EEN RAADSELTJE
Raadselhoekje
Oplossingen der raadsels
uit 't vorige nummer.
Voor grooteren.
Voor kleineren.
Om op te lossen.
Voor grooteren.
m
v-
ft
NAAR BUITEN!
'i
Voor kleineren.
jv. door
C. E. DE LILLE HOGERWAARD*
*t Is zomerdag. Familie Spruijt i-
Gaat vroolijk er op uit:
Ze trekken naar het koele boschi
En picnicken op 't mos.
Juist zitten allen op den grond,
Of Moes kijkt angstig rond.
Z' ontdekt een vrees'lijk iets: een mier!
En weg is haar plezier!.
We gaan -verhuizen! roept Moes uit.
Ik blijf hier! zegt Pa Spruijt.
Och man, een mierenhoop! Toe, kom!
Smeekt Moeder. Wees niet dom!
Pa moppert nog: 't Is maar idéé!
Al gaat hij met Moes mee
Een heel eind verder, waar geen mier
Of ander vrees'lijk dier
Te vinden is. De rust herstelt*
Ma Spruijt zou voor geen geld
Zich wagen bij een mierennest* Él'
Dat weten allen best!
Maar, 's avonds thuis, trekt Moeder Spruijt
Haar beide kousen uit.
iWat zit cr denk eens even! in?,
Heb j' in een raadsel zin?,
Zeg mij het antwoord dan!.*. Een mier?
Een spin of ander dier?
!Je raadt het stellig niet, o neen!
In elko kous een beent
(Nadruk' verboden)'*
1. Ilagedoorn. Hoorn, goed, hond, rood,
hóed, hand.
2. Sofia, Sofie.
3.
A
D
A
M
D
A
M
E
A
M
J'
R
M
E
R
IC
Kom, Mies; Kommies.
t. Weet je wel, dat verseh brood ongezond
is? (Déhgé).
Dé viscfrböer zei, dat de spröt te klein
was om goed te kunnen verkoopen.
(Rotte).
Zullen wij naar de gracht gaan? Uit
stekend, want ik wéét, dat Oom Bob
er kelders gehuurd hééft.
(Aar en Betkel).
Tante lijdt weer aan de oiide kwaal:
höófdpijn, (Waal)-
2. Vacant ie.
3. Thee, roos; theeroos.
4. Mug, vlug,
L Kruisraadsel.
Op de beide krülsjèslijnen komt de
naam van een plaats in Over
ijssel.
X
X
X
X
i
X
X
X
X
X
X
X
9
X
9
X
X
X
ló rij
2o
3o
4o
oo
66
7ö
8o
9o
een medeklinker,
een bepaald soort teekeninp.
een vruchtje, dat in het wild groeit,
een werpspies.
't gevraagde woord,
éen ander woord voor schaal,
een jongensnaam,
een boom. -4U.-
een medeklinker,
2. Een viervoetig dier, vah zijn kop zelfs
beroofd,
Noemt 'n badplaats, die velen genezing
belooft.
Zeg jullie mij vlug nu den naam van
die twee.
Zoo heel moeilijk is 't niet! Het valt nog
wel mee!
3. Mijn geheel noemt een plaats op de
Vel uwe, welke met 7 letters geschre
ven wordt.
Een 2, 5. 4, 6, 2 wordt 'dagelijks 'door ons
gebruikt.
Een 4, C, 7 noemt een kleedingstuk.
Een 3, 4, 5, 2 wordt gespeeld.
5, 2, 3 is een verkorte meisjesnaam.
Een 3, 7, 1, 6, 2 nöémt ëèri dêel van een
blad of bloem.
k. Verborgen werktuigen.
- Moeder onthaalde mij op ham, erwtjes
en gebakken aardappelen.
Jj
l. '1 <>•-
j
Naar bulten, mee naar buiten! -
Komt allen, hand aan hand!
't Is zomer èn vacantie,
Do zon schijnt over 't land!
.We zaten op do banken
Een heel groot stuk van 't jaar*
Maar n u is het vacantie,
Zijn wij met loeren klaart
Boschbesscn gaan we plukken
Bij mandjes, bussen vol!
Welk kind vindt boschbes-plukken,
Nu 't zomer is, niet dol?
