DE MOORD OP DEN HEER ESCHAUZIER P. E. RINTEL, AMERSFOORT A. H. VAN NIEUWKERK N.V. DE BEHANDELING VOOR DE RECHTBANK Heden requisitoir AFDEELING KLEEDING NAAR MAAT VARKENSMARKT 13-15 - TEL. 582 WIJ HEBBEN DE EER U TE BERICHTEN, DAT ONZE STALEN-CuLLECTIE'S VOOR HET VOORJAARS-SEIZOEN GEREED ZIJN EN N00DIGEN U BELEEFD TOT EEN BEZOEK UIT. DE STAKENDE ZEELIEDEN De Alpherab kan niet vertrekken DE ORDEVERSTORINGEN TE PARAMARIBO WINKELSLUITINGSWET HEDEN ETALEEREN WIJ 20 MODELLEN DRESSOIRS VOOR SPOTPRIJZEN MASSIEF EIKEN DRESSOIR MET SPIEGEL f 25.80 PRACHT DRESSOIR MET GROOTE OVALE SPIEGEL f 43.60 ZIET ONZE ETALAGES! 2 FAUTEUILS 4 STOELEN MET MOQUETTE f 27.80 THEEMUTSEN 39 CENT K. Beekstr. 6 - Telef. 543 - Amersfoort - Beekenst. Laan 10 UW ADRES VOOR COMPLETE MEUBILEERING HUMORHOEKJE m Valschheid in geschrifte, die mede ten laste gelegd wordt Hedenochtend heeft de Haagsche recht bank de behandeling van de strafzaak te gen J. A. J. H. K. en J. G. W. P., verdacht van moord op den heer W. G. J. Eschauzier op 9 Mei 1931, K. bovendien van valschheid in geschrifte enz., voortgezet. Te half elf wordt de zitting geopend. De heer Kühn is afwezig; zijn recbtersplaats wordt ingenomen door mr. de Vries, die gisteren als bijzittend rechter de zitting reeds had bijgewoond. Thans wordt de valschheid in geschrifte togen K. behandeld. Eerste getuige is de 31-jarlge Th. J. M u 1- der, employe bij de Bank van Heldring en Pierson. Deze verklaart dat op 15 April 1931 des middags drie uur een jongeman zich aan het loket van de bank vervoegde met een enveloppe, welke een kwitantie op naam van den heer Eschauzier tot een be drag van 5225 inhield. Getuige vroeg den jongeman nadere inlichtingen, o.a. hoe hij aan de kwitantie kwam en of hij den heer Eschauzier kende. De jongeman zeide de enveloppe van een heer te hebben gekregen dien hij wel van aanzien kende. Op een nadere vraag, waar de aanbieder zou kunnen zijn, werd hem geantwoord, dat deze vermoedelijk in „Het Zuid" was, doch bij telefonische informatie bleek hij daar niet te zijn. Get. heeft toen den jongen gevraagd maar eens terug te komen, omdat de zaak moest worden onderzocht De 15-jarige B. Visser, loopjongen hij verklaart „koopman" te zijn en a.s. Zon dag 16 jaar te worden - wordt buiten eede gehoord. Hij heeft op 15 April van een meneer in Het Zuid een brief ontvangen, dien bij moest aanbieden op het bankiers kantoor aan den Korten Vijverberg. Hij zou daarvoor een kwartje ontvangen. De brief hield eenige papieren in. Hij kreeg echter niet rnee, wat de heer in Het Zuid hem ge zegd had, dat hij mee zou krijgen. Wel moest bij bij de politie komen, waar hij eenige dagen later weer moest terugkomen en waar hij toen drie personen voor zich zag staan. Op de vraag van de politie of hij daaruit den heer van Het Zuid herken de, wees de jongen dadelijk den verdachte K. aan. Verdachte K. zegt, dat deze jongen in het Huis van Bewaring voor hem en 'n paar andere personen is geleid. De jongen antwoordde eerst, nadat de naam K. was geroepen en daaraan de mededeeling toe gevoegd. „sta ns op", dat K. daar stond. De jongen betwist dat het zoo gegaan is. De hoofdinspecteur van politie J. L. H a l stein verklaart, dat hij mededeeling kreeg dat de firma Heldring en Pierson was op gelicht Hij heeft na de kwitantie te heb ben gezien, de zaak onderzocht en op 10 April den van de valschheid in geschrifte verdachten K. laten arresteeren. Op een vraag van den verdediger, mr. Ne- derveen, antwoordt getuige, dat hij K. met een zelfden vulpenhouder, dien