390.-
NATIONALITEIT EN HANDSCHRIFT
Vaji heé
Aniersfoorisch Dagblad
tilth
M. A. RAMSELAAR
FIRMA
Mahonie
Slaapkamer
E-.
DELFTSCH AARDEWERK
l ACHTERBERGH
MEUBILEERING
HAAGSCHE BRIEF
INDISCHE FLITSEN
JACHTVERMAAK
Lit-jumeaux
160 c.M. breed i
spiegelkast
toilettafel j
tafel en 2 stoelen I
^oridagsBla
r#'.
ALS GESCHENK DOOR
IEDEREEN
GEWAARDEERD
ALLEENVERKOOF
WESTSINGEL 10-13
De grafologie van den volksaard.
Blijkt de nationaliteit uit het handschrift?
door Dr. G. Strelisker.
A\ ij spreken dikwijls van clcn „aard" der
Franschcn, Duitsclvers, Engclsclien, Rus
sen, en/.., en dan bedoelen wij daarmede
/.eer bepaalde karaktereigenschappen of
eigenaardigheden, welke nu eenmaal bc-
lioorcn tot do voorstelling, welke dc mas
sa zich van net betrokken volk maakt. De
Duitschcrs zijn grondig en langdradig, dc
Frunsclien lichtzinnig, dc Schotten gierig,
dc Engclsclien lot liet uiterste behcerscht.
Of dat nu juist is of minder juist, in
geen geval gaal zooiets op voor allen, die
tot, zoo'n volk behooren. Toch is hot niet
twijfelachtig, of elk volk heeft naast zijn
eigen zeden 011 levensgewoonten ook zijn
igen karakter; dit laatste ontslaat, door-
al bepaalde karaktereigenschappen ouder
dc léden van dat volk opvallend vaak
oorkonten. Dc Oostenrijkers staan he
iend als gezellig, maar slordig, dc IBeic-
on als onbeleefd en verzot op bier. Na-
tuurlijk zijn er daarom wel prcciesc Oos
tenrijkers en geheelonthouders onder dc
fceièren, doch dat doet aan liet volkska
rakter niets af. De Sakscrs zijn dol op
B'eizcn; overal ter wereld komt men hen
Itegen. Dat neemt niet weg, dat er nog veel
meer Sakscrs zijn, die hun leven hing
buitscliland en zelfs Saksen niet uitko
men.
j Zooals men nu spreekt van ccn karaK-
raer, dat typearend is voöi* een volk, zoo kan
men hetzelfde zeggen van bet handschrift.
J'.venals karaktereigenschappen komen ook
■eigenschappen van liet handschrift soms
Jfeccr algemeen onder ccn volk voor. En
evenals het volkskarakter kunnen zij ons
fflielpc'n bij iict bepalen Aan dc nationali
teit van den betrokkene. Dc karakteristieke
wverschillen tusschcn liet bandschrift., der
r~ ^verschillendevolkeren worden nog in dc
'band gewerkt door Avat er op school ge
leerd wordt. De lettervormen hebben zich
historisch ontwikkeld en verschillende vol
keren hebben zc daarbij volgens hun eigen
smaak gaandeweg gewijzigd en doen dit
nog. Wanneer men de gccalligrafcerde let
tervormen, die in dc scholen als voorbeeld
jgvorden gebruikt, in do verschillende lan
den eens met elkaar vergelijkt, vindt men
zeer typische verschillen en als men veel
brieven van buitenlanders onder de oogen
krijgt, kan men al spoedig met een grootc
mate van zekerheid uit een paar Avoordcn
of een adres do nationaliteit van den
■schrijver afleiden.
i Door plaatsgebrek zijn av ij niet in staat,
'die tallooze trekjes op Ie sommen, Avaar-
Eoor dc verschillende volkeren zich in bun
bandschrift van elkaar onderscheiden. Wij
halen slechts één voorbeeld aan van Dr.
