'AMERSF0Ö1TSCH DAGBLAD"
GOETHE'S GEBOORTEHUIS
Zaterdag 12 Maart 1932
«DE EEI1IANDEET
30e Jaargang No. 213
WEGENAANLEG EN
BRUGGENBOUW
Frankfurt am Main, de schoone, oude patriciërsstadde
'geboorteplaats van den onsterfelijken dichter Goethe,
viert het Goethe jaar 1932 met een groot aantal feestelijk
heden, die haar hoogte?, tevens eindpunt zullen bereiken
op den 28sten Augustus, den geboortedag van den dichter.
Een muisje zal vermoedelijk juist tus-
schen buisdeur en drempel naar binnen
kunnen sluipen, wanneer het er, evanals
wij, naar verlangt, liet oude, eerwaardige
huis No. 23 aan den Grossen Hirschgrabcn
te Frankfurt am Main te bezoeken. Zóóveel
Jaarzen hebben den harden, zandsteenen
drempel wel afgesleten, sinds „Herr Rath"
hem anno 1756 liet leggen. 01 was het reeds
in 1755'? Langer dan een jaar duurde de
verbouwing, waardoor de toen 45-jarige
Goethe Sr. twee oude huizen tot één
het tegenwoordige GoetheLuis in Frankfurt
vereenigde. Een jaar tevoren m 1754
was zijn moeder, Frau Cornelia, gestorven.
Zij had haar laatste levensjaren gesleten,
bij haar zoon inwonend, in bet grootste
(zuidelijkste) van de beide huizen. Deze,
„wirklich kavserlicher Rath Dr. juris"
Johann Caspar Goethe, zoon van een hand
werksman was een vlijtig en braaf man,
wien de arbeid een levensbehoefte was.
Deze drang tot bezigheid was het, die hem
ertoe bracht, onmiddellijk na den dood van
zijn moeder tot de verbouwing der beide
oudé huizen over te gaan, en hij was daar
bij, zooals zijn zoon Johann Wolfgang in
„Öicbtung und Wahrheit" aanschouwelijk
schildert, zijn eigen bouwmeester.
Frankfurt am Main.
Oude Markt met den Dom.
Laat ons in onze verbeelding kort na
1760 als muisjes het nieuwe huis binnen
sluipen. We kunnen nu nog niet over den
uitgesleten drempel glippen, want die is
nog zuiver haaksch. De weg door het kel
dergat is gemakkelijker. Dat is toch werke
lijk een prachtkelder! Reeds vóór de ver
bouwing bestond bij met zijn hoogo gewel
ven, een uitstekend fundament voor een
patriciërshuis. Vele vaten liggen daarin
naast elkaar, ware reuzenvaten! Met krijt
is het jaartal van het gewas erop geschre
ven: 1706, 1716, 1720 enz. Bijna beneemt de
sterke reuk van den wijn ons muisjes den
adem. Daarom vlug de achterste kelder
trap op! Ja, hier in het nieuwe trappenhuis
is het helder eri aangenaam. Al gauw moet
nu de duisternis invallen. Dus rechtuit naar
de provisiekamer, die vlak tegenover de
trap ligt. Zóó'n provisiekamer is de moeite
waard! „Frau Rath" schijnt, ondanks haar
jeugdigen leeftijd, een goede huisvrouw te
zijn. Worsten en hammen zien wij hangen,
ook drie echte Frankfurter zwoordrollen.
Verder staan er koude pannenkoeken, een
aangesneden leverpastei, wafels, taart
Vlug door het achterraam de binnen
plaats op, langs de fraaie pomp, en door
het keukenvenster weer naar binnen! In de
keuken staat een tweede pomp, dicht bij
het raam, zoodat de keukenmeid zelfs in
de keuken vcrsch water kan pompen. Stil,
daar komt ze. Vlug ergens achter wegge
kropen! De keukenmeid rakelt op den open
haard onder den grootcn schoorsteen de
asch bijeen, steekt nog snel met een fidi-
bus een kaars aan, schuift de asch tegen
den gietijzeren haardwand en bedekt ze
met een geelkoperen deksel. Weldra zal
nu de nachtwacht zingen: „Verwahrt das
Fcuer- und das Licht". Eindelijk gaat de
meid heen en neemt een groot presenteer
blad met allerlei lekkere dingen mede. Een
luchter met kaars plaatst zij daarneven.
