'AFfERSFÖOlTSCIH DAGBIAK
Feuilleton
Donderdag 11 Augustus 1932
-DE EEMLAISDEftr
31 e Jaargang No. 36
TWEEDE BLAD
Biemeelaed
UIT DE STAATSCOURANT
7
v P
r r -•
DE MOEILIJKHEDEN IN HET
BETALINGSVERKEER
DE TOEPASSING VAN DE
CRISISPACHTWET
Fortinbras' Toovermacht
Op verzoek eervol ontslagen met dank
mevrouw M. W. S. Blok geboren Abereon
als lid Voogdijraad Leiden;
benoemd tot kantonrechter-plaatsvervan-
ger in kanton Zierikzee A. Mertens, inspec
teur directe belastingen enz. aldaar.
Benoeming van kinderrechters.
Bij Kon. Besluit zijn met ingang van 1
September 1932 aangewezen voor den tijd
van twee jaren in de enkelvoudige Kamer
voor de behandeling van burgerlijke kin
derzaken tevens belast met de behandeling
van kinderstrafzaken van de arrondisse-
ments-rechtbank:
te 's-Hertogenbosch: a. tot lid jhr. mr.
p. G. M. van Meeuwen; b. tot plaatsver
vangend lid mr. K. C. J. M. Sassen, mr.
dr. C. Heijman en mr. A. A. van Schuijlen-
burch, allen rechter;
to Breda: a tot lid mr. W. P. A. Helle
gers, vice-president; b. tot plaatsvervangend
lid jhr. mr. L. J. M. van Sasse van Ysselt,
mr. F. C. A. M. Tilman, mr. J. C. Sikkel,
mr. G. J. Kronenberg en mr. A. Bisschop
Boele, allen rechter;
te Maastricht: a. tot lid mr. B. J. M. H.
Ruland, b. tot plaatsvervangend lid jhr.
mr. G. M. R. Testa, mr. J. C. H. Gadiot, mr.
Th. van Doorninck, mr. A. E. W. Rustinx
en mr. F. J. W. M. de Nerée tot Babberich,
allen rechter;
te Arnhem: a, tot lid mr. H. Hannema:
b. tot plaatsvervangend lid mr. C. van Nie-
velt, mr. A. H. van Beusekom, mr. J. H.
Smits, mr. J. Houwink en jhr. mr. F. J.
M. van Nispen tot Sevenaer, allen rechter;
te Zutphen: a. tot lid mr. A. H. van der
Giesen; b. tot plaatsverv. lid mr. W. H. van
Basten Batenburg, mr. H. Sluijterman, mr.
H. L. Mees en mr. H. L. Wilkcns, allen rech
ter;
te Tiel: a. tot lid mr. W. J. Hofdijk, rech
ter; b. tot plaatsverv. lid mr. A. G. A. rid
der van Rappard, president, mr. W. F. van
Everdingen, mr. D. Visser en mr. A. J. E
Terwindt, allen rechter;
te Zwolle: a. tot lid mr. A. Mercier; b.
tot plaatsverv. lid mr. A. J. M. van Heijst
en mr. W. A. Vo6, allen rechter;
te Almelo: a. tot lid mr. A. C. Leendertz;
b. tot plaatsverv. lid mr. A. Ikraan van
Burck; mr. E. H. F. W. van Schaeck Ma-
thon, mr. dr. J. M. de Moor en mr. C. C.
Bijleveld, allen rechter;
te 's-Gravenhage: a. tot lid jhr. mr. H.
C. Feith, rechter; b. tot plaatsverv. lid mr.
C. J. J. de Joncheere, vice-president, mr G.
Schol ten, mr. J. IT. van Laer, mr. H. van
Wageningen en mr. J. L. L. Wery, allen
rechter;
te Dordrecht: a. tot lid mr. J. H. van
Welsen; b. tot plaatsverv. lid mr. J. Bent-
fort van Valkenburg, mr. M. van Aken,
mr. A. J. Paulus en mr. C. J. Heemskerk,
allen rechter;
te Amsterdam: a. tot lid mr. G. T. J. de
Jongh, vice-president; b. tot plaatsverv.
lid mr. N. de Benedilty, mr. Th. L. van
Berckel, mr. TI. P. van Berkum, mr. H. H.
Boas, mr. V. G. A. Boll, mr. J. Boon, mr.
