Afdruk uitsluitend voor gcabo'nnccrdcn. Plaatsing sluit accoordbcvinding met de leveringsvoorwaarden in. Alle rechten Vercenigde Pcrsbureaux.
„BLONDJES GENÏETEN DE
1 VOORKEUR".
EEN STOFJE VERTELT.
Vorig jaar moesten alle vrouwen
bruin zijn en schroomden er niet voor,
zich zelfs de haren in de modetint te
laten verven, nu is het parool blond.
Geen rood- of goudblond, maar een
heele lichte blonde tint. De blonde
vrouwen treffen het dus wel, maar
voor de mondaine donkere vrouw is
dit min of meer lastig, daar de ge
laatskleur ook meestal in overeen
stemming is met het haar. Toch willen
wij er tegen waarschuwen om donker
Haar niet te bederven door het met
een sterke waterstofsuperoxvde op
lossing te gaan behandelen, daar dit
niet anders dan teleurstellend kan
werken. Niet allen wordt het haar dof
van kleur, maar het krijgt vaak twee
kleuren, doordat het nieuwe haar, dal
bügroeit toch altijd weer donker is
Wil men er toch absoluut toe over
gaan, dan late men het vakkundig be
handelen.
waarvan de voorpanden over elkaar
slaan, om de overslag precies te be
palen moet men de midden voorlijnen
op elkaar plaatsen, welke op het
patroon zijn aangegeven.
Midden achter moet men tegen de
vouw van de stof leggen. Daarna de
zijnaden en schouders aan elkaar
maken. Om de buste-plooitjes zuiver
te krijgen moet men ze af teekenen
of af rijgen.
MODESNUFJES.
Sierspelden.
Nu de blouses weer gedragen wor
den, ziet men als sluiting ook de sier
speld weer dragen, liefst in driehoek-
vorm. Handige fabrikanten hebben
deze speld bovendien als geluksspeb
gelanceerd en.... daar er helaas nog
heel wat bijgeloovigen zijn, behoeft
men niet te twijfelen of deze sierspeld
zal er „inslaan".
Hel bestellen van patronen.
Zeer geëigend voor meisjes van 8,
10 en 12 jaar.
FLUWEEL DE GELIEFKOOSDE A.S.
ZOMERSTOF.
Voor manteltjes op strandpyama's.
Vele dames meenen, dat fluweel
slechts in den winter gedragen kan
worden, hetgeen vroeger inderdaad
ook het geval was. De mode respec
teert de jaargetijden niet meer, denken
wij slechts aan de reeds in Januari ge
dragen strooien hoeden! Vroeger wer
den alleen zware en stevige stoffen
rokje; de halslijn loopt eenigszins meer
naar links, waar als garneering een
smal strikje komt.
Als garneering gebruiken wij effen
smalle biesjes langs de hals, de uit-
gepunte rok en de onderkant ervan
Geschikt voor meisjes van 8, 10 en
12 jaar.
Lezeressen, die gaarne een in ons
blad afgebeelde japon zelf wenschen
te maken of door de naaister willen
laten vervaardigen, kunnen het hier
voor benoodigde patroon in de malen
4250 het vlugst en billijkst bestellen
door overschrijving van een bedrag van
68 cent op postrekening 191919 ten
name van den „Knippatronendienst"
te 's-Gravenhage.
Aanvragen kunnen ook per postwis
sel worden gezonden aan de Redac
trice van den „Knippatronendienst",
Muzenstraat 5B te '-Gravenhage.
Patronen in de maten 40 en 52 en van
afwijkende speciaal opgegeven malen
kosten evenals de patronen van
mantels en manteljaponnen 88 cent.
Wij verzoeken onze lezeressen
vriendelijk vooral niet te vergeten om
de maat van het gewenschte model
tegelijk met het nummer op het giro-
of postwisselstrookje te vermelden.
TWEE MANTELJAPONNEN.
Links zien we een mantelpak
voor de mooie voorjaarsdagen
van bruin wollen stof met een
de slof leggen en het daarna overtrek
ken. Met wol of waschzijde kan men
heel aardige effecten bereiken, b.v. in
de volgende kleuren. Het molentje:
bruin met zwarte wieken; de boomen
en strepen op den grond: groen; de
gans geel; het jongenspakje kan men
natuurlijk allerlei kleuren geven: b.v.
jas blauw, ceintuur bruin, knoopen
geel, lichte kousen, bruine schoenen,
blond of zwart haar. De mand bruin
en het hengsel geel. Een aardig tijdver
drijf voor de kinderen.
shautung blouse, die hoog ge
sloten gedragen kan worden
met een strikdas. In de taille
sluit het manteltje geheel aan;
in de revers, op de zakken en
aan de manchetten zijn knoop
gaten aangebracht, waardoor
kleine reepjes der stof worden
gehaald. De rok is aansluitend
en heeft op kniehoogte een
volant, die van voren een platte
plooi heeft; deze rokmodellen
zijn zeer modern.
