Woensdag 7 September 1932
AMBRSFGö&TSffi DAGBLAD"
.DE EEMIAND£R"
31e Jaargang No. 59
TWEEDE BLAD
Binnenland
DE AANKOMST VAN DE
„ROTTERDAM"
Nadere bijzonderheden
ÜST DE STAATSCOURANT
POSTVERVOER TIJDENS DE
ZEELIEDENSTAKING
KOOGERE RIJKSAMBTENAREN EN
'HET RAPPORT WELTER
INTERN. TUBERCULOSE-
CONFERENTIE
Openingsrede van Minister
Ruys de Beerenbrouck
Feu i He toe
Fortinbras' ToovermacSit
Van eon der andere opvarenden dien wij
daarna spraken en die ons in groote lijnen
Jietzelfde verhaal deed vernamen wij nog
dat de kapitein naar het schijnt on last van
de directie van de HollandAmerika lijn
alle opvarenden, man voor man heeft ge
vraagd of zij bereid waren overeenkomstig
de monsterrol te blijven varen. Deze onder-
raging geschiedde Maandagochtend.
Ken voor een werden de leden van de be
manning die het werk hadden neergelegd
'oor conige mariniers voor den kapitein ge
leid. De stokers hebben den kapitein toon
itdrukkclijk te kennen gegeven dat zij in
een geval zouden stoken wanneer het
chin niet naar Rotterdam zou varen. Voor-
oover de leden van de bemanning nog niet
n staking waren verklaarden zij dat zij
aan het werk zouden blijven, mits zij niet
verden gedwongen het werk der stakers
ver te nemen. Maandagochtend heeft ook
en groot deel van het civiele personeel het
erk neer gelegd. De koks waren evenwel
an het werk gebleven. Ten slotte werden
Ie opvarenden in clubjes van 6 man nog-
aals voor den gezagvoerder geleld. Maar
ear gaven zij, volgens onzen zegsman met
feebalde vuisten te kennen dat zij alleen aan
het werk zouden gaan wanneer het schip
Spaar Rotterdam zou gaan. De kapitein
ceft daarop overleg gepleegd met do di-
"ctie van de Holland—Amerika lijn te
-otterdam en heeft voorgesteld het s.s.
aar Rotterdam te doen terugkeeren. Wij
ernemen voorts dat kapitein Duiken aan
e rivierpolitie een lijst heeft verstrekt van
611e namen van de leden der bemanning
flip in staking zijn geweest. Een stoker zou
an boord gearresteerd zijn omdat hij den
apitein zou hebben toegevoegd: „Bergen
ntmoeten elkander niet maar menschen
el. onthoud U dit goed."
Volgens mededeeling van andere op
varenden heeft deze stoker hiermedo be-
oeld dat hij den gezagvoerder straks wel
'oor het gerecht zal ontmoeten.
Toen een groot deel van de bemanning
p dp hoek van de Wilhelminakade en de
arollelwpg was gkomen bracht de daar
vachtende menigte haar een groote ovatie.
Daarop werd de „internationale" aange-
even.
Ten slotte vernemen wij nog dat het per-
oneel van de Rotterdam morgenmiddag in
Vergadering bijeen zal komen, welke ver-
adcring door den Centralen Rond van
ransportarbeiders is uitgeschreven.
Rotterdam, 6 Sept. Van ochtend heb-
en wij een onderhoud gehad met den in-
Tgpecteur van politie E. v. Binsbcrgen die
'annacht met eenige rechercheurs met
olitieboot II het s.s. Rotterdam tegemoet
s gevaren.
Ilij deelde ons mede tusschcn Schiedam
rn Vlaardingen aan boord te zijn gegaan en
pat hem onmiddellijk gefrappeerd had, de
'roote rust die er op het schip heerschte.
