NIEUWJAARSWENSCH VOOR 1932 Samenspraak tusschen THOMASVAER EN PIETERNEL STADGENOOTEN DIE VAN ONS HEENGINGEN Pleterael: Kom Thomasvacr, vooruit! Wat scheelt je? Are jaroil Was jij zoo graag bereid je nader te verklarer Bij 't scheiden vun het jaar. Je had enorm veeraatjes En zie, al vulden die ook nimmer alle gaat, 't Hielp dikwijls toch wel wat voor dit wat sits en mies is. Thomasvacr: Och, beste Pieternel, de oorzaak is: de crisis Is dat me ook een tijdl Wat nog van werk klieven En niet een boterham eenvoudig wordt gegei, Ontvangt zóó weinig dat hij net niet hoeft te rven Maar ook door overdaad z'n maag niet zal lervenl De zuken die gaan slecht en als ik alles gotzic Is binnen korten tijd de welvaart heelemaefoetsie! Pieternol: Daarin heb je gelijk. Maar heb jo 't nienwfemomen: Een Crisis-comité is er tot stand gekomen, Wat helpen wil als 't moet, humaan en edetrdig. Ge weet ons kleine land is altijd offervaard Wanneer ons volk spontaan do lasten gaat rdeelen Dan zal de honger hier nooit goed heer en ecstor spelen, Wie er do moed verliest is zeker voor de hienl! Thomasvacr: J' hebt als altijd gelijk! Uitstekend! Juist fa'jen En 'k doe nu dapper mee al had ik 't pase pakken Nu 'k hoorde wat je zei, laat ik de moed et zakken! Voorwaarts dus! En vooruit! Ik wil niet laier klagen Nu 't hoor dat wij hier gaan elkanders last- dragen! Fieternel: Zoo mag Ik 't hooren vriend. Er is toch ve te noemen Waarop ons kleine Holland zich met recht ag roemen. De luchtlijn naar onz' Oost, om mair censets te zeggen Is iets waar we op aard steeds eer mee i gaan leggen. Al strandde d' „Ooievaar" er met hiar daj'rc vrienden Die 't wakker vaderland zoo moedig pliclit\| dienden... Thomasvacr: Ho Pieternel! Ho! Stop! Ik moet btcrpellnen De nagedachtenis van deze helden eeren. Ik neem m'n petje af. En 'k breng deez' :annen hulde, 't Was deernis die ons volk bij die ram; vervulde. Ga nou maar door. Pieternel: Nou ja) wat jij daar net vertelde Is iets wat ik als zeer natuurlijj onderselde. Maar 'k wou nog zeggen dit: Hof treurig.de verliezen De K. L. M. gaat voort, houdt zió niet ot met kniezen. Thomasvacr: Wat zeer gelukkig is! Ja in onskleine landje. Is meer wat ieder roemt op aard aan het handje Zie naar de Zuiderzee; waar hring werd geboren Reeds vele eeuwen lang, groeit n het koslb'tc toren En waar gevangen werd slchts óngerockt do spiering Daar stapelt nu de boer het graa in schuur, op vliering! Men weet dat -rust brengt roestfEn daar kan men niet tegen Waar eerst het water-was, nu kkers.-land eir wegen.- - Men blijft hier" steeds actfef. ^fs bij de 'aetheractie' Wordt do actfviteit doorstrijdschler ech attractie Men heeft een „vecht"-systcem een stiijd-wljs uitgekozen Die „Draadloos" mannen maakitot draadloos radeloozen! Fieternel: Ja, heb je al gehoord: De Wterstaat minister. Die nooit besluiten kon, maajaltijd vroeg: „Wat is 't er? - Heeft van een groep onlangspcn mooie haard gokiegen Hij had wat last van „Vo(g)ct" en daar kon hij niet tegen! Thomasvaer: Hé, wat eOQ flauwe mop! W! nu eens ernstig blijven Behalve in de lucht, gaat inn ook elders kijven Zie maar eens om je heen, Jpan en Mandsjoerije Zijn keurig, in de kunst, wer aan het bakkeleien En of de wereld smeekt, ja ldt schier om de vrede, Er blijft een menschen-stel, at spot mot recht en rede En knusjes oorlog maakt Pieternel: Ja man, ik noem 't bandieten Die met kanon, geweer mataal gaan bloedvergieten Die brengen leed en smart Q rouw op gansch de aarde En spotten met den roep or eeuw'ge vreed' op aarde. O, allen gordt U aan, strijdi er als helden mede En eisch niet luider stem: Ie zwaarden in de scheedel! Thomasvaer: Dat heb je goed gezegd. Kort