C. Briët, jhr. mr. P. J. H. M. van der Does
de Willebois, mr. W. J. H. Dons, mr. H.
D. Fecnstra, mr. B. de Gaay Fortman, mr.
J. E. Hoekstra, mr. H. J. Hülsmann, mr.
G. J. Jutte, mr. M. D. K. S. van Lier, mr.
dr. N. Muller, mr. A. C. N. P. Ruy6, mr.
P. H. Smits, mr. J. Spreij, mr. P. F Swa-
german, mr. J. J. Ter Maten, mr. A. M.
baron van Tuyll van Serooskerken, mr. J.
.Verdam en mr. J. G. de Vries, allen rechter;
te Alkmaar: a. tot lid mr. A. M. Ledeboer;
b. tot plaatsverv. lid mr. J. Krabbe, mr.
W. A. Ubbens en mr. H. M. Fruin, allen
rechter;
te Utrecht: a. tot lid mr. D. Kaars Sijpe-
6teijn; b. tot plaatsverv. lid mr. C. Veen, mr.
s
s.
Het ongeluk op den onbewaakten overweg te Echt. De plaats waar herder en scha
pen door den trein gegrepen werden.
J. J. Wijnstroom, mr. T. J. Dorhout Mees
mr. A. D. van Regteren Altena en mr. TI.
J. P. M. Loeff, allen rechter;
te Leeuwarden: a. tot lid mr. J. F. van
Beeck Calkoen; b. tot plaatsverv. lid mr. B.
Ph. baron van Harinxma thoe Slooten, mr.
J. Meihuizen en mr. D. G. Kortenbout van
der Sluijs, allen rechter;
te Winschoten: a. tot lid mr. H. Fergu
son; b. tot plaatsverv. lid mr. J. F. B. J.
Godding, mr. J. Wedeven, allen rechter;
mr. 0. J. Cluysenaer, president en mr. P.
de Groot, rechter-plaatsvervangcr;
te Assen: a. tot lid mr. F. M. Plcyte; b.
tot plaatsverv. lid mr. L. van den Bijtel,
mr. dr. G. M. Doornbos en mr. J. C. II.
Kaempff Prikken, allen rechter.
Voorts zijn met ingang van 1 September
1932 aangewezen voor den tijd van ecu
jaar in de enkelvoudige kamer voor de be
handeling van burgerlijke kinderzaken, te
vens belast met de behandeling van kinder
strafzaken van de arr.-rechtbank te Haar
lem tot plaatsvervangend lid jhr. mr. E.
J. Strick van Linschoicn, mr. A. L. M. van
Berckel, mr. A. J. W. van Vrijberghe de
Coningh, mr. Th. F. Raedt en mr. M. A.
van Rijn van Alkcmade, allen rechter.
Marine-stoomvaartdienst.
Bij beschikking van den minister van
Defensie is de officier van den marine
stoomvaartdienst der le klasse, C. B. Een
hoorn, dienende bij het Koninklijk Instituut
voor de Marine te Willemsoord, den 27sten
September 1932 ter beschikking gesteld.
Rijksbamiddelaar.
Bij Kon. besluit van 1 Augustus 1932 is
niet ingang van dien datum benoemd lot
Rijksbemiddelaar in het 3de district de heer
mr. A. C. Josephus Jitta, secretaris van
den Hoogen Raad van Arbeid te 's-Graven
bage.
Technische Hoogeschóol.
Bij Kon. besluit is benoemd tot buitenge
woon hoogleeraar in de afdeeling der ai-
gemeene wetenschappen aan de Technische
Hoogeschool te Delft, om onderwijs te ge
ven in het Staatsrecht, het administratief
recht (met uitzondering van de arbeids- en
fabriekswetgeving en het mijnrecht) en het
handelsrecht: mr. A. C. Josephus Jitta, se
cretaris van den Hoogen Raad van Arbeid
te '6-Gravenhage.
SCHIP GESTRAND.
V 1 i s s i n g e n, 10 Aug. Het Zweedsche
stoomschip „Renteria" komende van Oslo
is door mist bij Kaap duinen omhoog ge
varen. Sleepbooten zijn ter assistentie aan
wezig.
De Mij. voor Nijverheid en Handel
adresseert aan den Minister
De Nederl. Mij. voor Nijverheid en Handel
heeft een adres gezonden aan den minister
van economische zaken en arbeid in
zake de Xederlandsche crcditeurbelangen
in Duitschland in verband raet de moeilijk
heden in het betalingsverkeer.