"ij verklaarde verder een gesprek to heb-
en gehad met kapitein Duiken en inzage
e hebben gehad van het scheepsjournaal,
^loch hij wenschte zich omtrent een en an-
per niet uit te laten. Er was aanleiding
oor hera geweest tot arrestatie over te
aan van den 27-jarigen stoker L. R. als
'erdacht van muiterij. Op onze vraag of
eze arrestatie had plaats gehad op ver-
oek van den gezagvoerder, zeide de heer
van Binsbcrgen liet antwoord te moeten
chuldig blijven. Hij kon niet anders zeg
en, dan dat de stoker vermoedelijk een
bedreiging heeft geuit tegenover den kapi
tein en dut de justitie verder zou hebben
uit. te inaken of er tegen den man een ver
volging zal worden ingesteld.
Verder deelde de chef van de rivierpolitie
ons mede, dat er 9 vreemdelingen zijn aan
gehouden en wel 7 Duitschers, 1 Pool en
1 Bulgaar. Deze leden van de bemanning
hebben zich solidair verklaard mot dc
dienstweigeraars. Daar het den heer van
Binsbcrgen ongcwenscht voorkwam, dat
vreemdelingen aan boord van Nederl. sche
pen de wet overtreden, heeft hij hen ge
arresteerd. Of zij ter beschikking van den
vreemdelingendienst gullen worden gesteld,
met gevolg dat zij over de grens worden ge
zet, of dat men tegen hen geen verdere
maatregelen zal nemen en zij dus weer op
vrije voeten zullen worden gesteld, is ook
nen kwestie, welke de justitie te behande
len zal krijgen.
Eveneens zal dc justitie hebben uit te ma
ken of er tegen de Nederlandsche leden
van de bemanning een vervolging zal wor
den ingesteld.
De taak van de politie is geweest rapport
cp te maken vnn de gebeurtenissen, welke
zich aan boord hebben afgespce'd, cn \an
die bevindingen verslag uit te brengen aan
de justitie, die dan uiteindelijk heeft te^be-
>lissen of de bemanning zich aan ecnig
vergrijp schuldig heeft gemaakt.
Van andere zijde vernemen wij nog, dat
zich onder de gearresteerde schepelingen.de
Duitscher Demuth bevindt, een vroegere
Kok van het S.S. Indrapoera van de Rol-
rerdamsche Lloyd.
Deze heeft zich destijds buitengewoon
\erdionstclijk gemaakt bij het overbrengen
van de exotische vjsschen naar de Rottcr-
dnnischc Diergaarde. Ook heeft hij in op
dracht van de Nederlandscho Heide Maat-
chappij forellen mee naar Indiè genomen
om te trachten deze visschen te acclamati-
seeren.
Rotterdam, 6 September. Dc door
de rivierpolitie aangehouden leden van de
bemanning van het s.s. Rotterdam zijn he
ienavond in overleg met den officier van
justitie, na \crhoor, weder op vrije voeten
gesteld. Omtrent een eventueele vervolging
dezer menschen is nog niets beslist. Het
s.s Batavier III is hedenavond te Rotter
dam aangekomen. Morgen zal geen schip
van de Batavier-lijn naar Londen vertrok
ken.
Do bemiddeling heeft geen
resultaat.
Den Haag, G Sept. Naar wij verne
men, heeft de hedenmiddag door den rijks-
bemiddelaar mr. S. de Vries Czn., gehouden
bespreking met de partijen betrokken bij
het conflict in het scheepvaartbedrijf, in
het bijzonder ditmaal in verband met het
gebeurde bij de Holland—Amerika Lijn nog
geen resultaat opgeleverd.
De contact-commissie bleef het standpunt
handhaven, dat eerst van alle betreffende
maatschappijen do garantie rnoet worden
verkregen, dat de arbeidsvoorwaarden, loo-
nen van het afloopende collectief-contract,
worden gehandhaafd Eerst dan is de con
tact commissio bereid, aan de conferentie-
tafel met de werkgevers plaats te nemen
en bet consigne tot opheffing der staking
te geven.
De Rond van Werkgevers in de Koop
vaardij, die nog slechts van vijf aangeslo
ten maatschappijen toezegging beeft, dat zij
bereid zijn dc zes voorwaarden, in een vo
rige conferentie, door de contactcommissie
gestpld, te aanvaarden, verlangt daarente
gen dat ook de looncn een object van on-
lerhandeling dienen te zijn cn dat de con
tact-commissie bereid zal zijn in principe
over loonsverlaging te beraadslagen.
