(Mibrf
„DE WITTE"
HET WERK VAN DEN FILMDRAMATURG
THEE COMPLET
Gebruikt nu
Uw GESOIGNEERDE
a 60 CENT
m 21/2 5'/2
Van. hel
Jluiersfoorisch. Da§'hl a d
10 JAAR
GARANTIE
|J.W.v. Achterbergh
CURIOSITEITEN
DE STCOM-AUTO VAN
HENSCHEL
INDISCHE FLITSEN
FILMNIEUWS
OP HET HEERLIJKE TERRAS VAN
Biimw-jMlIMMIlWUWi
lamJMIÜMiBftmiMilHJIlIJMLHM
FAUTEUILS
w
Firma
WESTSINGEL 10-13
door
H. G. CANNEGIETER.
In het museum Wiertz te Brussel hangt
een schilderij, v.aarop de meester het oor
deel over zijn tijd heeft w eergegeven in een
fantastisch beeld. De mensch van de toe
komst, afgebeeld als een reus, houdt op zijn
hand enkdc voorwerpen uitgespreid, welke
hij met aandacht beziet. Het zijn curiositei
ten uit een tijdperk, dat even ver achter
hem ligt als de oertijd achter ons.
jfelct een dergclijken verbaasden blik aan
schouwen wij in een museum de merkwaar
dige voorwerpen, welke ons herinneren aan
de zeden c-n gewoonten van primitieve
TMlksstammen. Wat hielden die oeroude
volken er toch zonderlinge gebruiken op na!
Met grillig gevormde amuletten trachtten
zij de booze geesten te bezweren, die naar
hun bijgcloovige voorstelling ziekte, mis
gewas en dood veroorzaakten. Hoe dwuas
komt ons thans hun huwelijkstooi voor en
de feestdos bij de plechtige viering van ge-
bnr rie en dood. Hier ligt een halssnoer, door
een Congo-neger gedragen en tezamenge-
steld uit tanden, welke hij den verslagen
vijand uit den mond heeft gerukt. Daar een
hoofdband met veeren, het onderscheidings-
toekrn van het stamhoofd. Ginds een vroe-
selijk masker, schrikwekkend, grotesk, dat
de priester opzette om zich een majestueus
aanzien te geven. Elders het wapentuig:
vergiftigde pijlen en messen.
JRonderlingc zaken. Het is hcusch het en-
waard!
Maar kunnen wij ons voorstellen, dat een
maal de mcnsch der toekomst ook onze le-
yeiisbagage als een curiositeitenverzame
ling zal gaan bekijken en zich zal vergapen
aan de in zijn oog vreemdsoortige dingen,
die [wij thans even gewoon vinden als een-
ma il de natuurmensch zijn halssnoer van
tónden?
De reus van Wiertz staart verbaasd naar l
hetgeen op zijn hand ligt. Het speelgoed van I
den ocrmerisch uit het Europa van de ne
gentionde eeuw. Een kroon, verguld en met
edeLtcencn. Die zette men de stamhoofden
bij plechtige gelegenheden op. Men noemde
dieftoen keizers en koningen.
Hr.n dit vreemde dingetje?", vraagt de
dochter den reus. „Men noemde het: kanon
Men gebruikte het, je zult liet niet geloo-
veri. maar het is waar, om zijn modernen
sch' ii in stukken en brokken uiteen te d«.en
fflöngen en oin de gebouwen, welke mor.
met kunst en vlijt had opgetrokken, in puin
te doen vallen
Bjüch kom, dat is toch zeker maar een ver
haa.'ije?"
j meisje, het is historisch. De ge-
scmedvorschers hebben dc waarheid ervan
vastgesteld. Men was zóó op dit spelletje
pot, dat men voor dergelijk speelgoed zijn
^iste geld uitgaf en het volk liever g2-
brek liet lijden dan de aanmaak van geschut
oplte offeren. Kanonnen gingen toenmaals
vóór alles."
B_iipn waarom 6pcclde men dit gruwelijke
Vooruitgang door terugkeer.
door Ir. A. M. FREDRIKS.