Indien binnen redelijken termijn met ver
dere onderhandelingen geen bevredigend
resultaat mocht worden bereikt, aldus
wordt in dit adres betoogt, zal de regeering
nader dienen te overwegen in hoeverre
tegenover Duitschland gebruik kan en moet
worden gemaakt van de wet tot vergemak
kelijking van maatregelen bij verdrag of op
andere wijze betrekken ter brijdeling van
de gevaren voortspruitend uit dc beperken
de bepalingen, die steeds veelvuldiger op
het internationaal betalingsverkeer worden
toegepast.
Aan de Mij. is in het bijzonder in de laat
ste weken weer gebleken van welke beteer
kenis de vorderingen uit onderscheiden
hoofde, die het bedrijfsleven en dc Neder-
landsche beleggers op Duitschland heeft,
voor het economisch leven van ons land zijn
cn hoe groot de belangen ook voor den Ne-
derlandschen fiscus er bij betrokken zijn.
Aan de hand van ccnig? voorloopig ter be
schikking staande gegevens meent het
hoofdbestuur het totaal van de Nederl. vor
deringen op Duitschland, zoowel op langen
als op korten termijn, te mogen stellen op
ruim 2 milliard rijksmark of 1 milliard 200
millioen gulden.
Berekend tegen een percentage van G zou
dit alleen aan rente reeds neerkomen op een
aan ons land jaarlijksch ten goede komend
bedrag van 120 millioen rijksmark of ruim
70 millioen gulden.
AMSTERDAMSCHE RAAD
ONVOLTALLIG.
Amsterdam. De gemeenteraad is
hedenmiddag bijeen geweest tot het nemen
van een besluit inzake het aangaan van
een geldleening van 5.000.000. Daar van de
45 leden slechts 22 aanwezig waren, kon
geen wettig besluit worden genomen. Mor
genmiddag om 3 uur wordt opnieuw ver
gaderd.
HET SPOORWEGONGEVAL TE ECHT.
Het flikkerlicht niet opge
merkt of niet begrepen.
Omtrent het spoorwegongeval te Echt,
waarbij een schaapherder, een zestigtal
schapen en twee herdershonden door een
trein werden dood gereden kan nog nader
worden gemeld, dat de machinist van den
uit de richting Roermond komenden snel
trein al het mogelijke heeft gedaan, om het
ongeluk te voorkomen.
Deze onbewaakte overweg wordt aange
duid door het bekende flikkerlicht, dat door
den schaapherder J. TI., geboortig uit Maas-
bree, niet was opgemerkt. Ook wordt be
weerd, dat hij de beteckcnis van dit licht
niet begreep.
De schapen werden door hem van uit de
weide over dezen weg naar Roosteren aan
de Maas gevoerd.
Bij het naderen van den trein heeft hij
zich reeds midden op den spoorweg bevon
den tusschcn de kudde cn geen kans ge
zien, om cr uit te komen.
Vele schapen waren ccnige nieters mee
gesleurd cn sommige lagen aan stukken
gereten, verspreid over cn aan weerszijden
van den spoorweg. Bovendien heeft men
nog1 eenigo dieren tengevolge van de zwa
re verwondingen moeten afmaken.
De schaapherder werd wel een honderd
tal meters van de plaats des onheils dood
langs de lijn gevonden.
(Msb.)
EEN NEDERLANDSCH KAPITEIN
BEBOET.
De kapitein van het Nederlandsche mo
torschip ITendrika is te Londen beboet met
25 pond sterling omdat hij een passagier
liad meegebracht en verzuimd had zijn
naam aan de politic op te geven. Hij had
dat vergeten omdat de man niet tot dc
bemanning behoorde. Bovendien zou hij
ook weer mee terug zijn gegaan, doch de
man had zijn scheepje gemist en was toen
hij de politic gekomen orn hulp. Zoo was
de zaak ui (gekomen.
De rechter zcide, dat hij, als het hier de
bedoeling was geweest, een ongewenschtcn
vreemdeling binnen tc smokkelen, den ka
pitein naar de gevangenis zou hebben ge
zonden. Nu was dit niet zoo, maar de rech
ter achtte toch een behoorlijke boete ge
least om de gezagvoerders van kleine sche
pen, die wel eens een tocvalligen passagier
meebrengen, te waarschuwen op hun hoede
le zijn. Gevallen als dit bezorgen namelijk
de politie en het departement van binnen
landsehe zaken veel last en als men er
niet tegen ingaat, leiden zij tot allerlei mis
bruiken.