Nu is het bijna geheel donker in de keu
ken. Alleen op de vele koperen ketels en
bet verdere keukengerei glanst nog hier en
daar een glimlichtje. In deze keuken zal er
wel niet veel kopergroen op komen. In de
naastgelegen „blauwe eetkamer" gaat het
vroolijker toe. De deur naar de gang staat
op een kier. Even naar binnen! Om de
ronde tafel is het gezin geschaard. Twee
kaarsen branden; het glaswerk fonkelt in
haar schijn, en op het tin der borden en
schotck ligt een matte glans. Men nuttigt
den avondmaaltijd. De jonge Goethe heeft
het tafelgebed opgezegd, moeder, vader en
zuster herhaalden den laatsten regel. liet
eten schijnt hun te smaken. De kinderen
spreken hun ouders met „Sie" aan, zeggen
echter maar weinig. De vader heeft het over
Napels, waar hij geweest is. Daar eet men
de lange spaghetti met de handen, zindelijk
heid is er over 't geheel genomen geen
deugd van do bevolkihg, en de tijd wordt
er grootendeels met nietsdoen doorgebracht.
Ook in Frankfurt vindt men wel zulke
dagdieven. Gelukkig begint men thans ook
in deze stad de waarde van de Pruisische
'zuinigheid in te zien.
Wij sluipen de eetkamer uif, de trap op!
Op de breede gang, die de afmetingen van
een kleine zaal heeft, is de atmosfeer meer
voornaam dan gezellig. Ja, deftig is het
hier wel. Alle deuren ziju dicht. Alleen de
deur, waardoor de kachel in den 6alon
vanuit de gang gestookt wordt, staat open.
Door een kleine spleet naast de kachel
kunnen een paar muisjes wel hcenglippèn.
Hoe fijn is liet beschilderde porselein! Mat
glinstert het in het licht van de olielan
taarn boven de straat. Alles glanst en
glimt: spiegels en lichtkronen, de gepoli
toerde tafels en kasten, de olieverfschilde
rijen en de gouden lijsten. Maar voor een
muis ruikt het hier niet zoo aangenaam:
kamfer en boenwas! Wellicht ook nog wat
snuiftabak en een zweem van parfum.
Daarom terug naar de gang. Wat klinkt
daar uit den anderen hoek'? Een verlichte
spleet een deur staat op oen kier. Ha,
dat is de muziekkamer. Wat een merkwaar
dig, giraffe-achtig instrument is het, waar
aan „Frau Rath" zit piano te spelen. Het
klinkt fijn, maar toch krachtig. „Frau Rath"
speelt rnet uitdrukking. Nu begint ze te zin
gen:
Frankfurt am Main.
GoetheliuiSj
„Zu Phyllis in dem Ilaine,
„Schlich der galante Schëfer sicli..."
Daar hangt ook een portret van een her
der en een herderin, die merkwaardig veel
op „Herr Rath" en de zangeres vóór het
klavier gelijken, ook de knaap en het meisje
daarachter vertoonen buitengewone gelijke
nis met Wolfgang en Cornelia. „Herr Ratli"
als herder! Om te knabbelen is hier niet
veel meer dan droge muziek. Dus verder de
trap op, langs de gesmeed ijzeren leuning.
Het tocht hier flink. „Herr Rath" staat voor
hot open venster van de voorzaal en kijkt
door een verrekijker naar den nachtelijken
hemel. Zijn gewapend oog reikt over tui
nen en torens tot aan den Taunus, waar
het geschitter van enkele lichtjes te ont
waren is. Vermoedelijk van Cronbcrg of
Homburg, waar de kastanjes vandaan ko
men, die beneden in de provisiekast ston
den. Nu schuift „Herr Rath" den verrekij
ker in elkaar, gaat, in zichzelf brommend,
naar zijn studeervertrek, dat naast de voor
zaal gelegen is, en zet zich daar aan het
kleine hoekvenster: „Wolfgang is na het
eten nog even naar buiten gegaan; ik wil
toch eens zien, wanneer hij thuis"komt".
„Herr Rath' lijkt hier. zoo tusschen al
zijn boeken, globes en kaarten, een echte
boekenwurm. Aan de overzijde van de gang,
naast de „schilderijenkamer", wordt één
deur gesloten. „Frau Rath" is naar boven
gekomen, om in haar kamer nog oen briefje
te schrijven. Wat een elegante schrijftafel,
ingelegd en gepolitoerd! liet moet een lust
zijn, daaraan brieven te schrijven! De pen
vliegt over het papier, nu nóg een laatste
haal, zegellak, adicsFrau Rath" schelt.