hij voor het schrijven van de handteekening od den wis>- sel zou hebben gebezigd, een en ander heeft laten schrijven om het handschrift te controleeren. De pen was eenigszins be schadigd. Verdachte heeft niet om ander schrijfmateriaal gevraagd. Getuige wilde trouwens hetzelfde materiaal bij de controle zien gebruikt. De heer Wattman, inspecteur van poli tie, heeft de kwitantie, die met de machine was getypt, nader onderzocht. De letters, crp de a na, waren dezelfde als van de schrijf machine in gebruik bij de distilleerderij, waar K. werkzaam was Rechercheur Bont geeft inlichtingen om trent een beursje, dat hij bij K. in beslag had genomen. De heer P. Eschauzier beschouwt op de kwitantie-achterzijde eenige woorden, onderteekend met den naam van wijlen zijn broer. Hij kan niet positief zeggen, dat dit al of niet het handschrift van zijn broer was, maar ziet wél. dat, indien het is nage maakt, dit buitengewoon goed is geschied. Wel verklaart hij van eenige hem getoonde brieven, dat deze door ziin broer zijn ge schreven. Wanneer ziin broer geld noodig had, dan was het zijn gewoonte, dit per chèquêboekje te doen en niet op de metho de van een kwitantie al kan get. niet be slist het tegendeel verklaren. Nog verklaart get. dat zijn broer geen achterdocht heeft gekoesterd; had hij dat maar gedaan, be sluit getuige. Rechercheur-brigadier Boekhout heeft de confrontatie met verdachte en den jon gen Visser op de binnenplaats van het poli- tieb^reau bijgewoond. De heer Halstein, die de leiding had, stond met den jongen op de trap. Verder verklaart hij dat hii aan den jongen een portemonnaie heeft getoond, zooals de verdachte K. in Het Zuid bij zrich gehad zou hebben, en waarop de jongen wel had gelet. Een andere portemonnaie, die men den jongen liet zien. herkende de jongen niet. Toen is K. gefouilleerd ©n kwam een portemonnaie voor den dag, welke de jongen wèl herkende Dit was een portemonnaie met patentsïuïtine. Verdachte K. zegt dat de rechercheur abuis is met de z.g. fouilleertng. 's Avonds is verdachte op het politiebureau door den heer Kramer gehoord, doch reeds tevoren was hij gefouilleerd. De heer H a 1 s t e i n. weder gehoord, brengt in herinnering, dat op 10 Mei 's mor gens de aandacht viel op den reeds ter zake valschheid in geschrifte gearresteer den K. in verband met de verdwijning van den heer E. De confrontatie is aldus ge schied, dat K. tusschen twee rechercheurs werd voorgeleid. De jongen stond met ge tuige op de trap; verdachte liep in do gang benoden. Commissaris Cramer verklaart nog, dat K op de gebruikelijke wijze is gefouil leerd voor dat hij naar de cel werd ge bracht Die eerste fouilleering is 's morgens ge schied door twee rechercheurs. Daarbij is uiteraard ook de portemonnaie voor den dag gekomen, al is spr. zelf niet bij de fouilleering aanwezig geweest Get Boekhout licht nader toe, dat de fouilleering na 12 uur moet hebben plaats gehad. Hij handelde in opdracht van com missaris Paré. Rechercheur Bont had de opdracht tot fouilleering ontvangen van zijn chef, com missaris Kramer. De fouilleering is door Boekhout en get. samen geschied. De heer Launerts, directeur van de distilleerderij (wiens komst thans het ge volg is van een telefonischen oproep) ver klaart nog, dat bij hem schrijfmachines van twee soorten in gebruik zijn. Get Mulder verklaart, dat de heer E. niet van kwitanties gebruik maakte om geld op de bank te verkrijgen, doch dat hij daarvoor chèques bezigde. De volgende getuige is de heer Wein- bach, die in zakenrelatie