I. (Mfbrt lil
Congres voor vergelijkend recht
RINTIt
Begroeting namens
de regeering
Het werk der Internat.
Academie
AUTO EN ONBEWAAKTE
OVERWEG
Is het inzicht ten onzent
achterlijk?
Onze Postvliegers
onderweg
Fa. J.W. van Achterbergt!
Bestudeering van 200 rapporten van
hooge wetenschappelijke
waarde
In de ridderzaal heeft, heden de plechtige
openingszitting van het internationale con
gres voor vergelijkend recht plaats gehad
Aanwezig waren o.m. graaf van Lynden
van Sandenburg, vice-president van den
Raad van State; de deken van het corps
diplomatique, de heer von Adlercreutz en
velo gezanten en zaakgelastigden, voorts
mr. Loder, oud-president van het Perma
nente Hof van Internationale Justitie, als
mede vele rechters in dit Hof, mr. Heyli-
gers, rechter in de gemengde Egyptische
Rechtbank te Alexandrië, prof. Suyling, de
burgemeester van Den Haag en vele andere
autoriteiten.
Minister Beelaerts van Blokland
beeft namens de Regeering woorden van
welkom tot de deelnemers aan het congres
gesproken en hulde gebracht aan de Inter
nationale Academie voor vergelijkend recht,
die het initiatief tot het congres genomen
bad. De taak der Academie, aldus spr., de
studie van hèt vergelijkend recht op histo-
rischen grondslag en de verbetering van
de wetgeving, in het bijzonder van het pri
vaatrecht, in de onderscheidene landen,
doordat de wetten stelselmatig met elkaar
in overeenstemming worden gebracht, heeft
de volle sympathie der Nederlandsche Re
geering, die zich gelukkig prijst, dat de Aca
demie Den Haag als haar zetel heeft uit
gekozen. Ook stelde spr. in het licht de nau
we banden, die de Academie met het Per
manente Hof van Internationale Justitie
verbinden. Hij wees op het beiang van het
werk, dat het congres wacht, aan welks oor
deel meer dan tweehonderd rapporten van
hooge wetenschappelijke waarde zullen wor
den onderworpen. Spr. eindigde met zijn
beste wenschen over het welslagen van het
congres uit te drukken.
Rede prof. de Bustamente.
Prof. A. S. de Bustamente, rechter
in het Permanente Hof en president der
Internationale Academie, heeft een rede ge
houden, waarin hij herinnerde, aan het eer
ste wereldcongres voor vergelijken recht, in
1900 te Parijs gehouden, dank zij het ge
lukkige initiatief van de Fransche vereent-
ging voor vergelijkend recht. Spr. dankte
de Nederlandsche Regcering en de Neder
landsche autoriteiten vóór de medewerking,
verleend om het thans gehouden congres
te doen slagen, alsmede de administrateurs
van het Vredespaleis, de Carnegiestichting,
enz., en in het bijzonder prof. Elemer Ba-
logh, secretaris en stichter van de academie.
De wetenschap van het vergelijkend recht,
vervolgde spr., heeft een verbazingwekken
de vlucht genomen door de toenadering van
de volkeren en de internationaliseering der
rechtsregelen. Hij trad voorts in historische
beschouwingen met betrekking tot de ont
wikkeling van het recht bij de oude Grie
ken en Romeinen en in de middeleeuwen
en legde den nadruk op de beteekenis van
het feodale recht en van de Europeesche
monarchieën. Spr. ging den groei van het
vergelijkend recht in den loop der negen
tiende eeuw na, axndacht wijzende aan de
rol, daarbij gespeeld door de codificatie.
Hij betoogde, dat twee gevaren moeten wor
den vermeden, t.w. de imitatie van vreemd
recht en de te exclusieve liefde voor het
eigen recht. Voorts moet men niet het recht
van een uitverkoren land toepassen op de
andere landen, maa* het gelijkheidsbegin
sel huldigen.