Rechts beelden we een japon
van zwart wollen marocain al,
die puntvormig ingezette banen
aan de rok heeft. Deze punten
zien we eveneens bij het heup-
stuk en de taille; moderne
mouw, wijd om de elleboog,
strak om de pols, knoopgar-
neering en recht omgeslagen
kraag van witte zijde.
Geen knippatronen verkrijg-
ib-aar
EEN GOEDE JAPON.
(No. 315).
Deze japon is zeer geschikt om ge
maakt te worden van geruite of
mouseline stof.
De japon bestaat uit taille en rok,
De rok bestaat uit voor- en achter
baan, met ingezette klokstukken. De
voor- en achterbaan moet men tegen
de vouw van de stof leggen.
Als men geruite stof heeft, is het
aardig om de klokstukken schuin op
de stof te leggen. Heeft men zulke
stof niet, dan is het beste om de
potloodlijn die op het patroon staat
op de rechte draad van de stof te
leggen.
Dé mouw bestaat uit twee deelen,
is zeer modern, en wordt op de vol
gende wijze ingezet. De hooge kant
van de mouw is voor, en de naad van
de mouw valt op de plaats, waar op
het patroon „mouw-inzet" staat.
Voor garneering neemt men een
effen tint, die goed bij de japon past
Benoodigd materiaal voor deze
japon: 4 Meter a 100 breed of 5 Meter
a 80 breed; voor garneering 70 c.M
a 100 breed.
EEN AARDIG BORDUURWERKJE.
Hierbij geven we de afbeelding van
een handwerkje, dat onze meisjes veel
genoegen zal doen. Ook de allerjong
sten zullen met eenige hulp wel in staat
zijn dit plaatje op een kussen of een
kleedje te borduren. Het eenvoudigste
is het heele plaatje eerst uit te knip
pen en het dan op een mooie lap te
rijgen. Daarna gewoon op en neer
steken, zooals op het plaatje duidelijk
is te zien. Men kan natuurlijk ook
calqueerpapier tusschen het plaatje en
MEISJESJURK.
(No. 99).
Hier zien wij een meisjesjurk, die
zich zeer goed eigent om uit twee
lapjes stof te maken, die wij toevallig
goedkoop konden koopen of wel van
een oude japon, waar wij dan een lapje
stof voor bovendeel of rok bijkoopen.
Er zijn verschillende mogelijkheden,
b.v. een geruit lijfje met effen pas en
rok of een stof met een moesje, werkje
of klein ruitje, in alle gevallen is het
een dankbaar geheel, dat zeer eenvou
dig te maken is.
De pas en heuplijn zijn beide ge
schulpt, het lijfje is verder glad er.
wordt met een effen ceintuur gedragen,
terwijl de gladde mouw een volant
heeft, die op de hand valt, het rokje is
klokkend.
gedragen in den winter en voor de
zomermaanden werden soepele lichte
en luchtige stofjes bij voorkeur ge
kozen, maar die keuze begint tot het
grijze verleden te behooren.
Men draagt tegenwoordig mooie
stoffen winter en zomer door, en onder
deze stoffen behoort zeker wel in de
eerste plaats het fluweel. Nadat de
groote modehuizen gedurende de win
termaanden veel fluweel verwerkten
voor mantels met bontgarneering,
capes en avondjaponnen, hebben zij
zich thans voorgenomen dit flalteuse
materiaal voor aardige, coquette man
teltjes te gaan gebruiken.
Over luchtige kanten, mouseline,
organdie, voile e.a. toiletjes, worden
korte, fluweelen manteltjes en bolero's
gedragen, eveneens van licht fluweel,
in de tint der japonnen.
Blauwe, roode, gele en groene flu
weelen jakjes zullen ook op de chique
strandpyama gedragen worden.
De dames kunnen zich slechts ver
heugen over deze vooruitzichten, daar
fluweel met zijn fijne warme reflex
zoo mooi kleedt, en in de meeste ge
vallen ook flatteert, mits men de tint
kiest, die bij figuur en gelaat past.
Handschoenen.
