BIJ HET OVERLIJDEN VAN Dr. DE VISSER Oost^Iedaë Uitgavee ONS NATIONALE GEWETEN Een christelijk dienaar Onze Postvliegers onderweg T0LBEST0RMER VOOR HET HOF UIT DE STAATSCOURANT D0NNIER-WALL-VL1EG- BOOT VERONGELUKT Vier dooden? RADIOPROGRAMMA PERSOVERZICHT „Hij zal een leegte laten, die niet te vullen is" Bij hot overlijden van Dr. J. Th. de Vis ser, ci tee ren \v(j enkele pefsstemmen, zoo els die gisteravond over zijn persoon en over zijn werk opgingen. „Een mcnsch onder de men- schcn". De Nieuwe Rotterdammer (lib.) schrijft: Hij was een mcnsch onder do mensclion, nimmer de man, die zich voelde, die zich cp een voetstuk geplaatst had of geplaatst wist. Ongemeen begaafd, gezegend met een zin voor studie en wetenschap, die in meer dan één standaardwerk op de gelukkigste wijze tot uiting is gekomen, had de Visser nochtans letterlijk niets van den studeer kamer-kluizenaar, die letterreeksen boven menschen verkiest of van den boekenwijs heid verslindenden theoloog, wien elk innig contact met zijn gemeente ontbreekt Oprecht protestant en in zijn gematigde orthodoxie afkeerig van eiken clericalcn dwang was De Visser allerminst een schep per van antithesen. Het was veeleer de synthese, dio hem aantrok. In het klein blijkt dit uit de wijze, waarorp hij allengs den Christelijk-Historischen Kiczersbond door fusie met Lohman's vrije anti-revolu tionairen (1903) en met de Friesche Chris telijk-Historischen (1908; wist te doen uit groeien tot de Christelijk-Historischc Unie. Weliswaar heeft hij, na aanvankelijke aar zeling, een half leven lang samenwerking van de Christelijk-Historischen met de an dere reclitsche partijen bepleit, maar, in te genstelling met Kuyper, waren voor hem coalitie en anthithesc geen onverbrekelijk geheel en in zijn laatste Tweede Kamerpe riode (19251929) heeft hij, tot ontsteltenis van menig enghartiger lid der rechterzijde, ronduit in 's lands vergaderzaal verklaard, dat het hem oprecht zou verheugen, als dc rechterzijde en de liberalen tot samenwer king konden geraken. Hoc breeder dc ge meenschappelijke grondslag was, hoe liever het hem was! „Ons nationale geweten". De hoefijzer-correspondent van het Han delsblad (lib.) uit zich als volgt: Hoe kort is het nog maar geleden dat wij, bij dr. de Visser's 75sten verjaardag (op 8 Febr. j.l.) zijn betcekenis als nationale fi guur hebben doen uitkomen. En toen schreef hij ons o.a.: „Ik wensch inderdaad te zijn, zooals gij mij teekendet, al ben ik mij bewust, helaas nog ver beneden dat ideaal te blijven." Die eenc zin wa9 heel do Visser, de waar lijk ootmoedige Christen, die weet dat hij maar werktuig is in hooger hand en zich als zoodanig gebrekkig voelt maar noch tans niet ophoudt te stroven naar vervul ling van zijn plicht: het dienen van zijn land en van zijn medemcnschcn. Dat diepe besef van den plicht tot dienen bad hij met w'ijlen Lohman gemeen, die ook een waar lijk nederig mensch was en daarom, als De Visser, een waarachtig Christen-staatsman. Eigen tekortkomingen wogen voor beiderf zwaarder dan die van anderen. De omstan digheden echter, en zeker ook wel eenig verschil in temperament, hebben De Visser, meer dan Lohman, meer dan wio ook so dert onze heugenis, gemaakt tot onze na tionale figuur bij uitnemendheid. Al wat er aan nationale eenheid in onze zoo erg gebarsten volksgemeenschap nog levend is, trok zich herhaaldelijk samen in de figuur van dr. J. Th. de Visser en telkens als hij