Men mag vooral de studie van het mate-
rieele, juridische leven, van het recht in
werking, niet verwaarloozen. Elk onderdeel
van het recht profiteert van de vruchten
der vergelijkende studie In dit verband
wees spr. in het bijzonder op de waarde
van het internationaal administratief recht,
waarna hij eveneens de, met niet geringe
moeilijkheden gepaara gaande, wording van
een eenheid op het gebied van het civiel-
recht naging. Voorts zette hij uiteen, dat de
pogingen tot unificatie van het handelsrecht
tot dusver slechts een zeer betrekkelijk suc
ces hebben gehad, en maakte het het nut
van de wetenschap van het vergelijkend
recht ook voor het strafrecht duidelijk. Wij
ders maakte spr. opmerkzaam op wat deze
wetenschap nog bereiken kan met betrek
king tot het tegenwoordige uiteenloopcn
van de procedures in de verschillende lan
den, zoowel ten aanzien van straf- al6 ci-
vielrecht; ook ten opzichte van de organi
satie der rechterlijke colleges. Spr. besprak
mede de ontwikkeling van het internatio
naal privaatrecht en van het internationaal
publiekrecht, welk laatste de betrekkingen
tusschen de Staten regelt. Uit dit alles
blijkt, zoo merkte spr. op, dat het verge
lijkend recht geen museum of tentoonstel
ling is, maar veeleer een laboratorium en
een kliniek en dat het een machtig hulp
middel is ter bereiking van het belangrijk
ste doel van wet en juridische onderzoek:
het geluk der menschheid. Spr. eindigde
met op te wekken, vertrouwen te stellen in
de resultaten, die de studie van het verge
lijkend recht in de menschelijke samenle
ving zal blijven opleveren.
Rede prof. E. Balogb.
Voorts heeft het woord gevoerd dc secre
taris-generaal, prof. E. B a 1 o g h, over „de
werkzaamheid dei: inteipatipnale acadeinie
voor vergelijkend recht en van het interna
tionaal congres voor vergelijkend recht."
Spr. memoreerde do waardevolle advie
zen, die hij van den onvergetelijkcn André
Weiss had gekregen, nadat spr. in 1923 het
plan tot stichting van de organisatie aan
zijn oordeel onderworpen had. Ook ge
waagde spr. van zijn nauwe samenwerking
met prof. Henri Lévy-Ullmann. Beiden
waren zij van meening, dat bij de stichting
elke politieke overweging moest worden
vermeden en dat de eenige maatstaf
slechts de wetenschappelijke verdienste
mocht zijn. De wetenschap is door een inter
nationalen geest bezield. En de leden
stichters der academie moesten worden ge
kozen uit de uitstekendste juristen. Vol
gens deze beginselen werd te werk gegaan.
Op 13 September 1924 vergaderde de con
stituante onder het voorzitterschap van
dep tegenwoordigen president, to Genève.
Spr. besprak voorts het werk der academie,
dat wordt verricht Éonder eenig materieel
oogmerk en dat in zichzelf zijn belooning
vindt. Hij huldigde de nagedachtenis van
zijn overleden meesters, Joseph Kohier, Sir
John Macdonell, Raymond Saleilles en
Ernst Zitelmann. Hij ging voorts de voor
bereiding van dit internationaal congres
na, het houden waarvan het bureau der
academie in 1928 in een vergadering te Ox
ford had voorgesteld. Spr. wees op het be
lang van de unificatie van het recht, die
geen doel is, maar een middel om de vol
keren elkaar meer te doen naderen. Ge
sticht moet worden een internationaal cen
trum van juridische documentatie, waar
aan groote behoefte bestaat.
Met betrekking tot zoodanige stichting
kan het congres zich zeer nuttig maken.
Aan de voorbereiding van het congres heb
ben zestig deskundigen gewerkt, aan wier
onbaatzuchtigheid en liefde voor de weten
schap spr. hulde bracht. Bij de keuze der
deskundigen heeft men zoowel de theorie
als de practijk tot haar recht laten komen.
Hun raadgevende arbeid is zeer verschil
lend geweest. Moge op het fundament van
dit congres een permanente en internatio
nale organisatie verrijzen, waartoe John H.
Wigmore, oud-deken en hoogleeraar te Chi
cago, een plan ontworpen heeft. Voorts is
het oogenblik gekomen tot stichting van
een internationalo rechtsfaculteit, waar
over reeds vele jaren geleden is gesproken.
Daardoor kan elk land profiteeren van den
arbeid der andere landen. Ook is te hopen,
dat één der resultaten van het congres zal
zijn, dat het vergelijkend recht als verplicht
leervak aan alle universiteiten wordt inge
voerd.