Ook gaan wc naar de zee toe.
En graven daar ccn gracht.
De zee wil zelf die vullen,
Als je maar even wacht!
En als de hei bloeit, plukken
Wij vast een reuze-bos
Op warme dagen lui'rcn -
Wij op bet koelo mos, I
Naar buiten, 't is vacantie! J
Vooreerst gonocg geleerd!
De school en ook do boeken
Den rug maar toegekeerd!
Dan komen in September
Met kleuren wij terug "'VfT
En loeren dat is zeker! *»i
Dan immers dubbel vlug!
CARLA IIOOG. J
(Nadruk verboden)'*
Wat houdt die musch aardig het kopje
schuin!
Tante stelde ons allebei teleur door niet
te komen.
1. Jk ben een kleine vogel,
Mijn veeren zijn niet mooi.
Maar ik ik heb iets anders
Dan uitérlijkën töoi:
Ik zing in zomernachten
Mij tl alierlibogsté lied.
Wie kent mij, grauwen Vogel*
Van jullie soms nog niet?
2. Welke hiuis heeft geen Vier pootjes en
heb jê altijd bij je?
3. Men vindt tn' in Gelderland en
Draagt in' aan de voeten vaak.
lien warm en droog te houden,
Is dan altijd mijti taak.
4. Een stad in Holland wordt zonder hoofd
een viscii. Neemt men nu ook nog
dén staart weg, dan wóldt het eën
getal
(Nadruk veihoden).
Beste Nichten en Neven! 1
Deze weck is het cr iocli eindelijk Van
(gekomen: het reisverhaal is bêgöiiiiëii. liet
viel me wel zwaar om bij een strak blatJWc
lucht te gaan schrijven over een reiSj Wfelkè
gemankt is bij ecfl steeds bëdekte herflëi
én zelfs vaak bij stroomenden regen. Maai*
ënfirl, gewoonlijk begin je bij het begin
van jc reis en dan moet ik zeggen, dal het
begin prachtig was. Wij gingen tenminste
met stralende zonneschijn de grens over
en gchótèn met volle teugen vaii liet prach
tige gëüicht, dat cic Rijn oils hóöd. Wij
Zijn gegdah via Keuldilfionli—Köblenz—
Ël-drtkfdrt am MainBaselLüzei-n, om
vaii dAar iiiët èeri klein bergbaaiitje naar
Meiidngën té sporen, waar Wij zotlden blij
ven logeeren. 'tWas een hecle reis; liever
had ik 's nachts ergens gaan logeerehi doch
daar hiervoor ditmaal de gelegenheid ont
brak, ben ik 's nachts doorgereisd. Het was
Voor de eerste maal, dat ik met den nacht
trein reisde, want jullie móet weten, dat
ik bijzonder véél van in'fl béd hou. Wij
hebben van 's middags kwart over drie tot
den Vblgendeü middag bij half vijf gereisd,
zdödat je wel zlilt Willéli gêloovêrt, dftt w*é
toerl blij iVÖi'éii; dat wé in ons hotel wai'eri.
Zooals ik reeds zei. is het eerste déél schit
terend geweest. Des avonds hébben We
langs den Rijn dé zon prachtig zien on
dergaan. We zaten toen net in de heer
lijke restauratiewagen een kopje koffie tè
drinken en ons al te verheugen op den
tnooien volgenden dag, want: éi* zat geen
wolkje aaii dé ÏUcftt. Het was tóen tiéh
Utir 's avolids, de doilkèr w as ingetreden,
zoodat. wé van dë oirtgeving niét véél iheör
kónden öndêrsöliêidên. Daal- we ook ïiög
geeii behoefte baddert om ëéli dutje te
dóen 2ijn we een spelletje gaan kaarten
tot een uur of twaalf. We móésten ook nog
overstappen n.l. in Frankfort aan de Maiilj
Waar wé den trein Berlijn—Bazel moesten
opwachten,, rlie ongeveer 12 uur zou aan
komen. Toen namen wé ons heilig voor een
flink dutje te gaan doen, doch) dié trêin
was zóó vól, dat claarvöór haast geen ge
legenheid was. Bovendien, het klinkt gek,
was hét daarvoor té rumoerig, leder oögën-
blik stopte de trein voor hét opnemen vari
passagiers en inladen van de hééhtêüitiéë
dei' couranten^ In Duitsöhland schijnt men
nu eenmaal graag in dert riacht te réizen.