Onderhoud met den heer
Brautigam.
Naar aanleiding van dit communiqué
hebben wij hedenavond een onderhoud ge
had met don heer Brautigam, voorzitter der
contactcommissie. die van mecning was,
dat het communiqué eenige vei betering be
hoefde.
Zoo is het hem onbekend, dat de bespre
king zou zijn gehouden in het bijzonder in
verband met het gebeurde bij de H.A.L.
Daarover Is met geen woorcl gesproken.
Voorts is de passage t.a.v de handhaving
\an de loons- cn arbeidsvoorwaarden alleen
vnn toepassing van dc lijnvaartmantschap
pijen Verder is de heer Brautigam van oor
deel, dat er geen zes verschilpunten zijn,
doch het verschil loopt over de loon- en
arbeidsvoorwaarden in de lijnvaart, aange
zien t.a.v. drie vnn de andere punten reeds
cvcrccnstemming is verkregen en t.a.v.
twee andere punten dc contactscommissie
na de eerste conferentie rnet den rijksbc
middelaar reeds medegedeeld hooft, dat
drie punten naar de verdere onderbande
lingen met de werkgevers zouden kunnen
worden verwezen
Onderscheiding.
Bij Kon. besluit i6 toegekend de aan de
Orde van Oranje-Nassau verbonden eore
medaille, in brons, nan P. J. do Clercq, ka
chelsmid bij de Naamloozc Vennootschap
Ijzerhandel v h. Georges Iloehcrechts, te
Maastricht.
Kon. Ned. Meteorologisch Instituut.
Bij Kon. besluit is met ingang van 10
October 1932 opnieuw benoemd tot lid van
het College van Curatoren van het Konink
lijk Nederlandsch Meteorologisch Instituut
dr. A. R. van Loon, oud-in6pcctour-gencraal
van den Rijkswaterstaat in dc 2c inspectie
Landmacht.
Bij Kon. Besluit is de termijn van benoc
ming als zoodanig van de reserve-paarden
artsen der 2e klasse F. J. M. Roelvink cn
H. J. Heilcrsig, van het personeel van den
militairen vetennairen dienst met ingang
van 18 October 1932 voor den tijd van ten
minste vijf jaren verlengd:
is benoemd bij het reserve-personeel dei
landmacht, bij het personeel van den ge
neeskundigen dienst, tot reserve-officier van
gezondheid der 2e klasse de dienstplichtig
vaandrig J. Lcerink*, arts;
is benoemd bij het reserve-personeel der
landmacht tot reserve le luitenant bij hun
tegenwoordig korps bij het wapen cler in
fanterie, te rekenen van 1G Juli 1932 dc re
serve 2e luitenant C. Meuwscn, van het
regiment wielrijders; en bij het wapen dei-
artillerie, onderscheidenlijk met G Scptcm
ber 1932 cn te rekenen van 21 Juli 1932 de
reserve 2e luitenants II. N. Groenier en P
J. van Boon, beiden van het 3e reg. veld
artillerie:
is met 3 September aan den reserve 1-
luitenant J. F. Vogels van het 6e regiment
infanterie en met ingang van 1 October aan
den reserve-kapitein ir. T. K. v. Lohuizen
van het regiment genietroepen, op verzoek
eervol ontslag uit den militairen dienst ver
leend.
HET WILHELMUS EEN...
„CHAUVINISTISCH" LIED!
Na afloop van de draverijen ter gelegenheid
van het 25-jarig juoileum der Zaandam
sc.he Harddravcnj-vereeniging vond een bij
cenkomst plaats, waarin de prijzen werden
uitgereikt. Een der pikeurs bracht in een
aardig 6pecchje namens alle eigenaars van
paarden en namens de pikeurs dank aan het
bestuur der Z. H. V. en riep aan het slot
daarvan de aanwezigen op tot het zingen
van het Wilhelmus. Toen zulks geschied
was, zeide dc voorzitter der jubileerend?
verecniging, de Zaandamsche 60ciaal-demo
cratische wethouder K. Prins, dat de Z.