De kantonrechter te Haarlem acht
de wet niet op pachtcontrac*
ten van tuingrond toes
passelijk
De drie centrale landbouworganisaties,
t.w. dc Christelijke Boeren- en Tuinders-
bond in Nederland, het Koninklijk Neder-
londsch Landbouw-Comité en de Katholieko
Boeren- en Tuindersbond hebben een adres
gericht aan den minister van justitie.
Daarin wordt er op gewezen, dat Dij be
schikking van 28 Juli de kantonrechter te
Haarlem zich onbevoegd heeft verklaard
om kennis te nemen van een verzoekschrift,
ingediend door een pachter ton einde op
grond van de bepalingen van do crisis
pachtwet 1932 gedeeltelijke ontheffing te
bekomen van do betaling van pachb Deze
onbevoegdverklaring doet do kantonrech
ter steunen op de bewering, dat do crisis
pachtwet 1932 uitsluitend toepasselijk zou
zijn op paehtcontracten van landbouwbe
drijven (met inbegrip van de daaraan „ver
knochte" veehouderijbedrijven), maar niet
op die van tuinbouwbedrijven.
Het behoeft schrijven adressanten
geen betoog, dat deze opvatting van den
kantonrechter onhoudbaar is. Immers het
woord „landbouw" is een verzamelnaam
en omvat in het algemeen alles wat betrek
king heeft op de bewerking van den bodem
met het doel om er vruchten van te oog
sten. In dien zin wordt het woord „land
bouw" steeds opgevat, als men spreekt van
een minister van landbouw, een directie
van den landbouw, de afdeeling landbouw
van het desbetreffende hoofdstuk der
Staatsbegrooting, terwijl ook onder wetten
als de hoogere landbouwonderwijswet, de
landbouwuitvoerwet enz. de tuinbouw en
de andere speciale takken van bodemex
ploitatie. begrepen zijn. Er blijkt ook uit
niets, dat de initiatiefnemer, het lid der
Tweede Kamer Ebcls, of degenen, die bij
do schriftelijke cn mondelinge behandeling
van het wetsontwerp in de beide Kamers
zich hebben uitgesproken de bedoeling
hebben gehad de paehtcontracten, gesloten
voor tuinbouwbedrijven, uit te sluiten.
Terwijl nu de stelling van den kanton
rechter (e Haarlem wel is waar ten eonen-
male onhoudbaar is, zullen desniettemin de
zaken, welke met betrekicing tot cle crisis
pachtwet 1932 bij den kantonrechter te
Haarlem aanhangig worden gemaakt, zeer
aanzienlijke vertraging ondervinden, het
geen zeker niet in het belang der pachters
en verpachters is. Daarenboven bestaat de
mogelijkheid dat de zonderlinge opvatting
van den kantonrechter te Haarlem bij an
dere kantonrechters navolging vindt en dat
derhalve ook bij andere kantongerechten
de toepassing der wet vertraagd wordt.
Adressanten zouden derhalve bijzonder
op prijs stellen, indien de minister bereid
zou worden gevonden zijn meening be
kend te maken en ter kennis van de kan
tonrechters te brengen.
Op het Kantongerecht tc Leiden zijn tot
dusver 40 crisis-pachtzaken aanhangig ge
maakt.
BADEN POWELL IN ONS LAND.
's-Gravenhage, 10 Augustus. Lord
Baden Powell is te 's-Gravenhage aange
komen en in hotel de Wittebrug afgestapt
NEDERLANDSCH AEROLOGISCH
STATION NABIJ REYKJAVIK.
Vertrek der expeditie.
Naar wij vernemen, zullen de deelnemers
aan de Nederlandsche expeditie naar IJs
land acrologisch station nabij Reykjavik
Zaterdag 13 dezer te 9.25 uur van Amers
foort vertrekken om via Hamburg en Ber
gen naar IJsland te reizen.
Alleen in vrijheid ontwikkelt zich een
Zedelijk karakter.
naar het EDgelsch van William Locke
door J. E. d. B. K.
45
Ik heb mijn hart aan hem verloren, zei
zij. Hij is zoo groot, zoo rustig, zoo oprecht,
en hij praat over geschiedenis als een dich
terlijke professor. Hij is een eenig type van
een hótelhouder.
