OPRUIMING NIEUW PARIJS BALANS Feuilleton Zaterdag 20 Februari 1932 AMEBSf OORTSCIH DAGBLAD. «DE EEMLANDER™ 30e Jaargang No. 200 BOWLSTELLEN BOWLGLAZEN Fa. B. KRAAL Langestraat 26 Lijstenmakerij en Kunsthandel NEDERLAND EN BELGIE DE SCHEEPSRAMP VAN DE BERLIN SANATOGEN TE GEBRUIKEN BIJ ZENUWZWAKTE - ALGEMEENE ZWAKTE GEBREK AAN EETLUST EN SLAPELOOSHEID A. v. d. WEG LANGESTRAAT 23 TEL. 217 TWEEDE BLAD DE RADI0-ZENDERB0UW Benoeming commies-griffier EEN LEVEN OM EEN LEVEN UIT DE STAATSCOURANT WILLEM GROENHUIZEN LANGESTR. 35 TEL. 308 Arnh. weg 32 Tel. 3.069 Omlijsten van platen en portretten. Passepartouts en ovale lijsten. g Vlot verloop der onder: handelingen Brussel, 18 Febr. In den sejiaat heeft de Belgische minister, van buitenlandsche zaken, de lieer Hymans verklaard, dat de aangevangen onderhandelingen met Neder land betreffende de economische betrekkin gen tusschen beide landen een vlot verloop hebben. Men hoopt spoedig de besprekin gen lot een goed einde te kunnen brengen. (Telegraaf). DE RAAD VAN BELFELD CONTRA DEN BURGEMEESTER. In de Dinsdag gehouden gemeenteraads vergadering te Bclfeld (L.) werd op voor stel van één der raadsleden de volgende motie tegen den burgemeester die sinds 1 November 1931 met ziekenverlof is, inge diend: „De Raad der gemeente Bclfeld, in aan merking nemende de vele misdragingen en grove onregelmatigheden, door den burge meester gepleegd, verzoekt beleefd doch dringend het zoo spoedig mogelijk daar heen te willen leiden, dat de burgemeester ontslagen wordt." De motie, welke met op één na alge- meene stemmen aangenomen werd de loco-burgemeester dc heer II. Langendonck, onthield zich van stemming zal ter ken nis van Gedep. Staten van Limburg wor den gebracht. (Msb.) BRAND TE ROTTERDAM. In een opslagplaats aan de Oost Admiraliteitskade. R o 11 c v d a m, 19 Fcbr. Hedenmorgen te omstreeks half 7 is brand uitgebroken in een grootc opslagplaats aan de Oost-Admi- raliteitskadc te Rotterdam, die behoort tot het complex van de N.V. R. D. van Zwietcn in limonade, bier en wijn, welke firma bet pand, waarin voorheen de firma Dc Haas was gevestigd, op wiens kantoor in No vember 192-8 dc geruchtmakende moord op den heer Lans heeft plaats gehad, in ge bruik heeft. Naast dit pand is een houten opslagplaats, die vanaf de Admiraliteits- kadc tot aan dc schutting van dc tuinen der huizen aan den Oost Zeedijk doorloopt, geheel afgebrand, liet vuur is begonnen in een klein houten cxpeditickantoortjc op de binnenplaats en heeft zich vandaar via oen gang medegedeeld aan de loods, waar veel pakmateriaal, stroo, kisten, papier, fleschjes limonade cn 27 cylinders koolzuur waren opgeslagen. De brandweer is met veel materiaal uitgerukt; met 3 autospui ten, 1 drijvende stoombrandspuit en veel slangenwagens werd het vuur bestreden. In totaal waren 20 slangen uitgelegd. Loods en kantoortje zijn geheel afgebrand. Dc oorzaak van den brand is onbekend. De stoffeerder De Korte, die op den Oost- zeedijk woont, en die destijds den moord op den lieer Lans rncde ontdekte, was dc eer ste die lieden do brandweer waarschuw de. DE HAVEN VAN ROTTERDAM. En de verhouding tot België. Twee-en-twintig personen uit liet Rotter- damschc zakenleven, voornamelijk hoofden van grootc bedrijven, hebben het volgondo veroekscbrift aan den minister van buiten- landsclic zaken doen toekomen: „Ondcrgclec,kenden, allen werkzaam in Rotterdamsche