BALLY
Joh. Bottinga
PAUL CEZANNE, DE MEESTER
DER KLEUREN
LETTERKUNDIGE KRONIEK
Als de winter komt
Amersfoortsche Radio
Centrale
Langestr. 28 - Tel. 59
EEN SCHERVEN-
GESCHIEDENIS
Sluit U aan bij de
Het verhoogt Uw gezellig
heid in huis
Kantoor: Telefoon
Lange Bergstr. 13 462
Hij ergens een bijzonder of zeldzaam exem
plaar ziet, slaat zijn verzamelaars-liart
sneller of hij rust niet voor hij deze de zijno
kan noemen.
Nu dacht ik zoo bij mezclvc, waarom
moet ik altijd degene zijn, om wien men
lacht. Ik wil ook wel eens lachen en ik zal
Adolphe, den kalmen ironischen man een
poets bakken. En spoedig wist ik hoe ik
het kon aanleggen. Ik stelde mij in ver
binding met een decorateur van de Metro
Goldwyn Mayer en liet een paar schetsjes
maken van dc mooiste vazen van Adolphe
Menjou. Na deze schetsjes werden copicen
gemaakt, die zoo zuiver overeenkwamen
met de echte vazen, dat men ze bijna niet
onderscheiden kon.
Stilletjes verwisselde ik de echte vazen
met de copieën en toen heb ik iets heel
slechts gedaan, waarover ik mij nog
steeds schaam. Maar ik moet het eerlijk
bekennen. Ik heb Adolphe s kamerdienaar
omgekocht, dat hij niets verraden zou
Op een avond gaf Menjou een partijtje.
Toen al dc gasten aanwezig waren, slen
terde ik door de kamer en bekeek met groo-
te belangstelling de kostbare vazen, die
overal op tafeltjes cn in nissen stonden
Adolphe keek meerdere malen wantrou
wend in mijn richting cn toen mijn belang
stelling zoo ver ging, dat ik een van zijn
mooiste stukken, een waardevolle Chinee-
sche vaas uit de Ming periode, in den hand
nam, riep hij opgewonden tot mij:
..In 's hemelsnaam Buster laat niet val
len".
„Wel neen", zcide ik, en zag hem ver
drietig over zoo veel wantrouwen aan, „het
is zoo'n mooie kleine vaas."
Rinkeldeking! dc vaas lag in duizend
stukken op den grond.
Inwendig had ik het grootste pleizier,
maar ik deed zeer bedroefd cn - beloofde
Adolphe voorzichtig tc zijn.
..Luister, zei ik. „dat was maar een toe
val. anders ben ik werkelijk heel handig!
Lei maar op, hoe ik met deze grootc por-
celeinen vaas balancecren kam".
Ondanks Adolphe's heftige protesten
nam ik de vaas en begon hiermede te
jonglcercn. tot Adolphe zijn knecht kon
wenken om de scherven op te ruimen. Zoo
ging het nog verder, met ccnigc mooie va
zen en schalen, tot de radeloozc Adolphe
niets meer kon zeggen en op het punt stond
de politie op te bellen, omdat hij aan mijn
verstand begon te twijfelen.
Toen riep ik: „Wacht nog even. „Ik
opende de deur van een zijkamer. en
daar stonden, gerangschikt naar grootte
alle echte vazen en schalen, die Adolphe al
een bedroefd vaarwel toegeroepen had
Natuurlijk had ik slechts de copièen ge
bruikt voor mijn balancecr-experimenten!
U kunt zich voorstellen, hoe gelukkig Adol
phc was.
Eerst op tateren leeftijd vindt hij de
innerlijke harmonie.
door
Dr. Olga Block.
