WIJ ZIJN VERKEERD GEVOED
MEENINGEN
HENRY FORD
KATTIGE VROUWEN EN KRANIGE MANNEN
DE DOKTER AAN HET WOORD
Weet gij dat?
door
Dr. J. W. FRANS
Wij zijn raet onze voedingswijze in een
doodloopend slop geraakt. Op deze manier
kunnen wij niet langer voortgaan. Wij moe
ten terug; wij moeten een radicale verande
ring brengen in de voedingswijze in het be
lang van de volksgezondheid en in ieders
persoonlijk belang. De mensch is, althans
wat zijn lichaam betreft, het product van
zijn voedsel. Het is niet genoeg, dat do hoe
veelheid voedsel groot genoeg is; het komt
er nog veel meer op aan, wat wij eten. Wij
eten meer dan duizend maal per jaar; dat
kan natuurlijk niet zonder invloed zijn op
ons lichaam. Wanneer datgene, wat wij
eten, waardeloos gemaakt en gedegenereerd
is, moet langzamerhand ook ons lichaam,
dat uit die voedingsstoffen opgebouwd wordt
degenereeren. Door verkeerde voeding met
levensmiddelen, die arm zijn aan minerale
zouten en vitaminen maken wij ons lichaam
op den duur weerloos tegen de aanvallen
van bacteriën, die ons zooals bekend alleen
kunnen schaden, wanneer het weerstands
vermogen van ons lichaam verminderd is.
Dit feit is te dikwijls bewezen, dan dat het
nog betwijfeld kan worden. Wij herinneren
slechts aan de sensationeele proef van den
beroemden hygiènicus Pettenhofer, die een
geheel kopje bouillon met een cultuur van
cholcrabacillen uitdronk, zonder dat het
hem kwaad deed. Hij wilde daarmee be
wijzen, dat ook de gevaarlijkste bacteriën
in een goed gevoed lichaam machteloos zijn.
Eerst wanneer het weerstandsvermogen te
gen de bacteriën tengevolge van een ver-*
keerde voedingswijze te gering is geworden,
kunnen deze hun invloed doen gelden.
De weg naar de gezondheid leidt niet
door de apotheek, maar door de keuken. Wij
hebben geen medicijnen noodlg, als wij onze
voedingswijze veranderen cn daardoor on
ze gezondheid in stand houden. Vandaar
dat men tal van ziekten meer en moer
tracht te genezen door een dieet, inplaats
van door medicijnen. Vroeger werden bij de
meeste ziekten vruchten absoluut verbo
den; de moderne voedingstherapie leert
juist het omgekeerde. Vcrsche vruchten
vormen een tegenwicht tegen liet teveel
aan eiwitten in onze gewone spijzen; zij
verdunnen het te dikke bloed, verminderen
den bloeddruk cn hebben daardoor een zeer
gunstigen invloed bij aderverkalking, bij
sommige harlaandocningen, bij chronische
nierziekten, bij jicht, vetzucht, emphysen,
levor- en galziekten, enz. Doch ook bij ra
chitis, scrofulose en bloedarmoede en bij
alle huidziekten zijn vcrsche vruchten een
uitstekend geneesmiddel.
Het is nog lang niet voldoende bekend,
welk een buitengewone waarde vruchten
(w.o. ook bessen) voor de gezondheid heb
ben. Door hun liooge gehalte aan mine
rale zouten zijn zij een krachtvoedsel van
den eersten rang, terwijl zij onmisbaar zijn,
om een overschot aan basen in het lichaam
te verkrijgen, wat een vereischte is voor
het behoud van de gezondheid. Vcrsche
vruchten moesten tezamen met granen,
groenten, aardappelen cn melk de hoofdbe-
slanddeelen van ons voedsel vormen. Dat
wij hier ook aardappelen noemen, zal den
lezer misschien verwonderen, doch aard
appelen hebben een zeer hooge voedings
waarde. De Deensche professor Dl*. Hind-
hede heeft maandenlang uitsluitend van
aardappelen geleefd en bewezen, met welk
een kleine hoeveelheid eiwit de mensch ook
bij ingespannen intellectueel en lichame
lijk werk kan volstaan. Hij is van meening.
dat een dieet van aardappelen, gort, rogge
brood, melk, groenten, vruchten en boter
voldoende is voor alle behoeften van hot
menschelijk lichaam.