havenbedrijven, zéér onder den indruk van de buiienge- meene gevaren, die niet alleen de haven van Rotterdam maar het gehcclc haven complex van de beneden-Maas bedreigen tengevolge van de steeds moeilijker wor dende internationale commercicelo verhou dingen, verzoeken U alles tc doen wat mogelijk is om die gevaren niet te vergroote.n door aan de Belgische regeering in zake de Rijri- Schcldc verbinding te ruime concessies toe te staan. Zij vragen U voorts met grooten aan drang om, waar de oplossing van een ge kanaliseerd vaarwater langs den Brabant- schcn oever tot allerlei moeilijkheden voert terwijl een dergelijk kanaal bijna alle na- deelen heeft van het Moerdijk-kanaal en, na nog eenigc kleine concessies, daarmede gelijkgesteld kan worden, alsnog terug te keeren tot het meest <'en- voudigc en rationcele plan van een uitste kende verbetering van het kanaal door Zuid^Bevcland". KOGEL IN DE KEEL. Slagersknecht overleden. Te Vlissingen is in een slachtplaats een 21-jarige slagersknecht, toon een schiet- masker, dat aanvankelijk weigerde, op den grond viel en afging, door den kogel in de keel getroffen. De man werd naar een gasthuis gebracht, waar onmiddellijk operatief werd ingegre pen. Naar later gemeld wordt, is de jongeman overleden. (Hbld.) Herdenkingsplechtigheid te 's=Gravenzande Zondagmiddag zal, aldus de Maasbode, rond het zoogenaamde Duitsche graf op dc algemeonc begraafplaats te 's Gravenzandc een herdenkingsplechtigheid gehouden worden voor do slachtoffers van dc „Ber lin" die voor vijf-en-twintig jaren op den pier tc Ilock van Holland verging. In den loop der jaren was aan het onder houd van dit graf betrekkelijk weinig ge daan. Op initiatief van dc Dcutscho Verein te 's Gravenhagc is kortgeleden een aan vang gemaakt met dc restauratio van de laatste rustplaats van den in vreemden bo dem begraven landgenoot. Het Duitscho consulaat tc Rotterdam cn het gemeente bestuur van 's Gravenzande hebben hierbij medewerking verleend. Ook het Duitsche gezantschap to Den Haag toonde veol be langstelling voor dit werk van piëteit. De restauratie is thans gereed gekomen en mede ter gelegenheid van dit feit zal Zondag de herdenkingsplechtigheid ge schieden. De plechtigheid van Zondagmiddag zal, naar wij vernemen hoogstwaarschijnlijk worden bijgewoond door Z. K. H. Prins Hendrik, die ook tijdens do Berlinramp grootc belangstelling voor het reddings werk aan den dag heeft gelegd. Voorts zal deze herdenking worden bij gewoond door Graaf Julius von Zecb von Burkcrsroda, gezant en gevolmachtigd mi nister van liet Duitsche Rijk bij het Ne- derlandsche Hof, den gezantscliapsraad Erich Boltze en den secretaris van het ge zantschap Horst Weber. Ook wordt de Duitsche consul uit Rotterdam, Dr. Sctho verwacht. DE WERKLOOSHEID IN ONS LAND. Onze regelingen kunnen den toets met het buiten land doorstaan. Uit de Memorie van Antwoord der Eer ste Kamer op de Rijksbegrooting 1932: De meening van sommige leden, dat te weinig voor de werkloozen wordt gedaan, waarliij zij wijzen op een zeker te kort in het aankweeken van meer moreele kracht en op de wenschelijkheid, om na een be paalde periode van werkloosheid, een be drag in eens tc geven, opdat de werkloo zen zich kleeding en dekking kunnen aan schaffen, kan de regeering geenszins on derschrijven. Zonder overdrijving kan toch vastgesteld worden, dat dc werkloozenzorg in ons land, vooral