AMERSFGGRTSCH DAGBLAD
Dinsdag 20 December 1932
31e Jaargang No. 148
PRO EN CONTRA
De zending een groot
probleem
DERDE BLAD
NOTARIS S. R. D, M.
VAN LIER
EEN VERBOLGEN GE
MEENTERAAD
vergadering van het Indisch
Genootschap, 1 vaar deze zaak
van verschillende kanten
wordt belicht
Tc 's-Gravcnhago heeft het Indisch Ge
nootschap een vergadering gehouden, ge
wijd aan het onderwerp „Christelijke actie
op Bali", waarover drie 6prckcrs een inlei
ding hebben gehouden. Do zaal was zoo
dicht bezet, dat verscheidene belangstel
lenden zich met een staanplaats moesten
vergenoegen.
Inleiding prof. P. G. Groenen.
Prof. P. G. Groenen, directeur van het
centraal katholiek bureau, verklaarde, dat
hij, voor wicn de Bijbel het woord Gods i6,
moet erkennen, dat daarin allerduide
lijkst tot uitdrukking komt, dat het God6
bedoeling is, alle mcnschcn aan Zijn heil
deelachtig te maken.
Vrees, dat een heiden of een lot con an
deren godsdienst behoorende den geest van
een zoo verheven godsdienst als het Chris
tendom niet vatten kan, behoeft niet te be;
staan, omdat het Christendom de menschc-
hjke natuur onderstelt en deze dezelfde is
bij welk volk ook. Wel zal bij de prediking
en uitwendige beleving van het Christen
dom rekening moeten gehouden worden
met den volksaard en het volksleven. Ook
waar een botsing onvermijdelijk is, n.l. op
liet punt van geloofsstukken van het Chris
tendom en de zedewetten, welke daarmede
in noodzakelijk verband staan, kan nog
naai; een zoo ruim mogelijke aanpassing
worden gestreefd. Welken godsdienst het
betrcffe, het Christendom zal er steeds een
punt van contact in vinden.
Behooren missie en zending tot het ter
rein der kerk en niet tot dat van den staat,
zoo vraagt toch het feit, dat beider macht
zich uitstrekt over dezelfde mcnschen, 'het
bestaan van een ordelijk verband tusschen
beide.
Van zending en missie is, al reeds met
het oog op haar eigen belang, geen onbe
suisd optreden te verwachten. Dat de om
standigheden zóó kunnen wezen, dat, al
hebben zij toelating verkregen voor een be
paald gebied, zij toch daarvan tijdelijk af
zien, is wel bewezen ten opzichte van Bali,
waar de missie in 1921 toelating had ver
kregen, waarna in verband met vertrou
welijke besprekingen met het bestuur en
op de departementen de apostolisch-vica-
ris, in 1925, aan de regeering meedeelde,
dat hij voorloopig niet rnet het missiewerk
op Bali zou beginnen.
Ook nu, zoo meent men, kan een chris
telijke actie op Bali nog niet worden toege
laten, want dit zou een schennis wezen
van de bewonderingafdwingende gesloten
cultuureenheid aldaar. IIoc hoog deze cul
tuur op Bali ook zij, daar bovenuit gaat het
christendom en de daarin geïmpliceerde
cultuurfactoren. Daarenboven, zegt dr.
Kramer terecht in de „Stuw" van 16 Sep
tember, willen noch zending, noch missie
vernietiging van de Balische cultuur; zij
w illen alleen door middel van het christen
dom een geestelijke omzetting en vernieu
wing van het Balische volk, daarbij steeds
indachtig, dat zij te maken hebben mot
Baliers, die hun eigen geschiedenis en
geestelijken habitus hebben. Een gesloten
cultuur-eenheid is Bali al lang niet meer
on sinds tientallen jaren heeft het openge
staan A'oor invloeden van buiten en heeft
het ook zichtbaar dien invloed daarvan
ondergaan.