Een veelbesproken punt is ook, of men
de vruchten al dan niet moet schillen. Als
men ze met de schil eet, is de voedings
waarde veel groot er, doch men dient er daar
bij zorg voor te dragen, dat men weinig of
geen bacteriën naar binnen krijgt. Gewoon
wasschen in leidingwater is een zeer goed
middel, doch als men volkomen zekerheid
wil hebben, kan men de vruchten in ge-
katadyniseerd water leggen, d.i. water, dat
twee uur lang in een z.g. katadyne-sterili-
sator heeft gestaan cn zilverionen heeft op
genomen. Deze zilvcrionen dooden elke ba
cil t-n maken alle vruchten, groenten, cnz„
die men erin legt, volkomen vrij van bac
teriën.
Tenslotte nog een cn ander over enkele
vruchten, die bijzonder kunnen worden aan
bevolen. Appels bevatten veel ijzer, de
vruchtzuren ervan hebben een weldadige
uitwerking op maag, darmen, lever cn nie
ren. Voor het behoud van de gezondheid
is het ten zeerste aan te bevelen, dagelijks
een of twee appels te eten; in Amerika doet
bijna iedereen dit. Peren bevatten veel
kalk en suiker cn zijn vooral voor hart cn
nieren goed. Pruimen bevatten eveneens
kalk en zijn gunstig voor de maag cn het
darmkanaal. Ook gedroogde pruimen zijn
van groote waarde voor de gezondheid. Ker
sen zijn rijk aan ijzer en bevorderen daar
om de vorming van bloed en ook alle zuid
vruchten vormen een krachtvoedsel van den
eersten rang. Bananen bevatten bijv. zeer
veel minerale zouten en de gedroogde zijn
nog beter dan de vcrsche, want hoewel zij
goedkooper zijn, bevatten zij driemaal zoo
veel minerale zouten. Dadels bevatten
eveneens zeer veel voedingszouten; om er
ten volle van te profiteeren, moet men ze
echter grondig kauwen. Vijgen bevatten
kalk, mangaan en ijzer, terwijl hun groot
overschot aan basen hen tot een waarde
volle aanvulling van ons voedsel maakt.
Rozijnen cn krenten dienen vermeld te wor
den in verband met hun gehalte aan ijzer,
kalk en phosphor. Helaas worden zij dik
wijls verkeerd behandeld, waardoor aan de
voedingswaarde afbreuk wordt gedaan. Om
dezelfde reden is het aan te bevelen, bij
het koopen van gedroogd fruit steeds de
beste kwaliteiten te kiezen, die niet met
schadelijke chemicaliën zijn behandeld. In
het bijzonder kunnen gedroogde bananen,
appels, peren en abrikozen aanbevolen wor
den om hun hoog gehalte een minerale zou
ten cn hun overschot aan baicn. Tenslotte
wijzen wij nog op de vruchtensappen die.
dagelijks gebruikt, een aangenaam smakend
voedingsmiddel van hooge waarde vormen,
doch alweer onder voorwaarde, dat er geen
schadelijke conserveermiddelen of verfstof
fen in voorkomen. Voor kinderen zijn o.a.
zeer smakelijk de alcoholvrije druivensap
pen, die al de waardevolle voedingsstoffen
van de vcrsche druif bevatten.
Wat was Socrates geweest zonder
Xantippe?
door J. DE BOER v. STRIEN.
„Wat ziet die man in vredesnaam in dié
vrouw? Hoe is het mogelijk dat hij haér
jui6t rouwde? Hij kon toch genoeg meis
jes krijgen' Ze is hard, zelfzuchtig, eigen
gereid. Én mooi is zc óók niet! Hoc is het
mogelijk
Zoo zucht cn oordeelt de wereld, als een
Jonge man het huwelijksbootje instapt met
een vrouw, die „men" niet voor hem uitgc
zocht zou hebben. Maar wat weet „men'
eigenlijk van haar af? En hoe komt het,
dat de jonge vrouw in kwestie na oen jaar
of wat blijkt van den jongen man, met
wicn zo trouwde, ccn uitstekend echtge
noot te hebben gekweekt. Dat komt een
voudig, omdat ze al zijn goede eigenschap
pen heeft ontdekt en die met tact cn ge
duld disciplineerde zoodat ze tot vollen
bloei konden komen.
