin, jhr. v. Karnebeek, de minister van Staat, mr. Heemskerk, prof. mr. van Hamel, de heer P. Visser, chef van de afdeeling Kunsten en Wetenschappen aan het departement van Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen en bestuursleden van de Algemeene Vcrceniging voor Vreem delingenverkeer. Ingrijpende beslissing van een Amsterdamsch kantonrechter Amsterdam, 12 Oct Sinds ln de oor* logs cn na-oorlogsjaren verschillende van dc grootere gemeenten meer en meer als huisbazin zijh gaan optreden voor hun min der gegoede ingezetehen, hebben zich een aantal moeilijkheden van juridischen aard voorgedaan, die blijkens een recent vonnis van een der Arnsterdamsche kantonrech ters nog steeds niet geheel zijn opgelost en die zonder wijziging van de Gemeentewet ook moeilijk op te lossen zullen zijn. Im mers in den tijd, waarin Thorbecke zijn Gemeentewet maakte, in 1851, waren de gemeenten nog niet zoo behept met huis baas-allures als tegenwoordig en in dien tijd kon zelfs een Thorbecke niet voorzien, dat tientallen jaren later een behoefte zou ontstaan aan gemeentelijke woningcom plex-exploitatie. Vandaar, dat de gemeente wet op het stuk van procedeeren voor do gemeente enkele zeer eenvoudige en zin rijke bepalingen bevat, die volkomen over eenstemmen met Thorbecke's liberaal-de mocratische mentaliteit, doch die niet meer passen bij een gemeente als bijv. Amster dam, met een uitgebreid huizenbezit, dat natuurlijk processen met zich brengt van ondergeschikten aard. Zoo bepaalt art. 71 van de Gemeentewet, dat de gemeente ten proccsse door haar burgemeester vertegen woordigd wordt, doch niet, dan nadat hij daartoe volgens art. 143 door den Raad ge machtigd is. welke machtiging- weer vol gens art. 19i wordt onderworpen aan de goedkeuring van Gedeputeerde Staten. Nu is er maar een manier om deze bepalingen te ontduiken en dat is het maken van apar te stichtingen voor den woningdienst. De woningdiénst van Amsterdam heeft echter gemeend een andere toelaatbare ma nier van ontduiking te hebben gevonden. Moet iemand uit een woning gezet wor den; dan v.'ÖrdT^Tnj>teëiT\'cfutngigie'dagvaard Moor dêh'dii'cctTnir' vaii dien 'djehst.' die in zoo'n geval jloè'f alsof de woning van hem privé gehuufd is. Jammer genoeg voor den woningdienst zijn de génoemde bepalingen van openbare orde eh mag daarvan dus niet worden afgeweken. Toen dan ook een der huurders van een gemeentcwoning op de gedachte kwam rechtskundigen bijstand te vragen voor een tegen hem aanhangig gemaakte ontrui- mingsprocedurc. was de gemeente in last. Immers een principieele beslissing in voor dc gemeente ongunstigen zin zou beteeke- ncn, dat dc woningdienst voor bijna onop losbare moeilijkheden zou komen te 6taan. Voor den kantonrechter ontkende deze huurder, bijgestaan door mr. P. van 't lloff Stolk, dat hij een woning van ir. Keppler had gehuurd, aan die ontkentenis toevoe gende, dat hij wèl wilde toegeven een wo ning van de gemeente gebuurd te hebben, in wélk geval hij echter door den burge meester had moeten zijn gedagvaard. IJij cischte niet-ontvankelijk verklaring van ir. Keppler, welke dan ook* inderdaad door den kantonrechter werd toegestaan. Wil de gemeente voortaan niet bloot staat aan het verliezen van haar processen tegen huur ders barer woningen aangevangen," dan zal zij haar directeur moeten verbieden de schending van de gemeentewet van Thor becke, waarvan hij in het belang van zijn dienst meende te mogen afwijken Aan den Raad zal voortaan wederom de beslissing zijn, of al dan niet tegen een der gemeente- naren zal worden geprocedeerd tot ontrui ming van een door hem gehuurde gemeen- towoning. De w'oningdicnst is door deze beslissing gedwongen terug te keefen lot de democra tische methode op het stuk van gemeen telijke procedure's door Thorbecke in 1351 in dc Gemeentewet neergelegd. EEN BORSTBEELD VAN DR. WILLEM ROYAARDS. Onder voorzitterschap van Dr. P. C. Bou- tens lieeft zich een Comité gevormd, waar in verschillende vooraanstaande personen zitting hebben, met het doel door een be kend beeldhouwer een borstbeeld van Dr. Willem Royaards te doen vervaardigen en dit monument als blijvende herinnering aan het groote werk door Royaards ver richt de stad Amsterdam ter plaatsing in den Stadsschouwburg aan te bieden. CONFERENTIE VOOR VERKEER EN DOORVOER TE GENèVE. Prof. Nijland verhinderd. Naar wij vernemen is benoemd als af gevaardigde der Nederlandsche Regeering Ier vierde algemeene conferentie voor ver keer en doorvoor die op 12 October '31 te Gcnève zal bijeenkomen: de heer F. J. H. Geraets. referendaris bij het Departement van Arbeid, Handel en Nijverheid, lid en secretaris der Nationale Commissie inzake kalenderhervorming zulks ter vervanging van prof. dr. A. A. Nijland, die wegéns ongesteldheid verliindord is aan bovenge noemde conferentie deel le nemcru

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 7