'AM EKSFOOKTS GH DAGBlAff Vrijdag 4 Maart 1932 ..DE EEMLANDER" 30e Jaargang No. 211 TWEEDE BLAD VOORTGEZET DEBAT OVER DE RIJKSBEGROOTÏNG Lager levenspeil bepleit H.v. d. PAVERT Madarijn Rotsjes Gevulde Marsepain Koekjes NOG STEEDS DE WERK LOOSHEID HET GEMAK PAST! BIJKANTOOR UIT DE STAATSCOURANT DE MOORD TE KERKDRIEL S. M. VAZ DIAS f EEN LEVEN OM EEN LEVEN EERSTE KAMER Wenschen van Prof. Dr. Savornin Lohman De algemeene beschouwingen over de rijksbegrooting 1932 worden voortgezet. Do heer de Savornin Lohman be toogt, dat men in dezen crisistijd de regee ring zooveel mogelijk moet steunen; er moet bezuinigd worden ook in verband met de te verwachte verminderde belasting opbrengst. Spreker betoogt, dat door de aangebrach te bezuiniging de defensiebegrooting rela tief zwaarder is getroffen dan andere be- grootingshoofdstukken. Spreker wil ver dere bezuinigingsmaatregelen op onderwijs, sociale maatregelen, waterstaat enz. De billijkheid van salarisverlaging voor de ambtenaren wordt door spreker bepleit als ook de noodzakelijkheid van loondaling in hot particuliere bedrijf. Spreker zet uiteen, dat z.i. met de nood zakelijkheid van dergelijke verlagingen der salarissen ernstig rekening moet worden gehouden. Wie wil krachtige maatregelen tegen allerlei opruiers, meer nationale fier heid, die ontbrak in de houding der regee ring bij de herdenking van den licndaag- schen veldtocht en in do kwestie van den wapenuitvoer uit Nederland. De heer Janssen betoogt dat deze re geering in baar orisisbcleid niet de veelal beoefende critiek verdiént, doch er hadden vroeger contiiigcnleering^maatregelen moe ten zijn genomen. Voorts moeten maatrege len genomen gorden tegen geestelijke en zedelijke schade in dezen tijd. We moeten ons aanpassen aan een enger levenspeil. Dc heer S1 i n g e n b e r g bespreekt het financieele beleid van deze regecring. Bij den aanvang dor crisis had Nederland een financieel sterke positie. Voor een paniek stemming is geen reden. De heer Men dels bespreekt den poli- tieken toestand. Spr. betwijfelt of de poli tieke constellatie onzer regeering nog wel overeenkomstig den w il des volks is. Dit is gebleken bij de behandeling van *t kortings wetje en van de pachtwet. De heer M e n d c 1 s vraagt hoe het staat met de voornemens der Regeering ten op zichte van een enquête betreffende het ar beidsconflict in Twente. Spr. bepleit planmatige productie. De heer Ter Haar (c.h.) waarschuwt de regeering voorzichtig te zijn met contin- genteeringsmaatregelen. De heer Dobbelman (r.k.) betreurt, 'dat met winkelsluitingswet niet gewacht is tot wijziging der Zondagswet was vcr- LUNCHROOM LANGESTRAAT 55. TEL. 115 kregen. Spr. wil een verbod van baisselian- del ter beurze. De heer Koster (Lib.) bepleit de voor deden van vrijhandel. De heer de Bruyn (R.K.) acht den te genwoordig^ tijd juist zeer geschikt voor het invoeren van sociale hervormingen. Spr. betoogt dat onze Regeering geen in vloed moet aanwenden om tot loonsverla ging te komen. Ook doet ze niet genoeg voor werkloozenzorg. Dc heer II ermans (g.d.) komt op te gen elke aantasting der gemeentelijke auto nomie. De heer Oudegecst (s.d.) betoogt dat de crisis niet anders is dan een wachten totdat de overgeproduceerde goederen zijn verbruikt Bankdirecteuren noch onderne mers hebben overigens dc situatie in han den gehad. De arbeiders weten wel, wat het beteekent als genoemde categorieën aandringen op loonsverlaging. De heer Blom jo us (r.k.) bestrijdt dc rede van den heer Mendels. De vcrgaderitig wordt te 7.30 verdaagd tot morgen. TWEEDE KAMER Minister