De Islam en andere stroomingen zijn
daar binnen gedrongen. Waarom moet het
Christendom dan worden buitengesloten?
liet verleden van het Christendom is er
toch wel waarborg voor, dat de Balische
kunst niet zal teniet gaan, en waarom, zou
dat Christendom dc Balische kunst geen
nieuw leven weten in te storten, gelijk het
in het verleden toch ook tot do hoogste
kunstuitingen heeft geïnspireerd?
Dat de volksgemeenschap zelf zich tegen
een Christelijke actie op Bali verzet, kan
men moeilijk bewijzen, als men in de bla
den gelezen heeft, hoe het request der Ba
lische hoofden tot stand is gekomen. Feit
is in elk geval, dat niet eens maar herhaal
delijk een zeer groot aantal Balineezcn
heeft gevraagd, dat ook aan hen Christus'
heil gepredikt worde.
Van te voren vaststellen, dat door de
toelating van Christelijke actie op Bali
orde en rust zullen worden verstoord, is
onmogelijk. Hot kan gebeuren, maar veel
meer waarschijnlijk is, dat het niet ge
beurt.
Dat juist om het zoo innig verband van
godsdienst en maatschappij op Bali zen
ding en missie voor moeilijke problemen
komen te staan, is zeker, maar mag geen
reden wezen om dan de prediking van het
Christendom maar te verbieden, te minder,
daar deze prediking op een eeuwenoude er
varing kan wijzen.
Inleiding ass.-resident dr. Korn.
Dr. V. E. Korn, assistent-resident bij het
Binnenlandsche Bestuur in Nedcrlandsch-
Indie, heeft daarna een inleiding gehou
den, waarin hij opmprktc, dat, als dc Indi
sche rcgccring een maatschappij aantreft,
welker gehecle inrichting gegrondvest is op
den godsdienst en als deze inrichting niet
alleen de bevolking bevredigt doch ook
broodnoodig is voor dc bestuursvoering, de
landvoogd door toepassing van art. 177 der
Indische staatsregeling tegen een aantas
ting van den grondslag dezer volkshuis
houding, den godsdienst, moet waken.
Zulk een samenleving nu treft men op
Bali aan. Het Bali-Hindoei6mc bezit dui
zenden tempels. Dc godenvcrecring vindt
plaats door duizenden genootschappen, sa
menhangende volgens bepaalde stelsels,
eertijds overwelfd door liet vorstenregiem,
met den vorst als hoofd van den gods
dienst, gesteund door een advisccrcndo
priesterschaar.
Spr. liet een ernstige waarschuwing hoo-
ren tegen dc toelating van Christelijke pro
paganda op Bali. I-Iij voorspelde zending
en missie poovcre resultaten, waarbij do
Balische bevolking weinig zou winnen,
maar waardoor liet bestuursvermogen op
Bali ernstig aan kracht inboeten en het
Indisch gouvernement een gevoelig politiek
verlies lijden zou.
Bij een voorzichtige werkwijze moge een
ernstig zendeling erin 6lagen, hier en daar
wat bekeeringen tot stand te brengen, van
een massalen overgang kan geen sprake
zijn. Juist de verknochtheid aan den ouden
godsdienst en de omstandigheid, dat de
mcnschen het geloof gemeenschappelijk, in
vcrccniging, belijden, sluiten de kans hier
op uit.
Echter kunnen deze losse bckccringcn
funest zijn. omdat de bekeerlingen niet ach
ten, wat voor hun ouders liet hoogste is,
cn aan dc godsdienstige feesten niet willen
meedoen, waardoor het gezag der dorps
bestuurders lijdt. Zoo lijden godsdienst, ge
zin en gc^jpg door do werkzaamheid der
zending.
Van Balische zijde ziet men in Christe
lijke actie het begin van de ontbinding der
Balische dorpsgemeenschappen, omdat men
achter de Balische christenen een machti
gen steun van dc Westersche kerk cn van
de Westersche overheid verwacht. Daarom
besloot in 192-i de Santivereeniging tot ver
banning van allen, die tot een anderen
godsdienst overgaan, uit dc dorpen.
Geheel uit dc lijn zou het dan ook vallen,
wanneer men thans niet den toegang ont
zegde aan een propaganda, die zich richt
tegen het meest eigene in dc Balische we
reld, den alles schragcnden godsdienst.