met K. heeft ge staan. Er heeft een briefwisseling tusschen K. en getuige plaats gehad. Op die wijze is K. in het bezit van zijn (Weinbach6) handtee kening geraakt. De handteekening „Stein- bach" of „Weinbach" op de geïncrimineerde instantie lijkt zeer veel op de zijne, die we] eens verschillend is. Pres.: Hebt u geen vaste handteekening? Getuige: Wanneer ik st-a, dan is de hand teekening eenigszins anders dan wanneer ik in zittende houding ben. (Get plaatst thans in beide gevallen een maal zijn handteekening op verzoek van den president). Verdachte K.: Wij woonden maar enkele huizen van elkaar af, ik in de Prins Hen drikstraat en Weinbach in de Van Galen straat. Waarom zou ik u dan brieven heb ben geschreven? En waar zijn die brieven dan? Nog wordt een schrijven van mevr. Zuy- derveld, de hospita van K.t voorgelezen, waaruit o. m. blijkt dat K. geen schrijf machine op zijn kamer had. De heer N. van Nassau, mecanicien, chef-monteur van de Remington-maatschap- pij, heeft op het kantoor van „De Ooievaar" proeven van vergelijking genomen op de schrijfmachine. De gelijkheid tusschen het type schrift op de kwitantie was volkomen met het schrift van de Remington; alleen was er een kleine beschadiging van de kleine a en daD waren er nog enkele kleine fouten op de machine in het afdrukken met onderbreking van de g en de w. Diezelfde typefouten kwamen ook op de kwitantie voor. Dat twee machines precies dezelf de fouten vertoonen, komt zelden of nooit voor. Met inbegrip van de cijfers waren er vier foutjes. Machines, waarvan construc tiefouten worden ontdekt op de fabriek, worden niet afgeleverd. Verdachte KK.: Op den wissel komen ook g's voor, die de beschadiging van de machineletter niet vertoonen. IToe verklaart de deskundige dat? Get van Nassau: Van sommige letters g is inderdaad de fout in verminderde mate aanwezig. Verder licht get. toe, dat bij har den aanslag de buiten liggende armen van de schrijfmachine een z.g. „dansend" schrift kunnen opleveren. Dit zou kloppen met de ongelijkheid van een aantal 1 eters op de kwitantie. De heer Schirm beeft het fleschje inkt, dat in beslag genomen is, onderzocht en dit vergeleken met de handteekening Sleinbach op do kwitantie. De eigenschappen van de inkt waren dezelfde. Op een vraag van den verdediger, mr. Nederveen of de kans groot is, dat inkten in verschillende deelen van de stad ge kocht, gelijk reageeren, antwoordt getuige Schirm bevestigend. Nog wordt gehoord de beer G. J. M e ij e r, aan wien de verdediger mr. Nederveen eenige vragen wil stellen. De heer M e ij e r: Ik zou u het een en an der willen vragen. Pres.: De verdediger heeft het recht u vragen te stellen. Mr. Nederveen: Ik heb den heer Meijer nooit eerder gezien en zal hem wel licht nimmer weer zien, maar hij wordt hier gehoord volgens de wet, die ook van getui gen 5 décharge rept. In de eerste plaats zou ik hem willen vragen, niet mij, doch den president aan te kijken. Blijft de heer Meijer bij zijn aanvankelijk in de handels- zaak-K. afgelegde verklaringen? Get. M e ij c r: Ja. Het ging om een En- gelsche maatschappij. K. had het patent aan den heer Eschauzier verkocht en zoo wel de heer E. als verdachte K. zouden aandeelen nemen in de exploitatie. De heer A. F. van Beurden, schrift kundige, heeft het handschrift op de kwi tantie onderzocht en dit vergeleken met het 6chrift van eenige brieven van verdachte K. afkomstig. Verdachte K. erkent alleen ten aan zien van de brieven dat zij van hem af komstig zijn. De heer van Beurden verklaart, dat het