JRobei't Saudek, dc vader der experimen-
tccle grafologie, n.l. de .typische hoofdlet
ter W der Italianen, welke bestaat uit
twee in elkaar gestrengelde V's, waarbij
do pen tusschcn het schrijven der beide
V's van liet papier wordt gelicht. In dc An
gelsaksische landen is do eerste siroop van
do AV moestal langer dan do tweede al
weer, omdat hot dc kinderen op school
zoo.geleerd wordt. Als een Duitschcr Ea-
tijnsche letters schrijft, vindt men daarin
duidelijk de sporen terug van het Gotlii-
scne schrift, dat hij in zijn jeugd geleerd
lieeft; dat het hoekige, met krachtigcn
druk geproduceerde Gothischo schrift ove
rigens in Duitscliland zoo lang stand licoft
gehouden en nog bij lange na niet ver
dwenen is, komt zeker niet in de laatste
plaats voort uit dc omstandigheid, dat liet
bandschrift zoo goed past bij bet volks
karakter met zijn alles overwinnend door
zettingsvermogen, terwijl dc middelmatig
sterke helling van dit schrift ccn natuur
lijk, doch van weinig zclfbelicerscliing 'ge
tuigend optreden verraadt. In Noord-
Duitscliland, waar men meer terughou
dend is in zijn gevoelens, wordt ook stei
ler geschreven; dit is vooral opvallend bij
de „stijve Hamburgers". In Weenen is de
schrifthelling over liet algemeen schuiner
dan het Gothischo schrift vcreischt.
Zoor schuin schrijven ook dc Franschcn,
wat overeen komt met hun licht ontvlam
baar temperament. Gewoonlijk schrijven
zij ook dicht in elkaar: een bewijs van hun
bekende spaarzin. Men ziet dus, dat het
handschrift van een volk niet alleen af
hangt van wat het op school leert, maar
ook van het volkskarakter. Alen vergelijke
maar eens de steile, gelijkmatige „unifor
me" letters der Engèlschcn met de sierlij
ke, doch met weinig druk voortgebrachte
Italiaansclie letters, die duidelijk blijk ge-
van van pathos en lievige gemoedsaandoe
ningen, doch tevens van weinig duurzaam
heid daarin. In Engelsclie handschriften
valt ook de hoofdletter I op, omdat deze
op zichzelf een woord -vormt en dan nog
wel een Avoord, dat hel voor dc Engcl
sclien zeer belangrijke begrip „ego" omvat.
Het is niet voor niets, dat zij dit woord
altijd mot een hoofdletter schrijven en dat,
terwijl het beginnen Aan ccn brief met bet
«voord „ik" als onopgevoed Avordt be
schouwd, do meeste Engelsclie brieven
met „1" beginnen, zonder dat de vormclij
kc Engclsclien er iets in zien.
Op ongeveer dezelfde wijze komen dc
Franschcn gewoonlijk lot ccn eigenaardig
gevormde hoofdletter „Al" en wel, omdat
zij meestal daarmee bun brief moeten be
ginnen (monsieur, madame, madcinoisel
le, mon chcr, moil ami, enz.). Opvallende
en sterk versierde Als zijn daardoor ccn
eigenaardigheid van de meeste Franschc
handschriften geworden. De Russen, die
evenals do Serviërs en Bulgaren het '/..g.
Cyrillische schrift hebben, een mengeling
van het oorspronkelijke Romcinschc en
oud-Griekschc alphabet, vallen vooral op
door hun aaneengeschreven en ongemerkt
in elkaar overgaande letters, wat ecner-
zijds op zucht naar materieel genot, an
derzijds op de labiele stemmingen van
den psychopaat Avijsl. Dikwijls vindt men,
vooral tin dc liandteekcniüg, /eigenwijze
krullen en lijnen. Het meer moderne, bols
jewistische Rusland schrijft nuchterder;
men vindt nog slechts zeidén die eigen
aardige vormen, welke ons soms in één
«ogenblik een inzicht geven in do persoon
lijkheid van den schrijver, ticheel verdwe
nen schijnt dc individualiteit uit dc Amc
rikaanscho handschriften met bun stereo
tiepc guirlandctjés, bun gelijkmatige;
krachtige lialcn, die zich aan den lezer
schijnen op te dringen, hun lettervormen,
die niet in bet minst gcv.oel voor schoon
heid of fijngevoeligheid verraden. Hoewel
natuurlijk de overeenkomst met het Engel
sclie handschrift zeer groot is, mist bet de
innerlijke beschaving en evenwichtigheid
daarvan.
Links boven het handschrift van een letterkundige (Stefan Zweig), rechts boven een
typisch R-ussisch handschrift. Links beneden het schrift van een vooraanstaand Oos
tenrijker en rechts beneden de karakteristieke lettervormen van den Engelschman
(Baldwin).
De tragiek van een boedelbe
schrijving. De laatste acte
in het Scheurleerdrama.
