SINT NICOLAAS
M. A. RAMSELAAR
EN
Voorkomen
PREVENTOR
C. H. van DOORN Zn.
FIRMA
PERZISCHE
TAPIJTJES
St. NICOLAAS CADEAU
f 12.50
DE VERGISSING VAN ST. NICOLAAS
ZWARTE PIET!
O.
53
;i3.
is beter dan genezen
Ouders laat Uw kinderen met
gezonde voeten en stevige, rechte
beenen door het levon gaan.
Gocft ze minstens tot 17 jaar
Preventor schoenen.
De juiste schoen voor groeiende voelen.
Gediplomeerd Voetkundige.
UTRECHTSCHBSTRAAT 9. TcL 219.
voor
een blijvend en hoogst
gewaardeerd geschenk
Prijzen vanaf
HitKom, Joke, nu doorïqopen," drong liet
Sooterè broertje aan, zijn zusje bij een arm
meetrekkend. Ze hadden sauien slaan kij-
ft-n voor het raam van een grootcn spcel-
gLedwinkeJ. O. zooveel moois was er tc zien:
Bon heel poppenhuis met, drie karaeis cn
pen keuken. En van alles was er in, tot een
ft an o toe. Joke raakte niet uitgekeken.
■„Neen, wacht nu nog even," vleide ze.
«KijJ* eens, zie je daar die negerpop? Die
Idu ik dolgraag hebben van Sinterklaas!"
B„Xou, misschien krijg je die wel, al is 't
niet. zoo'n groote," zei Dorus voorzichtig,
ft laar 't is vast al laat."
Ja, ze hadden al heel wat winkels ge-
koken, nadat ze uit school gekomen waren.
.De lekkerswinkels hadden ook heel erg hun
Belangstelling gehad. Daar was altijd weer
»at moois te ontdekken.
Maar nu verlieten ze de drukke winkel-
ft raten en kwamen iu het stillere gedeelte
$.in dc stad. Zus mopperde, dat zo zoo ver
moesten loopen en dat ze zulke koude li an
ion had. Dorus liep in gedachten.
B .Waren wc maar niet verhuisd," zei Joke
|.i een poosje met een half-builende stem.
Ilk vond ons ouwe huis veel leuker."
..Ik ook," antwoordde Dorus.
Noen, veel plezier hadden ze nog niet bc-
1' efcl op 't nieuwe bovenhuis, dat aan het
[uiterste eindje van de stad lag en waar ze
Sliijd moesten oppassen om niet te veel
joven tc maken met het oog op de beneden-
ffljuren. En nu kleine broer in den laatsten
tijd zoo ziek was, moesten zc licelemaal erg
stil doen. Pus één keer hadden ze bij den
Schoorsteen zachtjes gezongen van Sint
Viklaas kapoentje. En toen had Vader met
|ben ernstig gezicht gezegd, dat 't nu heusch
;'cen tijd was om te zingen.
Eerst had Dorus dat niet begrepen. Als
ft tegen vijf December liep, dan was 't toch
1-cker tijd om Sinterklaasversjes tc zingen.
■Maai* Dorus was al wat grooter en toen
Ft kleintje zoo kreunend huilde cn zoo. be-
fnauwd blafhocstte, snapte dc jongen gauw,
[dat vader eu moeder heel bezorgd waren
Over 't kleine kindje.
Toen Dorus en Joke dau ook thuis kwa-
tmen, stond dc motorfiets van dei), dokter
weer voor de deur. Zachtjes klommen zc de
■trap op. In de huiskamer stonden hun
■boterhammen klaar, die zc haastig opaten,
|na zich wat gewarmd tc hebben.
Nadat zo den dokter hadden hooren weg-
Igaan, liepen de kinderen op de tccnen naar
Ide slaapkamer, waar 't kleine bedje stond
|.eu Dorus vroeg zacht:
„Wat zei de dokter?"
„De dokter zegt, dat broertje heel erg ziek
l is. Jullie moeten maar heel stil doen en
I vroeg naar bed gaan."
„Kan hij niet weer beier worden?" vroeg
Joke voorzichtig. Moeder haalde dc schou
ders op. Een traan liep over haar wang.
Tn bed moesten Dorus en Joke nog tel-
kens aan 't zieke broertje denken. O, als hij
toch maar beter mocht worden! Wat waren
zc blij geweest, toen ze een klein kindje ge-
kregen hadden. Wat hadden zc eiken dag
vol belangstelling in 't kleine bedje ge
keken en de pietepeuterige handjes bewon
derd met de fijne rose nageltjes, de leuke,
zwarte krul op 't voorhoofd cn de helder-
j blauwe oogjes, die maar zoo nu en dau
open gingen. Maar weldra was Sinterklaas
weer 't onderwerp van bun fluisterend ge
voerd gesprek.