pittig, mooi en handig Een vrouw is zoo het sehijit ook nog wel eens verstandig. Picleruel: Pas op met je geplaag! Thomasvaer: Neen, noem dat nu geen plagen iets de aandacht vragen? Pieternel: Ging ook in onze stad nop Thomasvaer: Natuurlijk, beste meid, gin; hier ook veel gebeuren Wat reden gaf tot vreugd m somtijds ook tot treuren! Ons stadjo groeide weer Pieternel: Ja, ja, men bleef hier bouwen Men heeft in wat er komt nog altijd veel vertrouwen De Kamperbinnenpoort is trien aan 't restaureeren, Dat langzaam zeker gaat, hopen we hier te leeren! Ook „Lange Jan" schiet op. De Ucllestraatsch' ellende Is spoedig uit den tijd, al is 't nou nog oen bende Het moet eerst slechter zijn, wil iets góeds beter worden En is de zaak hier goed, dan is het du6 in orde; Dat gaat hier meestal zoo. Er worden vele straten 'In onze mooie stad nog kalmpjes slecht gelaten Doch als men ooit afdoend zoo'n weg gaat repareeren .Zal men nadien 't genot nog beter gaan waardeeren! Men zegt hier wel dat veel uit nood moet blijven wachten (Omdat men allereerst wil zuinigheid betrachten. tThomasvaer: (Dat s een brutaio „bak". Wat 's dat voor redenecren Ging men hier niet onlangs een flink bedrag voteeren t)m het presentiegeld van onze vroedschapsleden Wat hooger te doen zijn. Zo waren ontevreden. Ik vraag me werk'lijk af: „Kon dat in deze tijden?" Of is het van ons leer daar makk'iijk riemen snijden? Pieternel: En toch m'n goede man, ga t niet tè vrees'lijk maken Stel voor dat onze raad in vredesnaam ging 6taken Om loonsverhooging Thomasvaer: Nou, laat stiekum stakon, scliatje, 't Is b'roerder hier gebeurd, nadocliger voor 't stadje En bovendien deez' Raad zit nog pas eenige weken Is nog wat vreemd in 't tuig, doet nog wat vreemde streken Ze rijn ook niet gekozen, zooals we dat hier kennen De Raad is saam „gekalkt". Het zal dus nog wel wennen. En doen ze erg royaal. Pieternel: Dan struikelt 't gansche rissie Want hier bestaat sinds kort 'n Bezuinigingscornmissic Die doag'lijks toe wil zien, waar onze duiten blijven En zeer actief direct een briefkaartje gaat schrijven Wanneer iels tc duur gaat Thomasvaer: Een briefkaart? Zal wat geven Daar kunnen we dan hior nog wel wat mee beleven! Als mal doen pijn zou doen, zouden we tusschenbeiden Hier mcnschcn door die pijn nog eens zien overlijden. Enfin in vredesnaam! Nou 't nieuwe kerkhof klaar is Geloof ik dat zulks niet een huidig stadsgevaar is! Pieternel: Hoe gaat het met de „Bus"? Thomasvacr: O dat is puik in orde Die is in korten tijd hier populair geworden Alleen kan ik één klacht onmoog'lijk vcrheelen Men gaat een stuk der stad stiefmoederlijk bedeelen De Kruiskamp, l'Tisia zijn „Bus "-loos nog gebleven Uitbieiding van den dienst, dat blijve hier het streven! Al kost het ook wat geld, wat móet dat moet gebeuren Want overal gaat men toch ook belasting beuren! Pieternel: Niet overal altijd! 't Moest dezen zomer blijken Toen Hoogland met de „poet" uit Amersfoort ging strijken! Eerst „Gleichen toen het feest! Dat was met baten smijten En ieder stadgenoot liep zich toen tc verbijtec! Omdat onz' arme stad, zoowaar geheel negeerde Een buitenkansje dat men haar beleefd offreerde. Ik vond het achterlijk, zoo dom als de zee diep is Onz' voorspoed gaat te loor, door prachtigo principe;. Thomasvaer: Dat zijn wc hier gewoon! De motorstrijd in Assen Bracht ook weer schede hier aan bij'ne alle klassen Ons stadjo was potdicht en wie hier ook passqgrde Kreeg hier des nacht geen kans, dat hij één cent verteorde! We zijn hier wel een stad, belust op vreemdelingen Maar- koinen ze, dan iaat men ons een slaaplied zingen Wanneer, we nog oen tijd zoo fijn moderuiseeron Liggen we