Want toen de „hij" in kwestie huwde,
was hij jong en ambitieus, ccn beetje ge
dachteloos en ogocentrlscn, zooals vele
mannen dat kunnen zijn. Zelfs zijn nabije
vrienden geven toe, dat hij in dc jaren van
zijn huwelijk cc op is vooruitgegaan! Hij
heeft succes gehad bij zijn werk, zijn ge-
dachtcnlcvcn is verdiept. Maar „men", die
er het land aan heeft om te moeten erken
nen eens verkeerd geoordeeld tc hebben,
zegt hiervan niets. „Mon" blijft alleen
schouderophalend volhouden dat de vrouw
een kat is cn blijft. Laat dat zoo zijn,
maar weet „men" dat katten in dc oude
wijze dagen van Egypte werden aangebe
den. En in ieder geval was ze een trouwe
kat, die van den jongeling van wien ze
don trouwring ontving, een kranigen man
heeft gemaakt Het „hoe'' van zooiets laat
zich slecht beschrijven. Ongetwijfeld maak
te het jonge paar menig moeilijk weekje
door, want „zij" liet niet na om hem te
wijzen op fouten, die „hij" had en „hij"
was meer dan cïhs woedend op haar cn
betreurde het zelfs wclecns, met haar ge
trouwd te zijn. En toch lieten ze elkaar niet
ios, omdat ze van beide zijden vaag maar
\ast voelden, dat zc elkaar noodig hadden
om vooruit tc komen. Waardeering kon
langzaam groeien en al was tact aanvanke
lijk niet de sterkste zijde van dc vrouw,
ook tact leerde zij in de discipline der lief
de. Vooral toen moeilijke dagen kwamen,
leerde do man begrijpen hooveel de eerlijk
heid en de moed van dc kattige „vrouw"
waard waren. Zc verknoeide haar tijd niet
Het kaartje leert ons waar de verschillende
Jeugdherbergen in Nederland liggen.
met de noode- cn nuttolooze tranen, maar
zocht onvermoeid om te komen tot een
overwinning van al wat moeilijk was cn
hun in den weg stond. En haar voorbeeld
werkte aanstekelijk.
Natuurlijk kan men dcrgolijke gevallen
nooit gcncraliseeren, want bij ieder paar
menschen staan dc zaken weer anders.
Maar tcch zijn er in de geschiedenis voor-
boclden te over, die er op wijzen dat het
vaak de kattige en harde vrouwen geweest
zijn, die nog eeuwen na haar dood van
zich deden spreken. Zou Socrates con zoo
groot wijsgeer geworden zijn als hij Xan
tippe niet had gehad om hem dagelijks tc
dwarsboomon? Haar aanvallen van woede,
de taal die ze jegens hem gebruikte cn
haar onberekenbaarheid ju het algemeen
maakten van hem dc philosoof, die hij ge
worden is Catharina dc Groote van Rus
land en koningin Elizabeth van Engeland
waren allebei, wat men noemt kattige
vrouwen, maar ze konden rcgecren. En zij
zijn de eenige voorbeelden niet. Daar staat
ver weg in de oudheid dc figuur van Cle
opatra. Wolk een macht ontwikkelde deze
vrouw in haar liefde voor Marcus Antonius
cn welk een inspiratie ging er van haar
uit!
Want hier hebben we de quintessence
van de zaak: do zgn. harde cn zelfzuchtige
vrouw is heel vaak een scheppende macht,
ge dan waar zijn dat duizenden mannen
Er gaat iets van haar uit, dat maakt dat
anderen tot groote dingen komen. Het mo-
hebben gezucht en nog dagelijks zuchten
onder een vrouwelijken pantoffel, het is
toch óók waar dat duizenden vrouwen
haar mannen hebben gebracht tot een
vorm van grootheid.