Spr. eindigde met een woord van bemoe
diging en hoop, verklarende, dat de moei
lijkheden den ijver der strijders voor de
goede zaak slechts prikkelen en dat dezen
ondanks alles zullen overwinnen.
Rede Lord Hanworth.
Lord H a n w o r t h, griffier van Lon
den, heeft vervolgens een rede uitgesproken
over „het rechtsmiddel en de procedure
van de specifieke tenuitvoerbrenging in de
Engelsche wetgeving". Dit middel wordt
aangewend bij contractbreuk en wordt ge
bruikt in den vorm van een uitspraak,
krachtens welke het contract overeenkom
stig zijn bepalingen moet worden uitge
voerd. Ongehoorzaamheid aan zulk een uit
spraak kan zware straffen tot gevolg heb
ben. Spr. besprak dit verschijnsel, omdat
het een voorbeeld is van de verschijnselen,
welke sterk verschillen van de jurisdictie
van andere landen.
Toespraak prof. Wigmore.
Vervolgens heeft nog prof. John
Henry Wigmore, van Northwestern
University, te Chicago, een toespraak ge
houden, waarin hij onder warm applaus
van het congres dank bracht aan den voor
zitter der academie en in het bijzonder aan
den heer Lambert van Lyon. voor hun or
ganisatie van het congres, alsmede aan den
secretaris-generaal, voor zijn arbeid, gedu
rende twee jaar, om het congres mogelijk
te maken. Spr. betoogde, dat het congres
niet moet uiteengaan, zonder maatregelen
getroffen te hebben ten gunste van perio
dieke bijeenkomsten. Het congres moet een
permanent organisme scheppen. De lessen
van het verleden zoowel als de behoeften
xau de toekomst maken dit tot plicht.
Voorts biedt het congres een unieke gele
genheid, waarvan gebruik moet worden ge
maakt, om een wereldorganisatie te schep
pen van alle beroepen, de wetgeving betref
fende, dus omvattende zoowel rechters als
hoogleeraren, advocaten, notarissen, publi
cisten, politie-ambtenaren. enz.
Met prof. Wigmore's rede was de plech
tigheid geëindigd. Alle redevoeringen wer
den door hartelijk applaus tan het congres
gevolgd.
Hedenmiddag vergaderde het congres in
het Vredespaleis ter vaststelling van het
reglement.
Het congres besloot onder applaus en ter
wijl het zich van zijn zetels had verheven,
een telegram van hulde aan H. M. de Ko
ningin te zenden.
De regeering ontvangt de deol-
nemers in de Ridderzaal.
Een uitgelezen schare bevond zich heden
avond in de Ridderzaal, waar de Regeering
de deelnemers aan 'net Internationaal Con
gres voor Vergelijkend Recht heeft ontvan
gen.
De zaal met haar schitterende verlichting
en waar fraai, met bloemen versierde buf
fetten waren aangericht, bood een schoonen
aanblik.
Ter bijwoning van de ontvangst waren
uitnoodigingen gericht tot tal van hooge
functionnarissen, zooals den voorzitter en
de leden van den Raad van State, de dienst
doende leden der Hofhouding, de leden
van het permanente Hof van Internationale
Justitie; den president en den procureur-
generaal van den Hoogen Raad, den presi
dent van het gerechtshof, de leden van de
staatscommissie vooc het Internationaal
VAAKXMSMAAKT 13-lfl-T1L.5A*
I I I I I I I I I
Privaatrecht, hooggeplaatste ambtenaren
van het Departement van Buitcnlandsche
Zaken, de leden der commissie voor Vol
kenrechtelijke vraagstukken van genoemd
departement, do leden van het Dag. Bestuur
der gemeente, de leden van het corps di
plomatique 's-Gravenhage, do hooge mili
taire autoriteiten, enz. enz.
Minister Beelaerts van Blokland en me
vrouw ontvingen de bezoekers en onderhiel
den zich met de congressisten.
VRIJZINNIG DEMOCRATISCHE
JONGEREN ORGANISATIE.
Kampcongres op „Saxenhelm".
Door de Vrijzinnig Democratische Jonge
ren Organisatie werd dc afgeloopen week
een kampcongres gehouden op de terreinen
van het kampeercentrum „Saxenheira" to
Nunspeet.