Van alle technische en andere uitvin
dingen van onzen tijd kent het groote pu
bliek over het algemeen slechts het afge
werkte eindresultaat, dat meer of minder
populair geworden is, doch het hoort zel
den iets van de ontzaglijke hoeveelheid
werk, die daarvoor verricht moest wor« -
den, eerst in het brein van den uitvinder
on daarna bij de experimenten en onder
zoekingen, die geen uren, doch dagen en
weken in beslag nemen. De grootste uit
vinder van alle tijden, wijlen Edison, heeft
bijv. meer dan 6000 proeven moeten doen,
voordat hij zijn gloeilamp kon laten paten
teeren, al dit werk was noodig om een
bruikbaar materiaal te" vinden voor den
gloeidraad. De assistenten uit Edison's la
boratorium hebben zich over allo wercld-
dcelen verspreid om daarnaar te zoeken en
zelfstandig de voorloopigc proeven te doen;
na hun terugkeer experimenteerde Edison
zelf weken lang met het door hen verza
melde materiaal en bijna honderdmaal is
Edison na zoo'n reeks proeven tot de con
clusie moeten komen, dat het goede mate
riaal nog altijd niet gevonden was. Hei
werk ging niet slechts met kleine stappen
voort, doch herhaaldelijk moest hij op een
gedane stap tcrugkecrcn, voordat hij erin
slaagde, de wereld in licht te doen baden.
Het is Edison meer dan eens overkomen,
dat het onmogelijk bleek ora voort tc gaan
op een reeds goed voorbereiden weg of dat
deze bleek dood te loopen, zoodat hij wel
gedwongen was, een stap terug te doen.
Iets dergelijks is ook het geval met wat
thans bekend is geworden van de groote
locomotievenfabriek Henschel te Kassei.
Henschel is n.l. teruggekeerd tot de oude
door stoomkracht voortbewogen auto en
daarmee tot den weg, die door den auto
pionier Benz is verlaten en sindsdien on
bruikbaar is geacht. Aan de hand der tal
rijke ervaringen, die in den loop der jaren
zijn verzameld betreffende de constructie
van explosiemotoren, heeft Henschel een
stoomauto geconstrueerd, die in elk op
zicht gelijk staat met een benzine-auto of
zelfs beter voldoet, hoewel zij het experi-
mcnteele stadium nog niet is ontgroeid.
Opvallend is ook, dat deze auto niet het
onevenwichtige, plompe of zelfs schrik
aanjagende uiterlijk heeft, dat de meeste
onvolgroeide uitvindingen kenmerkt. Zij
ziet er vrijwel precies zoo uit als een mo
derne benzine-auto.
Henschel heeft dit merkwaardige ver
voermiddel als volgt geconstrueerd. Inplaats
van den algemeen bekenden verbran
dingsmotor bevindt zich onder de kap een
kleine, doch zeer stevige stoomketel met
verscheidene buizen, die stoom met een
temperatuur van vele honderden graden en
een druk van 120 atmosferen kan bevat
ten. Hij wordt verhit door vloeibare brand-
I
^t)m politieke geschillen te beslechten.
Men meende er het belang van zijn vad?r-
llUd mee te dienen, en, hoewel na elk spel
met het kanon bleek, dat de verschillende
vaderlanden er allemaal even ellendig aan
toe waren, was men zóó aan het bijgeloof
van den oorlog gehecht, dat men deze me-
onverdroten bleef voortzetten."
dus zal rens de monsch der toekomst
spreken over dc curiositeiten van onzen
tijd.
HBaar wannen* zal deze mensch der toe
komst de aarde betreden? Wiertz heeft nog
een ander stuk geschilderd, dat het oordeel
over zijn tijdgenooten belichaamt.
^■et is een geweldig groot doek. Men ziet
er di- verschrikkingen van den oorlog op
afgebeeld: verminkte lichamen, brekende
oogen, krampachtig vertrokken monden, die
eenjlaatste vloek prevelen over hun afgrij
selijk lot. Brandende puinlioopcn, verwoeste
veld* n, radeloos kermende vrouwen, ziel-
oqgi-nde kinderen. Kortom, het gewone ta-
cicel, dat dc oorlog steeds weder te aan
schouwen geeft.