wanneer men niet uit het oog verliest, dat de toestand van 's lands finan ciën ook hier tot beperking dwingt, den toets van vergelijking met het buitenland alleszins kan doorstaan. Ten aanzien van de voorziening in klee ding en dekking sluit de regoering zich aan bij de andere leden die hier een taak zien weggelegd voor het nationaal crisis-comité en zijn vele plaatselijke vertakkingen. De regeering acht een wettelijke verkor ting van den arbeidsduur geen doeltreffend middel tot bestrijding der werkloosheid, omdat deze maatregel voor vele zwak staande ondernemingen zou leiden tot ver- hooging van lasten met als gevolg stopzet ting van liet bedrijf. Dc verantwoordelijk heid hiervoor kan zij niet op zich nemen. TWEEDE KAMER Een interpellatie van den heer van Dijk (A.-R.) De Voorzitter deelt mede, dat is in gekomen een wetsvoorsll-Albarda, houden de verbod van particuliere gewapende corp sen. Hierna heeft de benoeming plaats van een commies-griffier. Na ettelijke stemmingen kiest de Kamer tot commies-griffier mr. A. F. Schepel, ad vocaat cn procureur te Amsterdam, met 38 stemmen, tegen 37 op mr. Bruins Slot en 3 blanco. De Voorzitter neemt namens de Ka mer afscheid van den commies-griffier mr. Wery in een hartelijk specchje, dat de Kamer door applaus laat volgen. De lieer v. Dijk interpelleert over den radio zenderbouw. Ilij betoogt dat de zend apparatuur hier te lande niet aan behoor lijke ischen voldoet. Bij de totstandkoming van de nieuwe zenders dient in het alge meen belang geldverspilling te worden ver meden. Daarom mogen naar spreker meent uict meer zenders worden gebouwd dan het aantal beschikbare golflengten bedraagt. (Jok is spreker van meening, dat de aan vraag van een algemeene omroepvereni ging tot zenderbouw dient te worden ge weigerd, als dio aanvraag voortvloeit uit onwil met dc andere verenigingen samen te werken. Indien dc minister deze be voegdheid niet heeft, dient hij een ontwerp dienaangaande in te dienen. Minister Rcymer antwoordt, dat de beste oplossing is de bouw van één zender voor iedere golflengte. Maar een der ver- eqnigingen weigert dienaangaande samen te werken, hetgeen spreker ten zeerste af keurt. De minister gaat uitvoerig na de tolstandkoming der radio-wet. Het gaat hier om een zuiver juridische vraag. Indien aan A.V.R.O. en V.A.R.A. vergunning werd verleend, zouden de bij zondere omroepen toch op deze zenders mpeten worden ondergebracht. Voor spre ker is het nog twijfelachtig, of de tekst der wet hem de bevoegdheid geeft een aan vraag te weigeren. Wetswijziging acht hij nog niet noodig. Na repliek van den lieer Van D ij k legt de lieer Boon een verklaring af, waarin hij herroept een mcdcdecling van hem van gisteren dat mr. v. d. Deure het advies van den Radioraad zou hebben gepubliceerd vóór het was uitgebracht. Spr. meent, dat men de kwestie of de minister bevoegd is een aanvraag te weige ren, moet laten uitmaken door een commis sie van hoogleeraren. De heer Oud (V. D.) verdedigt de aan vrage van de A.V.R.O., om met haar eigen geld een zender te mogen bouwen, keurt af, dat men voogdij over haar wil uitoefenen, en zegt, dat men afgunstig op haar is. De heer D u ij s (S. D.) verdedigt de V.A.R.A., die heusch niet afgunstig op de A.V.R.O. behoeft te zijn, aangezien zij dc centjes van mijnheer Holdert niet noodig heeft. De minister zette zich schrap tegen de geldverspilling, die het