En nu moge men zoggen: „Ja, maar dat
deden zc toch ook om zélve tot eer cn aan
zien te komen!", maar dan vergete mon
toch niet om te bedenken, dat er in deze
zelfzuchtigheid toch een drijfkracht zat,
die dingen aan het licht bracht, welke an
ders verborgen gebleven zouden zijn. Het
gaat met dezen vorm van ambitie als met
het genie. Beide zijn zelfzuchtig, beide wil
len dat alles ter wereld voor zijn opmareoh
wijken zal. Beide willen baanbreken. En
zóó gezien is de eigengereidheid der z.g.
kattige vrouw mogelijk 'n tyrannic, maar
clan toch altijd ccn tyrannic welk men
dient tc rcspectccren. Want de gansche
geschiedenis der meiiscljheid leert toch
wel dat vrijwel steeds hardheid en harde
omstandigheden noodig zijn geweest om
de beste eigenschappen der individuen
naar voren te brengen cn vooral om van
hun cvcntuccle genialiteit lo doen blijken.
Daar hebt ge dc zusters Bronte, befaamde
Engelschc schrijfsters uit de vorige eeuw.
Zij waren dochters van ccn Yorkshire-
schcn predikant, die zijn jong gestorven
vrouw dagelijks bitter betreurde en die
voor zijn opgroeiende meisjes niets deed.
Zijn zoon Patrick stuurde hij naar oen
universiteit, waar dc jongen een zoo wild
leven leidde, dat hij stierf. Maar bij de meis
jes, die alles onthouden werd, gloorde do
vonk der genialiteit en werd door de vele
ontberingen aangeblazen.
Merkwaardig genoeg hebben genie en ge
luk niets met elkaar to maken. In een at
mosfeer van volkomen geluk worden zelden
groote scheppingen volbracht. Het zijn de
kinderen zonder huiselijk geluk, zonder
geld cn zonder toekomst, die heel vaak hun
éigen toekomst ineenhameron. En voor den
scheppingsdrang, die wij ter wereld toch
óók behoeven, is het daarom wel eens te
wcnschcn, dat aan de geboortcwieg der kin
deren niet alleon de lieve en goede feeën
met haar geschenken staan
Laten we do harde, dc kattige vrouwen
dus niet al to zeer veroorcleelen omtrent
do wijze, waarop zij haar plicht in het leven
zien. Er steekt in dc wijze, waarop zij op
treden, heel vaak méér dan zelfzucht en
lust tot absoluut-rcgecrcn. Menige vrouw
ziel, dat met gestrengheid en discipline het
moest bereikt wordt bij dogencn, die zij hel
liefst heeft.
En wc moeten ook niet vergoten dat het
leven der vrouwen, die niet „lief" kunnen
doen, vaak moeilijk is. Dikwijls worden zo
veroordeeld, zo zijn gewoonlijk eenzaam,
ook al omdat zo dc kunst niet verstaan aan
haar gevoelens uiting tc geven. Het ge
beurt meermalen, dat men vrouwen Aan
deze soort pas loert waardecren alsze
gestorven zijn.
Is het dan misschnon niet béter om
tc loeren erkennen, terwijl het nog
tijd is, dat deze kattige vrouwen juist dik
wijls degenen zijn, die kranige mannen heb-
Den gekweekt?
OP TREKTOCHT.
De langste dag is voorbij: we tellen de
dagen reeds, die ons scheiden van onze
vacantie. Wat gaan we in die vacanlie
doen
We willen zoo graag, toegeven aan dat
nomaden-instinct, waarvan in ieder van
ons nog wel wat aanwezig zal zijn. Maar
dit jaar? De tijclen zijn niet rooskleurig:
zou het wel kunnen?
Het móét kunnen, als wc dc manier maar
weten!
Zonder veel extra spaarderij, zoo maar
met het iaatst verdiende geld op stap (als
we tenminste al verdienen; maar anders
komen de ouders hiervoor wel over de
brug-); dat maken de Jeugdherbergen ons
mogelijk. Een klein bedrag voor de in
schrijving; een paar dubbeltjes voor de
overnachtingen en heel goedkoope maaltij
den, als we die tenminste niet zelf klaar-
makon, waardoor we nóg goedkooper uit
zijn.