sprak of handelde, sprak uit hem ons na tionale geweten. „Hij zal een leegto laten, die niet te vallen is". In de Telegraaf (noutr.) vraagt Prof R. Casimir aan het einde van een „In m» moriam": Waar zal het machtige woord gevonden worden, dat op do nationale hoogtijden klonk? Waar de man, die voor links en rechts den stempel van nationale nuttig heid op een zaak zet? Waar de mcnsch, die door zijn, met zooveel activiteit en correct hcid gepaard gaande, hartelijkheid harten wist te winnen? Waar do man, die voor zoovelon troost en toeverlaat zal zijn, weg wijzer en raadgever? Hij zal een leegte la ten, die niet te vullen is. Overgevuld zijn tallooze harten met een zeer sterke en dankbare herinnering aan den man. in wiens kleine gestalte een wijze, moedige, liefhebbende ziel heeft gewoond cn die door velen niet als minister en staatsman, niet als de drager van veel eer werd gevoeld, maar als een vaderlijk raads man, als een oud en wijs vriend. Dr. de Visser en de Kans!. Het Vaderland (lib.) spreekt o.m. al dus: Dat de Visser ook zijne ruimheid toonde op het gebied van kunst, moest hem door de zelotische Calvinisten vel zwaar &an gerekend worden. De subsidie door hem voorgesteld voor muziek en tooneel, wer den hem t« mner kwalijk genomen, waar hij door bezoek aan goede muziek- cn tooneeluitvoering persoonlijk getuigde van zijn begrip \an de waarde daarvan voor ons geestelijk leven. Hij zag juist als Chris ten do groote waarde van de aeöthetische ontwikkeling van het individu, omdat wie deze ontbeert geen compleet mensch is, en dit te wezen noemde hij eersten eisch van het waarachtig Christendom. Ziedaar eenige grepen uit dat rijke leven van een man, die zoo beminnelijk was, dat hem kennon en van bcm houden eigenlijk hetzelfde was. Zelden was een Minister zoo bemind als hij. Het is zelfs het eenige wat wij tegen den betreurden doode hadden, dat hij zoo weinig rancuneus was. Zijn welsprekendheid en per soonlijkheid. De Maasbode (R.K.) bestrijdt, dat Dr. de Visser een ouden wapenvriend van Ds. Bronsveld was, al betreurt hot blad zijn houding in 1925 ten aanzien van het gezant schap bij den H. Stoel, toegevondo dat zijn positie toen uiterst moeilijk was. Verder luidt het: Met Dr. de Visser is iemand heengegaan, die van partijman in eenigszins engen zin, zich ontwikkeld heeft tot een nationale fi guur bij uitstek, ja tot den nationalen rede naar, op wiens ongemeen redenaarstalent bij vadcrlandsche gebeurtenissen nooit ver geefs een beroep werd gedaan. 't Was deze welsprekendheid, die hem ook in do Kamer maakte tot zulk een emi nente figuur. Maar deze welsprekendheid was het niet alleen* Er zijn voorbeelden te over dat wel- sj rokendheid alleen in de Kamer in de verste verte geen voldoende waarborg is oor een domineerende t>f zelfs invloedrijke positie. Daarvoor is dat college te nuchter. De waarlijk beheerschendo plaats, door dr. de Visser in ons parlement ingenomen, berustte vooral op zijn gave en rijk begaaf de persoonlijkheid. Hij was eon man van ongemoeno bekwaamheid, toewijding en on haatzuchtigheid, dio een waarlijk grootsche taak heeft gevonden als uitvoerder der pa cificatie-gedachte. Er zijn weinig dienaren der Kroon geweest, die zooveel, zoo gewich tig en zoo moeilijk werk hebben volbracht ills dr. dc Visser. „Een Christelijk dienaar van zijn land". Ook de T ij d (R.K.) bespreekt dc kwes tie van liet voornoemde gezantschap. Ver volgens lezen wij: Als