Een profeet wordt in zijn eigen land niet
geëerd. Paul Cézanne is een der velen, die
dat moesten ervaren. In zijn vaderland be
schouwde men hem aanvankelijk slechts
als een zonderling. Hij werd te Aix en Pro
vence geboren als zoon van een aanzienlijk
bankier cn was reeds kort na zijn school
jaren door een diepe vriendschap verbon
den met Zola. Onder diens invloed schreef
Cézanne Latijnsche verzen en een Fransch
gedicht „Hercules'. Hij behoorde tot die
kunstenaars, die in het begin van hun ont
wikkeling even veelzijdig als onzeker zijn
en eerst later iets van beteekenis tot stand
brengen. Cézanne zelf heeft er zich trou
wens in een brief aan een vriend eens over
beklaagd, dat hij voor zijn veertigste jaar
niets bereikt had. Dat was niet maar zoo'n
gezegde van hem; zijn levensloop bevestigt
de juistheid ervan. Onrustig ging hij van
bet een naar het ander. In 1860 en 1861 stu
deerde hij in de rechten; vervolgens ging
bij met zijn vriend Zola naar Parijs. Het
staat vast, dat hij zich voorbereidde voor
bet examen aan de Académie des Beaux
Arts aldaar en dat hij niet geslaagd is voor
bet toelatingsexamen.
In dezen tijd vatte hij een vurige bewon
dering op voor Michel Angelo, Daumier en
Delacroix. Hij leerde Pisarro en Guillaumin
kennen en kwam door hen weer in aanra
king met Courbet en Manet, die hij om hun
kunst ten zeerste vereerde. In 1866 werd
Zola, die het in „L'événemcnt" vurig voor
Manct opnam, uit zijn betrekking bij dit
blad ontslagen; het impressionisme werd
Badende vrouwen. Een studie voor het
bekende schilderij van Cézanne.
Paul Cézanne: Zelfportret.
een heftig omstreden onderwerp van den
dag. Met groot enthousiasme sloot Paul
Cézanne zich bij deze groep schilders aan,
doch in do „salons" werd hij evenmin als
de andere impressionisten gewaardeerd
Slechts de kunsthandelaar Pére Tangny
steunde hem; het was dan ook in diens
huis, dat Cézanne in 1870 zijn eerste schil
derij verkocht aan Duret, den grooten Mae
cenas, die o.a. ook Rénoir belangrijk ge
steund heeft.
Cézanne kon zijn eigenlijke richting maar
niet vinden; een groote teleurstelling was'
het voor hem, dat men in 1877 bij de groo
te tentoonstelling der impressionisten zijn
werken weigerde. Het waren 17 olieverf
schilderijen, aquarellen,, stillevens, land
schappen en portretten, waarin Cézanne.
zooals hij zichzelf duidelijk bewust vyas, liet
beste bad neergelegd, wat hij te geven had.
Nu trok hij .zich gekrenkt terug uit den
kring der impressionisten, die tevpns-^ijn
vrienden waren. Tijdelijk keerde liij terug
naar zijn geboorteplaats Aix, waar hij la
ter ook weer zou werken tot zijn dood;toe.
Zijn leven bleef ook verder arm aan vreug
de en rijk aan teleurstellingen, omdat het
zoo nauw verbonden was met zijn kunst
In zijn artistieke ontwikkeling, kannen wij
drie perioden onderscheiden, waarvan do
beide .eerste met zijn terugkeer naar Aix
werden afgesloten.
In de eerste periode •stond hij vooral on
der den invloed van Michel Angelo cn Tin
toretto; hij maakte copiöen van dc schil
derijen dezer Italiaansclic meesters om
zich geheel in hun geduchtenwercld in te
leven. Hij heeft echter ook genrestukken
in den stijl der Ilollandschc school ge
maakt met de donkere kleuren en den
door
Buster Keaton.
Dc mensch wikt, de regisseur beschikt!
Iloe kunt U liet anders verklaren, dat ik
altijd met alles wat ik doe zoo'n ellendige
pecli heb. Waarom moet mij nu steeds al
les tegenloopen Waarom moet ik nu
juist uitglijden over iedere schil die op den
grond ligt? Waarom is de bus waarop ik
al een vol uur sta te wachten, altijd vol
als ik instappen wil? Waarom moet ik als
ik lircrdöor Te laat voor ëeii afspraak kom
mijn aangebedene juist met een anderen
man een café zien binnen gaan?
Waarom moet de bouquet, die ik meege
bracht heb onderweg door een geit of een
koe of een ander nuttig huisdier opgege
ten wórden? Waarom moeten allo politie
agenten het op mij gemunt hebben, terwijl
nog veel meer verdachte individuen op
straat loopen?