Er is ccn volksrijmpje, dat aldus luidt:
„Als de nood daar is, komt de notaris".
Hot is natuurlijk niet altijd waar, dat dc
notaris alleen maar zijn werkzaamheden
heeft te verrichten als de nood dwingt tot
■maatregelen, die enkel narigheid tot ge
volg hebben. Maar 111 den laatsten tijd
hioct dc notaris helaas maar al te dikwijls
als financieclc heul optreden, die met een
ljartelooze hamerslag eigendommen in an
dere handen laat overgaan, omdat een hy
potheekhouder tevcrgeefsch om aflossing
maande, omdat een curator in een faillis
sement dc haten van dc eigendommen noo
dig heeft om schultfeischers tenminste nog
een gedeelte van hun vorderingen tc kun
nen geven. Dc notaris is vooral de laatste
toevlucht in vele gwallen, Avaar de nood
grijnst.' Maar dc onverbiddelijke hamer
xplgt harteloos het monotone dreunen van
den stem van den deurwaarder: W ie biedt
er meer dan honderd tien gulden. Honderd
tien gulden voor de eerste maal. honderd
lien gulden voor
Er wordt weer vijf gulden opgelegd, de
hamer petst weer onmeedoogend neer en
de deurwaarder gaat met onbewogen steni
verder: Honderd vijftien gulden is er ge
boden.
lot is hot bekende schouw spel, zooalu
men dat in vrijwel alle veilingzalen of,
zooals de graag ouderwetsch doende nota
rissen zc noemen, iii dc vendutiehuizen in
vrijwel alle plaatsen van ons land ziet af
spelen. Alen ziet er inboedels van een dooi
den dood ontwricht huishouden. Wat er
nog van waarde was en de dingen met
persoonlijke herinneringen zijn door de
erfgenamen \*an te voren reeds gedeeld.
De rest ging naar dc \endutie om nog een
paar luttele guldens op ie brengen. Er
aordpn tegenwoordig geen hoogc prijzen
meer besteed, nu fabrieken gedwongen
worden nieuwe meubelen voor abnormaal
lage prijzen tc verkoopen. Toch zijn er al
tijd nog menschen, die graag op een ven
dutie koopen, omdat ze den indruk heb
ben er goedkoop uit tc zijn.
Maar oarer al deze vendutics, hoe interes
sant ze ook moge zijn voor den beoordee-
laar der menschen, willen avc bet niet
hebben, wel echter over een bepaalde vei
ling, de veiling van den inboedel van dc
familie Scheurleer. Scheurleer, dat was
eens, wat lijkt het ons lang geleden en
toch was de debacle eerst in dc eerste
helft van April van dit jaar, de zekerheid
en vertrouwdheid zelve, Scheurleer betce-
kende soliditeit, Scheurleer en Zoonen
(met twee o's) zou niemand ooit teleurstel
len. En toch kwamen dc moeilijkheden,
werden de betalingen gestaakt en kwam
er ccn schildersknecht, die met onver
schillige verfstreken het bordje met
„Scheurleer en Zoonen" overschilderde en
er den volgenden dag „Incassobank" op
zette. Eenige dagen lang was er veel pu
bliek in de nabijheid van dc kantoren ver
zameld, tuk op sensatie en mee willende
lijden het lijden Aan dc velen, wier spaar
centjes in de débaclc waren meegesleept.
Het bankhuis Scheurleer was verdwe
nen. En tegelijkertijd was ook het grootste
gedeelte van het persoonlijke vermogen
voor lien verloren, want met hun persoon
lijke vermogen dreven zc hun zaken.
En nu dan kwam deze week de kunst
zinnige inboedel uit dc patriciërswoning
aan de Carnegielaan onder de hamer. Dit
huis was in binnen- en buitenland be
roemd. want er was een urweke kunstver
zameling op het gebied van Oost-Aziati
sche kunst, alsmede een door muzieknicn-
achen gaarne geraadpleegde verzameling
van muziekinstrumenten, die een volledig
beeld gaven van de muziekgeschiedenis
door alle tijden. Deze kunstverzameling
althans is intact gebleven en door de ge
meente overgenomen. Maar ook het woon
gedeelte van liet huis bevatte nog kostbare
stukken, die met. smaak en kunstkennis
werden aangeschaft, JDeze meubelen vorm
den eens een artistiek geheel, gaven warm
te en leven aan een woning. Xu zijn het
voorwerpen geworden; die in dc Pulcliri
zaal aan het Lange Voorhout opgestapeld
staan, magazijustukken, waar op geboden
kan worden. Slechts de hoogte van den
geldsom beslist wie dc nieuwe eigenaar of
eigenares zal worden. Of zij liet met de
zelfde zorg en zorgvuldigheid zullen be
handelen laat den deurwaarder zoo koud
als ijs, wat eens wegsmolt in dc zilveren
ij shekel's, die aan bod komen. Het. laat
hem onberoerd of hij een adellijk luidende
naam moet notecren of den naam Aan een
eenvoudigen opkoóper, als de kooppennin
gen hem maar aanstonds ter hand worden
gesteld.