In Nederland zijn inecr dan veertig
Jeugdherbergen. We kunnen alle kanten
uit: naar heide, bosch, duinen, zee cn
strand en naar onze mooie Hollandsciic
steden. Met een kaartje vóór ons, waarop dc
plaatsen waar Jeugdherbergen gevestigd
zijn, staan aangeteekend, kunnen we een
prachtigcn tocht in elkaar zetten; in som
mige streken te voet, in andere per fiets.
Sommige menschen genieten het meest
als ze alieen op stap zijn. De Jeugdherber
gen zorgen cr voor, dat zc 's avonds toch
weer met anderen in contact komen. Ande
ren genieten meer naarmate do groep groo-
ter is. Aan beide neigingen kan worden vol
daan! Wel moet do laatste categorie ervoor
zorgen, dat zc tijdig bij dc Jeugdherbergen
is aangemeld: voor één of twee man vindt
men meestal nog wel een plaatsje, maar
als een groote groep bij aankomst, tc hoo-
ren krijgt. „Dc Jeugdherberg is vol", is dat
minder prettig.
Kampterder6 hadden er vroeger nogal eens
last van, dat ze werden nageroepen om hun
excentrieke klecdij. Was die klccding nood
zaak of aanstellerij ?j Noodzaak in zooverro
zo liet lichaam gelegenheid gaf, zich vrij
te bewegen; in zooverre zo sterk was en
niet om den anderen dag gewasschcn be
hoefde te worden. Aanstellerij in zooverre
het gezocht werd in buitenissigheden, die
geen practisch nut hadden.
Onze extra-kleeding moet in dc rugzak
meegenomen kunnen worden, dus het mag
niet tc veel zijn. Die rugzak is ook nood
zaak! Trekkers met koffers worden in do
Jeugdherbergen maar voor half-vol aange
zien. „De pukkel" hoort erbij, hij is linnen-
en provisiekast; naaidoos en bibliotheek'.
Moet men van Jeugdherbergen gebruik
maken, alleen „omdat liet zoo goedkoop is"?
Neen Menigeen, din dit deed en die zich
niet den waren trekkersgccst wist eigen fo
maken, die de kleine plichten, in do Jeugd-
horbergen opgelegd, ontdook, kwam bedro
gen uit.
Maar wie zich, behalve in eigen plannen
en genietingen, ook in die van anderen kan
inleven, wie in staat, is, ook in zijn vacan
tie sober te leven, om het volle pond aan
gezond genot te ontvangen, die zal na zvjn
trektocht zijn ervaring samenvatten in deze
uitspraak:
„Al was ik schatrijk, dan zou ik nog van
Jeugdherbergen gebruik maken
Haarlem
ARIE VAN NI EROP.
III.
Landbouw en industrie.
Wij publiceeren thans liet derde
en laatste artikel van de serie, die
Henry Ford geschreven heeft over
actueele economische vraagstuk
ken.
Het gevaar voor ons land zal niet zoozeer
komen van nieuwe dingen, maar van het.
vergeten der waarde van oude dingeh. Op
het oogenblik wordt er veel ellende ge ve
ten aan een nieuw ding de machine.
doch die ellende moet grootendeels worden
geweten aan het feit, dat w jj vergeten zijn,
wat wij hadden, voordat de machine kwam,
n.l. de landbouw. Landbouw cn industrie
beliooren bij elkaar; zij kunnen niet ieder
op zichzelf staan cn er bestaat geen tegen
stelling tusschen beide; daarom moeten zij
ook weer met elkaar vcrcenigd worden.
Er moet niet minder, doch meer gebruik
gemaakt worden van machines. Wanneer
de rncnschheid ook maar een minimum hoe
veelheid van allerlei artikelen wenscht to
verkrijgen, moet zij gebruik maken van
machines. De hulp, die dc rncnschheid bij
haar werk van de machine ondervindt, zal
zij niet meer willen missen. Dc machine
maakt het. mogelijk, dat. iedereen voor wei
nig geld het gemak en de comfort heeft van
de moderne levensomstandigheden. Wij
hebben slechts een schijnbare overproductie
gehad; in Averkelijkheid is er nooit genoeg
geproduceerd van de artikelen, die ieder
mensch op aarde noodig heeft. Het zou
prachtig zijn, wanneer men trachtte om
juist Aan die artikelen eens Averkelijk ge
noeg te produceeren Men zou dan tot de
ontdekking komen dat de machines, zooals
ze thans nog zijn, niet eens a^oldoende zou
den produceeren. Wat de Avcreld noodig
heeft, is een geldsysteem, Avaardoor de goe
deren gemakkelijk van den een naar den
ander kunnen komen; als wij dat. hadden,
zouden alle fabrieken op aarde nog geen
tiendo van de behoeften der menschheid
kunnen vervullen.