Verschuur beantwoordt het debat opnieuw Bij dc voortgezette behandeling van de interpellatic-TIicmstra i. z. dc werkverschaf fing en den werkloozenstcun vraagt mej. De Jong een steunregeling ten behoeve van de werkloozc vrouwelijke arbeiders. Het gaat niet aan deze vrouwen naar het armbestuur te verwijzen. De heer De Visser beschouwt als op ruiers niet de arbeiders die bij dc onge regeldheden waren betrokken, doch de hcc- ren achter de regeeringstafel. Spr. diende een motie in, strekkende tot verhooging der minimum loonen hij dc werkverschaffing en één tot intrekking van de vervolging van tewerkgestelden naar aanleiding van de ongeregeldheden in Friesland. Dc moties worden echter niet \oldoende ondersteund. Dc heer Joekes wcnscht nadere gege vens omtrent het bedrag, dat aan wcrkloo zensteun en maatschappelijk hulpbetoon wordt uitgekeerd en bepleit opneming van de w erkloozenkassen der bouw vakarbeiders, van wie er nog ruim 50 werkloos zijn, in de regeling voor crisis-werkloosheid. Een motie van deze strekking wordt door hem ingediend. Spr. steunt dc molio- Hiemstra i. z. hulp aan dc w erkloozenkas- sen in 1932. De heer Kuiper (R.K.) vraagt, zooda nige hulp aan de werkloozenkassen te ver- leenen, dat deze aan haar reglementaire verplichtingen kunnen voldoen. Voorts vraagt ook hij opname der bouwvak-werk- loozenkasscn in de crisisregeling. De heer Boon (Lib.) acht de vernietiging van het Amsterdamschc raadsbesluit in zake werkverruiming voor schilders ccn juisten maatregel. Dc loonon in..clc bouwvakken te Amster dam cn tc 's-Gravenihage zijn naar verhou ding tot andere vakken in het vrije bedrijf hoog en belemmeren de vraag naar bouw vakarbeiders. De verstrekking van bouw- credieten juicht spreker toe. D r. van den Tempel verdedigt den Amstcrdamsclien maatregel. Spr. betwist, dat de schiklersloonen te Amsterdam hoog zijn. Voor 80% bedragen zij 28 per w:eek, waarvan dan nog 55 cent werkloozengeld moet worden afgestaan. Slechts voor de overige 20%, die uitsluitend in den nieuwbouw werken, is het loon wat 'lioogcr. De lieer Kupers (S.D.) bestrijdt liet be toog van den communist De Visser en zegt, dat clc communisten de tewerkgestelden Advertentiën, Keitjes Abonnementen, Adres veranderingen, Berich ten worden aangenomen aan het AMERSFOORTSCH DAGBLAD J. LAMBRECHTS SOESTERWEG 107 DEN GEHEELEN DAG OPEN UW COURANT: 'T DAGBLAD opruien om hen verder aan hun lot over te laten. Do bouwvakken verkeeren inderdaad in een crisistoestand; loonsverlaging kan hier geen oplossing brengen. In liet algemeen dient de werkloozenuit- kcering te worden verhoogd. Tenslotte bepleit spreker een steunrege ling voor jeugdige werkloozcn. Minister Verschuur antwoordt in zijn dupliek, clat in dezen tijd elke sociale maat regel moet worden getoetst aan wat econo misch mogelijk is. V/aar mogelijk wordt om sociale redenen aan loonintensieve werk zaamheden de voorkeur 'gegeven, omdat daarbij de meeste arbeiders kunnen wor den tewerkgesteld. Een verborgen schat gouds is echter voor de Regeering niet aan wezig- Het plan inzake verschaffing van bouw- credieten wordt met spoed uitgewerkt. De werkloozenkassen zullen tot een maximum van 300 pCt. bijslag in staat worden cesteld aan haar reglementaire verplichtingen in 1932 tc voldoen. Spr. ontraadt de aanneming der moties; de eerste motie-Hiemstra is voor hem on aannemelijk. Morgen komen de moties in stemming. De vergadering wordt verdaagd. Onderscheiding. Bij Kon. besluit is verleend dc gouden eeremedaille der Oranje Nassauórde aan A. II. Dullink, voorzitter van dc afdeeling