Maar onlangs lieb ik toch kans gezien
een ander tc pakken tc nemen.
TJ kent toch mijn vriend Adolphe Men
jou? U weet wel, die dc snor cn de vlugge-
scheidings-proccdure uitgevonden beeft.
Adolphe Menjou, die een gevoelig hart heeft
voor al liet schoons, is een ernstig verza
melaar van antieke vazen. In zijn werkka
mer heeft hij prachtige exemplaren cn als
vloeienden penseelstreek die haar kenmer
ken. Hij bleef een zoeker, doch in deze eer
ste periode verkreeg lnj dien zin voor rea
liteit. die hij noodig had. De bewondering
voor Courbet gaf hem meer zekerheid en
kracht, doch op zijn palet behield hij de
donkere kleuren. Vooral de vele portretten
uit dezen tijd bewijzen dat. Toen kwam
echter in 1873 Pisarro, die dc teere licht-
schakeeringen in de natuur in zich opnam
cn zijn stemmingen aan Cézanne mede
deelde Aan hem zijn de lichte kleuren in
Cézanne's kunst te danken, de vroolijke
landschappen, waardoor deze de grootste
schilder van zijn groep werd.
Zijn evenwicht vond hij echter pas in zijn
laatste levensdagen. Toen- kregen zijn schil
derijen datgene, wat wij in hem het meest
bewonderen; den indruk van wijde ruimte,
de innerlijke noodzakelijkheid, het syste
matische. Alle tweespalt is verdwenen; zijn
werken zijn uitingen van een positieve cn
ondubbelzinnige kunst. Nu had hij de inner
lijke harmonie gevonden; nu had hij, zoo
als hij eens tegenover een vriend zeide een
doel gevonden. Rhythmische eenheid, kleu
ren zonder afgrenzende lijnen toonden
ook in dc uiterlijke compositio de grootc
ommekeer, die. er bij den kunstenaar had
plaats gevonden. Zoo kon waardeering niet
uitblijven. Helaas kwam deze eerst na zijn
dood, hoewel kórt tevoren' ook ccnige Ber-
lijnsche kunstkenners jot dc. erkenning van
zijn grootheid waren' gekomen. Er werden
tentoonstellingen van' zijn werken gehou
den cn zelf;» ecnigc'. werken voor musea
aangekocht. Dc museumdirecteur Tschudi
was een der voornaamste bewonderaars van
Cézanne; die hem eindelijk reciit liet we
dervaren Iii het eigen vaderland kwam de
belangstelling en wa'cjrdccring helaas eerst
na zijn dood. Toen eerst verwierf zijn werk
den roem crn.den invkaift di» hot verdièn-
Lanósaha'p.
dc en zag men in, hoe hoog hij uitstak bo
ven andere schilders uit denzelfden tijd.
En steeds meer is men in alle landen, in
alle kringen tot zuiver begrip van zijn kunst
gekomen. Vandaar dat er juist de laatste
jaren zooveel over Cézanne geschreven is
Melér-Grafe zegt terecht: „Cézanne kan met
eVenvccl, zoo niet met meer recht gelden
voor een zoon van Greco als Manct voor
een zoon van Velasquez. De lioogerc af
komst van den meester van Aix kenmerkt
het verschil tusschcn de beide impressio
nisten. Toch staat het niet geheel vast, of
Cézanne zijn geestelijken vader wel gekend
heeft. Cézanne heeft den Spaanschcn mees
ter gewaardeerd, doch is nooit in Spanje
geweest. Manet is echter in 1865 te To'cdo
geweest cn heeft wellicht Cézanne een en
ander van Greco verteld. Wat hem van de
Spaansche kunst gescheiden hield is het
Noordelijk-robuste in zijn kunst, waardoor
wij hem met Rembrandt in verband kun
nen brengen, terwijl Greco en Rembrandt
onderling niets gemeen hebben. Vele zijner
zelfportretten hebben het indrukwekkend
brcede, dat dc laatste schilderijen van Rem
brandt kenmerkt en dezelfde monumentale
uitdrukking.