H. V. zich niet alleen een neutrale verecni
ging noemt, doch het ook in alle opzichten
wil zijn en dat hij het daarom betreurde,
dat een „chauvinistisch" lied werd gezon
gen. Om der neutraliteitswille zag hij er
van af, aldus de Standaard" om ook de In
ternationale te laten zingen.
Maatregelen om vertraging
te voorkomen
Tengevolge van (le zocliedcnstaking on
dervindt ook het ovcrzcescli post- en pak-
ketpostvervoer belemmering.
De postdienst heeft echter zooveel moge
lijk maatregelen genomen oin vertraging te
voorkomen.
Voor het briefpostvervocr zijn de gevol
gen minder ingrijpend dan voor het pakket-
postvervoer. Overzeescb briefpostvervocr
geschiedt n.l. als regel niet dadelijk per
hoot van Amsterdam of Rotterdam af, doch
eerst voor een gedeelte per trein. Ook zijn
dc portokosten, onafhankelijk van de ver
re ml in esw eg, steeds even hoog. Dit is niet
het «geval voor dc pakketpost, waarbij de
vervoerkosten afhankelijk zijn van den
weg, dien men voor de verzending kiest.
Waar de rechtstrecksche zeeweg in het al
gemeen de goedkoopste is, heteckcnt het
geblokkeerd zijn van dezen, de noodzake
lijkheid tot verzending langs een duurde-
len weg. Voor de reeds op de postkantoren
aangenomen pakketten zullen de meerdere
kosten voor rekening van den postdienst
genomen worden.
De verzending van brief- en pakketpost
geschiedde thans met buitenlandsche sche
pen, waarbij telkens van de beste verbin
dingen gebruik wordt gemaakt. De meeste
bezwaren ondervindt het vervoer naar Cu
racao en Suriname, dat steed9 via den
rechtstreekschen zeeweg geschiedde en
thans via Duitschland of Frankrijk moet
worden geleid. Voor de Vcrecnigde Staten
heeft het postvervoer met Amerikaansche
booten plaats.
De getroffen maatregelen zijn uiteraard
van tijdelijken aard cn moeten als regel op
zoodanigen korten termijn genomen wor
den. dat voorafgaande bekendmaking niet
mogelijk is. Men kan echter desvcrlangd op
de postkantoren verdere inlichtingen om
trent een bepaalde verzending inwinnen.
De V ereenigingsraad der Centrale
wijst alle verdere korting op de
salarissen af
De Vcrcenigingsraad der Centrale van
Hoogero Rijksambtenaren heeft te Amster
dam vergaderd onder voorzitterschap van
ir. N. G. de Voogt, ter bespreking van het
rapport der commissie-Wcller.
Na eenige discussie bleek de vergadering
eenstemmig gekant tegen een korting van
blijvenden aard, voornamelijk omdat de
ervaring heeft geieerd, dat, wanneer de
kosten van levensonderhoud stijgen, de ver
booging dor salarissen op zich laat wach
ten. Nu sommige regeringsmaatregelen
van don laatsten tijd reeds tot prijsverhoo-
sring van enkele levensbehoeften hebben ge
leid cn de prijzen der grondstoffen ook
weer hooger worden,'is er naar het oordeel
der vergadering alle aanleiding om te ver
wachten, dat de daling der kosten van le
vensonderhoud binnenkort voor een stij
ging zal plaats maken.
Eveneens met algemeene stemmen was
de vergadering van oordeel, dat dc bijzon
dere korting op de bezoldiging der onge
huwde ambtenaren onrecht\aardig is cn
door acn belasting van alle ongchuwden
vervangen dient te worden.