voorganger in het dienstwerk van zijn kerkgenootschap, als protestantsch theoloog, redenaar, schrijver, jurist en po liticus heeft hij zich onvergetelijke diensten verworven. Rusteloos was zijn werkzaam hcid op het gebied van inwendige zending, sociale actie, philantropic, onderwijs, we tenschap en journalistiek tegen den zc- entigsten verjaardag wist hij zijn vrienden nog te verbazen met dc uitgave van een studiewerk in drie bockdeelen over het in Nederland zeker niet eenvoudige onder werp: „Kerk en Staat". De nagedachtenis van den trouwen en christelijkcn dienaar van zijn land, die een zoo groote rol heeft gespeeld in het open bare leven van deze eeuw, zal in zegening blijven. „Agressief was zijn optreden nimmer". Dc Standaard (A.R.) wil nog nader op de nationale boteekenis van Dr. dc Vis ser terugkomen. Nu reeds heet het: Wc willen hem gedenken als een natio nale figuur van ongemecne betcekenis, di" voor de saambinding van onze zoo vcelzin* versplinterde natie krachtig heeft geijverd cn zich daarbij nimmer de goedo belijdenis heeft geschaamd. Agressief was zijn optreden nimmer, cn daaruit meè moet verklaard, dat hij zoo groot vertrouwen genoot en vaak bij groote beslissingen als onpartijdig scheidsrechter door allen niet sympathie word begroet. Veel strijd cn moeite, ook in eigen kring, heeft hij moeten doormaken, maar zijn persoon bleef ongerept cn aan zijn goede trouw werd door niemand getwijfeld. Als predikant, als philantrocp, als geleerde, als Staatsman in Inter tijd, werd hij gecerd door allen, dio naar zijn welsprekend woord mochten luis teren of van zijn adviezen het profijt had den. En al was hij niet onzer één, in al zijn doen kenmorkte hij zich als een trouw ge tuige van Jezus Christus, Dien hij met heel zijn hart liefhad. Een nationale figuur is met Dr. de Visser heengegaan. Zijn verscheiden zal door heel de naiio als een schier onherstelbaar verlies worden gevoeld. „Een christelijk nationaal ma» is ons ontvallen". De Nederlander (C.H.) zegt: Hij had warme relaties met zeer vele kringen. En uit zeer vele kringen kwam men met warme waardeering hem tege moet. Ook \an buiten den kring zijner kcr kelijke en theologische zijner sociale en po litieke geestverwanten. Ongetwijfeld heeft zijn historische zin on zijn historie-studie mede tot dit positie- nemen, ja uit dit positie-ontvangen in het midden van ons volksleven hem voortge- vcerd. Hij kende onzo historie; zoo kende hij ook de wortelen van ons volksbestaan, de oorsprongen van ons volkskarakter, dc wellende bronnen van onze volkskracht. En het was hem onmogelijk om anders dan nationaal te denken, het was hem ook onmogelijk om dit nationale leven te over zien en te doorgronden zonder nadr het Evangelio te verwijzen, dat zoo zeer in onze historie van volks-vormende kracht is ge weest. En dat dit naar het heftig cn be wogen bcgcercn van De Visser ook blij ven moet of weder worden most of weder ontdekt moet worden. Een christclijk-nntionaal man is ons ont vallen. En wij zijn armer, veol armer go- worden. Maar zijn woord, zijn daad, zijn persoon, zal in diezelfde schoonc richting manend cn lokKcnd, onder ons volk ln dankbare gedachtenis blijven. Anders dan zoovele rechtsche staatsmannctjos. Het Volk (S.D.A.P.) herdenkt Dr. de Visser o.m. aldus: Wat Cort v. d. Linden als liberaal was, dat was De Visser in zekeren zin als recht sche, nieer nationaal staatsman dan partij politicus. 