Ook handschoenen hebben hun
mode en wisselen met het jaargetijde;
zij moeten steeds in harmonie zijn van
de kleeding die wij dragen, en nu deze
weer zooveel vrouwelijker is, dan
enkele jaren terug, wordt er begrijpe
lijker wijze ook meer zorg aan be
steed. Veel handschoenen met of
zonder kappen worden er gedragen
van peau de suède in de tint der
toiletten; b.v. groen, blauw, zwart, enz.
Vooral zwarte handschoenen heeft men
in jaren niet zóóveel zien dragen als
thans, liefst met wit stiksel of andere
versiering.
Lakleder en zeildoek.
Zeildoek, dat men vroeger slechts
voor huishoudelijke doeleinden be
stemde, wordt tegenwoordig zelfs als
versiering van japonnen aangewend, ja
zelfs mantels hebben er kragen van.
Veel ziet men kragen en manchetten
van wit zeildoek of zooals men het
tegenwoordig mooier noemt „lak
leder"; het spaart het wasschen der
zijden garnituren uit en kan met water
en zeep gereinigd worden.
Onderjurken.
Onder een doorzichtige avondjapon
van zwart zijden voile of crêpe geor
gette staat een rose geborduurde on
derjapon buitengewoon mooi.
AARDIGE MEISJESJURK.
(No. 303).
Aardige meisjesjurk met lang uit
geprint meisjeslijfje, waaraan een klok-
OUDE COURANTEN.
Het is aan te bevelen om oude cou
ranten te bewaren, daar zij voor aller
lei doeleinden gebruikt kunnen wor
den.
Men maakt er b.v. uitstekend vuil
koper en alluminium, evenals kachels,
ja zelfs vensterglazen mee schoon.
DE KNIPPATRONENDIENST.
Geen stoffige lampekappen meer.
Ik ben een stofje en voel mij bijzon
der goed thuis op oude lampen, in groe
ven en, in krulwerk en vouwen van
lampekappen. Daar houd ik het licht
tegen en daar voel ik mij ook vol
komen gerust, want daar jaagt men
mij niet weg met water of vergif. Daar
kan ik mij ongestoord vermenig
vuldigen, want er is plaats ge
noeg voor mij en
mijn kornuiten
Ik leid daar een
heerlijk leventje,
en kan mij onge
stoord vermenig
vuldigen.
Maar ik heb vij
anden. Dweil,
'-i—tLÊJ bstofdoek en be-
zem zijn de ver
schrikkelijkste
die ik ken. Ik
ben ook waterschuw. Op loodrechte
glazen wanden heb ik geen houvast.
Daarom mijd ik deze. Zij passen niet
bij me, want ik ben grauwzwart. Op
witte of helgele oppervlakten zijn mijn
uren geteld, want als men mij daar
ziet, vernietigt men me ook.
De meeste menschen houden niet
van me. Ze zeggen, dat ik schadelijk
voor de gezondheid en ben er ver
schrikkelijk lee-
lijk uitzie. Een
kwestie van
smaak! Daarbij
zijn wij stofjes
toch zoo beschei
den. Wij verbrui
ken hoogstens p
50 van het op
gewekte licht.
Toch zijn er nog
menschen, die van me houden.
Er zijn nog altijd lallooze lampe
kappen, die men terwille van mij,
schijnt te laten hangen. Vooral in
keukens ben ik in mijn element.
Daar sluit ik dikwijls een verbond met
de vetbestanddeeltjes, die bij het eten-
kooken een uitstapje langs de muren
en lampen maken. Het zijn de beste
bondgenooten, die men zich kan den
ken, want heb ik eenmaal met hen
een plaatsje uit-
f gezocht op een
lampenkap, dan
kan geen stof
doek, ja zells
geen water mij
verdrijven.
Maar van mijn
collega's die in
moderne gezin-
nen trachten te
leven, heb ik
sombere verhalen gehoord. De mooie
schoolboekjes gaan verdwijnen. Voora'
in keukens begint zich een glanzend
wit voorwerp in te burgeren, waar wij
stofjes afrollen en ons niet meer kun
nen verzamelen. Ook zien wij daarbij
geen kans licht op te slorpen. Onze
natuurlijke vijanden, de huisvrouwen,
schijnen erg ingenomen te zijn met die
glanzende kap, die zij om het lampje
heen hangen, en die water en stof-
dicht afgesloten kan worden. Ik hooi
ze aan elkaar vertellen hoe goedkoop,
hoe practisch en Hoe zindelijk zoon
ballonnetje in de keuken is.