na een jaar heel zeker te krepcerenl Pieternel: Ja 't is een mooie boel! Hoe staat het in ons stadje Met het congresgebouw? Thomasvacr: Hoe kom je daarbij, schatje? Dat weet je toch: Er was geen geld, alleen Waar plannen En ondanks actie van een paar actieve mannen Moest het Congresgebouw in alleen eenvoud smoren Begroef men het devoot nog voor hel was geboren! Pieternel: Dat schiet dus .nog niet op! De woningbouw fftócht toonen, Dat het daar boter gaat. Denk maar eens aan „Goed Wonen." -Daar- bouwt men-stevig doorl- En nog pas eetrge weken r Hoord' ik van opening van nieuwe huizen spreken! Een hulde hier aan hen, dié woningbouw behee'fen En 't vroeselijk krobgedoe én nauwe steegjes weren! Thomasvacr: Een pluimpje ook aan hen, die steeds aandachtig werken Stagnatie in 't verkeer tot 'n minimum beperken! Ook hier gaan we vooruit! Dat komt beslist in orde, Wat eenmaal chaos was, is „regel" thans geworden! En 't kon nog beter zijn, wanneer de „Keientrekkers" Zich hielden aan wat moest Ja vrouw 't is vaak wat lekkers! Hoe velen hier finaal de. voorschriften verkrachten Waarvan men voor 't verkeer met recht vaak heil verwachtte, Pieternel: Hier kome beterschap!! Thomasvaer: Ja, dat was echt to wcnschen! Want altijd blijken hier véél eigenwijze menschen. Die strikt negeeren alles wat is voorgeschreven En daardoor wagen hun en veelal and rér leven! Pieternel: Och 't leven van een mensch heeft naar het schijnt geen waarde Iets .wat den laatston tijd zich dikwijls openbaarde Is laatst niet bij onz' stad U weet het zeker allen In 't donker en 't geniep een tweetal overvallen Het lijkt Chicago wel! Alleen om wat te erven Laat mén U door een „boon" of 'n brokkio ijzer sterven! 't Is naast een boevenstreek een strop voor onze natie Van d' „erfenis" geen cent naar Hollands „Registratie". Van inbraak hoort men hier ook bijna allo dagen En rijwieldiefstal doet ook meen'ge burger klagen. Tuomasvaer: De geest van dezen tijd! Eon tijdsbeeld, vrouwtje, vat je. Je weet we loven hier in 'n hoogst modern stadje Het hoort er blijkbaar bij! Pieternel i Ja, het schijnt zoo te wezen Maar zoo zou ik beslist voor dozen tijd gaan vroezen. Ais dat modern heeL man, dan zeg ik onverholen, Dit nieuwe-tijd-gedoe mag mij worden gestolen! Thomasvaer: Dat ben ik met je eens. Toch zijn cr ook bewijzen Die in onz' goede plaats op oude tijden wijzen. Er zijn gedeelten hier waar we bij avond treffen Een heiséhe donkerte, te mal om te beseffen Net als in ouden tijd, neemt men een lichtje mede Wanneer men zoo een buurt bij avond moet betreden. Je loopt er met een lamp, net als in vroeg ro jaren Te zoeken naar wat licht, een brandende lantaren. Pieternel'. Dat is bezuiniging! Thomasvaer: Zeg, maak het nu een beetje, Bezuiniging dat noem ik heel wat anders weet je? Bezuiniging dat is, wanneer men in verti ouwen Tweeduizend pop voteert om met de „Kei" te sjouwen Dat is toch spotgoedkoop! Wel allomenschen, Mina, Daarvoor sjouw ik „de Kei" van hiér naar Palestina En van wat 'k overhield dit om U in te lichten Liet ik de wijzerplaat van „Lange Jan" verlichten! Pieternel: Dat zou zoo dom niet zijn. Het blijft één van do zaken Die ons als burgerij zouden gelukkig maken! Thomasvaer: Er is echter nog meer: Een algemeen begeeren Blijft de Utrechtsche straat met spoed gaan asphalteeren. Die „kinderkopjes" daar, het is om van te rillen 't Bedrag daaraan besteed was heusch geen geld verspillen! Pieternel: En heb ik good gehoord, dat men in alle straten i Gedeelt'lijk of geheel het wielrijdon moet laten?. Thomasvaer: Wel zeker, Pieternel, maar 'k hoorde heel veel klachten Dat velen dit verbod onwetend hier verkrachten Do borden zijn vaak