,Bescllaving 1842' heaft de schilder zijn
f oek genoemd. En dit jaartal is misschien
nogj het allerafschuwclijkste. Want Wiertz
heeft vermoedelijk gedacht: „Zóo is het nu
hog. m 1842, nu ik mijn doek schilder. Maar
oe|zal de wereld na negentig of honderd
met verachting op een dergelijke op-
ling van beschaving terugzien!"
fcgontig jaar later: beschaving. 193*2. De
ensch der toekomst", dien Wiertz heeft
vacht, bewoont thans de aarde. Maar is
^^■kanon voor hem een curiositeit gewor-
ïcnl waar°P hiJ' met verbaasd oog staart?
RjfflTni'nsch der toekomst ligt wederom in
aanbidding gebogen voor ditzelfde kleinood,
^^■cte mensch van 't verleden in den vorm
■BiDJ er-n vergiftigde pijl in zijn heiligdom
mng. Beschaving 1932 is nog dezelfde als
beschaving 1842 en beschaving 1742, 1642,
steeds zijn wij, ondanks al oiiza
J ieele aanmatiging, de neger met het
■naissnoer van menschentaiulen getooid.
■BjWOch blijven wij in de toekomst gelooven.
Kvehals de schilder uit 1842 zien wij een-
aa den tijd aanbreken, waarin de tot wijs-
gerijpte cultuurmenschen het gruwelij-
van thans zal bekijken als cu-
stof met een hoogo verbrandingswarmte,
die uit dunne buisjes over een rooster wordt
gespoten. Door dc groote ontwikkeling van
warmte staat do auto binnen enkele se
conden onder stoom en kan dan wegrijden.
De stoom wordt door goed geïsoleerde bui
zen naar een stoommachine gebracht, die
zich boven de achteras bevindt en vier
achter elkaar geschakelde cylinders heeft,
waar de stoom met zijn enormen druk op
kan werken. De autobestuurder behoeft
slechts een pedaal in te drukken om dc
stoom in den cylinder te doen stroomen,
terwijl hij snelheden kan bereiken, die
voor een gewone benzine-auto onbereikbaar
zijn.
Het is ook van belang, dat dc snelheid
door een hefboom wordt geregeld, waar
door het dure drijfwerk vervalt, evenals
gevoelige onderdeden als de vergassor en
de magneet. Aangezien bovendien de af
gewerkte en gecondenseerde stoom zonder
bezwaar weer kan worden gebruikt, kan
zoo'n stoomauto op do eenvoudigste wijze
worden uitgerust; behalve een kleine hoe
veelheid versch water heeft zij slechts
haar brandstof noodig, evenals een an
dere auto. Zij maakt veel minder lawaai
dab een benzine-auto en kan do verbran
dingsgassen bij zich houden: een belang
rijk punt, aangezien de uitlaatgassen der
auto's vooral in de groote steden geen gun-
stigen invloed hebben op de gezondheid.
iioewel de 6loomauto nog niet meer is
dan een experiment, kan zij toch een groote
toekomst hebben. De stap achteruit is naar
het schijnt het begin geweest van een
nieuwen en grooten vooruitgang, die juist
komt op een tijdstip, dat de constructie van
motoren voor vervoermiddelen op een dood
punt is gekomen en symptomen van stagna
tie begint te vertoonen. Er heerscht dan ook
terecht groote belangstelling voor de vraag,
of het Henschel gelukken zal om de prakti
sche bezwaren, die elke nieuwe uitvinding
hindernissen in den weg leggen, op te los
sen en een auto te produceeren, die voldoet
aan alle waarlijk niet geringe eischen
van het verwende publiek.
EEN TOEKOMSTVERWACHTING UIT DE VORIGE EEUW.
Caricataur van door stoom voortbewogen voertuigen.
Binnenkort wordt in het Gloria Palast
te Berlijn de première verwacht van „Das
schone Abenteuer" met Kathe von Nagy,
Wolf Albach Retty, Ida Wtist en Otto
Walburg. Waarschijnlijk zal deze film nog
dit seizoen "naar ons land komen.