De hoofdleiding berustte bij den advi
seur der organisatie, mr. dr A. M. Joekes,
dc practische leiding bij de hecrcn S.
Zandstra uit Sncek, E. Klein uit Hilver
sum en D. J. A. Geluk uit Haarlem.
0ndank6 den voortdurenden regen welke
de meeste wandel- en fietstochten, die op
het programma stonden. verhinderde
6laagde het kamp uitstekend en was de
stemming zeer goed.
Nadat het kamp was geopend met een
korte rede van mr. Joekes, werden gedu
rende de week inleidingen gehouden,door
S. Zandstra te Sneek over „Kampeeren en
Jongerenbeweging", E. Klein te Hilversum
over „Internationalisme", mr. A. Joekes te
Den Haag oven „Do democratie in onzen
tijd"; C. S. Tolsma te Assen over „Vader
landsliefde"; D. J. A. Geluk te Haarlem
over „Het Fascisme"; Leo J. B. Wolff te
Den Haag over „Het Nationaal Socialis
me" en B. Levits Jr. te Den Haag over „Me
dezeggingschap in het bedrijf".
Deze inleidingen werden gevolgd door
uitvoerige gedachten wisselingen.
Tenslotte werd Vrijdagavond een zeer
geslaagde voordrachtavond gehouden.
Het kampvuur kon door de groote voch
tigheid niet doorgaan.
DE NOOD IN DEN WESTFRIESCHEN
TUINBOUW.
Ineenstorting der bedrijven.
De commissie uit de Westfriesche ge
meentebesturen, bestaande uit de burge
meesters van Andijk, Blokker, Borek op
Langendijk, Grootebroek en Obdam hebben
een adre6 gezonden aan den minister van
economische zaken en arbeid, waarin er
op gewezen wordt, dat :nen binnen enkele
weken voor een volslagen ineenstorting
staat der tuinbouwbedrijven, met stopzet
ting der productie. Deze catastrophe dreigt
bijna universeel, dus ook voor die tuin
bouwbedrijven, die in 1930 en 1931 niet aan
vroegen voor provinciaal- en rijk6crediet en
thans hun laatste geld in deze moeilijke
jaren geofferd hebben. Alleen regeerings-
liulp tot instandhouding der tot voor kort
nog zoo bloeiende tuinbouwbedrijven kan
afdoende redding brengen. De commissie
doet een dringend beroep op den minister
om spoedige hulp in den vorm van toeslag
tot productiekosten op de voornaamste
tuinbouwproducten met terugwerkende
kracht van het begin der aardappelcampag
ne.
HANDELSVERDRAG MET BELGIE.
Donderdag publicatie van den
tekst.
Het Handelsblad meldt:
De regeeringen van België en Nederland
hebben de vorige week aan de regeeringen
van andere lancjen mededeeling gedaan
van het te Ouchy tusschen Nederland en
België gesloten handelsverdrag. In deze
mededeeling worden dc staten uitgenoodigd
lot de overeenkomst toe te treden.
De regeeringen van beide landen zijn
voorts overeengekomen den officieelen tekst
van het verdrag Donderdagochtend te pu-
bliceeren.
Reeds is een wetsontwerp in voorberei
ding, dat spoedig na het reces der Tweede
Kamer bij haar zal worden ingediend.
ERNSTIG MOTORONGELUK TE GRAVE.
Grave, 2 Aug. Hedenmiddag omstreeks
4 uur i6 nabij de Pckelbrug te Grave een
vrij ernstig motorongeluk gebeurd. Een
Duitscho motorrijder is met een vracht
auto in botsing gekomen. De man werd
van den motor geslingerd en ernstig ge
wond. Het 12-jarig jongetje dat achter op
de duo zat, werd eveneens hiervan afge-
slingerd. Het bekwam niet ernstige ver
wondingen. Beiden werden naar het St.
^Catharine gasthuis .te Cfra^e vervoerd.
Een schrijver in „Spoor; en Tram
wegen" vergelijkt de Amerii
kaansche met de Hollandsche
toestanden
Wij lezen n het tijdschrft „Spoor- en
Tramwegen":
„Wanneer men na eenige jaren verblijf in
de Vereenigde Staten weer in Nederland
terugkeert is een der opvallende feiten de
erschillende mentaliteit van het Ameri-
kaansche en Nederlandsche publiek ten op
zichte van de onbewaakte overwegen. Hier
vormen deze nog altijd een brandende
kwestie, tewijl in Amerika do onafge6loten
gradecrossing" een aanvaarde Instelling is.