Het kamermeisje komt. „Och, lieve kind,
breng dit briefje eens vlug naar Frau
Bethmann in "den Basler llof! De allerhar
telijkste groeten van „Frau Rath", en mor
gen zal ze gaarne op het léeskransje komen.
Zeg maar, dat ze den „Mossias" van Klop-
Frankfurt am Main.
v Rothschildhuis.
stock medebrengt. Heb je ook de bedde-
pan in het bed van Mijnheer gelegd? Je
wéét, hoe gevoelig hij juist in den voor-
winter is. Trek vooral de bedgordijnen
goed dicht." Het meisje gaat de slaap
kamer ernaast binnen. Ecnigszins nauw is
liet hier voor twee inerischen. Het grootc
bed neomt bijna de geheele ruimte in. Zorg
vuldig stopt ze de blauwgeruite bedgordij
nen onder de kussens en wipt nog gauw
een trap hooger, om een blik te, werpen in
de slaapkamers der kinderen op de derde
verdieping. Cornelia, bijna reeds een jonge
dame, woont heel keurig in een groote dak
kamer boven het muziekvertrek. Haar meu
bels zijn nogal zwaar. Het zijn de barok-
meubelen van haar overleden grootmoe
der, welke de zuinige vader voor de boven
ste verdieping bestemde. "Maar zindelijk en
opgeruimd is het ook hier! Alleen de boe
ken van de jonge dame slingeren wat slor
dig rond.
Stampende sprongen op de trap tel
kens drie treden tegelijk en de deur van
Cornelia's kamer wordt wild opengerukt.
„Cornelia, Cornelia, waar zit je toch! Ik
heb door het hcele huis naar je loopen zoe
ken." „Ik ben hier op jouw kamer. Wolf
gang!" klinkt het terug, „ik heb het oude
marionettentheater met het oog op Kerst
mis maar weer eens voor den dag gehaald!"
De knaap heeft nu plotseling geen haast
meer. Het marionettentheater„Hoelang
hebben wij daarmee niet gespeeld", flitst het
Wolfgang door het brein. „Ik moest er
eens. wat nieuws voor dichten. Een toover-
stuk, Doctor Faustus, of een ridderstuk,
Gotz met de ijzeren hand!" In gedachten
stapt hij over het donkere portaal, een kan
delaar in de hand. Over het heldere jon
gensgelaat ligt een wonderbaarlijke glans
uitgespreid. „Ja, Doctor Faust, of Götz,
ofCornelia doet de deur voor hem
open. „Struikel niet over het rustbed, ik
heb het bijna tot vóór de deur geschoven
om het marionettentheater te kunnen op
houwen". Met de hoofden dicht bijeen knie
len broer en zuster achter de coulissen van
het miniatuurtooneel, met de poppen in de
handen. „Zeg, dat was David, en dat Ben
jamin! Het taf is toch leelijk geworden. We
moeten nieuwe klecrcn voor hen maken",
zegt Cornelia. „Neen," antwoordt de knaap,
„we moeten niéuwe stukken s c h r ij-
v en!"
Het muisje is reeds lange jaren dood, ook
„der Ilerr kayserliche Rath" en „Frau
Rath", ook Cornelia, en thans sedert hon
derd jaar eveneens Johann Wolfgang, de
onsterfelijke dichter, die zijn zuster een
halve eeuw overleefde. Maar het huis aan
den Grossen Hirschgraben 23 staat er nog
precies zoo, als 160 jaar geleden. Vele din
gen zijn erin op hun plaats gebleven: de
Werkkamer van den jongen Goethe in het Gocthc-huis.
klokken en de schilderijen, de boeken en
de spiegels, de lantaarn met de twee kaar
sen en de waterketel, het marionettenthea
ter en de pompen. De wijnvaten zijn ech
ter verdwenen, als wilden ze niet het ge
moed bezwaren van de Amerikanen, die
thans over den Atlantischen Oceaan komen,
om Goethe's geboortehuis in Frankfurt te
bezoeken. In het jaar 1932 zal men naast
dit huis, in twee oude naburige huizen,
bet nieuwe G o e t b e-m u s e u m openen.