Toen ik hiernaar informeerde bij een Duit-
sche passagier, .deelde deze mij mede, dat
men bij voorkeur den nachttrein neemt om
tijd te sparen en omdat het mihder ver
moeiend is-dan overdag wanneer het war
nier is. Ik zei hem, dat ik me dat goed kon
begrijpen, maar ik prees me tevens goluk
kig to wanen in een laild, waar men niet
ziilkë gi'ooto afstanden behoeft af tè leg
gen om Vuli de éëtie stad naar de arttlere
té komenZoöals ik ï'eéds zei, is er dien
naelifc van slapen wëihlg gekomen. Zoo te
gen een Uur of half twee ben Jk ingêdörn-
irteld, leunend tegen oen van m'fi mederei
zigers, die op zijn bëürt weer een steuntje
aan mij had. Dan schokte je weei* eens
wakker van het stóppen op een of ander
station en dan deed jé maar wéér net als
of jc wakker was;,, je ging dan door de ij
gang loopën en amüSéérde je mét" de sla
perige en dröomerigc gezichten vaii je mé
depassagiers, die allen schots én scheef te
geil elkaar hirigcii./l'öeii ik vöor liet laatst
Wakker werd schrok ik werkelijk: hét was
érg iièvelig en de druppels zatéii tcgeil de
coupë-ranien. Ik ben mé löëh Öêfst fl-isch
gaan wdsschêil om me er goed van Ie kun
rten OvertuigCh, dat het weer Werkelijk
was omgeslagen. En jawel, liet regende, dat
liet goot!
Dat was den onaangename geschiedenis*
Want ik wistj dat als liet in Zwitserland
éénmaal regende, het bleef doorregenen
ook. En aangezien wc de Zwitsursciiè. grens
al aardig genaderd waren, beschouwden
Wé deii nleüWeii dag als verloren. Maar deh
moed verloren wé niet. lntegehdéël, er
wérd övdr hét weer liiet gétöbd, wé zöngéH
ééii vi'óüiijk wijsje en vóór we cr érg in
liaddéli, stööfrideh we het grdöte slation
vflil Bazel biilhëii: Eeii reüzöU station is
dat, met een prachtige rfestaüratiéj Welke
dag oh nacht geopehd is*
Hél. Was rdini zes Uur loert we ili dézë
keurige restauratie aankwamen om daar
het uitstekende ontbijt te gebruiken, waar
we na zoo;n lange reis natuurlijk wel trék
in hadden. We moesten te ruim half negen
Weer mét een ahdéreh trein döörrëizëri
naar Liizerh. Crëlükkig Was liet rhe bëkëhd,
dat op liét statiört Öftzél óók eert badin
richting ivdSj Wéér jé ëëh lièëilljk friöcli
bad kUiit iiêirtëri: Aari§ezlëh ik Vi-lj hlóé
was eii érg looiil. liëb ik daarvan éen dénk-
baai- gebruik gemaakt) niet liet gevolg, dat
Ik weer geheel frlscii de res haar Luzerri
kan voortzetten.;
't Regende nog steeds, doch de bergen
aan weerszijden vart de spoorbaan konden
WC gélukkig nog zien, al waren de hoogste
toppeli, waarop de eeuwige énéêüw ligt,
jaininer geriöeg geheël in dé wolken ge
hüld Zöo kwatnen We dus ook wéér met
lëgêh ifi Luzerli dén. waar Wè eVèh het
Oude deel der stad hebüéh bêHchtigd ert
èeh kléine wandelihg laiigs liet wonder
mooie Vierwoud9tedeiimëer hebben ge
blaakt. De mëren irt Zwitserland zijn
bi-aehtigj liet water is blauw-groen ge
kleurd éii zóó iieldei% dat men de forellen
erin kan zien zwemmen. De regen was ook
hier weer een belemmering voor liet uit
zicht, want de toppen van de Pilatus ën
de Rigi, welke bij goed weer te zién zijfl
liiékleh zlcll ook nU wèer aiigstVallig vCr-
böi'gert in het gi-auw-grijze iVolkërtdek.