gevolg zou zijn, als ue A.V.R.O. haar zin kreeg. De heer van Hellenbcrg Hubar (r. k.) betoogt, dat desnoods door wetswijzi ging de minister de bevoegdheid moet krij gen om zenderbouw te verbieden. De heer Krijger (c. li.) spreekt in ge- lijksoortigen geest. Geleerdheid zonder braafheid is als een boom met enkel blaren. TALMUD. Naar bet Engelsch van Morice Gerard doox Fmma A. H. 45 Ineens werd zijn blik getroffen door een plompen man, die aan hun kant van het veld stond, een paar schreden va.n hen af, en die het tooneel gadesloeg, terwijl zijn handen rustten op een groven knocstigen stok, die eens uit de heg was gesneden. Het was Ebenzer Holden zelf. Darcy merkte op, dat cLe man grijs en oud was geworden, sinds hij hein het laatst had gezien, namelijk op den dag, dat de koning bij Dover landde; bovendien keek de man met teleürgestel&cn, meerslaohtigcn blik, of het leven niet langer meer eenige aan trekkelijkheid of hoop voor hem inhield. Darcy voelde medelijden met hem, uit den grond van zijn hart; de tegenstelling van zijn eigen toekomst met dien van den Pu ritein trof hem diep. De man had een in het oog vallende, was het dan ook geen geen voorname plaats ingenomen in de gelederen van zijn partij, toc-n die de lei dende macht was in den staat; hij had het gebouw, dat eerst zoo sierk en duurzaam had geleken, tot een puinhoop ineen zien storten: alle werk was daarmee te niet Minister Rcymer vindt een proef met een Gleichwellensystecm, op vergunning waarvoor men aandringt, gevaarlijk uit in ternationaal oogpunt. Men wachto in elk geval de internationale conferentie af. De heer Van D ij k (a.-r.) verklaart zich pijnlijk getroffen door het feit, dat de heer Oud heeft gezegd, dat spreker zich door af gunst zou laten leiden. De interpellatie wordt gesloten en de ver gadering verdaagd. Onderscheidingen. Bij Kon. besluit is benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau J. A. Gerritsen, president-commissaris der N.V. Koninklijke Nederlandsche Fabriek van gouden en zil veren werken voorheen Gerritsen cn van Kempen te Zeist; benoemd tot officier in dc orde van Oranje-Nassau, R. S. Guarnieri, lector in de Italiaansche taal cn letterkunde aan (le gemeentelijke universiteit te Amsterdam. Posterijen, telegrafie en telefonie. Bij Kon. besluit is met 1 Maart aan den commies bij den P.T.T.-dienst M. van dei- Horst als zoodanig eervol ontslag verleend. Rijksgebouwendienst. Bij Kon. besluit is benoemd te rekenen van September 1931 in vasten dienst tot bouwkundig ambtenaar der eerste klasse bij den Rijksgebouwendienst C. Caspcrs, ter standplaats Maastricht, thans als zoodanig in tijdelijk dienstverband. Arbeidsinspectie. De adjunct-inspectrice van den Arbeid mevr. ir. M. C. Maus, weduwe van W. J. van Reeuwijk te Amsterdam, is met ingang van 1 Maart werkzaam gesteld in het 7e cn 8e district der Arbeidsinspectie ter standplaats Nijmegen. Belastingdienst. Bij beschikking van den minister van Financiën zijn verplaatst de ontvanger der directe belastingen enz. P. L. Broeksmit van het kantoor Alblasserdam naar het lc kantoor te 's-Gravcnhage, de ontvanger der directe belastingen enz. N. Korswagen van het kantoor Ilillegom en dc ontvanger der dir. belastingen enz. mr. P. de Lange van het kantoor Raai te naar het kantoor Does- buig. DE PONDENTRANSACTIE DER NEDERL. BANK. Wetsontwerp in voorbereiding. Blijkens de Memorie van Antwoord op 't Voorl. Verslag der Eerste Kamer nopens de Rijksbegrooting 1932 is een wetsontwerp in voorbereiding met dc strekking, den rui nister van Financiën te machtigen, aan liet Ned.Indisch gouvernement bij wijze van kasvoorschot de middelen te verschaffen ter betaling van het voor de aflossing van sterlingloehingen van de Nederlandsche Bank cn de Javasche Bank te zijner tijd over te nemen pondenbedrag. Bij dat ont werp zal de regeling worden overgelegd, die tusschen het Ncd.