Het huis „zum grünen Laub" en het hoek
huis tegenover het „Salzhaus" zijn het, die
het nieuwe museum zullen herbergen, dat
geheel aan het groote dichtergenie en zijn
tijd gewijd zal zijn.
Nog heeft de directeur van dit Goethe-
muscum moeilijke oogenblikken, vooral ge
durende den nacht, wanneer aan zijn sla-
pelooze oogen de getallen voorbijtrekken,
die dit werk zal kosten. Ook de burge
meester van de eens zoo rijke handelsstad
Frankfurt kan hem niet helpen. Hem plaagt
de zorg voor 80.000 wcrkloozc gezinnen in
zijn stad, wier belangen op het oogenblik
zwaarder moeten wegen, dan de feestelijk
heden voor Frankfurt's grootsten zoon.
Daarom vraagt men over geheel do wereld
om giften voor het nieuwo Goethemuseum.
Voor elke Mark, voor eiken gulden, die in
dezen malaisetijd aan hot Goethe haus
aan den Grossen Hirschgraben
in Frankfurt am Main gezonden
wordt, is men dankbaar. Is zulk een bedea
om geld dit huis niet onwaardig? Geenszins;
Uit dit huis vloeide en vloeit nog steeds
een stroom van balsem, als geen tweede
sterfelijk mcnsch zijn stcrfelijkcn zusters en
broeders hooft vermogen te geven: Goethe's
onvergankelijke dichtwerken. De millioenen
van Carnegie zijn ontoereikend, om den
dank, dien de wereld aan dit huis ver
schuldigd is, in geld uit te drukken.
FRIED LüBBECKE.
De voor: en nadeelen van beton:
asphalt: en klinkerwegen
Verbinding met het Zuiden
Aan dc Memorie van Antwoord aan de
Eerste Kamer over liet wetsontwerp tot
vaststelling van dc begrooting van het We
genfonds voor 1932 wordt ontleend:
Dat de aandacht van den Minister mede
gevestigd is op afsnijding van lastige en
gevaarlijke bochten en op verleggen van
wegen buiten dc bebouwde kommen, moge
blijken uit de verschillende plaatselijke
verbeteringen, welke tijdens dc eerste vijf
jarige periode zijn tot stand gebracht.
Op" enkele der eenige jaren geleden aan
gelegde asfaltwegen heeft bij het begin van
een regenbui gevaar voor slippen bestaan
en op sómmige plaatsen bestaat dit gevaar
nog. Voor bestrijding door stroef maken
van het oppervlak zijn de noodige maat
regelen genomen cn bij de nieuwere asfalt
wegen is dc kans op slippen veel geringer.
Door het gebruik van klinkers wordt in
derdaad een wegdek verkregen, dat behal
ve bij ijzel, wanneer het bij asfalt niet on
belangrijk achterstaat, de noodige stroef
heid biedt, waarbij echter niet uit het oog
mag worden verloren, dat ook bij den aan
leg van biturriineusc cn betondekken Neder
landsche belangen betrokken zijn.
Een verharding van vlamovenklinkers op
fundeering zal, naar de Minister verwacht,
een goed wegdek geven; enkele daarmede
genomen proeven hebben een voldoend re
sultaat opgeleverd, dat dan ook aanleiding
geeft om daarmede door te gaan.
Voegvulling zal bij de Rijkswegen, zij het
voorloopig, als proef worden toegepast,
waarbij dc Minister intusschen opmerkt,
dat hem de stofplaag op klinkers met vop
gen, die slechts met zand zijn gevuld, niet
van belang voorkomt.
Bedekking van klinkers met asfalt heeft
tot nu toe geen bijzonder gunstige resul
taten opgeleverd; te vrcezen is, dat door
afdoende bedekking de stroefheid zou ver
loren gaan Niet overal zullen in plaats van
keien klinkers kunnen worden genomen;
de aard van het verkeer b.v. in streken,
waar nog zwaar landbouwverkeer met paar
detractic voorkomt, laat dit niet toe.
Inderdaad zijn de klinkerprijzen in de
laatste jaren nog slechts weinig gedaald.
De Minister is met de leveranciers van
straatklinkers in onderhandeling om tot
prijsverlaging te komen; mocht daarover
geen overeenstemming worden verkregen,
clan zal het gebruik van klinkers moeten
worden beperkt.