Den volgenden dag zou 't feest zijn op
school. Niet, dat de oude man in eigen per
soon kwam. O, neen! Want hij had een
brief geschreven, dat hij 't dit jaar tc druk
had om persoonlijk tc komen, maar wel wat
lekkers zou sturen voor dc zoete kinderen,
's Nachts droomden Dorus cn Joke allebei
van den goeden Heilige. Joke beweerde, dat
ze do negerpop en een spoortrein onder
hun schoorsteen had zien slaan. Maar 't
was in hun oude huis.
liet Sint-Nicolaasfeest op school verliep
prettig. Stoute kinderen waren er gelukkig
niet bij. Ieder kind kreeg tenminste een spe
culaaspop en con chocolade-letter.
Op den morgen van den zesden December
gingen Dorus cn Joke dadelijk kijken, of de
Sint soms wat onder den schoorsteen voor
hen gereden had. Want al konden ze niet
zingen, hun schoen met oen stukje rogge
brood erin, hadden ze toch maar neergezet.
Er was helaas niemand geweest, 't. Stukje
brood zat nog net zoo in dc laars.
,.Ik weet 't," zei Zus op eens, „hij heeft "t
natuurlijk nog in ons ouwe huis gezet. Sin
terklaas wist zeker niet, dat wc verhuisd
waren. Ik ga T vragen straks aan ons oude
huis."
„Maar als daar nu ook kinderen wonen,
dan is 't natuurlijk voor hen," veronder
stelde Dorus.
Toch trokken ze vóór schooltijd naar *1
oude huis en belden aan. Een dienstmeisje
deed hen open cn vroeg, wat zo wilden.
Dorus vertelde, waarvoor zc kwamen. Eerst
begreep het meisje hem niet goed. Maar
toen Joke hacl geholpen om alles uit tc leg
gen, was 't haar duidelijk eu zei ze:
„Ja, zie je, ik kan nu niet gaan kijken,
want dc oude mevrouw slaapt nog, juist in
die kamer. Maar komen jullie na schooltijd
maar eens terug."
Na twaalven belden Joke cn Dorus weer
aan bij hun oude huis.
„Komen jullie nu maar binnen," zei T
dienstmeisje, „en ga maar eens kijken!"
Wat zag alles er heel anders uit dan toen
zij er nog woonden. Neen, 't was heelemaal
't oude huis niet racer. Dc huiskamer was
slaapkamer. Ja, daar was dc schoorsteen.
Juichend stoof Joke er op af.
„Zie jo wel, Slnt-Nicolaas heeft zich ver
gist, 't Is net zooals ik gedroomd heb: dc
zwarte pop voor mij, de spoor voor jou!"
Op hun hurken knielden zo neer bij de
geschenken. De oude damo stond in den
deurpost cn keek met welgevallen naar 't
gelukkige tweetal.
„Dat was me een malle vergissing van
dien goeien man, hè," zei ze. Dorus cn Joke
stonden op.
„Hebt u soms kinderen?" vroeg Dorus
bezorgd. Want hij was ervan overtuigd, dat
dan de cadeautjes niet. voor hen waren.
„Neen, hoor, *k ben maar heel alleen met
Bets hier," zei ze, wijzend op het dienst
meisje.
„Ja, dan is 't een vergissing van Sint-
Nicolaas," besliste Dorus.
„Goed maar, dat jullie eens aangebeld
hebben," opperde Bels. „Julllie zijn zeker
wel blij."
„Nou cn of, we hebben net, wat we graag
hadden," babbelde Joke blij.
En Joke nam haar pop in dc armen,
Dorus zijn doos onder den arm en ua vrien
delijk gegroet te hebben, vertrokken ze naar
huis. Daar liet moeder juist den dokter
weer uit. Ze keek niet meer zoo bedroefd
en zei dadelijk: „Broertje is veel beter. Wat
hebben jullie daar?"
Doms en Joke vertelden van Sinterklaas'
vergissing. Moeder bedacht met schrik, dat
zc door haar zorg over 't kleine kind heele
maal vergeten had, dat 't vijf December was.
Broertje w erd beter cn Dorus en Joke kon
den naar hartelust spelen met 't nieuwe
speelgoed.
Doch moeder stuurde eerst dc kinderen
nog even naar de nieuwe bewoonster van
't oude huis met de boodschap, of dc lieve
dame vooral Sinterklaas bedanken wou, als
ze hem nog eens zag of hem schrijven
moest.
'J. If. BRIXKGREVE—
ENTROP.
(Nadruk verboden).
dooV
C. E. DE LILLE HOGERW AARD
't Was begin December.