gelijk is aan dat op de kwitantie. Ge tuige licht toe, dat men opzettelijk zijn eigen schrift kan wijzigen, maar het karak teristieke blijft dan toch behouden en dat is hier aanwezig. Zulke punten waren er bijv. in de 5, op bet plakzegel. Pres.: Kan de handteekening op het zegel ook zijn Weinbach in plaats van Steinbech. Get: Het is mogelijk. Geruimen tijd wordt vervolgens besteed aan de contróle van diverse letters in de handteekening op de kwitantie. Pres.: Hebt u ook het schrift van de betaalbaarstelling op de achterzijde van de kwitantie onderzocht? DE PRIJZEN ZIJN 10-30 PCT. LAGER DAN IN 1931 Get.: Ja. Ook hier zijn vele punten van overeenkomst met het handschrift van ver dachte K. aangetroffen. Een en ander heeft getuige schriftelijk vastgelegd. Pres.: Er zijn toch bij aandachtige be schouwing een aantal verschilpunten; ik ben dan ook nog niet overtuigd van de ge lijkvormigheid. Get. volhardt bij zijn opvatting, dat het schrift op de kwitantie identiek is met dat van verdachte K. Mr. Nederveen: Is de overeenstem ming in de betaalbaarstelling niet héél zwak? Naar sprekers mcening is slechts voor 'n paar letters eenige gelijkenis aan getoond. Evenmin is het bewijs aanwezig, dat het schrift van de handteekening op de voorzijde hetzelfde is als dat van de betaal baarstelling op den achterkant Get Van Beurden: Een en ander is geconstateerd na veelvuldige vergrooting van het handschrift Hierna werd gepauzeerd tot kwart voor drie. Na heropening van de zitting wordt de heer E. J. P a b s t, kassier van de Ned.- Ind. Suikerunie, nogmaals gehoord. Hij verklaart den indruk te hebben, dat het schrift van de betaalbaarstelling op de ach terzijde der kwitantie niet van wijlen zijn directeur den heer Eschauzier afkomstig was. Het kwam zelden of nooit voor, dat de heer E. grootore betalingen op andere wijze deed dan per giro of chèque. Dr. W. F. Hossel ink uit Arnhem, di recteur van den Keuringsdienst aldaar, heeft de kwitantie en verschillende verge lijkingsstukken onderzocht. Zijn conclusie, neergelegd in een rapport, is geweest, dat het geschrevene op de kwitantie, zoowel op den voor- als den achterkant van de hand van den verdachte K. is. Wel zijn de schrifturen van verschillenden aard. Dat op de achterzijde wekt den indruk van na bootsing van een anders handschrift, ter wijl de handteekening op de voorzijde „aus einem Gusz" is geplaatst. Het schrift van de handteekening op de voorzijde is dan ook meer karakteristiek. Doch zoowel het eene als het andere moet door verdachte K. zijn geschreven. Degene, die de handteeke ning plaatste, was gewend een horizontale handteekening te zetten. Bij beide handtee- keningen is do schrijver te hoog begonnen. De schrijfbeweging en de overgangen naar andere letters op het schrift van de kwi tantie vindt men precies zoo terug op het handschrift van verdachte. Het geheele complex van verschijnselen levert volkomen hetzelfde handschrift als dat van K. De be- ginhalcn van de handteekening op de voor zijde ziet desk. aan voor een St. Bij ieder handschrift komen verschillen voor. Het handschrift op de achterzijde wekt duide lijk den indruk van te zijn nagemaakt. Mr. Nederveen vraagt den deskundige of bet juist is, dat nabootsing van schrift niet in den regel n soort bliksemschrift op levert. Dr. II e s s e 1 i n k antwoordt, dat dan in derdaad wel eenige bijzondere verschijnse len zich plegen voor te doen. Desk. heeft verschillende proeven van bandschrift van K. onderzocht. Verdachte K. wordt dan nader ver hoord. Hij ontkent