-Indisch gouverne ment en de Nederlandsche Bank ten aan zien van de overneming van Engelsche ponden is vastgesteld. LANGESTRAAT 43 JUWELIER Gevestigd 1885 Groove voorraad gouden TROUW- en VERLOVINGSRINGEN de juiste modellen. gedaan. Zijn partij was beleedigd en be spot; de leiders waren verbannen of dood. Holden zelve leek een forsche eik uit het woud, die de kruin nog hemelwaarts ver hief, lang nadat het sap was opgehouden in zijn leden omhoog te steigen. toen de schoonheid van bloei was vergaan en hij enkel nog een onaanzienlijk overblijfsel was van uitgewerkte kracht. Darcyy daarentegen had vóór zich een toe komst, waarop hij met 'hoopvol vertrouwen uitzag; hij had de liefde gewonnen vam het schoone jonge meisje, det vlak naast hem zoo bevallig te paard zat; hun geluk scheen verzekerd; ze vertrouwden cn beminden elkaar. Terwijl hij dit dacht, kwam Ebenezer I-Iolden, die hun ko-mst bemerkt had,, zon der dat hij zich rechtstreeks tot hen had gekeerd, nu naar hen tocgeloopen; hij liep moeilijk, eenigszins kreupel, of hij leed aan een rheumatischc kwaal. Het speet Robert nu, dat ze het veld ingereden wa ren. Holdert toch leek hem, al schaamde hij zich dan ook het zichzelve lc beken nen, met recfnt een ongeluksvogel: een eenzame raaf, krassende over een land schap en er een schaduw op werpend. Het was onmogelijk, nu weg te gaan, zonder te spreken. Dus stuurde Darcy zijn paard in do richting van den Puritein en moest hij den kop van Maanlicht omhoog trekken, daar zij met den neus tusschen de stoppels had gegraasd. Ik wensch u goeden dag Master Hol den, zei hij. Lucille die aan het droomen was, en het hoofd had afgewend, schrikte en keek nu ook in die richting. Ze kreeg een kleur; zij voelde dienzelfden tegenzin, om den pach ter van haar vader te begroeten. Holdens uiterlijk stond- somber; zijn voorhoofd was in een dreigende plooi ge trokken. Hij nam niet den hoed af, of toon de eenige andere beleefdheid, hij wijze van groet. Gij zijt hier gekomen om de plek van uw triomf te aanschouwen? vroeg hij, toen gij kolonel Ingoldsby naar deze plaats leidde? Niet opzettelijk, antwoordde Darcy. Ik had aan dit feit niet gedacht; ik herkende alleen het veld nadat ik het hek had open gedaan en wij er binnen reden. Holden bromde zoo wat, maar of dit nu beduidde, dat hij deze uispraak geloofde of niet, was niet duidelijk. Ik hoop, dat ge tevreden zijt met het werk van uw handen, jongeman? Waardoel je op? Op de rol, die gij speelde, door dat Belialskirid op den troon te roepen; een schande voor het land, dat hij bestuurt, voor het geslacht, waartoe hij behoort. Een lichtzinnige, een losbandige,dien God rich ten zal! Darcy trok Maanlicht vaster bij den teu gel, zoodat het paard onrustig werd, ach teruitstapte cn sprong. Ilij was blij dat hij althans bezig kon zijn met het paard 'tot kalmte te brengen. De woorden van den Puritein prikkelde hem tót toorn, te meer daar