Over de vraag, of een verdere salariskor
ting zou kunnen worden aanvaard als
maatregel van tijdelijken aard, bad een
uitvoerige discussie plaats. Enkele verte
genwoordigers willen die korting aanvaar
den in afwachting van het tot stand komen
van een maatregel van fiscalen aard (con
junctuurbelasting of andere heffing) welke
alle Nederlanders, die daarvoor in aanmer
king komen, zou doen bijdragen in een of
fer ten behoeve der Rijksmiddelen cn wel
ke dan in de plaats der korting zou behoo-
ron te worden gesteld. Daartegenover werd
betoogd, dat het hooger Rijkspersoneel
reeds aanzienlijk in inkomsten achterstond
bij vergelijkbare andere groepen der bevol
king, en sedert Maart j.l. alweer wordt ge
troffen door een salariskorting wegens de
crisis; terwijl talrijke landgenooten nog
geenerlei nadeel van de crisis hebben on
dervonden en van elk bijzonder offer ver
schoond blijven.
Bij de na deze discussie gehouden stem
ming wees de vergadering met groote meer
derheid ook een tijdelijke verdere korting
op de salarissen af.
De door de commissie-Wel ter voorgestel
de „mechanische" afvloeiing van ambtena
ren vond geen instemming. Men drong er
op aan, dat de afvloeiing strikt volgens de
in het Ambtenarenreglement gestelde rege
len zal plaats vinden. Het bestuur zegde
toe, hierop het oog te zullen houden, en
zich in gevallen van afwijking zoo noodig
tot de Régecring te zullen wenden.
Plechtige opening in de Ridder
zaal in tegenwoordigheid van
Koningin'Moeder en
Prins Hendrik
'6-G r a v e n h a g e, 6 Sept. Hedenmid
dag is te 'sGravenhago aangevangen de 8e
conferentie van de Internationale Unie ter
bestrijding van de tuberculose. De plechtige
opening had plaat6 in de Ridderzaal in te
genwoordigheid van de Koningin-Moeder,
beschermvrouwe van het congres en van
Prins Hendrik.
Na een korte begroeting door prof. dr.
W. Nolcn, voorzitter van de conferentie,
hield minister Ruys de Beerenbrouck de
openingsrede, waarin hij o.m. er met vol
doening van gewaagde, dat dank zij den
onverdroten en toewijdenden arbeid van
velen voor wat on6 land betreft het sterfte
cijfer voor dc tuberculose, dat in 1901 van
19.05 tot 19.60 per 10,000 inwoners bedroeg,
in 1931 gedaald was op 7.33. Maar hoe ze
genrijk de arbeid van vele geleerden ook
geweest is, is de tuberculose nog niet in
haar kern aangetast en zoolang dat nog
niet het geval is, blijft zij een gevaarlijke
vijandin voor mensch en gemeenschap, te
gen wie bij voortduring alle krachten moe*
ten worden ingespannen.
Vervolgens voerden het woord prof. dr.
Nolen cn prof. Leon Bernard, die beiden
dank brachten aan de Koningin-Moeder,
voor hetgeen deze steeds in het belang van
de tuberculosebestrijding heeft gedaan, ter
wijl de sprekers tevens in herinnering
brachten de groote gebeurtenissen, welko
zich in den loop der tijden in de weten
schappelijke werken bij de tuberculosebe*
strijding hebben voorgegaan.
Ter conferentie zijn 33 landen met 700
afgevaardigden vertegenwoordigd.
HARING EN WITTEBROOD
Voor de uitdeeling van haring en witte
brood op 3 October bij de herdenking van
Leidens Ontzet hebben zich Zaterdagavond
2i20 personen aangemeld tegen 2100 vorig
jaar.
naar het Engelsch van William Locke
door J. E. d. B. K.
C8
Toen Bigourdin, als hotelhouder, iets
ïïoest bespreken met één van de handcls-
eizigers cn van tafel was opgestaan, zei
kJe bent veranderd. Men zou zeggen,
at je dezelfde man niet meer waart..
Wat doet je zoo denken? lachte hij.
Je praat anders. Je hebt een andere
pitdrukking in je gezicht.
Dat spijt mij, zei hij.
Ik zio niet in, waarom je dat spijten
ou, antwoordde Félise.
J Als je me niet meer herkent, dan moet
Ük een vreemde voor je zijn.