II e t W o n d e der Liefde
door C. en M. Scharfen—
A n t i n k.
(Mij. tot. verspreiding van Goe
de en Goedkoopc Lectuur. Am
sterdam).
liet allerjongste geslacht van litera
toren en critici zal dit laatste werk van
liet echtpaar SchartenAntink een ramp
zalig mislukt, slecht, oudorwctsch cn zelfs
belachelijk boek vinden; men behoeft er niet
aan te twijfelen of het zal per plechtige
encycliek van Marsman of per decreet van
Victor E. van Vriesland onder do verder
felijke en dus verboden lectuur worden ge
rangschikt. Reeds kon men er bijvoorbeeld
een zeer hartige kolom-druks over lezen
in „Dc Literaire Gids", het maandblad van
een paar voortvarende Ilaagscho boekhan
delaars, die nu eens geen blad voor den
mond nemen tegenover hunne clientèle en
het maar even wat knapjes ronduit dur
ven zeggen waarop liet staat. Zo gooien
Goddank (ik meen het echt) zoo-nu-cn-dan
eens een ferme scheut frisschighcid door
de duffe symphonic onzer officieelo kri
tiek, en ik zou zelfs geneigd zijn den Ilec-
ren ten aanzien van het boek der Scliar-
icns vierkant gelijk tc geven, wanneer ik
maarlos kon komen van mij zelf. Of
liever: wanneer ik maar los kon komen
van de mij ingeroeste begeerte om een beet
je bedrogen tc willen zijn door alles wat
kunst heet'.... Ik weet wel, dat het een
allf-rellendigste hebbelijkheid is en dat een
fatsoenlijk mensch eigenlijk beter weten
cn dus wat unders verlangen moest, cn
dat je in dezen tijd van stalen motoren
niet meer sentimenteel mag zijn cn je niet
rnoet laten bedotten door dichterlijke mooi
praterij, en toch! Toch kruipt het bloed,
waar het niet gaan kan, dc schoonc
droom van het leven blijft, juist bij het
ouder-worden, rondspoken door je hoofd,
er groeien, ergens in je, weeke plekjes,
-7- van rijpheid? van bederf? Wie zal
het zeggen? maar het zijn plekjes, die
het jeugdig-groene liart niet kent. Al
thans tegenwoordig niet! -7- ik verbeeld
ine weer dat het vroeger anders was.
liet wonder der Liefde!
Bestaut het heuscli nog?
Ik. heb altijd gemeend, dat, wanneer er
iets een gedachte, een gevoel, zelfs een
wonder leefde in een bock, in een boek
van kunst, in een stuk literatuur, dat het
dan óók in dc werkelijkheid moest be
staan, al was het alleen in de werkelijk
heid van den geest, die immers voor den
mensch-van-cultuur nog rcëelcr is dan do
materieelc werkelijkheid. En het „Won
der der Liefde" zocht ge te vergeefs in
onze moderne letteren: 0, wèl het won
der van do liefde, die maar van één kant
komt, liet wonder der louter-sensitievc,
maar alles offerende vrouwenliefde in
Jolian de Meesters „Geertje", het won
der van do bewuste, rijp-menschclijkc,
maar juist daardoor nog veel nobeler
mannenliefde in dc figuur van Christiaan
uit Emants' „Liefdeleven", maar het
wonder van de volmaakte, rotsvast-gcloo-
vende en onwankelbaar-getrouwc we
de r k c e ri g c liefde vond ge nergens.
E11 hoe zou dat kunnen in een tijd als dc
onze, die kampioen is in echtscheidingen
en „vergissingen"? Zie de huwelijken cn dc
liefdes-verhoudingen uit dc .beroemde (of
beruchte) romans onzer jaren er maar op
na: „Dc Opstandigen", „Dc Zondaar", het
laatste deel van „De Klop op do Deur",
tweede-, derde-rangsch boeken inderdaad,
die dan toch maar gelezen en bewonderd
zijn, die eenweerklank hebben gevon
den bij het publiek on een ccrstc-rangsch
boek, dat natuurlijk niét gelezen wordt,
als „Het fregatschip Johanna Maria" van
Van Schendel versymboliseert ook wel de
liefde, maar het is dc liefde van.... den
zeeman voor zijn schip!