14—4 13—4 12—4 11—4 10—4 5—4 8-4 8—4 In Europa kan thans uit twee routes gekozen worden. Beide zijn achtereen volgens in bovenstaand staatje opgeno men. Vortrek van 't eerstvolgende postvlieg tuig van Amsterdam 21 April 1932. Dc totstandbrenging der onderwijswet in het eerste kabinet-Ruys vormde het hoog tepunt in Dc Visöcr's politieke leven. Hij heeft zich met de wettelijke uitvoering van het rapport der bevrcdigingscornraissie on getwijfeld zeer verdienstelijk gemaakt cn het mag hem tot een eer aangerekend wor den, dat hij als rechtsch minister daarbij aldus optrad, dat hij den hartelijke» steun ook van de openbare onderwijzers cn van de sociaaldemocratie genoot. Dat hij vlak daarop dc bezuiniging-Colijn meemaakte cn weer hielp afbreken, wat hij eerst aan on- dorwijszorg had opgebouwd, verduisterde den glans van zijn hervormerschap zeker aanmerkelijk. Het zal hem ook wel aan het hart gegaan zijn, maar een krachtfiguur was hij nooit cn zoo bukte hij. waar man haftig standhouden van groote betcekenis voor de volksontw ikkeling geweest ware. Dit neemt niet weg, dat een politicus, als thans heenging, onzerzijds altijd met an dyCre oogen beschouwd _?.al worden dan zoo vele rcchtsche staatsmannetjes, die in hui* partij- en kerkbekrompenheid hun alles vinden. Een dokter, die vlak bij Maastricht I Sprak tot zijn patiënt Een nicht had met veel last van jicht I OOR LAS thee, 't is bekend „Stilt de pijn van de jicht in 't gewricht" 14 dagen gevangenisstraf geëischt Amsterdam. 14 April. Het naspel van een der tolbestormingcn te Jutfaas speelde zich lieden af voor het gerechtshof te Am sterdam. Op 7 November van het vorlgo jaar had het comité tot bovordcring van opheffing van tollen een aanval voorbereid op don tol to Jutfaas. Een groot aantal automobilisten bevon den zich op het parkeerterrein, op een af stand van ongeveer 120 M. van den tol. Vlak daarbij bevindt zich een zijweg De gemeenteveldwachter sprak ccn der autobestuurders aan en sommeerde hem tol to betalen óf den zijweg in te slaan. De bestuurder dacht er echter anders over: hij was naar zijn meening op dat gedeelte van den weg nog niet tolplichtig hij zou nog 120 M. moeten rijden vóór hij aan den tol kwam. Voorts antwoordde de automobilist, dat een agent géén tolgaarder is en dus niet gerechtigd is om tol te innen. Ten over vloede stond do man met zijn auto op een groot parkeerterrein, officieel als zoodanig door het gemeentebestuur van Jutfaas be stemd. Toen do agent weinig succes met zijn vordering had, ging hij over tot krach tiger maatregelen: „ik moet u voorgeleiden voor den hulpofficier van Justitie, volei u mij maar". De tolbestormer verzette zich niet, maar toen het tweetal een vijftien pas had afgelegd, greep de agent zijn „Ar restant" vast. Dit scheen tamelijk hard handig to gebeuren, do arrestant poogde zich los te rukken en de maatregelen van den agent namen in kracht toe. Tenslotte werd de tolbestormer, cerevoorzitter van het comité, met een tweeden arrestant-tol- bestormer ingesloten in een cel om later te worden verhoord door den burgemeester. Voor den Utrechtschen kantonrechter stond dc eere-voorzitter van het comité, ga ragehouder te IJsselstein, terecht wegens het niet opvolgen var» een be vei door eon agent gegeven. Hij werd veroordeeld tot 40.— Loctc. Voor den politierechter te Utrecht had hij zich bovondien te vorant woorden wegens wederspannlgheid van een ambtenaar in functie. De politierechter veroordeelde hem tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden met een proeftijd van drie jaar en 30.