Dordrecht van den Koninklijken Ncder- landschen Bond van Oud-Onderofficieren. Bij Kon. besluit is toegekend de aan de Orde van Oranje-Nassau verbonden eerc •medaille, in brons aan mejuffrouw H. van do Louw. dienstbode bij de familie van den AssenBorsten te Kaatsheuvel. Rijkspostspaarbank. Bij Kon. besluit is: lo. aan mr. J. C. de Beaufort, die krachtens artikel 3 van de Postspaarbank wet met ingang van 1 April 1932 periodiek aftreedt als lid van den Laad van Toezicht op de Rijkspostspaar bank, dank betuigd voor de door hem als zoodanig aan den lande bewezen diensten; 2o. met ingang van 1 April 1932 benoemd lot lid van voornoemden Raad J. M. Te llers, directeur van de Twentsche Bank N.V. tc Amsterdam. Technische Hoogeschcol. Bij Koninklijk besluit is met ingang van 6 September 1932 o\f hun verzoek aan ir. J. C. Dvxhoorn, dr. J. H. Valckenicr Ivips cn ir. W. II. L. Janssen van Raay, allen hoogleeraar aan dc Technische Hooge- school te Delft, eervol ontslag uit deze be trekking verleend met dankbetuiging aan ieder hunner voor de b langrijke in deze functie bewezen diensten. Toezicht spoorwegen. Bij Kon. besluit is de commies bij het Toezicht op dc Spoorwegen A. Schepper, mede belast met de waarneming van de tunctie van opzichter voor dc Spoorwegen. Voogdijraad Dordrecht. Bij Kon. besluit is benoemd tot lid van den Voogdijraad te Dordrecht mevrouw C. F. Koopman, geboren Wesscl, wonendo te Dordrecht. Landmacht. Bij Kon. besluit is benoemd bij het re- servepersoncel der landmacht bij het perso neel van den Geneeskundigen Dienst, tot reserve-officier van gezondheid tweede klasse, de dienstplichtige vaandrig J. M. M. Schmedding, arts; bij het wapen der artillerie, bij den staf van het wapen, tot reserve-tweede-luitenant voor speciale diensten de dienstplichtig soldaat J. van Julsingha, van het regiment wielrijders, zulks met bepaling, dat voor noemde reserve-tweede-luitenant voor spe ciale diensten bestemd is voor den dienst bij de Artillerie-Inrichtingen. Posterijen, telegrafie en telefonie. Bij beschikking van den Directeur-Gene raal der Posterijen, Telegrafie en Telefonie is met ingang van 1 Mei 1932 aangewezen als Directeur van het Post-, Telegraaf- en Telefoonkantoor te Vcnray de adjunct-refe rendaris der Posterijen, Telegrafie en Tele fonie W. J. Pulles te Maastricht (Inspectie). Marinestoomvaartdienst. Bij beschikking van den minister van De fensie is de officier van den Marinestoom- vaartdienst der 2e klasse II. G. van Niel den 11 en Maart 1932 geplaatst aan boord van IIr. Ms. Wachtschip tc Willemsoord cn den lien Maart aan boord Ilr. Ms. Z 2. Alle drie de verdachten tot 13 jaar gevangenisstraf ver oordeeld T i e 1, 3 Maart, De rechtbank alhier deed heden uitspraak in de zaak tegen de drie gebroeders G. J. en Jennu R. wegens moord op den rijksveldwachter L. Tap te Iverk- dncl in den nacht van 31 Dcc. 1931 op 1 Jan. 1932. De rechtbank overwoog in haar vonnis, dat de tenlaste gelegde doodslag niet bewe zen is, maar wel dat do verdachten in den nacht van 31 December 1931 op 1 Jan. 1932 te zamen en in vereeniging opzettelijk den in uniform op den openbaren dijkweg, het „Hintham", surveillcerenden rijksveld wachter L. Tap zwaar lichamelijk letsel hebben toegebracht door hem een 20-tal sneden en steken met scherpe voorwerpen in hoofd, wang en neusvleugels toe tc bren gen, waardoor talrijke bloedvaten zijn ver wond. door welke verwondingen bloed in de hoogere luchtwegen cn in de longen is gedrongen, waardoor de dood is veroor zaakt. De kwalificatie in het vonnis luidt: Zware mishandeling den dood