Gedurende mijn verblijf daar te lande
reisde ik veel per auto en stak onder meer
tweemaal op deze wijze hot continent over.
Wanneer ik nu in dit verband aan deze
autozwerftochten torugdonk, kom ik tot de
van Nederlandsch standpunt verrassen
de conclusie, dat ik me niet herinner er
gens buiten de 6teden (en ook daar binnen
slechts sporadisch) spoorwegafsluitingen
gezien te hebben. Ik wil graag aannemen,
dat vergeetachtigheid mij hier parten speelt,
maar het feit blijft bestaan, dat ik me tal-
looze overwegen herinner, voorzien van
andreaskruisen met het opschrift „stop,
look, listen", andere met een „wigwag"-sein
of een flikkerlicht, weer andere meest
in of nabij de 6teden waar een mannetje
met een roode vlag stond te gebaren; maar
slagboomen? Ik kan ze me met geen moge-
lijkhed voor den geest halen.
Zonder twijfel eischen deze „onbewaakte
overwegen" slachtoffers, maar toch altijd
nog in veel mindere mate dan het autover
keer op den weg. De Amerikaan beschouwt
de eerstgenoemde categorie van ongevallen
niet als een op zich zelf staande groep, die
met geheel andere maatregelen bestreden
dient te worden dan de andere verkeers
ongelukken. Dit schijnt mij de eenige lo-
gischeJiouding toe. Immere, wat is het prin
cipieel onderscheid in gevaar tusschen het
oversteken van een modernen motorver
keersweg en een spoorweg? Het bestaande
verschil is slechts gradueel en, persoonlijk
gesproken, stuur ik een auto liever over tien
onbewaakte overwegen dan over één niet
van stoplichten voorzien kruispunt van een
New York of Los Angeles vijfbaanverkeers-
ader al zijn zulke punten gelukkig vrij
zeldzaam. Naar mijn bescheiden meening
is een deel van de ongevallen op onbewaak
te overwegen dan ook juist toe te schrijven
aan het feit, dat het publiek de spoorwegen
als minder gevaarlijk beschouwt vanwege
de mindere verkeersdichtheid dan die der
autowegen.
De regeling van het Amerikaansche ver
keerswezen gaat uit van het principe, dat
het verkeer op de hoofdwegen den voorrang
heeft boven dat op zijwegen; de automo
bilist, komend van een zijweg, heeft te stop
pon vóór hij de „arterial road", of „boule
vard" op rijdt, welke meestal met een waar
schuwingsbord aangekondigd worden. In dc
steden zijn alle straatkruispunten van eenig
belang voorzien van gewoonlijk automa
tische lichtsignalen; er zijn slechte wei
nige autobestuurders die zoo'n stoplicht
durven negeeren, ook al is het in een stille
buitenwijk en is er geen agent in de buurt
te bekennen!
Het drukke autoverkeer heeft de hoofd
straten trouwens gemaakt tot verkeersba-
nen, die voor den voetganger nog veel ge
vaarlijker zijn dan de onbewaakte spoor
wegovergangen voor den automobilist. In
vele steden, en heusch niet alleen de groote,
is het dan ook verboden een straat over te
steken anders dan op kruispunten en
in lange blokken in het midden, waar de
„pedestrian crossings" aangeduid worden
door twee witte lijnen. Kortom, de rijdende
zoowel als de loopende Amerikaan is vrij
goed afgericht op het in acht nemen van
verkeersseinen.
Wat nu het oversteken van spoorwegen
betreft, hier geldt, als gezegd, betzelfde be
ginsel als bij het oversteken van andere
verkeerswegen, en in het algemeen wordt
daar ook naar gehandeld: er zijn niet veel
automobilisten, die, wanneer de wigwag be
gint te slingeren, nog door zullen rijden,
Zware vrachtauto's on autobussen zijn ver
plicht voor elke spoorwegkruising te stop
pen en de andere automobilisten worden
geacht het waarschuwingssein voor een
overweg dezelfde aandacht te geven als aan
de borden welke andere verkeersaders aan
kondigen.