Indic heeft veel geleden onder gering
schatting van eigen instellingen door het
Westen. Als nu dr. Kracraer verklaart, met
zijn zendingswerk te beoogen een „welbe
wuste en overlegde godsdienstige, morccle
bewerking cn omzetting van een volk'
dat een booge beschaving en een verheven
eeredienst bezit! toont ook dit weer een
geringschatting van den Balier cn zijn
godsdienst.
Sedert men zich rekenschap is gaan ge
ven van de bij de Indonesische christenen
bereikte resultaten, is de geheele zending
een groot probleem geworden en de Chris
ten-Indonesiër een groot vraagteckcn.
Het jonge Balische geslacht begrijpt, dat
de Balische godsdienst in verschillende op
zichten vernieuwing behoeft, cn gaat on
derscheid maken tusschen geloof cn bijge
loof. Zoo kan dc geestelijke vrijmaking van
het Balische volk cn de verandering van
do oude traditie, met behoudt van het ver
hevene in de bestaande religie voeren tot
een nieuw doch echt Balisch geloof, dat
voor de bevolking altijd van meer waarde
moet zijn dan een in het Westen opgestel
de geloofsleer.
Inleiding archivaris Lekker-
kerker.
De heer C. Lekkerkcrker, archivaris van
het Bali-instituut, heeft een inleiding ge
houden, waarin hij opmerkte, dat hij zich
niet principieel vóór of tegen zendings- en
missie-actie op Bali zou uitspreken, doch
de kwestie geheel objectief wilde bezien.
Het is hier om een alzijdige toelichting van
het vraagstuk le doen. Daarom moet in
een zaak als deze ook het. standpunt
van den opportunist bekend worden. Het
beötaan reeds van art. 177 der Indische
staatsregeling is het bewijs, dat dc regec-
ring als zoodanig tegenover zending cn
missie een opportunistisch standpunt in
neemt.
Ten aanzien van de bevolking moet de
overweging gelden, dat, nu van drie zijden
gelijktijdig aanvragen om toelating van
zendings- en missie-arbeid zijn binnenge
komen, zoodanige arbeid bij haar geen
prestige zou genieten- Zij zou slechts den
concurrcntiegccst aan den arbeid zien cn
geen oog hebben voor de idcëcle gevoelens,
welke zending en missie drijven loj, haar
pogen. De onverschilligheid zou tor vijan
digheid worden.
Ten aanzien van zending en missie zelve
moet men bedenken, dat het werk van
haar beste dienaren en het moeilijk bijeen
vergaarde geld waarschijnlijk wéér zouden
zijn verspild. Uit de geschiedenis van de
vele voorafgaande pogingen der zending
blijkt, dat, hetgeen nu aan dc orde is,
slechts een herhaling is.
En wat, tenslotte, het opportunistische
argument aangaat, ontleend aan „den drei
genden Islam"( de Islam ijvert al jaren op
Bali, door de talrijke Javaanschc ambtena
ren van dc opiumregie en andere Moham
medanen. Maar ook dc Islam heeft op den
Balischen godsdienst en de Balijsehe maat
schappij niet den gcringsten invloed kun
nen verkrijgen.
Het advies van den opportunist kan dus
niet anders luiden dan: kijk den toestand
nog maar eens een aantal jaren aan om te
zien, of nu heusch cn echt waar de Bali
sche godsdienst is vermolmd, zoodat het
Christendom in twee vormen een kans zou
maken.
Op de inleidingen volgde een uitvoerige
gedachten wisseling, r'
De heer van Boetzelaer van Dub
beldam bracht hulde aan het bestuur
van het Indisch Genootschap voor de onpar
tijdigheid, waarmee het de kwestie aan de
orde heeft gesteld door ze pro cn contra te
laten belichten.