tengevolge hebbende van een ambtenaar in functie. (Artikelen 17, 302 en 301 wetboek van Straf recht.) De rechtbank kan geen verzachtende om standigheden voor deze verdichtsn vinden, zoodat' ieder hunner mede in verband met den grooten ernst van het feit en met de even weerzinwekkende wijze waarop zij dezen rijksveldwachter letterlijk hebben af geslacht, het grootste aantal jaren gevan genisstraf moet worden opgelegd, dat dc wet in casu toelaat. De rechtbank veroordeelde ieder hunner tot een gevangenisstraf van 13 jaar. De beide oudste verdachten toonden zich uiterlijk kalm. Jenna R. trilde cn beefde als een riet, zij had moeite om zich goed te houden. Er bestond voor deze uitspraak groote be langstelling. Een journalist van den ouden stempel 's Graven h age, 3 Maart. In bijna 85- jarigen ouderdom is gisteravond laat te Scheveningcn overleden mr. S. M. Vas Dins. De thans ontslapene was journalist van den ouden stempel. Geboren 23 Maart 1S17 te 's Gravenhage als zoon van een journa list, werd hij aanvankelijk voor de rechts kundige studie bestemd, doch na tc Leider» zijn doctoraal examen in dc rechtsweten schap te hebben volbracht, ging hij al spoe dig in de journalistiek. Bij de oprichting van do Haagsche Courant, in het voorjaar van 1883, werd hij hoofdredacteur van dat blad, waaraan hij gedurende een aantal jaren verbond bleef. Daarna ging hij over naar de redactie van het toenmalige Dag blad voor Zuid Holland en 's Gravenhage, waarvan hij na het overlijden van ion hoofdredacteur, den heer Visser, do redac- tionecle leiding in handen kreeg, een functie, welke hij jarenlang bleef vervullen. Vervolgens was hij. tot de opheffing mede werker voor Scheveningcn van laatstge noemd blad en mederedacteur van de Cour- rier de Scheveningue. De belangen van de badplaats gingen hem wel zeer ter harte, hetgeen vooral ook door zijn vertrouwens positie bij de Mij. Zeebad Scheveningen en de Exploitatie-maatschappij Scheveningcn, gedurende tientallen van jaren, tot zijn dood toe, is gebleven. In deze kwaliteiten heeft de lieer Vas Dias veel gedaan om den goeden naam van de badplaats ook in het buiten land te verbreiden. Voorts maakte hij lan gen tijd deel uit van het bestuur der Ver- eeniging Schevcningens Belang. Do teraardebestelling van het stoffelijk overschot zal morgen, Vrijdag, geschieden op de Algemeene Begraafplaats aan do Kerkhoflaan; de stoet vertrekt tc twee uur van het sterfhuis aan de Leuvcnsche- straat 9. DE NOOD DER BINNENSCHIPFERIJ. De heer Duymaer van Twist dringt op maatregelen aan.. Het lid cler Tweede Kamer, de heer Duy maer van Twist, heeft den minister van arbeid, handel cn nijverheid gevraagd: Kan de minister ïneclcdeelen, of het overleg viln de gezamenlijke ministers, dat toegezegd is in de vergadering van dc Tweede Kamer van 8 December 1931, met betrekking tot het treffen van maatrege len ter voorziening in den noodtoestand, waarin de binncnschippcrij verkeert, reeds heeft plaats gehad? Zoo dit overleg heeft plaats gehad, wil de minister dan mededeelen, welke maat regelen zullen worden getroffen ter za ke van: a. het ter beschikking stellen van een renteloos voorschot, ten einde daarmede den schippers, die ten gevolge van de slechte bedrijfsuitkomsten in financieele moeilijkheden verkeeren, liet voortzetten van het bedrijf mogelijk te maken; b. de verlaging van scheepvaartrechten; c. de bevrachting op de beurzen; d. de bevordering van beurt bevrachting in overleg van handel met scheepvaart; c. de invoering van het uniforme charter? Zoo nog andere maatregelen zijn geno men of zullen