Ook in de ko6tenverdeeling openbaart zich
de andere opvatting duideiijk. Uit een rap
port van een Amerikaansche commissie
voor beveiliging van onbewaakte overwe
gen gedeeltelijk opgenomen In Railway
Age" van 21 Mei j.l. blijkt, dat in een
aantal staten de kosten van aanschaffing
en onderhoud van de beveiligingssystemen
op onbewaakte overwegen gezamenlijk be
kostigd worden door de betrokken spoorwe
gen en de bestuurslichamen, waaronder de
zorg voor de wegen ressorteert.
Men zou eigenlijk verwachten, dat, nu het
automobielverkeer. in Nederland zijn kin
derschoenen begint te ontwassen, ook hier
te lande de bovengeschetste opvattingen
meer en meer ingang zouden vinden. Het
blijkt integendeel maar al te zeer, dat het
inzicht in verkeersvraagstukken in geenen
deele gelijken tred heeft gehouden met de
vermeerdering yan het aantal auto's.'
A
A
Ibis
un
28—7
Amsterdam
28—7
Budapest
Wecnen
of
Amsterdam
Parijs
Marseille
Rome
Hrindisi
28-7
Athene
Mersamtruh
29—7
Cairo
Chaza
Rutbawells
30-7
Bagdad
Basra
Boeshir
2—7
Djask
Karachi
Jodpoer
2-8
Jhansi
Calcutta
1—8
Akvab
Rangoon
31—7
Bangkok
30—7
Kohlak
Penang
Medan
29—7
Palembang
Batavia
29-7
Bandoeng
A
Vertrok van 't eerstvolgende postvlieg
tuig van Amsterdam A Augustus.
FAUTEUILS
V
10 JAAR GARANTIE
WESTSINGEL 10-13
HERZIENING DER VOGELWET.
Eon commissie ter voorlich
ting van do Regeering.
De Minister van Economische Zaken en
Arbeid, heeft uit overweging, dat het wen-
schelijk is een herziening der Vogelwet
1912 voor te bereiden, ingesteld een com
missie ten einde ter voorlichting daarbij
van de Regeering hem dienaangaande
verslag uit te brengen.
In die commissie zijn benoemd:
1. tot lid, tevens voorzitter: Prof. dr. E.
D. Oort, Hoogleeraar aan de Rijksuniversi
teit te Leiden;
2. tot leden:
F. A. L. M. Damen, lid van het Hoofd
bestuur van den Limburgschen Land- en
Tuinbouwbond en Burgemeester van Geleen
tc Lutterade;
J. Drijver, secretaris van de Nederland
sche Vereeniging tot Bescherming van
Vogels te Santpoort;
J. Haverkamp, voorzitter van dc Provin
ciale Overijselsche afdeeling van den Chris-
telijken Boeren- en Tuindersbond to Kam
pen;
F. L. M. van Hoogstraten, notaris te
Zeist;
M. de Koning, houtvester der Nederland
sche Heide-Maatschappij te Arnhem;
ir. N. van Poeteren, inspecteur Hoofd van
den Plantenziektenkundigen Dienst te Wa-
geningen;
Dr. Jac. P. Thijsse tc Bloemendaal;
Mr. P. G. van Tienhoven te Amsterdam;
W. Tolsma, secretaris van het comité „Co-
vavo" te 's-Gravenhage;
E. L. L. Baron van Tuyll van Seroosker-
ken, secretaris van de Koninklijke Neder
landsche Jachtvereeniging „Nimrod" te Am
sterdam;
3. tot secretaris:
J. J. H. Bijdendijk, tijdelijk adjunct-com
mies aan het Departement van Economi
sche Zaken en Arbeid te Voorburg.
AMSTERDAM THEE CULTUUR
MAATSCHAPPIJ.
Amsterdam, 2 Aug. De productie der
onderneming Argalingga heeft over de
maand Juli bedragen: 34.000 h. K.G. thee.
Zoo'n bord is er niet!
maar het zou wèl nuttig wezery
want elk Jaar gaan duizenden hec
tares bosch en hei door brand
verloren. Spaar ons nationaal bezit,
wees voorzichtig met vuur, en
Rook niet in bosch of hei