de valschheid in ge schrifte. Dat het jongetje Visser verdachte herkont, moet een vergissing zijn. Hij is ook niet in het café geweest, verd. was thuis. Dat is bij het vooronderzoek gebleken. President: U beweert, dat u de porte monnaie niet gebruikte om geld in te ber gen. Wat deed U er dan mee. Verd.: Die had ik alleen des Zondags bij mij. Dan zaten er sleutels in. Pres.: Dat is alweer onwaarschijnlijk. Dus U blijft ontkennen? Verd.: Ja. De terechtzitting wordt hierop geschorst tot Zaterdagochtend 10 uur. Dan zal de officier van justitie requisitoir houden. AUTO-ONGEVAL, Hoorn, 4 Febr. Heden vond op den weg tusschen Benningbroek en Wognum een ernstig ongeval plaats. Een luxe auto, be stuurd door den heer J. Sternfeld uit Ara sterdam, slipte in een bocht van den weg. sloeg tegen een boom en bleef op een boven het water aangebrachte steenen dam han gen. Een medereiziger van den heer S. sloeg met het hoofd door de voorruit en werd ernstig gewond. De bestuurder zelf kwam er betrekkelijk goed af. De auto werd zwaar gehavend. DE DIEFSTAL IN HET HAAGSCHE SPOORSTATION. In een buitengewoon politieblad verzoekt de commie?aris van politie, afdeeling B. te 's-Gravenhage, opsporing, aanhouding en voorgeleiding van C. H. A. Henkes, geboren te 's-Gravenhage 4 Januari 1895, los arbei der, wonende Hooftskade 173 te 's-Graven hage, die verdachte wordt zich in den nacht van 31 Januari op 1 Fobruaj-i 1932 te heb ben schuldig gemaakt aan diefstal van ruim 2000, ten nadeele van de Nederland- 6che Spoorwegen, door middel van open sluiting gepleegd, alsmede van een Ijzeren geldkistje en een heerenrlhviel. In beslagneming van het op hem bevon den geld, eventueel van een geldkistje on een rijwiel, wordt mede verzocht. Henkes is 1.71 M. lang, hij heeft een glad gezicht, en blond haar. Posters houden particuliere auto's aan in Rotterdam Rotterdam, 5 December. Gister avond was het aun postende zeelieden be kend geworden, dal 17 Duitsche zeelieden die zich op een schip van de Holland— Amerikalijn, dat dezer dagen vertrekken moet, zouden laten aanmonsteren. tegen verminderde gage, van Kralingsche veer, waar zij waren aangekomen, zouden wor den overgebracht naar de Wilhelminakade. Om ongeregeldheden te voorkomen heeft de politie de WilhPlminakade van 10 uur tot half twee uur 's nachts afgezet. De posters trokken zich toen terug in de omgeving van Spoorweg- en Binnenhaven. Auto's, die zich naar de Wilhelminakade begaven, werden door hen aangehouden en onderzocht, of daarmede Duitsche zeelieden werden vervoerd. Omstreeks kwart over 12 des nachts, zijn slechts 7 Duitsche zeelieden aan de Wilhelminakade aangekomen. Ongeregeldheden, die optreden van de po litie noodzakelijk maakten, kwamen niet voor. In de Chlneezenwtjk op Katendrecbt zijn 35 Chineesche zeelieden aangemonsterd voor het stoomschip „Alpherab". Aangezien echter geen vervoermiddelen te krijgen waren voor deze schepelingen en hun bagage, kondon zij niet naar de Alphe rab worden gebracht, waardoor het schip niet is kunnen vertrekken. EXECUTIES IN DEN LANDBOUW. De heer Braat heeft aan den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw de volgende vragen gericht: Is het den Minister bekend, dat vele land bouwers in dezen crisistijd niet aan hun verplichtingen om hypotheekrente en af lossing te betalen, kunnen voldoen, waar door hun goederen publiek verkocht drei gen te v\ orden, met het treurigo gevolg, dat vaak de geldschieter te kort komt en de boer als een onwaardige wordt verjaagd? Is de Minister bereid om in