Ik houd veel van Bigourdin, zei Martin,
maar dat type is niet zoo zeldzaam in deze
oude hotels van Frankrijk, vooral niet in
die, welke gedurende vele geslachten in een
familie zijn geweest. In Périgueux is een ho
telhouder, die een studie heeft gemaakt van
voor-historische oudheden.
Dat is heel interessant, zei Lucilla,
maar hij kan niet zijn wat Bigourdin is. Dit
is het zonderlingste hotel, dat ik ooit gezien
h?b. Er is hier zoo'n aardige geest in huis.
Ik veronderstel, dat u niet uw heele le
ven hier in betrekking zult blijven, ze zij.
Hij beduidde haar, dat deze veronderstel
ling juist was.
Wat bent u van plan te doen? vroeg zij.
Hij had willen zeggen: U volgen tot het
eind der wereld, maar zijn gezond verstand
gedoogde dit niet. Zij suggereerde hem, dat
hij moest gaan reizen.
U moest naar Egypte gaan en voelen
wat een nietig korreltje we slechts zijn als
de eeuwen zoo op ons neerkijken. Dat i6 zoo
gezond voor ons. Ik ga er heen in het begin
van het volgend jaar. Ik wil probeeren de
woestijn te schilderen.
En voor Martin's geestesoog verrezen ka-
meelen en pyramiden en zandvlakten en
mooie zonsondergangen en hij zei, dat hij
zijn ziel zou willen geven om Egypte te zien.
Egypte is wel een ziel waard, lachte zij.
Zijn eigen woorden en haar antwoord wer
den opeens uit zijn geest verdreven door een
groote vetvlek, die hij ontwaarde op cén van
zijn broekspijpen. Een pak, dat een bediende
draagt in de uitoefening van zijn beroep,
ziet er in het zonlicht niet op zijn voordec-
ligst uit. Hij krui6te zijn boenen over elkaar
om de vlek te verbergen. Toen ontdekte hij
dat een van zijn overhemdsknoopjes
voortvluchtig was en hij voelde dat Lucilla
hem spotachtig aankeek, zoodat hij het niet
waagde haar blik te ontmoeten. Maar na
eenig nadenken begreep hij dat zij die vet
vlek al lang gezien moest hebben en dat zij
hem gevraagd had om wat met haar te pra
ten, was het bewijs, dat zij orn al die uiter
lijkheden niet veel gaf.
De vraag, is, vervolgde hij, of mijn ziel
zooveel waarde zou hebben om mij 'n biljet
naar Egypte te bezorgen.
Ze glimlachte even. Nu het zonlicht vlak
op haar gezicht viel, zag hij dat ze bruine
wimpers had.
In alle geval, hernam zij, waar een ziel
is, daar is ook een weg.
Z 2 nam een sigaret uit een gouden koker
tje, dat bij haar lag, en Martin bood haar
dadelijk een lucifer aan.
Geld doet het hem niet, zei zij. U vindt
het misschien vreemd, dat een Amerikaan-
sche dat zegt, maar het is de ziel, die groo
te dingen tot stand brengt en het geld is een
bijkomstig» omstandigheid. En waar wij
trotsch op zijn, dat is niet het geld, maar de
ziel, die de natie bij elkaar houdt. En dat be
doelde ik, toen ik zei: waar een ziel is, daar
is ook een weg.
Terwijl ze sprak, verloor haar gezicht do
gewone kalme uitdrukking, het werd geani
meerd, haar oogen straalden en ze begon
sneller te spreken.
Martin kon zijn oogen niet van haar af
wenden. IIij zag in haar een vrouw, die tot
groote dingen in staat was en zij scheen het
zelfde van hem als man te denken.
U hebt mij den weg naar Egypte ge
wezen.
Daar ben ik blij om, zei Lucilla. Zie
maar eens naar mij uit als u er bent. Het
lijkt zoo groot, maar dat is het niet. Cairo,
Luxor, Assouan, Semiramis-hotel in Cairo is
mijn adres.
En toen begon zij te praten over dat ver
wonderlijke land, over het geheimzinnige
van de woestijn, over de ondoorgrondelijke
godenbeelden van graniet. Groote kennis en
enthousiasme spraken uit haar woorden. En
uit enkele kleine gezegden bleek haar ruime
blik op het leven. Niet alleen was ze zoo
bekoorlijk, haar vurige geest werkte stimu-
leerend op Martin, wiens eigen geest zoo
lang in diepen slaap gedompeld had gelegen.