TêrWljl we adn de lunch zatelt begon hel
iiög ëeh beetje Harder të régenenj wp dach
ten werkelijk: het zal vandaag uitregenen,
dan is het morgen, als we dö bergtochten
gaan maken, wel droog. En die gedachte
was oorzaak, dat ons gezelschap nog 6teeds
de goede stemming behield. 2oo werd dé
j-eis in dezelfde goede stemming weer voort
gezét naar Meirlngen. Dit deden We niet
dé bèkdhde Brlinlgbaan, ëéfi tandradbaan,
vVèlke èêèi' stijl Omhoog kliiïit. i-Iiei' iiebbëh
We gènöten van de wöndèrmööiö Uitziëh-
tdii óp de ciik-üeSheèüAvde bergen. Wij \va-
ï'ëh al hêel gailW boven de wolken geste
gen, zoodat we flu voói1 lief eerst de eneeüw-
toppert te zien kregen. Dat was 'n machtig
gezichh En het eigenaoi'dige was, dat, nu
we eentnaal boVen dé wolken warén, de
regen was opgehouden. Alleen de onderste
wolkenlaag had zich opgelost iii regen.
Hadden we op die hoogte maar ktihnèn
blijven! Maar dat kon niét, Wafit MeiHligéfi
ligt in een dal, Zöódat wé wèéf moésten
gaan dalen en,... wederom de legen tege
moet gingen.
Zoo kwamen we weer met stroomenden
regen in ons hotel aan, waar we allereerst
ons gingen verfrisschen en de volgepakte
koffers gingen uitladen.
Het diner lieten we ons goed 6maken en
daarna gingen we het plaatsje zelf eens
verkennen; ook alweer in den regen. We
hadden absoluut geen idee, dat we rond
om ingesloten waren door bergen, want al
les rondom ons was nevel en nog eens ne
vel. Het verwondert jullie zeker niet, dat
we dien avond om 10 uur op bed lagen,
want den vorigen nacht hadden we heuseh
wel wat slaap gemist! Volgende keer, als
ik uitgeslapen ben, vertel ik jullie over
m'n eersten tocht.
4f&>
DE CORRESPONDENTIE*
Sneeuwklokje. Ik heb 'je inderdaad
een heelen tijd gemist; zul je nu voortaan
beter aan de raadsels denken? Dan stond
het plaatsje fout in de atlas, het moet met
2 co's worden geschreven. Bedankt voor jo
doekjes.
Palmboom. Mijn dank voor je doekjes
Dié plaats bestaat wel degelijk; op de kaart
stond Neede met 2 co's. Je bent, dus dit
maal ccn beetje voorbarig geweest.
Kik kor. Nou zeg, dat „bof" je niet
org nu je de bos hebt, want dat is mot die
warmte geen pretje. Je mag wel goed je
bést doon voor dat examen als cr zooveel
candidaten zijn. Er is dus een aardige be
looning aan je slagen verbonden; je weef
dus wat je to doen staat. Ik wensch je veel
6UCCCS!
Cupido. Aardig hè, dat die mijnheer
ze zoo maar voor niets geeft; je hebt hem
zeker wol vriendelijk bedankt hé? Is do
zeker al af, of ben je er nog moe be
zlg? Leuk zeg, dat jc zulke mooie resulta
ten met jc kweekerij hebt bereikt.
Cactus. Bedankt voor je gift. Ja, die
repetities wotén wat hè? Hoe is liet gegaan?
Ik hoop voor je, dat je overgaat. Zoo'n vrijó
middag el tusschcn döor valt zekcl* wel in
eten smaak hè? Ik wensch jo veel plezier
in den Haag; dan zit. je zeker iedcren dag
aan het Schcvoningscbe strand!
Niècc. Bedartkt vöor jc gift. Ik kart
me best voorstellen, dat het nü niet mee
valt om in bod te blijven. Ik hoop voor joh
dat liet weer wat koelei1 Wordt,
Orchidee. Bedankt vdoi' je gift. Dót
kan ik me begrijpen zeg, dat jullie op dat
reisje veel plezier hebt gehad.