worden genomen als be doeld in vraag 2, welke zijn dan die maat regelen? Is de minister bereid onverwijld een rijkssteunregeling voor de binnenschippers in het leven te roepen, anders dan door de tewerkstelling in de werkverschaffing, ge durende den lijd dat deze schippers werk loos zijn? Indien wij zelf geen gebreken hadden, zouden wij er niet zooveel genoegen in scheppen ze bij anderen op te merken. Naar het Engelsch van Morice Gerard door Emma A. H. 56 Lucille stond op; smeekend stak zij de handen uit: U kunt hem redden, Uw genade, u alleen! O, herinnert u zich niet meer, hoe vriendelijk u was, toen u bij mijn vader aan huis kwam; ik was toen een kind, nu hen ik een getrouwde vrouw en heb kin deren; ik hadmijn echtgenoot Ontroering belette haar verder te spreken; met de grootste moeite moest zij het snik ken bedwingen. De hertog scheen zich tot het uiterste in te spannen, om door den nevel heen tc dringen, die er over zijn geest hing ver spreid en om tot dc herinneringen te ge raken die zij bij hem wekken wilde. Ein delijk zei hij: Wat is er van uw verlangen; wat kan ik voor u doen? O, Uw genade! U kunt mijn echtge noot redden. U heeft grootcr invloed op zijn majesteit, dan Roberts vijand. O, schrijft u één regel aan den koning, om hem te vragen, het leven van mijn echt genoot te sparen, hem de vrijheid te schen ken. De inspanning scheen tc veel tc zijn voor de zwakke vermogens van den her tog; dc blos, die gedurende de laatste paar minuten zijn wangen had getint, ging nu weer over in een doodclijke bleek heid. Er kwam iemand het vertrek bmnen; een slanke man, met een lange krulpruik. trad naderbij, likte Mistress Darcy op dun schouder cn zei: U moet onmiddellijk gaan, Madam; ik sta niet in voor het leven van mijn p« tiènt, tenzij hij volstrekt met rust gelaten wordt. Lucille keek naar den hertog; hij was totaal bewusteloos. Zij wendde zich af, met ccn blik op het gelaat, die door allen, die haar zagen, nooit vergeten zou .worden. HOOFDSTUK X. Een welkom bezoek. Miss Darcy wist maar weinig van haar reis terug naar haar huis is Kingston, na dat bewuste onderhoud. Dr. Fletcher zorg de voor haar of zij een kind was. Zc werd vergezeld door twee bedienden, waarvan de een Longstaffe was; laatstgenoemde had zich veel voorgesteld van dit bezoek bij den hertog, dien hij zich nog voorstel dc, zooals die was geweest in zijn dagen van grootheid, en niet willende of kun nende inzien, de verandering, die was In getreden. Vandaar dat zijn teleurstelling des te grooter was toon zijn incesteresse en dc predikant uit liet huis van den hertog kwamen met een blik, die veelzeggend was Het zou nu nog maar één week duren eer het vonnis voltrokken zou worden Den ochtend daarop kwam dr. Fletcher Lucille tegen, op de trap, toen zij pas uit haar eigen kamer naar beneden ging. Madam, zei hij, wij moeten naar de hoofdbron van gerechtigheid gaan. naar Zijn Majesteit zeiven; bij den hertog van Albemarle zijn we niet geslaagd, misschien dat we bij den koning gelukkiger zullen zijn. De hoofdbron van gerechtigheid? riep Lucille zich herinnerend wat haar echt genoot had gedacht van den derden man in dien noodlottigun twist. Maar hoe nu, als de hoofdbron zelve besmet is? De hemel beware! riep dr. Fletcher, laten wij dit niet geloovcn, miss Darcy, zonder bewijs. Maar, helaas, het bewijs van het ko ninklijk vooroordeel trad dadelijk in het licht. Er werden pogingen in het werk ge steld door lord Darcy cn anderen, hoog in rang, familie of vrienden van de Dar cy's, cm een onderhoud met Zijn Majc steit te verkrijgen, maar zonder