— boete. Van dit laatste vonnis ging verdachte in hooger beroep en heden diende dc zaak voor het gerechtshof. Tijdens de zitting verklaarde de Jutfaa- sche agent, dat verd. wel vrijwillig was meegogaan, maar hij had hem in zijn kraag gegropen, omdatverd. zoo kwaad keek! Verd.: Ja, zijn nagels stonden in mijn hals, zoo stevig pokte hij me va6t. Verd. verklaarde, dat hij zich had pogen los te rukken, omdat de agent hem tegen de boenen schopte. De procureur-generaal Mr. Bauduin cisch- te vernietiging van het vonnis van den po litierechter on verd.'s veroordeeling tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van veertien dagen. De verdediger, Mr. H. J. P. Hemsing, uit Utrecht, pleitte ontslag van rochtsvervol ging, subs, vrijspraak, meer subs, een ge ringe geldboete. Arrost 28 April. Technische Hoogeschool. Bij kon. besluit is benoemd tot gewoon hooglecraar in dc afdeeling der werktuig en schccpsbouwkunde aan do Technische Hoogeschool to Delft, om onderwijs te geven ln de mechanische technologie: ir. H. Hcs- solipk, thans buitengewoon hooglceraar. NOODLANDING VAN EEN SPORTVLIEGER. Groningen, 13 April. Hedenmiddag moest dc bekende sportvlieger do heer II. Stol), nadt hij reeds voer maal mot zijn toestel „Zilvermeeuw" in de lucht was geweest, plotseling een noodlanding maken. Hij deed dit nabij het water van ..Sassenheim" onder Haren. Het toestel werd geheel beschadigd, de beide inzittenden be kwamen geen letsel. Het toestel verkeerd geland en in brand gevlogen. Soerabaja, 14 April. (Aneta). Een Dornier Marinc-vliegboot, dio voor het hou den van een nachtoefening van het marino- vliegkamp Morokrcmbangan was opgeste gen, is bij een landingsocfcning verkeerd gedaald en met den neus schuin in zee te recht gekomen. Het toestel vloog in brand. Patrouilleerendc sloepen snelden aanstonds ter assistentie, doch slaagden er slechts in een der inzittenden, den majoor-konstabel C. W. Christiani, op te pikken. Do onge lukkige was met levensgevaarlijke brand wonden overdekt, zoodat zijn overlijden ieder oogenblik kan worden verwacht. Geen der andere leden van de bemanning zijn tot dusver teruggevonden. Het vliegtuig was inmiddels gezonken. Dc bemanning bestond uit do volgende personen: Bestuurder: dc sergeant vliegtuigmaker V. J. Leder (Internationaal cn Marine- vliegbrevet), voorts de zoo juist genoemde majoor-konstabel Christiani, do sergeant- vliegtuigmaker L. Jetten en de Inlandsche korporaal Pangadahim. Vordere bijzonderheden ontbreken nog. Gevreesd wordt dat alle inzittenden zijn omgekomen. Nader wordt gemeld, dat majoor Chris tiani is overleden. Kalender van „Nillmij van 1859". Van de levensverzekering „Nillmij van 1859" ontvingen wij den nieuwen Derkzen v. Angeren-kalender, loopende van Mei 1932 tot en met April 1933. Deze maandkalender ziet er keurig verzorgd uit: ieder blad heeft een sprekende crayon-teekening en er onder een tabel in dof-grijze kleur. Bijzondere aan dacht is besteed aan de kleuren-harmonie, waarin men zeer goed js geslaagd. Do reproducties der crayon-teekoningen geven steïds uitbeeldingen, die in overeen stemming met liet jaargetijde zijn. liet ge heel is zoodanig, dat menig kantoor cr gaarno een plaatsje aan den wand voor zal willen inruimen. „Eerste Hulp bij Verkeers ongevallen". Door dr. V. M. E. Winters, arts-leider der