die quaesties tusschenbeide te komen en deze executie zooveel mogelijk togen te gaan? CONTINGENTEERING VAN VLEESCH. Naar wij vernemen heeft een wetsontwerp inzake de contmgenteering van verscli of gekoeld en van bevroren rund- en ka fs vleesch, ter vervanging van de koninklijke besluiten van 23 en 30 Januari 1932, be reids het Departement van Arbeid, Handel en Nijverheid verlaten. Openbare voorlichting wenschelijk geacht Naar aanleiding van de Memorie van Antwoord betreffende het wetsontwerp tot vaststelling van de Surinaamsche begroo- ting voor 1932 merkt de Commissie van Rapporteurs op, dat de wijze, waarop door de minister gevolg heeft gegeven aan den in het Voorloopig Verslag uitgesproken al- gemeenen wensch van de Kamer, bij de Me morie van Antwoord duidelijk en omstan dig mededeelingen te doen omtrent de or deverstoringen te Paramaribo in het laatst van October, niet aan de bedoeling van het verzoek beantwoordt De bedoeling toch van het verzoek is eene openbare voorlich ting van de Kamer omtrent eene aangele genheid van algemeen belang, zoodat eener- zijds de openbare meening gelegenheid krijgt zich daaromtrent uit te spreken, an derzijds de openbare meening gelegenhoid krijgt zich daaromtrent uit te sproken, an derzijds ook de leden der Kamer bij de openbare behandeling gelegenheid hebben daaromtrent nog hun oordeel te geven. De nederlegging ter griffie van een uit voerig verslap omtrent de ordeverstoringen van don gouverneur van Suriname ter ken nisneming van de leden der Kamer voldoet aan deze bedoeling niet, omdat zij kennis neming van het verslag door anderen dan de leden der Kamer belet en tevens voor de leden eene belemmering vormt zich bij de openbare behandeling daarop te beroepen. De Commissie van Rapporteurs noodigt derhalve den minister uit, het ter griffie neergelegde verslag dan wel een overzicht daarvan of een zelfstandig verslag over de gebeurtenissen alsnog als openbaar stuk aan de Kamer te doen toekomen. In werkingtreding op 1 Mei a.s. Aanvankelijk lag het in het voornemen der regeering de winkelsluitingswet 1930 op 1 Maart 1932 in werking te doen treden. Verschillende gemeentebesturen zonden hunDe verordeningen od de winkelsluiting met het oog op den datum voor 1 Maart 1932 tijdig bij de regeering ter goedkeuring in. Voor zoodanige tijdige inzending werd echter door vele andere gemeentebesturen geen zorg gedragen, terwijl in een groot aantal gemeenten de vaststelling van ver ordeningen nog in overweging is. In ver band met deze omstandigheden bleek hét noodzakelijk de inwerkingtreding der wot nog eenigen tijd uit te stellen. Bij Koninklijk besluit van 4 Febr. is de datum van in werking treden der wet thans vastgesteld op 1 Mei 1932. BOERDERIJ AFGEBRAND. 01 s t5 Febr. Donderdagavond brandde alhier in de buurtschap Duur de kapitale boerderij af van den heer D. Makkink. Eenige stuks vee werden gered, doch 24 stuks van het beste soort zijn in de vlam men omgekomen. Dank zij den garage houder A. van Keulen was de brandweer spoedig ter plaatse, doch deze kon niets meer uitrichten. De geheele boerderij ging in de vlammen op. Het was een van de grootste boerderijen van de gemeente Olst. Persooonlijke ongelukken kwamen niet voor. Verzekering dekt de schade. Mevrouw„Maar Marte. wat beteefcenen al die ca ten hier Dienstbode„Ik neb bezoek van orn aanstaande, mevrouw en tUJ wil dat net et naar uitziet ol rnj nier Met bezorgt, voor bet geval zyn baas langs Komt." (London Opinion),

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 6