hij wist dat ze waarheid bevatten; de trouw jegens zijn- souverein kwam in strijd met zijn teleurstelling cn afkeer van den man, Karei Stuarf ;- daarenboven vrees de hij, hoe Holden, die niet al te beschaafd in zijn spreken was, soms dingen kon zeg gen, die niet geschikt waren voor de ooren \an het jonge rneispe. Tenslotte an Lw oord dé hij Het staat niet aan» u of aan mij, mas ter Holden, oni Zijn Majesteit te beoor- deelen; wij hebben onzen plicht te vervul len in de wereld en moeten hem aan een I-Iooger Oordeel overlaten. Holden lachte; de klank was niet aan genaam om te hooren, zooals het krassen van een roestige zaag door taai hout: Zij, die Karei Stuart op den troon plaatsten, hebben mee deel aan zijn. schuld Ilij bleef Darcy steeds fixeeren; er stond iets als waanzin in zijn blik te lezen, als van één, wiens geest dwalende is, die do beheersing over zichzelve heeft verloren, maar nog wel een soort heerschapij heeft over degenen, die zich onder den invloed van zijn blik voelen. Een soldaat, zooals gij weet, master Holden, gehoorzaamt bevelen; zijn verant woordelijkheid bepaalt zich daartoe, dat hij die zoo goed mogelijk uitvoert. Holden stak den knoestigen stok op. Ge durende een oogenblik dacht Lucille-, dat hij van plan was Robert te slaan cn zij liet haar paard wat voortrijden als om den slag af te wenden. Door dit ondernemen richtte zij dc aandacht van d«en Puritein op zich. Gij zult ook lijden, miss Lucille, be tuigde hij; gij, die uw lot met dat van dien man. verbindt. Hij streek de hand over het voorhoofd met een bctcekenisvol gebaar of hij trachtte een wolk van zijn gezicht te verdrijven. Ik zie donkere dagen voor u beiden, ik zie de vallei van verdriet cn vrees, waar gij binnentreedt; ik kan het niet zeggen, maar misschien is het de „Vallei van de schaduw des doods", waarvan de Psalmist spreekt. Darcy keek naar Lucille en zag d,at zij doodsbleek werd; Ebenezer Holden had den sinisteren naam van een ziener te zijn. Het volk hield het er voor, dat hij zienersgaven bezat en de hoogeren in stand waren niet geheel vrij van dit bijgeloof. Lucille her innerde zich wat hij van Buckingham had gezegd; nu was het haar beurt en die van Robert Darcy om door Holden voorspeld te worden. Ons leven en onze toekomst zijn in Gods hand, zei Darcy streng. Het is niet aan ons om de in die toekomst te willen doordringen, zoomin als ik geloof dat wij de macht hebben om cUt te doen. Ik zie wat ik zie cn ik weet wat ik weet; God heeft mij on.tzegd het genot van mijn wensehen vervuld te zien. Hij heeft mij afgesneden van al wat mij dierbaar was in bet leven; hij heeft mij eenzaam achtergelaten in een uitgeput land. Er was iets aandoenlijks in het half- droevige, lialf-toornigö opsommen van den ouden man van zijn lot, dat zijn heide hoorders ontroerde. Hij ging voort: Des niet altemin heeft ITij mij, of ik die nu verlang of niet, zienersgave ver leend. Hij wendde zich tot Darcy. Deze woorden zullen u weer in de gedachte ko men als de poort achter u dichtvalt en de vier muren u omsloten houden, koud en onverbreekbaar, zoodat gij niet kunt weg komen. Zonder verder iets te zeggen, wendde Hólden zich om cn zwaar steunend op zijn knots, strompelde hij het veld over naar zijn mannen, die bijna klaar waren met maaien. Het spijt mij dat wij hier gekomen zijn, zei Lucille. Wordt .vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 5