Neen, wanneer er thans een roman ver
schijnt, die „H e t Wonder der
Liefde" heet en de omslag vertoont, een
gek-doende manncngcstnlte tegenover een
lichtende, fiere vrouwenfiguur, dan kunt
ge er van op aan, dat die roman een
erg romantische roman is en een beetje
buiten onzen tijdstaat. Hetgeen na
tuurlijk niet bctcckcnt, dat het voor den
mcnsch-van-nu totaal ongenietbaar en on
waardeerbaar is.
De Schartens zijn wezenlijk in den loop
der jaren steeds romantischer geworden
en daarmede ook een tikje (en thans een
flinke tik) wijsgeerig-sentimentecl. Ze wa
ren liet eigenlijk reeds in „Dc Vreemde
II cc rs c h c rs", maar hel werd erger
in „Francesco C a 111 p a 11 a" (waarvan
liet eerste deel trouwens een prachtig
boek is), het groeide onrustbarend in „D e
Nar uit de Mare 111 mcn" en met dit
„Wonder der Liefde" bereikt het een
hoogtepunt. E11 het is grappig 0111 tc kun
nen constalccrcn hoe alle elementen der
vroegere romantiek bijna sluk-voor-sluk in
dit nieuwe verhaal herboren zijn. Daar is
niet alleen het, op liet slagveld onzer in
tellectualiteit gesneuvelde mysterie dei-
liefde zelf, maar ook de begeerte naar felle
tegenstellingen, de trek naar liet spoedig
en hevig bewogene, en daar is, niet het
minst: dc duidelijk blijkende ingenomen
heid waarmede dc noblesse van liet pri
mitieve mcnschcnhart hier verheerlijkt
wordt. Een Italiaansclic strooper en wild
dief, de schrik van dc landstreek waarin
hij woont, een nogal woeste, onbchcersclitc
vrijbuiter, maar natuurlijk met een ede
len inborst, is dc hoofdpersoon. Ook zonder
korrel ironie die ik hierbij voegde, herkent
ge het type onmiddellijk. Het is dc ruwe
bolster en dc blanke pit, die in hot verle
den van elke literatuur al herhaaldelijk, cn
steeds met succes, duizenden gevoelige lc-
zersharten met arrogante sympathio heeft
gevuld, en die deze keer nog eens pasklaar
gemaakt werd voor de speciale behoeften van
ónzen tijd: hij houdt van kinderen cn hij
toonde zich in dén oorlog een zeer ge
hoorzaam soldaat. Dit neemt niet weg dat
hij zijn geweer wat slordig gehanteerd
heeft in de richting van een medeminnaar;
het bleef wel bij een paar schampscho
ten, maar dc opzet was bewezen en hij
bromt zijn jaren uit in een strafgevange
nis. Nog in voorloopige hechtenis ziet liij,
des Zondags onder dc mis, in de vrouwen-
afdeclfng, de struischc, mooie Rosa, die hij
vroeger eens vluchtig ontmoette cn aan wie
zich nu (da3r zijn eigen vrouw hem im
mers bedroog) al zijn primitief liefdes
verlangen vasthecht. Rosa zit gevangen
voor moord. Ze heeft iemand met een ko
peren pan op het hoofd geslagen da) hij
er dood bij neerviel.... Natuurlijk voe
ren de schrijvers onmiddellijk vele moreel-
verzachtende omstandigheden aan, want
ook Rosa is voorbestemd oftzc sympathie
tc wekken: het slachtoffer van haar pan-
slag was een dronkaard cn een bruut, cn
liet is begrijpelijk nietwaar?, dat het ge
voelig hart van een edele vrouw als Rosa
zich tegenover dezulken een eigen, kort en
krachtig recht verschaft. Maar ik vrees dat
ik met dezen ironischen toon de schrijvers
van het boek op gemeene manier te kort
doen, want ik wil u eerlijk bekennen dat
ik niet ontkomen ben aan de bekorende
suggestie waarmede hier dc groeiende
liefde tusschen Paolin en Rosa getcekend
staat, vooral zooals ze opbloeit in lièm.