De boschbesscn zijn er al vroeg: heb je
éi- geen heerlijke paarse lippen van ge
kregen?
Tobias. Bedankt voor je gift. Dat is
éen prettig vooruitzicht hè, dat de zomer
Vacantie zöo nabij is. De prijs wordt Onder
dé inzenders vah goede oplossingen verloot,
jilllie krijgt er dus allen Op de bcUi"'t eert
lloe gaat hél hil inèt liét «\veéi!ljé} is liet
ahVöer Over?
Tjiftjaf. Gelukkig maar, dat nu
biel die warmte de repetities voorbij zijlij
Iloo. heb jè zc gérflöakt? Je schrijft ine zé
ker wel even hoe Je i;appört was hè?
Reiziger. Ik kan me niet voorstel
Ion (lat ik jc vergeten héb: Het reisverhaal
is nu eindelijk begonnen; liet heeft wel lang
geduurd, doch ik had werkelijk geen tijd
éi-voor.
K d m p li a a n t j fiêüankt voor jë gift
Leuk zég, dat de voór'di:aehten zöö göêd
zijlt gelukt. Ben jij óók zöo laiig opgebleven?
Dat was eëii bultenkuilsjö lie? Ik wénsel:
je Véél plezier aan zee Cn heel mooi weer.
Dim a j o. -r- Hoe gaat liël met de repe
tities, zéker wél göêtl iiö? 2öu jë overgaan,
denk je? Ik kan iiièt andëi-s doen dali je
veel succés tocweiisciiën.
Ciiryeaiit. Dat is toch aardig- Van
jéi dat: Jc me liu töeli nóg even een briefje
schrijft. Je hébt op dibn verjaardag zeker
vëol pret gemaakt liè? Ileb Jo opk éën mooi
verjaarsversje opgezegd* of doen jullie dat
hooit. Gefeliciteerd hoor!
Z o ri h e i- o b s j e; Ëêdahkt vóór jc
gift. itet is maar lë hópeti-, dat je VeMvacli
tihg niet tiitköbit* wartt eén lëelijk rapport
kun je altijd hög hebben. Ja, ik Zwem wel*
maar ik heb éi* de laatste twéé jaar haast
göüH gelegenheid vbor gèhad:
Sprinkhaan. Dat kaii een prachti
ge fietstocht worden èn niet duur ook. Die
jeugdherbergen zijn pracht-instèllingert
oni ie overnachten. Ik heb vroeger nöóit in
eeii jeugdherberg gCsiapeh, Want toen ik
karripeerde waicn die er nog niet.
Valk. Als ik ze heb krijg je onge
schonden plaatjes* want aait vuile of ge
kreukelde heb je niet veel: Nü is het zeker
goed zwemweèr* ik kan me best vooretel
len dat je veel in liet water geweest bent
met al die warmte.
G 1 y v i a; Jullie hëbt aardig geboft
met al die vl'ijë middagen Voor de warmte»
Hoe wds het schoolreisje, vertel je me er
eens iets van?
K a b 6 t r. Bedankt Voor jë Dïöste-
plaatjes; ik kan tê juist hêel goéd gebrui
ken. Wanneer stüur je de raadsels weer in?
Heb je bet zoo druk mét dé repetities of
til jé voor eëli examen té werken?
De oplossingen*
FRA'NEKER
Rusland. :-i T.
A 1 m 1 o
N 6
C
K a
Ë- g
R
e d
n t
II
Eendracht maakt macht fnét dé wóordert
tak, Eem, maand, nacht eö klacht.
DÖ pl'ijs is detö Avêék tên dèèi gevallen
aali Cl y via, die hem Maandag aan öhs
bureau kan komen afhaalcn.
-W
'i
XXX
Nlenwe raadsels.
X X X X
X
X
X
X X
X
X
X
X
Op de kruisjeslijnen komt dc naam Aan
iets, waar we vorige week y/el van geprofi
teerd hebben.
Op dc le rij: een medeklinker. v
Op de 2e rij: een viervoetig dier.
Op de 3e rij: een zui\relproduct.
óp de 4e rij: een vuurwapen.
Op de 5o rij: het gevraagde woord.