De bouw van de bruggen over de groote
rivieren zal worden uitgevoerd in zoo snel
tempo als de voorbereiding der werkzaam
heden en de beschikbare gelden mogelijk
toelaten.
Ten aanzien van de vraag, waarom geen
hangbruggen bij Arnhem en Nijmegen wer
den ontworpen, moet allereerst worden op
gemerkt, dat de kosten die van boogbrug
gen verre zouden overtreffen. Ook staan
hangbruggen uit technisch oogpunt achter
bij boogbruggen, voornamelijk door hare
slapheid.
Aan den aanleg van den verbindingsweg
van Rotterdam naar Noord-Brabant over de
brug bij Burendrecht is bet bezwaar ver
bonden, dat bij dezo plaats de weg zou
moeten gaan over een vaarweg voor zee
schepen en dat lange openingstijden van de
brug zouden moeten worden gevreesd.
Reeds um deze reden kan deze richting
moeilijk in aanmerking komen.
Voorts zou dc weg van Barcndrocht naar
het Zuiden moeten loopen over Willem-
slad. Dat dit geen aanbeveling zou verdie
pen, heeft de Minister reeds conige malen
uitvoerig uiteengezet.
Van het feit, dat beperking van lintbe
bouwing wettelijke regeling behoeft, is de
Minister geheel overtuigd. Het gevraagde
advies van dc Staatscommissie voor de Wa
terstaatswetgeving mocht hij dezer dagen
ontvangen* Do Minister zal niet nMaten
hot spoedig tot stand komen van zoodanige
regeling, voor zoover dit van hem zal af
hangen, te bevorderen.
Bestemming van de snelverkeersbaan uit
sluitend voor autoverkeer is geschied bij
den weg van Rijswijk naar Delft; hel is dc
bedoeling dat voorbeeld bij verschillende
andere nieuw aan te leggen wegen te vol
gen; vele hoofdbancn zijn reeds voor rij-
wielverkeer gesloten. De aanwezige verka
velingen worden zooveel dit met de ver-
keersbelangcn vereenigbaar is gevolgd bij
de ontwerpen voor verschillende nieuwe we
gen, o.a, voor het vak van Gouda langs
Woerden naar Utrecht, don nieuwen weg op
IJsselmonde, het grootste deel van den
weg door den Haarlemmermeorpolder.
Viaducten werden nog niet gemaakt,
maar zijn in overweging voor verschillende
toeritten van groote bruggen cn bij een vak
van den weg no. 3 benoorden Bodegraven.
Aan verbetering van de verbinding van
Amsterdam met het Oosten des lands wordt
met voortvarendheid gewerkt. De overgang
van dezen weg over het Merwedekanaal zal
vermoedelijk half 1933 gereed zijn.
Dc Minister is er van overtuigd, dat ver
betering van den Rijksweg no. 58, gedeelte
KortevcnRilland noodzakelijk is en inzon
derheid, dat de toestand bij den spoorweg
overgang verbetering behoeft. Hij is dan
ook bereid te bevorderen, dat deze verbete
ring zal worden uitgevoerd, zoodra de noo
dige gelden beschikbaar kunnen worden ge
steld. Naar aanleiding van de in het Voor
loopig Verslag gestcldo vraag doet hij nog
nagaan, of het mogelijk is en aanbeveling
verdient de verbotering van den spoorweg
overgang bij Woensdrocht afzonderlijk en
afgescheiden van de verdere verbetering
van den weg ter hand te nemen.
FLESSCHENTREEEERIJ DOOR EEN
DIENSTBODE.
Amsterdam, 11 Maart. Voor de recht
bank had zich een Hilversumsche dienst
bod'1 te verantwoorden, verdacht van op
lichting, subs, flesschentrekkerij. Zij maak
te er een gewoonte van bij een groot aantal
Hilversumsche winkeliers goederen van
zeer verschillenden aard te bestellen en te
„koopen" zonder echter te betalen.
De Officier van Justitie achtte de ten-
laste gelegde oplichting niet bewezen, doch
hij eischte wegens flesschentrekkerij een
gevangenisstraf van vijf maanden met af
trek van den tijd in voorarrest doorgebracht
Dc rechtbank veroordeelde haar heden
wegens flesschentrekkerij tot vijf maanden
gevangenisstraf met aftrek van drie maan
den maanden voorarrest.