Voor de nieuwe klankfilm der Erich Pom
mel* productie der Ufa „Der blonde Traum"
zijn zoo juist de laatste opnamen beëindigd
met een koorddans van Lilian Harvey. Do
verdere hoofdrollen waren in handen van
Willy Fritsch, Willi Forst, Paul Hörbiger
en Trudc Hcserberg, terwijl Paul Martin
voor de regie zorgdroeg.
Lezen en nog eens lezen.
Hij moet den polsslag van den tijd
aanvoelen.
Met het lezen van de dagelijks binnen
komende stapel correspondentie begint
het. Het is vrij zeldzaam, als de post per
dag minder dan drie exposés, vier in brie
ven kort geschetste ideeèn (of wat daarvoor
wordt gehouden) en enkele romans op de
tafel van den productieleider neerlegt. Deze
stuurt de romans, de brieven en de schet
sen naar zijn dramaturg, die zich ermee be
moeien moet, waarmee in den regel be
doeld is lezen moet. Maar regels hebben
de eigenschap dat zij door uitzonderingen-
bevestigd worden.
In ernst, met liet lezen begint het, maar
het eindigt er hcclemaal niet mee. Dc Dra
maturg is als er een ideaaltoestand
heerscht de rechterhand Aan den produc
ticleider. Deze kent. de buitenlandsclie en
binncnlandsche politiek van zijn firma,
weet van haar artistieke en zakelijke be
doelingen. De dramaturg hoort uit gesprek
ken, atmosferische ondefinieerbare dingen,
wat zijn directie eigenlijk wil. Deze kennis
laat zich bij den leesarbeid moeilijk geheel
en al uitschakelen en fungeert onbewust
a!s een soort barometer. Stilzwijgend wordt
gemeten en vergeleken. Men hoede zich
echter voor een misverstand. De drama
turg oefent daarmee geen censuur uit over
het ingestuurde materiaal. Hij zal uitge
rust met een fijne speurneus ook dan naai
zij chef hollen en „Eureka" uitroepen als
hij een stof meent te hebben gevonden, die
reeds in dergelijke, maar veel zwakkere
samenstelling is aangenomen. Dit weten
leidt hem meer, dan liet hem tegenhoudt,
geeft stilzwijgend raad bij belangrijke be
slissingen, maar verlamt hem. nimmer of
beperkt zijn gezichtskring.
Een kcttersche gedachte: Men zou zich
een beste filmdramaturg kunnen indenken,
die. nooit leest. Ik verlang do „flair", het
gevoel, dat ook in dit handwerk alles is.
De filmdramaturg moet een sterk optisch
gevoel, kijk op het beeld bezitten, voor het
speciaal filmische van zijn stof. Een
„naam" beteekent niets. Hij moet weten,
maar ook voelen, waar een roman van 400
pagina's voor de film moet aangepakt wor
den, waar de beeldaccenten voor hande
ling en figuren zitten, van welke zijde uit
het epos het sterkste scenario te trekken
is. Hij heeft aanschouwelijk te denken,
waartoe hij het gemakkelijkst in staat is,
wanneer hij zich voordien grondig met de
technische vraagstukken van de film heeft
beziggehouden. Het is een handwerk als
elk ander dat ook zijn goede grondslagen
heeft. En wie het, zooals de dramaturg,
van stof te voorzien heeft is verplicht mot
haar technische dus met gronzclooze moge
lijkheden op innige wijze vertrouwd te
roken.
Nog een woord over de reeds genoemde
fijne neus. Ook die moet hij hebben, altijd
in slaat zijn prikkels op tc vangen. Hoe
vclkomcncr hij dit orgaan weet te maken,
des te succesvoller zal hij zijn. Ja, die neus
wordt met recht door den chef verlangd en
cue. moet trachten uit tc vinden wat het
publiek morgen behagen zal. Ilij moot een
eoort bovenmenschelijke neus hebben, die
uit den smaak van gisteren cn vandaag,
die van morgen kan vaststellen. Niets men-
schelijjks mag den dramaturg vreemd zijn.