Het is eigenlijk de overoude geschiedenis
van Piramus cn Tliisbc maar dit tweetal
thans gescheiden niét door een huiselijke
binnenwand, docli door vele gevangenis
muren en zonder één spleet. Toch verstaón
ze elkaar die paar keeren dat ze des Zon
dags elkander uit de verte cn onder stren
ge bewaking zien; zelfs weten ze niet
heimelijke hulp een briefje te wisselen,
een „vlinder" zooas dat blijkbaar heet iu
Italiaansclic gevangenistaal. Paolin krab
belde op een snipper grauw papier met rui
ge, onregelmatige hanepooten:
„Rosa, als je er uit komt wacht op mij.
Je bent van mij. Paolin." En na dagen
van pijnlijk wachten, krijgt hij haar ant
woord, weinige letters 111 een mooi hand
schrift, dat zeker niet liet liare was: „Groe
ten van Rosa Het is goed."
Wanneer men door de wel even gefor
ceerde romantiek van liet geval heen
kijkt, dan is er stellig heel veel moois in
het nu volgende levensverhaal: Paolin's
smartelijke gevangenisjaren waarin hij
zich met al zijn ziel en zinnen vastklampt
aan liet beeld van die ééne vrouw cn dio
drie woorden: „Het is goed," één nacht
van wanhoon en ellende, een duisternis
als een afgrond maar met aldoor in de
verre, verre verte het lichtpunt van dc ver
lossende datum 2G Mei 1922, wanneer Rosa
(dat weet liij zeker) hem aan de poort zal
.wachten. En het komt ook werkelijk on
geveer zoo als hij zich hot lieeft yoorge-
stcld; als beide weer in het vrije leven
taan, vinden zc elkaar heel spoedig en
het wordt tusschcn dien moordenaar en
dio moordenares je reinste idylle van lief
des- en huwelijksgeluk. Ik denk niet dat
liet in werkelijkheid allemaal op zoo won
derlijk-mooie voorzienigo wijze gebeuren
kan, maar wat doet. liet er toe? Wie nog
een beetje kinderlijkheid en naïveteit in
zich heeft, kan er liier in gelooven, en dat
is do hoofdzaak. Daarenboven raakt dit
boek, door de idylle licen, aan enkele rea
listischer toestanden, die den lezer op meer
directe wijze voeren tot dieper inzicht en
zuiverder levensaanvoeling. Daar is aller
eerst de schildering van het gevangenis
wezen in liet „beschaafde" West-Europa.
Wel speelt het bock in Italië, maar deze
toestanden zullen toch ook in andere
cultuurlanden wel ongeveer dezelfde zijn,
cn wie even tevoren bij Kropotkin of in
het levensboek van Wera Figner gelezen
heeft van het lot der gevangenen in het
vroegere, tsaristische Rusland en daarbij
reeds huiverde van medeleden, afschuw
en verontwaardiging, lieeft bij dit verhaal
nog een angstwekkende climax dezer ge
voelens to doorstaan. In dc moderne, Ita
liaansclic gevangenis, waarin Paolin ge
kerkerd zit, lijkt het leven der gestraften
nog duizendmaal meer op een hel, en ver
fijnder ook is dc kwelling, dan in de vroe
gere Russische. Uitstekend van werking
is liier tevens liet naïeve probleem, dat als
oen obsessie telkens weer opstaat in hot
hoofd van Paolin: liij was can goed sol
daat, werd toen met geld en extra verlof
beloond voor een móórd, terwijl hij nu
voor een schampschot jaren tuchthuis
straf krijgt. Naïef is dit probleem, zeg ik,
cn het is wat afgezaagd ook in do jongste
literatuur, maar het doet liet hier" toch
wel.
Aan het slot vail hot verhaal, bij Rosa's
dood, krijgt do sentimenteel© romantiek
dc schrijvers nog steviger te pakken dan
tevoren. En toch ontkomt men niet aan
den invloed er van; literair gesproken
moet men zich daarvoor in dezen tijd mis
schien schamen, maar menschelijk is het
gelukkig wèl.
HERMAN POORT.