transportcolonno van het Nederlandse!»". Roodc Kruis (afdeeling Kerkradej, is een brochure uitgegeven: „Eerste Hulp bij Ver keersongevallen". In zijn voorwoord ver klaart de samensteller, dat het boekje uit- sluitond ten dool hesft verkeersslachtoffers to beschermen tegen de gevolgen van on deskundige hulp door do helpers er op to wijzen, wat ze wèl kunnen cn wat ze zeker niet mogen doen. Het is zeer gewonscht dergelijke adviezen to geven, omdat meos- tentijds bij oen ongeval niet direct deskun dig personeel aanwezig is. In dc brochure zijn verschillende raad gevingen van algcmecnen aard opgenomen, doch daarnaast ook dc meest gewensclitc methoden van ingrijpen bij gevallen als be wusteloosheid, bloedingen, breuken, ver brandingen, enz. Hot wil ons voorkomen, dat het bezit van deze brochure van groote waarde is. Men kan or veel nut van hebben, wanneer dien sten bewezen mootcn worden bij verkeers ongevallen. En die zijn vooral in het reis- soizocn altijd groot in aantal. Het groot ste nut gaat er echter wel van uit voor het verkeersslachtoffer, dat do zekerheid heb ben zal op de bosto manier geholpen te wor den tijdens do angstige eerste oogenblikkon na het ongeval. Zatordog 16 April. 6.457.00 en 7.30—7.45 V.A.R.A. Gymnas tiekles. 8.00 Gramófoonplatcn. 9.00 Trio W. Drukker cn Gramofoonplatcn 10.00 Morgenwijding V.P.R.O. 10.15 Voor Arb in de Continubedrijven. Trio W. Drukker. Los Cantanos, zangduo en V.A.R.A.-tooneel o.l.v. W. v. Cappcllcn. 12.00—1.45. V A.R.A.-scptot o.l.v. Is. Eyl en Gramofoonplatcn. 2.00. A. II. Gerhard: Religie cn Sosialis- me. 2.15. Gramofoonplaten. 2.30. Operette-programma. Friedl. Dotza, Elly Krasser, Herbert Weissbach, Paul Marden, Jos. Ziegler (Leden van het Fritz Hirsch Ensemble) en Joh. Jong, piano. 3.00. S. Broekman: Athletick als Massa- spon. 3.15. Vervolg Operette-programma. 3.40. Dr. A. Querido: Prof. Froud cn zijn theorie. 4.00. Vervolg Operette-programma. 4.30. Beoefening dor Huismuziek o.l.v. P. Tiggers. 5.00. Weck-Overzicbt door Jan Oude- gcest. 5.15. Schrammclkwintet o.l.v. W. Drukker en Gramofoonplatcn. 6.00. Friesch uurtje m. m. v. de hoeren Krips en Molenaar. Aan dc piano: John Jong. 7.00. Vervolg Schrammclmuziek. 7.15. Bestuursmededelingen door A. do Vries. 7.30. Zaterdagavondprogramma m.m.v. liet Schrammclkwintet o.l.v. W. Drukker. V.A.R.A. orkest o.l.v. H. de Groot The Two Cavellis, accordeon. Teun de Klepperman. V.A.R.A.-tooneel o.l.v. W. v. Cappellcn, Otto Zeogers, levensliedjes. John Jong, piano en Gramofoonplaten. 10.15. Vaz Dias 10.3012.00. Vervolg Zaterdagavondpro gramma. 8.00—9.15. K.R.O. Gramofoonplaten. 10.00. K.R.O. Kunstensemblo o.l.v. p. Lus- tenhouwer. 11.30—12.00. Godsd. halfuurtje 12.151.45. K.R.O.-sextet. 2.00. Gramofoonplaten. 2.30. Kinderuurtje 4.00. Orgelconcert door Alphons Droisscn. 4.20. Gramofoonplaten. 4.40. Vervolg orgelconcert. 5.00. Sportpraatje. 5.15. Gramofoonplaten. G.00. Journ. Weekoverzicht door P. de Waart. 6.20. Gramofoinplaten. 6.4-0. Esperanto cursus. 7.10 Wiskunde-praatje. 7.43 Causerie door J. B. TUman. 8.00. K.R.O.-salon-orkest o.l.v. M. van 't Woud. O.a. Vcrdi fantasie, arr. Weninger. 9 00. Liederen van Vlaamsche toondich ters door Q. J. van Trlgt. 9.20. Vaz Dias. 9.30. Vervolg orkest. O.a. Pudding-pot pourri, Morena. 10.00. Vervolg zang. 10.20. Vervolg orkest O.a. Horch-Horchï potp., Dostal. 11.00—12.00. Gramofoonplaten

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 7