Nog nooit was hij in aanraking geweest met
de zeer ontwikkelde vrouw uit de groote
wereld. Onwillekeurig vergeleek hij haar
met Corinna, die in de eerste dagen van hun
pelgrimstocht hem verbijsterd had, met haar
vele kundigheden. Zij had een vlug ver
stand, maar weinig diepte, en ze streek
gauw neer op een klip, als dit haar veiliger
leek. Maar Lucilla zwom vrij uit in den wij
den Oceaan.
Na eenigen tijd begon ze rillerig te wor
den. De zon was om den hoek verdwenen
en grauw lag het terras. Het stralende van
den korten winterdag was voorbij. Ze nam
Ileliogabalus onder den arm en ging naar
binnen, gevolgd door Martin, die de plaids
droeg.
Wilt u me thee laten brengen in mijn
aardige kleine zitkamer en wilt u Félise
vragen mij gezelschap te houden?
Verdere gesprekken had hij niet met haar.
Des avonds kwam een gezelschap automobi
listen, die verschillende dranken hestelden,
zoodat hij onafgebroken bezig was en niet
naar het café kon gaan.
Den volgenden morgen vertrok Lucilla
naar de Riviera. Zij nam de route over Tou
louse, Carcasonne, Narbonne en langs de
kust. Tot Martin's verwondering ging Fé
lise mede voor een dag of tien, veertien. Dit
plannetje was den vorigen avond laat op
gekomen en besproken en^op baar aardige
manier, met haar lieven glimlach, had Lu
cilla, het voorstel doende, alle bezwaren
weggecijferd. Kleercn Ze had veel meer
dan ze noodig had. Félise zou nooit de reis
terug alleen kunnen doen. Treinen, die niet
correspondeerden, de reis was te lang. Het
was gemakkelijker om van Parijs naar Mos
kou te gaan dan van Monte Carlo naar
Brantóme. Lucilla lachte. Cook was er
immers. Zij zou aan een man van Cook met
koperen knoopen en met gouden letters op
zijn pet opdragen om Félise goed af te leve
ren thuis.
Oom kan me niet missen, had Félise ge
zegd, maar Lucilla weigerde om aan zulk
egoïsme bij oom te gelooven. En het eind
was, dat hij Félise naar boven stuurde om
haar koffers te pakken.
Toen zijn gezond verstand weer den boven
toon kreeg, vroeg hij aan Lucilla, waarom ze
Félise mee wilde nemen; 't kind zou allerlei
neigingen krijgen, die ze later niet zou kun
nen voldoen. Waarop Lucilla antwoordde
Hoe weet u dat ze die neigingen niet
zal kunnen bevredigen Een meisje, dat er
zoo lief uitziet, zooveel charme heeft en zoo
veel karakter, kan met eenigo mcnschen-
kennis bereiken wat ze wil. Ik zou haar
graag wat meer ontwikkeling bijbrengen en
ik vind het prettig een mooie bloem te zien
opengaan. Ik wil een klein ding, daar ik
veel van houd cn dat zich gestooten heeft,
eens een prettigen tijd geven en mijzelve
geeft het een doel in mijn vrijwel nutteloos
bestaan.
En Bigourdin had niets meer te zeggen.
De wil van de nieuwe wereld zegevierde
over den wil van do oude.
Het heele personeel van het hotel was bij
het afscheid tegenwoordig.
Monsieur Martin, zei Félise tot Martin,
toen zij op het punt was in de auto te stap
pen, waarbinnen het haar een ware chaos
leek, ik heb twee woorden tegen u kunnen
zeggen en mijn hoofd loopt om, maar wilt u
goed voor oom zorgen cn opletten, dat het
waschgoed schoon terug komt
Bicn, Mademoiselle Félise, zei Martin.
Lucilla, frisch cn blozend in baar bontjas,
drukte Bigourdin de hand. bedankte hem
voor zijn gastvrijheid, en stelde hem gerust
over Félise's veilige terugkomst.
Toen Martin het portier sloot, stak ze hem
de hand toe.
Wij zien elkaar in Egypte, zei ze met
zachte stem.
Toen de auto wegreed, draaide zij zich nog
eens om en wierp hen een kushand toe.
(Wordt vervolgd).