zoo geplaatst dat bij 't passeeren Geen sterveling ze ziet, ze daardoor gaat negeeren. Pieternel: Dat kan best moog'lijk zijn! Wat we bedenken moeten: Een bord, aldus geplaatst, brengt als een bate: boete! En geld dat moet er zijn, anders is 't niet in orde En 'n schitterend object, verkeerd geplaatste borden! Zeg, is 't ie goed of niet! Thomasvaer; Als Je me nou hoe 's 't moog'lijk! Vindt jij hier meen'ge gracht ook niet beslist onooglijk? Het water ziet zoo zwart! Men zou er haast van schrikken. Verdrinken doet geen één, wel in de modder stikken. Pieternel: Dat 's all'maal goed en wel! Maar zeg, wat doe j' er tegen? Thomasvaer: Gaan dempen waar het kan! Maak mooie breede wegen! Pieternel: Ja, dat ls een idee! En 't moet ons intresseeren Omdat er hier zoo veel, zoo heel veel gaat passeeren De opkomst onzer stad, al hoorde ik ook zeggen Dat men 't doorgaand verkeer óm onze stad wil leggen! Thomasvaer: Dan zijn we uit den loop! Dan wordt ons groeiend stadje Weer net zooals voorheen! Schier uitgestorven, schatje! Neen, hou het groot verkeer in onze winkelstraten, Dat geeft de zakenman en allo menschen baten, En dat is toch nog steeds 't belangrijkste en het beste. Thomasvaer en Pieternel: Want w' hopen hier oprecht voor onze mooie veste Dat zij in 't jaar dat komt weer extra moge groeien We willen wenschen aan wat hier ging jubileeren Een goede toekomst en in eerbied memoreeren Die stadgenooten, die dit jaar ons zijn ontnomen! En zijn daarmee aan 't eind van onz« tank gekomen Nog wenschen we doverheid op hare arbeid zegen Een zuinig goed beheer, steeds nuttig, allerwegen! We werschen lezerskring van 't Dagblad goede tijden Moge geen zorg of smart, malaise haar kastijden En die geen lezers zijn, ook: Heil! maar adviseeren Ga U als eerste daad in 't Nieuwjaar abonnecren We wenschen met elkaar aan alle goede menschen Een jaar zoo goed als wij het voor ons zelve wenschen Met voorspoed, welvaart, winst, geluk op alle wegen Heil! Prosit! Heil Nieuwjaar! Aan allen Heil en Zegen. GROEGROE. (Alle rechten voorbehouden). 5 Jan. J. A. Bientjes, oud-leeraar 1LO, oud-redacteur Zutlensche Courant. 13 Jan. C. A. H. Bartelsman, oud- restaurateur der stations-restau ratie. 18 Jan. H. Polak, directeur der N.V. Polak Frutal Works. 19 Jan. W. H. M. Schadee, oud-direc teur der Deli Spoorwegmaat schappij. 15 Maart. W. C. M. van Wayenburg, oud-notaris. 17 Maart J. D. Struve. 2S Maart H. Th. De Moulin, gep. Ma joor O.Ii. 24 Maart Jhr. Ir. J. H. Schorer. 28 Met N. G. v d Stadt oud-ambte naar ter kantore van den gemeen te-ontvanger. 9 Juni. J. H. v. d. Meiden, oud-lid der Prov. Staten, president-com missaris der N. V. Middenstands Bank en der N.V. Amersf. Glasver zekering Maatschappij. 17 Juni. G. J. A. Ruys, secretaris der Federatie van Diaconieën in de Ned. Herv. Kerk. 19 Juli. W. Ruitenberg, oud-lid van den Kerkeraad der Ger. Gemeente, oud-hestuurslid van het Ger. Weeshuis en van de Ver. v. Christ Nat. Onderwijs. 27 Juli. Ds. J. Prins Fokkes. 1 Aug. T. Beverloo, hoofd der school voor het Centraal 7e en Se leer jaar. 15 Aug. M. H. van Raalte, oud-be stuurslid van de Israelietische ge meente. 22 Aug. Mevr. C van Voorst Vader Schout Velthuys. 1 Oct. M. C. Crommelln. 5 Oct J. J. C v. d Starre, oud-kara- piocn wielrennen van de provincie Utrecht 17 Oct. B. E. van Dorth, bouwonder nemer. 20 Oct P. J. Enter, gep. Rijks-deur waarder. 21 Nov. B. W .baron van Dedem, ko lonel der cavalerie 29 Nov. W .K. Rutgers, gep. luit ko lonel der Mil. Administratie. "27 Dec. L. Eysink, directeur der Eysink fabrieken N.V. 27 Dec, A. G. Marin, collecteur der Staatsloterij,

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 19