Veiling van don inboedel van Scheur
leer. „Komt mee, komt mee, komt ellen
mee! Daar is wat schoons te zien!" Inder
daad, cr is wat schoons te zien. Alaar
vindt er ook niet een kruisiging plaats,
kruisiging van de ziel der dingen? Auto's
zijn aangereden cn hebben een voornaam
publiek afgeleverd. Alaar ook waren er in
schamele kleeren gehulde lieden. Ze had
den dit gemeen, dat zc op koopjes en an
tiek uit waren.
Onder dc aanwezigen waren ook vroe
gere gasten Aan den huize Scheurleer.
Men hoort ze mompelen, schuchter, pijn
lijk getroffen fluisteren: „Zeg, Avcet jc nog,
dat kastje stond in den hoek Aan de groo-
to kamer, die oud-por<scleincn borden de
den het zoo goed in de hall".
Uit de menschcnmenigte komen kreten
op, gesmoorde kreten, brutale kreten, on
verschillige kreten, kreten, die cijfers zijn,
hoogc cijfers en lage cijfers. De hamer van
den notaris knikt, pets.
Doch door liet geroezemoes van taxec-
rende stemmen, door het begeerig schitte
ren van licbgrage oogen, sluipt de tragiek
\an een familicgeslacht. Wat met zooveel
moeite en met pijnlijke zorg bijeengegaard
cn daarna verzorgd werd, wordt nu har
teloos uiteengesclieurd en verhuist straks
naar alle windhoeken van de stad.
En dit heet dan in de taal der notaris
sen: Veiling .van een goed onderhouden
voorname inboedel wegens faillissement
Ieder weet natuurlijk, dat men, behalve
onze mooie Koloniën, nog liet Engelsch-
Indiö heeft, en dat het leven daar weer
heel anders is uit den aard der zaak; spe
ciaal door liet feit, dat een Engelschman
door alles heen dut ook blijft en veel min
der „verindischt" dan een Hollander, die
jaren in de tropen woonde en werkte.
Men weet wel, dat dc Engelsclie vrouwen
het een soort schando vindén, als haar
kinderen in Indiu geboren worden, dat de
mceslcn voor ccn bevalling naar Engeland
reizen of, als dat absoluut niet kan, om
financieclc of andere redenen, gastvrijheid
vragen en krijgen op een Engelsch oorlogs
schip, zoodat baai* kind toch op „Engcl
sclien bodem" wordt geboren. Het gebeurt
ook hoogst zelden, dat ccn Engelschman
trouwt rnct een Indische vrouw! en éls liet
al gebeurt, behoeft hij bij z'n familie en
vrienden niet meer le kpmen, tenzij hij zon
der z'n vrouw A\il verschijnen. In ónzen
Oost is dat liccl iets anders; vroeger trouw
den zelfs veel Europeanen met hun huis
houdsters, wat natuurlijk acIg bezwaren
had cn, al is dat tegenwoordig zoo goed als
uit, toch trouwen cr velen met Indische
meisjes, wat ixicn vanzelfsprekend liccl ge
woon vindt en waar niemand zicli over zal
verbazen of ergeren. Alaar Engèlschcn zijn
nu eenmaal anders cn dat valt ook in hun
Koloniën op.
Als men b/v. in Singapore komt of er gaat
wonen, zal men terstond liet verschil zien
met Scfcrabaja of Batavia en de echte
Engelsclie sfeer om zich lieen a-oelcn. Men
ziet er veel van die mooie echt Engelsclie
grasvelden cn allerlei takken van sport
worden beoefend, al komt dat ook onder de
Hollanders in Iridic veel meer in de mode.