Verlangend werd door do jeugd uitgezien
naar Sint Nicolaas, dien goeden, grijzen bis
schop, die elk jaar opnieuw de lange reis
van Spanje naar Nederland ondernam om
de kinderen op allerlei manieren te ver
rassen.
Hoewel er tegenwoordig heel wat midde
len van vervoer beslaan cn de reis door de
lucht het vlugst gaat, voelde do bejaarde
'bisschop toch het miersPvóor de ouderwet-
'schc stoomboot. In zijn jonge jaren was dat
de veibinding geweest cn Sint Nicolaas, die
veel van een zeereis hield, was dit verkeers
middel trouw gebleven.
Nu was er in Spanje, waar Sint Nicolaas
woonde, ecu jongen, die niets vuriger
wensclitc dan Sint Nicolaas op zijn tocht
tc vergezellen. Ilij had zwart haar, een don
kere gelaatskleur enzag zichzelf in
zijn stoutste verwachtingen al als knecht
van Sint NicolaaS, als Zwarte Piot dus. O,
hij kon er dikwijls van droomen en als hij
dan wakker werd, zuchtte hij:
„Wat T maar zoo ver!
Maar n u had hij toch iels heel ondeu
gends gedaan: hij was vóór Sint Nicolaas
aan boord ging, stilletjes weggeloopen en
had zich verstopt in het kolenruim van
de boot, waarmee de bisschop de reis zou
ondernemen. Hij wilde op die manier Sint
Nicolaas vergezellen" en als hij dan eenmaal
in Holland was, zou de bisschop het niet
over zijn hart verkrijgen, hem terug te stu
ren, maar hem als knechtje aannemen. Dan
zou hij dus Zwarte Piot zijn!
Hij had het zaakje wel aardig overlegd,
maar cén ding was jammer: hij had niet
gedacht aan den angst cn het verdriet van
zijn arme ouders, die hem natuurlijk overal
zochten en zich dc ergste dingen voorstel
den.
In het kolenruim was het heelemaal niet
prettig, maar dat vond de jongen, die Pedro
heette eu dus juist den goeden naam
had! heelemaal niet erg. Hij moest toch
wat voor dc goede zaak overhebben! En
zwart werd hij vanzelf wel, want hij was
achter een grootcn kolenberg gekropen om
niet gemakkelijk ontdekt te worden.
Honger behoefde hij niot te lijden, want
van zijn opgespaarde zakgeld had hij een
paar groote brooden gekocht en hoewel die
wel erg hard werden cn zelfs wat zwart,
kauwde hij er toch dapper op. Hij ging im
mers met Sint Nicolaas naar Holland! Die
gedachte deccl hem zelfs zijn oudbakken,
met kolengruis bestoven brood goccl sma
ken.
Maai' wat gebeurde er»
Sint Nicolaas, die zijn eigen radio-ioestel
aan boord had, hooide plotseling heel dui
delijk de stem van den omroeper, die zei:
„Extra politic-bericht.
De politie uit Santander in Spanjo ver
zoekt opsporing, aanhouding en voorgeleide
van den twaalf-jarigen Pedro Oviedo, die
spoorloos uit zijn ouderlijke woning ver
dwenen is.
Signalement: zwart haar, donkore oogen,
donkere gelaatskleur, klein cn mager,
draagt waarschijnlijk pull-over, korte
broek, sportkousen en bruine schoenen."
Ernstig schudde Sint Nicolaas het hoofd.
Wat zou er met den jongen gebeurd zijn?
Als hem maar geen ongeluk overkomen
was! Zou hij misschien met opzet wegge
loopen zij'n? Maar waarom? --
Sint Nicolaas Komt eens in 't jaar
Tot vreugd van heel de kinderschaar.
Dan moet je telkens denken
Aan lekkers'en geschenken,
En proef je van tc voren al
lloe heerlijk alles smaken zal!
Sint Nicolaas komt eens in 't jaar
ToUvreugd van heel dc kinderschaar.
Daar stapt de Sint al binnen!
Kom kind'ren, nu beginncu
Met 't zingen van het mooie lied:
„Sint Nicolaas vergeet, ons niet!"
(Nadruk verboden).
Sint Nicolaas komt eens in 't jaar
Tot vreugd van heel de kinderschaar
Wio staat daar zoo te gluren,
To lachen cn te turen?
Dat is warempel zwarte Piet!
Maar als je zoet bent, schrik je nietf
Sint Nicolaas komt eens in 't jaar
Tot vreugd van heel de kinderschaar.
Te hoeft niet bang to wezen,
Sint NIc'Iaas niet tc vreezen.
Want deed je flink je best van 't jaar.
Zet dèn gerust je schoen maar klaar!
RO FRANKFORT.