Ze beet zich op de lippen cn bloosde.
- Ik wist niet wat ik zeide, het was mis-
chicn heel brutaal.
Hoe kan dat nu brutaal zijn? vroeg hij,
ich over de tafel buigende. Maar indien
ik veranderd ben, is het ten goede of ten
kwade?
Zou je hier weer bediende willen wor
sen
Martin dacht een oogenblik na.
Neen. 9
Zie je welf
Maar ik zou je niet kunnen zeggen
jwaarom niet,
Dat is ook niet noodig, antwoordde
Félise.
Bigourdin kwam weer bij hen. Toen het
maal was afgeloopen, ging Félise weer aan
haar werk cn Bigourdin zei.
Laten wc een kopje koffie gaan dMn-
ken in het Café de 1' Univcrs. In de laat
ste dagen zijn ze daar allemaal op dit uur.
Zo daalden den heuvel af en liepen over
dc brandend heete kaden. Martin kende
elk huis, eiken steen, elke oude vrouw, die
even ophield met het spoelen van haar
wesch aan den oever van de Dronne, cm
hem een welkom toe te roepen. En de man
nen hielden hem staande, sloegen hem op
den schouder en schudden hem de hand.
Daar herken je het goede hart van
Pórigord aan, zei Bigourdin.
Ze kwamen in de koele, nauwe Ruc de
Périgueux, waar ze aan den overkant Mon
sieur Foure, Adjoint du Maire, zagen loo-
pen, terwijl hij met den hoed in zijn hand
ijverig zijn voorhoofd afkoelde. Hij voegde
zich hij ben, te opgewonden om tc réali-
seeren, dat Martin terug was.
Heb je het nieuws gehoord? De Maire
kreeg een telegram uit Parijs, 't Bevel voor
de algemeene mobilisatie wordt vandaag
gegeven.
Goed zoo! zei Bigourdin.
Het terras van het Café de 1' Univcrs was
geheel gevuld met de notabelen van het
stadje, die er anders, getrouw aan hun so
bere levenswijze, slechts na het diner kwa
men.
Martin werd bestormd.
Et maintenant, wat gaat Engeland nu
doen
Dat was de vraag, die dien dag op alle
Fransche lippen lag. En Martin verklaar
de, alsof bet hem door Whitehall was opge
dragen, dat. Engeland mede in den oorlog
zou gaan. Voor het oogenblik voldeed dit.
Frankrijk weer in oorlog na veertig jaren,
die gedachte vervulde hen geheel. Zij
praatten in de lucht over getallen, over
préparatieven, over kansen, over de solida
riteit van de natie. Toen er een oogenblik
van stilte was, zei de oude, grijze Monsieur
Viriot:
Dit is het oogenblik, waarop alle mis
verstanden moeten worden weggeruimd uit
loyale Fransche harten. Wij zijn nu allen
broeders, die ons geliefd vaderland moeten
verdedigen. Mon brave ami Bigourdin,
geef mij de hand.
Bigourdin sprong overeind, ofschoon het
aan den openbaren weg was, maar wat
deed dat er toe, en riep: Mon vieux Viriot,
en beide mannen omhelsden elkaar.
Fortinbras kwam laat in den avond,
w aarschijnlijk met den allerlaatst en trein,
want den volgenden dag cn vele dagen
daarna, was er groote drukte cn groote
haast en veel verwarring op alle wegen
cn op alle spoorlijnen van Frankrijk.