Hij heeft zijn oor op den polsslag van den
tijd te luisteren gelegd, terwijl zijn meer
malen genoemde neus den wind naspeurt,
die gewaaid heeft, waait en waaien zal.
Zijn grondstoffengebied is de wereld, haar
ups en downs, het lot van een enkeling
weet hem even sterk te boeien als massa
beweging. Want zijn thema kan evengoed
de ontdekking van een petrolcumbron in
'de Staat Texas zijn als de mededeeling dat
een liftboy van het Eden-Hotel den hoofd
prijs uit de loterij heeft getrokken.
De polsslag van den tijd! Gevaarlijk
slagwoord bij artistieke werkzaamheden.
Nu moet men niet denken, dat dit hetzelfde
is als een ondoordacht buigen voor elke
conjunctuur, het naloopen van een mode,
die morgen verouderd is. Integendeel, dui
delijker dan ooit tevoren bewezen dc laat
ste jaren mét hun op een laag peil staand
repertoire, dat men met banaliteiten, in-
houdslooze blijspelletjes, niemand meer kon
bekoren en trekken. De diepste stand op
de artistieke filmbarometer schijnt nu te
zijn overschreden, het verlangen naar be
tere films wordt eiken dag sterker cn wordt
voor dc producenten gebiedende eisch. Vroe
ger kon men het publiek dc grootste rom
mel afdraaien, druipende van sentimenta
liteit of zouteloos van smijt en breekhumor.
Op het laatst was er zelfs sprake van een
soort confccticfilms, die weinig of niets
van elkaar afweken, tot eindelijk het pu
bliek niet meer zoet te houden was.
Maar nogmaals: met het lezen begint het
lieve leventje slechts. De voornaamste ar
beid van den dramaturg is het geven van
tips. Hij leest in het avondblad van een
voorval, waarbij de geschiedenis, die hij
laatst in het Maandagochtendblad las won-
dergoed past. Een prachtig thema! Hoe het
to bewerken. Ideeën, die dadelijk aan den
productieleider voorgelegd worden. Wie
komt hiertoe het eerste in aanmerking? On
der de auteurs, onder de acteurs? Of, hij
heeft eens het moet werkelijk voorge
komen zijn zelf een inval. Dan schaart
hij zich bij het gilde der filmauteurs, koopt
een auto en blaft veertien dagen later den
jongeman door de telefoon aan, die vol hei
lige idealen nu daar zit, waar hij zelf tot
voor kort gelezen en gezeten had en is
woedend als op zijn honorarium beknibbeld
wordt.
Bij sommigen heerscht nog zoo'n beet
je do gedachte, dat de vrouwen in Indié
eigenlijk louter voor haar genoegen op do
wereld zijn en niets hoeven uit to voeren.
Dat ze voor alles een bediende hebben:
voor do keuken, de wasch, het huis- cn
naaiwerk, vcrstelPën en kousen stoppen,
kinderverzorging, kortom voor alles cn al
les. Maar verstandigen, die kranten, boe
ken cn tijdschiften lezen, weten wel dat
ook dat tot het verleden hoort en veel
Europeeschc vrouwen gelukkig al lang
gebroken hebben met het begrip: kinder
baboe. Zoo'n vijftien jaar geleden had
men voor elk der kinderen nog een apar
te baboe in veel gezinnen, zorgde baboo
nonnic voor het moiske en baboe sinjo
voor het jongetje; deed dc moeder zelve
zoo goed als niets en liet baden, kleeden,
oten geven cn naar bed brengen aan ba
boe over, wat natuurlijk tot gevolg had:
„lastige Indische kinderen", die bet
toch eigenlijk heelemaal niet konden hel
pen dat ze lastig en verwond waren. Dio
van hun geboorte af niet beter hadden ge
weten, of baboe was er om te comman-
deeren en alle wenschcn in te willigen,
die nooit geleerd hadden zelf iets op te
ruimen, zichzelf aan te kleeden of iets
zelf te halen. Maar al lang is die tijd
voorbij cn vooral nu, nu er in alle huis
houdens bezuinigd moet worden, is de
stoet bedienden" nog slechts een sprook
je. Zoo'n tien jaar geleden had men in.
wat groote gezinnen, waar veel bezoek
kwam, in elk geval vijf of zes bedienden;
den chauffeur of koetsier dan nog niet
meegerekend, maar zoo'n luxe aantal
treft men haast nergens meer aan en het
gevolg is, dat ook de Europeesche vrouw
wat werken en helpen moet tegenwoordig.