Het is niets bijzonders, als men daar in do
hitte voetbalt, tennist of wat ook en roeien
is tegenwoordig ook een der gangbare ge
wone sporttakkén, die druk worden be
oefend. Alaar toch is een Engelschman an
ders, gaat meer óp in dc, sport en blijft, zoo
als reeds gezegd, volkomen Engclscli, al
brandt het Indische zonnetje licm bruin.
Ook in eigen huis zal dc Engelschman cor
rect blijven, zich voor liet avondeten netjes
kleedcn, altijd koel en onbewogen schijnen
cn net doen, of dc thermometer normaal
staat. Hij houdt vast aan z'n „tiffin", die
heel licht is, geniet evengoed als in Enge
land z'n „afternoontea", die soms tot ccn
maaltijd is uitgebreid, cn dineert heel laat,
terwijl z'n maal volkomen op Engelsclie
wijze is bereid cn voorgediend.
En natuurlijk worden dc kinderen al heel
vroeg, meestal op zevenjarigen leeftijd, naar
Engeland gestuurd, om in dear old England
tc worden opgevoed, terwijl tooncelcn bij
het afscheid haast niet, voorkomen, omdat
Engèlschcn nu eenmaal ficgmatiekcr zijn en
liet eenvoudig als vanzelfsprekend aanvaar
den, als zc hun kinderen zoo vroeg moeten
afstaan. Belachelijk vinden zij de Hollan
ders zoo'n beetje, dat die daar zoo'n drukte
van maken en liet een ellendige gevoels
kwestie vinden, waarbij een stuk van jo
hart dreigt mee ^te gaan, zoodat jo heel
lang down erdoor blijft cn dc kinderen ho
peloos mist. Natuurlijk is hun opvatting
verstandig, want wat noodzakelijk is, dat
moet nu eenmaal cn men hoort cr zicli bij
neer tc leggen, maar zoover zijn de meeste
Itollandschc ouders nog niet en zij vinden
bet probleem der kinderopvoeding nog
steeds groot cn angstig.
In Inclië werken veel Engelschen, ook wel
in óns Indié, cn het is merkwaardig, hoe
weinig moeite dio doen om Hollandsch te
lee'rcn cnhoe grif de Hollanders ertoe
komen, Engelsch to gaan spreken op hun
eigen Hollandsch grondgebied. Een goode
oefening in elk geval cnEngeland is nu
eenmaal beduidend grootcr dan Holland,
dus zijn er uit den aard der zaak op onze
aardbol oneindig meer Engelschsprekenden
dan lieden, die u kunnen vertellen, dat
„Hollandsch óók een aardig taaltje is". Al
leen wat moeilijk om tc leeren en het voor
deel in Indiö is natuurlijk, dat men met
bedienden en klerken op de kantoren altijd
Maleisch kan spreken, Avat het vergemak
kelijkt natuurlijk. t
En het gemak dient den mensch, speciaal
dien in Indië, dus... Maleisch is altijd en
overal noodig, dat bedenke men goed'.
5
J'-l
B. K.-H.
door
II. G. Cannegieter.
Ditmaal ga ik mijn lezers opschrikken
met een geAveldigo ketterij. Ik wil den lof
van dc jacht zingen. Alen behoort tegen
woordig te zeggen, dat do jacht een on
geoorloofd vermaak is. Alle fatsoenlijke
menschen zeggen liet. Alaar ik neem do
uitspraak voor mijn rekening: de jacht is
een volkomen geoorloofd vermaak. Sterker
nog:'wie do menschheid dc jacht zou ont
nemen, zou haar van haar levcnsmotor
bcrooven. Zonder de jacht geen geluk, geen
gezondheid, geen bestaansmogelijkheid.
Wacht even, trawanten van Sint Huber-
tus, die mij bij voorbaat al toejuicht, nu
gij meent, bij uw bloedige expedities op
mijn instemming te kunnen rekenen. Er
zijn verschillende soorten van jagen en ik
verbeeld mij, dat een mensch, die do mo
demo cultuur in zich beeft opgenomen,
een waardiger wijze kan vinden om zijn
natuurlijk instinct bot te vieren dan door
het dooden van zijn weerlooze medeschep
selen, de dieren. X'ict alles, wat do bar
baren uit den oertijd bevrediging schonk,
mogen wij meer als verloorloofd beschou
wen. Er bestaat nu eenmaal een histori
sche ontwikkeling en een geleidelijke le-
vonsvercdeling. Bovendien waren die bar
baren verontschuldigd door den lichaam
lijken nood. Zij leefden, zooals liet in onze
schoolboekjes heet, immers van jacht cn
vischvangst! Maar onze Hubertussen jagen
louter voor hun pleizier.