Plotseling lachte do gr ij zo bisschop
fijntjes. Als 't eens was om hem tc volgen
naar Holland? 't Zou misschien juist iets
voor zoo'n ondoordachten hengel ziju!
Ilij herinnerde zich nu, dat cenige jaren
geleden een jongen zich in het kolenruim
van zijn boot verstopt had cn er als een
Zwarte Piet eindelijk huilende uit te voor
schijn was gekomen. Eerlijk had do jongen
alles opgebiecht, ook verteld, dat de hon
er hem tot deze bekentenis genoodzaakt
had.
Als deze Podro Oviedo ceris iets dergelijks
uitgevoerd had?!
Sint Nicolaas liet onmiddellijk Zwarten
Piet bij zich komen en beval hem een
nauwkeurig onderzoek naar den vermisten
jongen op de geheele boot in to 6tellcn en
daarmee in het kolenruim le beginnen.
Zwarte Piet toog onmiddellijk aan het
werk en... verscheen weldra vóór Sint
Nicolaas met den bevenden Pedro Oviedo,
wien het huilen op dat oogenblik nader
stoncl dan het lachen.
Het anders zoo vriendelijke gezicht van
Sint Nicolaas was heel ernstig, toon hij' den
schuldige zag.
En Pedro? De jongen klappertandde van
angst, toen hij vóór den bisschop stond. Het
liefst zou hij willen, dat de grond zich
eensklaps opende en hij er in verdwijnen
kon. Maar... zulke dingen gebeuren alleen
m sprookjes en natuurlijk nooit in werke
lijkheid!
Ilij beet zich op dc lippen om niet in lia
nen uit te barsten.
„Zoo, zoo! Ben jc weggeloopen?" vroeg
Sint Nicolaas eindelijk.
J jamemeneer meneer Sint
Nicolaas," bracht de jongen er stamelend
uit.
't Viel hem geducht mee, dat de toon van
Sint Nicolaas niet onvriendelijk was.
„En waarom deedt jo dat?" ging de grijze
bisschop voort
Podro, die wat meer moed begon te krij
gen, biechtte nu alles eerlijk op en deed
nu cn dan aangemoedigd door een vraag
van Sint Nicolaas het geheele verhaal.
„Zoo, zoo!" zei Sint Nicolaas weer. „En
heb je dau heelemaal niet gedacht aan den
angst, dien jc je armo ouders bezorgde, aan
hun groote ongerustheid?"
Opnieuw boet Pedro zich op de lippen,
terwijl hij het hoofd schudde. Spreken kon
hij niet
„Dat is toch heel, heel onnadenkend van
je, Pedro 1" zei Sint Nicolaas nu.
Beschaamd keek Pedro op den grond cn
hij kou zich niet langer gocdhouden: liij
barstte in tranen uit.
Sint Nicolaas liet hem maar eens uithui
len en toen de jongen eindelijk wat kalmer
geworden was, zei hij:
„Ik zal onmiddellijk een ïudio-beriebt
naar Santander zenden om beu gerust te
stellen. Natuurlijk moet ik jo nu meenemen
naar Holland, maar omdat jc straf verdiend
hebt, moet jc zoowel op reis als tijdens
mijn verblijf in dat land in het kolenruim
blijven, al zal ik zorgen, dat je daar eten en
drinken gebracht wordt Zul je geen poging
tot ontsnapping aanwenden, Pedro?"
Blij, dat hij er zoo goed afkwam, beloofde
de jongen dit.
Hierop mocht liij weer naar liet kolen
ruim gaan.
O, wat viel do tijd hem daar lang, voor
al toen do boot in Holland stillag en Sint/
Nicolaas met zijn echten Zwarten Piet aan
wal gestapt was!
Op de terugreis, vlak vóór hun aankomst
in Spanje, liet Sint Nicolaas hem opnieuw
bij zich komen en zei:
„Pedro, jo hebt jo woord gehouden en
daar jc je verder goed gedragen hebt, mag
jo over cenige jaren de reis met mij als
mijn Zwarte Piet meemaken, maar op één
voorwaarde en dio is: dat je nooit meer
van huis wegloopt,"
Dit beloofde Pedro maar al te graag.
Toen bij weer thuis kwam, herkenden
Vader cn Moeder hem nauwelijks: zoo
zwart was hij in bet kolenruim geworden!
Wat waren £llen blij, dat hij terug was!
Pedro zelf niet het minst
En toen hij cenige jaren later als Zwarte
Piet Sint Nicolaas op zijn reis naar Holland
mocht vergezellen, moest hij nog dikwijls
aan. zijn verblijf in het kolenruim denken.
Wat was hij toen toch een domme, ondoor
dachte jongen geweest!
(Nadruk verboden).