Wij kunnen echter niet alles van de
machine verwachten. Wij kunnen geen
machines eten of dragen. Als de Avereld één
groote fabriek Avas, zou zij sterven. Wan
neer hot aankomt op het onderhoud van het
loven, moeten Avij liet zoeken in het land.
Dc machine kan voor ons zaaien en oogsten,
zij kan het graan tot. brood maken en onze
kleercn Avevcn en naaien, zij kan voedsel
en kleeding vervoeren, doch bij dat. alles
doet zij niet meer dan samenAverken met het
land. En het is juist die samomverking tus
schen land en machine, die avij noodig heb
ben.
Tien jaar geleden ben ik begonnen met
hot organiseeren van zeven dorpsindustrieën
op plaatsen, Avaar in beperkte mate water-
krachl aamvczig Avas. Al die dorpen lagen
minder dan 30 K.M. van Dearborn, Avant het
Avas ons doel om de a'oordeelen \ran stads-
loonen tc combineeren met die van het bui
tenleven. De proef Avas een ononderbroken
succes. De totale onkosten Avaren naar
verhouding lager dan ir. de groote fabriek
en de arbeiders Avilden niet meer terug
naar de stadsfabrieken. Aangezien zij op
den tijd, die daarvoor het meest geschikt is,
vrij krijgen om het land te bebouAven, zijn
zij in deze moeilijke tijden voortdurend
onafhankelijk gebleven. Zij staan sterk,
doordat zij zooAvel op den landbouAv steunen
als op de industrie en niet slechts op een
van die tAvee,. HoeAvel de proef dus volko
men geslaagd is, beschouw ik haar toch
slechts als een eerste stap in de goede rich
ting. Hoe mooi dorpsindustrieën ook 7ijn,
ze brengen de industrie en den landbouw
nog niet Averkelijk bij elkaar.
Ik ben reeds langen tijd geleden tot de
overtuiging gekomen, dal industrie en
landbouAv met elkaar beliooren samen to
Averken en dat het tijd Averd, dat zij dit in
zagen en met die samemverking een begin
maakten. Beide gaan gebukt onder kAvalen,
die de andere partij kan genezen. De land-
bouAv heeft een grooter en meer betrouw-
baar afzetgebied noodig cn de industrie-
arbeiders hebben meer Averkgelcgenheid en
een meer a'aste betrekking noodig. Kunnen
landbouAv en industrie elkaar geven Aval zij
noodig hebben? Ik meen van Avel.
De band tusschen dc beide middelen van
bestaan is de scheikunde. Bij Dearborn
hebben Avij een terrein van 8000 H.A., Avaar
de meest verschillende geA\rasseh Avordcn
a'erbouAvd, alleen om ze in het laboratorium
te onderzoeken en na te gaan, in hoeverre
de auto-industrie er Avat aan kan hebben.
Zoo streven Avij er naar, dat de industrie
een afzetgebied voor den landbouAv Avordt
Ik verwacht, dat er eenmaal een tijd zal
komen, dat de industrie niet langer do bos-
schen zal vellen, die menschenlecftijden
noodig hebben om te ontstaan, of de mijnen
zal uitputten, die voor hun A'orming een
geheel tijdperk der geologie noodig had
den, doch haar tuaa'c grondstoffen grooten
deels zal verkrijgen uit de jaarlijksche op
brengst van het land. De aroe.dselvoorziening
der menschheid alleen geeft de landbouAv-
producten geen voldoende afzetgebied; daar
naast kan er in de industrie echter nog een
uitgestrekt afzetgebied Avorden geA'onden. Ik
ben ervan overtuigd, dat wij uit de jaarlijk
sclie oogsten grootendeels de grondstoffen
zullen kunnen verkrijgen, die a\ ij thans
halen uit de bosschen cn de mijnen.