En tot hen komt nog altijd weder de
vraag, welke in het gedicht van Matthias
Claudius twee ecuwen geleden het ten dou-
de toe afgemartelde hert met zijn brekend
oog tot den vorst richtte: „Hoe kan uw
genade liet over zijn hart krijgen, een arm
dier, dat zich met gras en kruiden voedt,
to jagen?"
Afaar dit misbruik veroordeelt do jacht
niet. De 'jacht op zichzelf blijft levens
noodzaak, ook al heeft zij een zachter cn
menschelijker vorm aangenomen dan m
den oertijd. Wij jagen op andere doelein
den en op andere wijzen, maar Avïj jagen
nog immer!
Wat is het. dat aan dc jacht haar be
koring schenkt? Het is liet avontuurlijke,
het moeilijke en het onverzettelijke. En
dit zoeken wij nog op allerlei gebied.
Men kan op verschillende doeleinden ja
gen. Men heeft geldjagers, baantjesjagers,
zelfs vrouwenjagers. Alaar daarnaast jagen
er ook velen naar minder zelfzuchtige doel
einden. Welke idealen jaagt rnen alzoo niet
na! Wereldvrede, maatschappelijke lier-
vorming; Ret geluk der gemeenschap*
Alaar bet wezen van de jacht blijft het
zelfde, hetzij men op grof dan wel op edel
wild schiet. In al hun uitceiiloopendo ge
stalten volgen onze jagers een gemeen
schappelijk instinct. De sportman jaagt op
records, do journalist op kopy, do koop
man op orders, de propagandist op leden
en handteekening. Maar allen bevredigen
op hun verschillend jachtterrein dezelfde
algemeene mcnschelijke oerdrift.
Allen zoeken het a\rontuur. Allen trek
ken er op uit met dezelfde spanning ver
vuld. Zooals in het schoolversje;
Als 't begint te dagen
Gaan door bosch en bei
Onze jagers jagen,
Boog en pijl op zij!
Allen begeven zich in de onzekerheid.
De buit ligt niet voor bun klaar, bier ol
daar, netjes verpakt en met een adres
kaart A'oorzien. De buit is beweeglijk. On
ze avonturiers moeten speuren, of zc een
spoor van wild ergens ontdekken. En als
zc hun prooi hebben ontdekt, hebben ze
nog niets. Want die prooi blijft niet staan
om hen af tc wachten. Zc moeten haar
besluipen, behoedzaam haar nader treden
en als ze haar verschalkt hebben, dan moe
ten ze er nog om vechten, met list of ge
weld.
In de verrassing, maar ook in dc moei
lijkheid ligt het opwindende van dc jacht.
Duizenderlei bezwaren zijn te overwinnen,
duizenderlei weerstanden uit den weg te
ruimen. En in elk nieuw geval moet dé
jager volgens een nieuwe methode te werk
gaan.
De jacht doet een beroep op alle hoe
danigheden van lichaam en geest. Behen
digheid, lenigheid, kracht, vastheid van
hand en geoefendheid van oog, kalmte,
overleg, geduld, moed, voort\'arendheid
er is geen doeltreffender oefenschool voor
heel het raenschclijk organisme dan 't
jachtterrein.
In do onA'erzettelijkheid van den jager
ligt lenslotto ook de bekoring van zijn
liefhebberij. De jager geeft het nooit op.
Op jacht kan men niet moedeloos zijn.
Hoe mcnigvuldiger de bezwaren, te lioo-
gcr stijgt het genot. Onafgebroken houdt
de jager zijn prooi in het oog. Geen sloo-
ten of struiken, geen bordjes met „ver
boden toegang" houden hom tegen. De
jager is dc bezetene, de door één harts
tocht bezielde, de door één dochvit betort-
verdc. Hij schiet niet, als die dolleman
uit het liedje, „op ieder ding, dat bij van
ver maar ziet", maar uitsluitend op dat
gene, wat hem een gansch menschenbe-
staan vol oplettendheid, moeite en opof
fering waard is. En geeft niet eerst zulk
e*n alles opeischende bestemming aan het
leven zijn boteekenis?