Op do 6c rij: ziet men veel op Koningin
nedag.
Op de 7c rijr ccn hcerenmodeartikcl.
Op üe 8e rij: een groente.
Op dc 9e rij: een medeklinker*
II i
Mijn geheel -is een bekend gezegde, "dat
uit 6 Avoordcn bestaat cn met 25 letters Avordt
geschreven.
3 11 9 5 13 22 is een Avocstijndier,
8 X 23 18 25 is ccn dier zonder poo-«
ten.
16 7. 15 is een deel yan een
visch.
12 2 17 19 14 21 is een vogel*
4 20 6 S is een vrucht.
24 10 21 "eï"' i6 een grappenmaker*
ONZE RUILHANDEL'
M o v r o u av IC. Avordt vriendelijk bedankt
Vöor do bonnen, Welke ze mij hoeft gezon
den*
Micky Mouse kort in ruil voor haar
gift oon paar kaïncmelkzccpplaatjes ert cac
tusbonncn krijgen.
Sneeuwklokje kan ccn paar caclus-
bonncn, een Droslcplaalje, ecii speldje en
een filmfoto krijgen.
Palmboom kan een paar cactusbon-
fiert; een Di'ostcplaatje, een filmfoto, een
speldje én een paar i'oodbandplafttjes ko
men balen.
Cactus kan een boekenbon, een Droste-
plaatje, eëii paar K. cn G.'s plaatjes, ccn A\
Höüteii'ë boh. sigarctlcndoekjes ëii ccn llag
zegel komen halen.
Niècc kan een paar cactusborlncn en
Dagzeg els komen halen.
Orchidee kan een speldje luijgcil.
Tobias kan een paar caotusbonnen, een
boekenbon en een paar Amslelpennlngen
komen halen.
Tjiftjaf kan een paar cactUshoillieii en
iliilc'S Bortflért kómen halen.
Reiziger kan eën paar Sickespunten,
Dobbehnaiinplaatjes, een boekenbon en
t-oodbandplaatjes komen halen.
Zó ii li e r o o s j e kdii een paar Ilillé's
bonneii eii éen Van IlöUtert's bon haléil.
Sprinkhaan kan een speldje krijgen*
Valk ltlia tföii paar llagenbeCkplaafjés
eëii pelikaahtje* een paal- caëtusbofliidn ëii
eën paar duifmci-keli kómen halen.
Kemphaantje kan een pakjo van.
Clyvla konieii lialcii.
Tem Mix kan een paar roodbaiiflplöat-i
jes komen halen.
Kabouter kan eëli paal- cactüsüöilrteii
kómen iïaldli.
Vorige Avéek hebben verschillende nich
ten ert nevërt vei*getöil de bonnen van den
ruilhandel af te halen. Indiërt zij deze Weck
niet worden gehaald zullen zij Wederom
worden verdeeld over de andere liefhebbers.
Deze vergeetachtigOn zijfi: Kemphaantje,
Sprinkhaan, Apenstaart, Ölct ShattciTiartd,
Paljas, Róswita, Watëi-lélie bii AVilctc Will-
gCi-ci
Allo bonnen en plaatjes kunnen na
Maandagmiddag 3 uur wórden afgehaald.
OOM PIM.
KLEINE MAN.
Kleine man, kleine man
Zing ëeh liedje als je kali*
Zit filet met je hoofd omlaag
Kijk, de zon schijnt toch vandaag.
Kleine man, kleine man,
Zing een liedje als jo kan.
Kleine man* kleine man,
Ja, ik weet er alles van*
Jij wilt altijd doen je zin,
Maar daar komt toch niets van in*
Kleine man, kleine mail,
Ja, ik Wéét er alles van.
Kleine man, kleine man
Weet je, als ik jóu was, dart
Bleef 'k niet mokken maar deed gaiiW*
Wat die stortte moes graag wou*
Kleine man, kleine man,
Ja helisch hoor, dat doed ik 'dan*
Kleine man, kleine man
Toon dat je nog lachen kan*
't Vinkje slaat, de lijster fluif,
Alles lacht en zingt het Uit!
Kleine tnan, klelrte man
Tóórt dat jé nog lachen kali.
F. LASSGH&
(Ons eigen Tijdschrift),