Wanneer eenmaal de tijd aanbreekt cn
wij zien hem reeds komen dat de meeste
grondstoffen, Avclke de industrie noodig
heeft, van jaar tot jaar door den landbouAv
worden verkregen, zal men niet langer kla
gen, dat er voor de landboiiAvproducten geen
voldoende afzetgebied is en dat er landbou
wers a\erkeloos zijn. Bovendien zullen cr
dan veel meer menschen buiten levan dan
thans. De onnatuurlijke toestand van nu
zal plaats maken voor een natuurlijken
eArenAvichtstoestand. De basis van de men-
schelijke samenleving zal weer vast liggen
in het land.
De tijd van kleine industrieën naast het
boerenbedrijf zal terugkeeren, omdat veel
van de voor de industrie bestemde mate
rialen voorloopig kunnen Avorden bewerkl
door dezelfde personen, die zc ook hebben
verbouwd. De landbouwer zal Avcer, even
als vroeger, op de hoogte zijn van den een
of anderen vorm van nijverheid naast zijn
landbouAVAvorkzaamheden. Er zal nooit zoo'n
OA'ervloed in het land kunnen zijn als Avan-
neer zij, die de artikelen fabriceeren, Avelke
de wereld noodig heeft, dezelfde personen
zijn als zij, die de ruwe grondstoffen daar
voor verbouwen op het land.
Eén ding staat vastde Avereld moet
vooruitgaan, de tegenwoordige toestand
kan niet bestendigd blijven. In 1632 zullen
or ook Avel menschen geweest zijn, die von
den dat de Avereld nu ver genoeg was voort
geschreden in haar ontwikkeling en dat de
bestaande toestanden maar geconsolideerd
moesten worden. In 1732 en 1832 zullen die
menschen er ook zijn geweest, evengoed als
in 1932. Zij kunnen zich niet voorstellen,
dat de a\ereld er heter op Avordt, als er nu
nog verdere veranderingen komen.
Wij zien in, dat het een geluk is, dat de
wereld niet op het punt is blijven staan,
waar zij zich in 1632 of 1732 of 1832 bevond.
Hoe kunnen wjj dan verkiaren, dat 1932 het
jaar is, Avaarin dc verdere ontAvikkeling
moet Avorden stopgezet, cn de Avereld moet
blijven, zooals zij is Het zou trouwens
onmogelijk zijn. Het voortstuwende leven
zou eiken slagboom, dien Avij ertegen op-
wierpen, weduAven. Bovendien is de Avereld
zoo volmaakt, dat wij legen veranderingen
moeien opzien Wij bezitten nog niet eens
de materialen om een Avereld op te bouwen,
die waard is om onveranderd te blijven be
staan. Onze tijd is Avclbeschouwd nog zeer
primitief. Onze Avereld heeft het belang
rijkste deel van haar ontwikkeling nog voor
zich. Het tijdperk der machine is nog slechts
in zijn eerste, onbeholpen begin. Wij zijn dus
pioniers op economisch gebied en moeten
de moeilijkheden doormaken van een over
gangstijd.
Wij kunnen niet terug en de schijnwel
vaart van vroeger zal ook niet zoo spoedig
terugkeeren. Als echte pioniers moeten Avij
elkaar helpen om dezen tijd door tc komen.
Wij moeten onze belangen Avecr opnicuAv
vestigen op het land, Avant dat is de basis
van de economische zekerheid, waar wij
naar streven. Het is onmogelijk, den voor
uitgang tegen tc houden, omdat cr daardoor
telkens nieuwe problemen ontstaan. liet
cenige, wat wij kunnen en moeten doen, is
zoeken naar middelen om de noodzakelijke
veranderingen door tc maken met zoo min
mogelijk leed voor de menschheid. Er moe
ten veranderingen komen op economisch
gebied en Avij hebben meer reden, zo met
vreugde te begroeten dan ze te vreezen. Wan
neer de menschheid met den eenen voet op
den akker staat en met den anderen in de
fabriek, kunnen av ij elke verandering zon
der vrees tegemoet zien. Het land vrijwaart
ons tegen noodelooze bezorgdheid.