Een eerste eisch voor jonge vrouwtjes
die naar Indie trekken is dan ook wel,
dat ze goed kunnen naaien en knippen,
verstellen en stoppen en dus de heelc gar
derobe kunnen maken, voor haar gezin,
wat een enorme besparing geeft natuur
lijk. Van huishouden moet zc goed op de
hoogte zijn en koken is iets dat elke
vrouw moet verstaan, ook al is het niet
direct nóódig. In de meeste gezinnen is
nog wel een aparte kokkie; in andere ecu
babóe-kokkie, dus een die behalve de
keuken, ook de slaapkamers en wasch
verzorgt, maar toch is hot goed als me
vrouw zelve koken kan; in zieke dagen in
kan springen, eens iets anders kan leeren
bereiden aan de keukenprinses of
zelve voor de maaltijden kan zorgen als
dat moet. En ook dat moet welecns te
genwoordig in Indië: dikwijls zelf. Op een
zame buitenposten, in kleine plaatsen en
in het binnenland kan het nog best voor
komen, dat men geen cuisiniere kan krij
gen en dus zelve zal moeten koken en
wie dat vooruit weet, doet heel verstan-
dig om een petroleumkachel aan te schaf
fen, zoo'n Now Perfection met drie pitten
en een oventje er los bij, een soort tafel
waarvan men ontzaglijk veel gemak heeft
cn waarop het bijna genoegen is, do maal
tijden te bereiden. Het blijft, zelfs in ma
laise nu eenmaal een feit, dat men de
ereld lichter ziet na een smakelijk maal
cn met wat overleg hoeft dat niet zoo
verschrikkelijk veel te kosten, doch het
is een groot punt in het dagelijksch le
ven. En in Indië waar hard gewerkt
wordt en men te lijden heeft van de hitte
is goed en krachtig voedsel absoluut noo
dig, zoodat de huisvrouw zelve aan zal
moeten pakken als dat voorkomt, .Ook
met het huiswerk zal ze moeten helpen,
als haar bedienden aantal verminderd
moet worden en natuurlijk is het beter,
als ook de vrouw haar geregelde bezighe
den heeft en weet dat ze daadwerkelijk
meehelpt om de onkosten van het huis
houden te beperken. Dus: naaien, knippen,
koken en huishouden moet de moderno
vrouw die naar Indië trekt nét zoo goed
verstaan als haar grootmoeder, die het
wel wat Al te serieus opvatte, maar toch
berekend was voor haar huisvrouwelijke
taak.
En danwie kinderen onder de
twaalf jaar heeft en afgelegen woont, de
middelen mist om de kinders naar Java
cf Holland te zenden, of-natuurlijk mot re
den van.mtening is dat de kinderen zoo
lang mogelijk bij de ouders hooren en
men groote plichten op zich heeft geno
men bij do geboorte der kinderen dan
zal de moeder óók nog weleens voor on
derwijzeres moeten spelen en de kinderen
zelf moeten leeren, als er geen goede
school is en men een gouvernante tot de
luxe dingen <?aat rekenon tegenwoordig.
Schrikken hoeft mon daarvan niet, want
in Indie heeft men do uitstekende Clerkxx
methode voor huisonderwijs, aan de hand
waarvan elke moeder haar kinderen les
kan geven tót den H.B.S. leeftijd, ook al
is zijzelve nooit bij het onderwijs geweest.
Een uitkomst dus voor lieden die op on
dernemingen of eenzame posten zitten en
over die uitkomst zullen we volgend maal
meer vertellen.