De mannen uit de omliggende dorpen
vulden de straten van de stad, vergezeld
door hun vrouwen en moeders en kinderen
cn vreemde officieren in auto's raasden
door cle Rue dc Périgueux. Ileclc troepen
jonge mannen marcheerden in de pas naar
liet station, onder het zingen van dc Mar
seillaise en dc vrouwen, voor hun huizen
staande, wierpen hun kushanden toe, toen
ze voorbij kwamen. In het station stroom
den dc lange soldatentrcincn, versierd met
takken en bloemen, weg. Mannen cn vrou
wen, jong en oud, wuifden met hun zak
doeken tot de wagons uit het gezicht wa
ren. Dan wendden zij zich om cn weenden
bitter. Martin, Fortinbras en Bigourdin
gingen dikwijls kijken naar het vertrek der
treinen, die de bloem van stad's jongeling
schap wegvoerde. Lucien Viriot ging ook
vol moed. Evenals Joseph, die Martin's
ouden rok voorgoed had weggeworpen. Na
een paar dagen was Brantóme zoo stil en
saai als een balzaal, waaruit de laatste
gasten verdwenen waren. Ernstig was het
avondclubje in het Café dc 1' Univcrs. Door
Frankrijk ging het gerucht, dat Engeland
weifelde. Fortinbras verdedigde warm En
gland's eer. Tehuis was hij heel stil; tee-
dcr en beschroomd ging hij met Félise om.
Voor Martin maakte hij geen toekomst
plannen; in zijn geheclc houding was iets
zachts en weemoedigs. 1-Iij had aan Martin
verteld, dat hij niet langer Marchand de
Bonheur was. Hij had er geen slag meer
van. Op aandringen van Bigourdin had hij
een lijfrente gekocht, groot genoeg om te
voldoen aan zijn bescheiden behoeften van
wijsgeer. Nu de scherpe prikkel er niet
meer was om vijffrancstukken te verdie
nen cn nu hij in geen andere zaken meer
betrokken was, geleek hij een zanger, die
zijn stem verloren heeft. Niettegenstaande
zijn groote kundigheden en zijn kennis van
het mcnschcnhart, niettegenstaande zijn
heldhaftigcn strijd, had hij toch volkomen
gefaald waar hot zijn eigen ziel betrof. Een
andere Fortinbras, eigenlijk een gebroken
man, had nu zijn intrek genomen in het
Ilötcl des Grotlos. Doch al het spreken
over oorlog werkte als een stimulans cn hij
werd weer dc redenaar en dc ziener. Hij
kwam op voor Engeland en zijn vurige op
rechtheid maakte indruk op zijn hoorders.
De hemel zij gedankt, zei hij nader
hand, ik had gelijk.
Ondertusschen kwam Martin, die door al
wat hij gezien had cn gehoord, diep was
getroffen, tot de overtuiging, dat, even goed
als het geschreven stond dat hij naar Bran-
tómc gaan moest, 't ook stond geschreven,
dat hij er niet moest blijven.
U spreekt goed en met overtuiging,
Monsieur, zei de Maire tot Fortinbras
ze zaten met hun twaalven in het gewone
hoekje van het Café en Monsieur Casenzac,
do eigenaar stond er bij maar wat voor
bewijzen hebt u voor Engeland's medewer
king?
Martin, wiens gehecle gestalte beefde,
sprak toen met luide stem:
Monsieur le Maire, daar is niet een
Engelschman, met bloed in de aderen, die
eenigen twijfel koestert. Ik, een Engelsch
man van weinig betcckenis, spreek voor
mijn vaderland. Zorg u, dat ik aangenomen
word als volontair, als gewoon soldaat bij
do infanterie, en ik zal strijden voor
Frankrijk. Aanvaard mijn gelofte, Monsieur
le Mftiro 't is dc gelofte van den eenigen
Engelschman in Brantóme uit naam van
het Engelsche volk. Aan alle hoeken van
de wereld zijn er duizenden, die beter zijn
dan ik, die geïnspireerd worden door de
zelfde gevoelens van loyaliteit. Zorg dat ik
aangenomen wordt.
In het Engelsch kon Martin nooit zoo ge
sproken hebben. Langzaam zouden dan de
woorden gekomen zijn. Maar hij was onder
Franschcn en hij was gewend zich in het
Fransch uit te drukken. Een goedkeurend
gemompel volgde.
Ja", rigp Martin, ik schenk Frankrijk
mijn leven als een onderpand van mijn
vaderland. Laat mij aangenomen worden,
Monsieur le Maire.
De Maire, een magere man met grijze
oogen en een kaal hoofd, zag hem eenige
oogenblikken aandachtig aan.
(Wordt vervolgd).