succes; dc koning weigerde zoowel om mis Darcy als om haar zwager te ontvangen. Om dezen tijrl ging dc koning uit Lon den weg en begaf zich naar zijn verblijf in Hampton Court; cr werd gezegd dat hij ongesteld was, maar miss Darcy wist uit goede bron, dat die „ongesteldheid" meer van geestelijken dan van lichamelij ken aard was. Alle toegang tot den ko ning was versperd door de vijanden van Robert Darcy, op aanstoken van één man cn door de bloedverwanten van den ver slagen edelman. Naarmate de dagen verliepen cn .lo noodlottige dag al dichter bij kwam, voel de Lucille zich steeds meer bezwaard. Ze at, noch sliep; zo moest haar ledematen met moeite voortsleepen. Robert Darcy ook, dien zijn vrouw iederen 4ao mocht opzoeken, maar steeds niet alleen, had al le hoop verloren. Hij was zeer mager ge worden, liep gebogen; zijn gelaat was diep gegroefd van zorgen. Een schaduw rustte zelfs op dc hoofden van hun kinderen; de kleinen schenen geen lust te hebben om te spelen, ofschoon hun niets opzette lijk was verteld van het lot, dat hun vader bedreigde. Op een dag zat Lucille in haar boudoir, met het hoofd in de handen, toen er aan dc deur geklopt werd, cn eer zij nog iels kon zeggen of haar gedachten verzamelen kon, werd er een vreemde dame binnen gelaten. Lucille was te verrast en te zeer verslagen naar den geest, om op tc staan. In dc grootste verbazing staarde zij, met wijd-open oogen, naar dc bezoekster. Hoe zeer in beslag genomen ook door andere dingen, voelde zij zich toch getroffen door clc buitengewone schoonheid van de dame, die op haar toetrad en haar dc hand op den schouder legde; lang cn van een slan ke gestalte, eenvoudig maar zeer eiegant gekleed, had zij voor de gelegenheid alle sieraden afgelegd, die vrouwen van Imo gen stand in dat tijdvak dan al bijzonder veel droegen. Madam, zei ze, ik ken uw leed cn ik ben hier gekomen om u hulp tc bieden. Lucille's lip trilde. Ik vrees, antwoordde zij, dat ik niet te helpen ben. Toch was er iets in de hou ding van de bezoekster, dat haar sterk aantrok. Het is heel vriendelijk van u. We zijn beiden vrouw; daarom is het onze plicht elkaar bij te staan cn met dit doel ben ik dan ook gekomen. Op welke wijze zoudt u mij willen helpen? Ik kan u toelaten tot Zijn Majesteit. Dan is u inderdaad een vriendin' riep Lucille, haar hand vattend; tegelij kertijd keek zij haar nauwlettend aan en vroeg zich andermaal, vol verwondering af, wie die schoone vrouw toch wezen kon en hoe zij haar geschiedenis te weten ge komen was. Ik ken u niet, ging zij voort. Iets als een glimlach vloog over het ge laat van het jonge meisje, waardoor twee rijen parelwitte tanden te voorschijn kwa men. Ik ben Francis Stuart, stelde zij zich voor. Maar miss Darcy zei dit niets daar zij ccn leven van afzondering had geleid en al heel weinig hoorde van het Hof en van de schoone dames, die daar invloed had den. Francis Stuart, later hertogin van Rich mond, bekleedde in dien tijd een eenige posiue; ze werd door allen gezocht, was bij den koning geliefd en toch geëerbie digd, terwijl zij zich in de paleizen be woog, met een kalrne waardigheid en cor rectheid, die haar een macht verleenden, grooter dan die van iedei ander. U is den laalstcn lijd niet veel ten paleize gekomen? Ik ben er nooit geweest. Miss Stuart glimlachte; die opmerking zei meer, dan er mee bedoeld was. Wij zijn niet allen verdorven zei ze. En, geloof mij, de koning heeft zijn goede zijde voor hen, die zich daartoe toegang weten tc verschaffen. (Wordt vervolgd^,

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 5