Spr. betwijfelde, of dc heer Lekkerkcrker
wel zoo objectief is geweest als hij had
willen zijn. Dc Indische regeering laat de
toelating volgens art. 177 afhangen van de
vraag, of verstoring van orde cn rust als
gevolg ervan zal dreigen. De lieer Korn
zeidc, dat de Balische goden ïiog loven,
maar dc zending heeft weinig plcizier be
leefd van bekeerlingen, die eerst hun vroe-
geren godsdienst flauw beleden. Zij werden
dan ook allicht flauwe Christenen. Waar
veel tegenstand is. is later de vrucht het
beste. Do vraag, of ten slotte de toelating
al dan niet moet worden geweigerd, be
sprak spr. niet, daar de Indische rcgccring
zelve ze moet beantwoorden. Spr. beriep
zich op dr. Kracmcr, die een beweging on
der do Baliórs heeft geconstateerd, naar
het Christendom toe. Als de Indische regee
ring de toelating weigert, kan de groei
toch wel voortgaan, doordat dc Inlandsche
Christenen met dc andere Inlanders van
gedachten wisselen.
Zending cn missie begeeren geenszins
strijd en concurrentie tusschen de Christe
lijke richtingen.
Men zegt, dat dc Balische cultuur zoo
hoog staat, maar andere volken met een
hoogo cultuur zijn ook tot het Christen
dom overgegaan cn zijn toen eerst recht
hun eigen cultuur gaan waardeeren.
Dc heer II aga betoogde dat op ons de
zedelijke plicht rust, op Bali een maat
schappij te brengen, die aan zoo hoog mo
gelijke cischen voldoet.
Dc heer Bergmeyer wees er op, dat
men dr. Kracmcr geen tekort aan beschei
denheid mag verwijten; hij is er dc man
niet naar om onbescheiden te zijn.
Vrijheid van godsdienst is het kenmerk
van dezen tijd. Als men hang is voor mcc-
ningsverschillen onder inlanders, stelt spr.
daartegenover, dat dc individu vrij moet
zijn om naar eigen overtuiging een geloof
te belijden.
Dc heer Brouwer zcide, dat niet dr.
Kracmer dc uitdrukking „stervende go
den" heeft gebruikt maar dc heer Zeut-
graaff, dien dr. Kracmcr hoeft bestreden.
Men zegt. dat zending en missie geen
succes zullen hebben, maar waarom maakt
men zich dan zoo druk? Dan zullen zij zcl-
ven wel dc vruchteloosheid van hun po
ging inzien.
Men wenscht terug dc toepassing van
art. 177 van vóór 1928, maar men moet in
zien dat men allen godsdiensten een gelijk
recht moet geven. Waarom moet alleen liet
Christendom ondc.r. tltt art. 177 vallen cn
kunnen propagandisten van andere rich
ting nu op Bali werken, zonder dat er een
haan naar kraait?
Spr. betwistte, dat de zending een opera
tic zou willen. Zij wil deze jui6t niet. Intus-
schcn wordt do vraag, welke aan de orde
is, beantwoord naar gelang van de wereld
beschouwing die men heeft, en niet volgens
intellectucele overwegingen. In dc toe
komst zal men zien, dat het Evangelie op
Bali gepredikt wordt, binnen afzienbaren
tijd. Dit is sprekers heilige overtuiging.
Dc heer Damste herinnerde aan de
vorige gelegenheid, toen de missie toela
ting had verkregen. Hij zou nooit op de
idee zijn gekomen om zc toe te laten, maar
toen de toelating had plaats gevonden,
dacht hij er niet aan om er tegen te agee-
ren. Hij had dc ontwikkeling der gebeurte
nissen destijds bijgewoond. Op Bali was
heel veel ondoordacht geregeld, tol schade
van de Inlandsche maatschappij. Spreker
dacht dat bij meer kennis omtrent Bali bij
het centraal bestuur wel een beter bestuur
zou worden gevoerd en dat de missie ook
wel zou inzien, dat de tijd, om aan het
werk te gaan, niet geschikt was. Maar ze
kere moeilijkheden, welke spr. heeft waar
genomen, moeten wel in aanmerking wor
den genomen. Men bedenke, dat hier met
den Balischen godsdienst tevens do motor
van dc Balische maatschappij in het ge
ding is. Op Bali zijn schoonheid en wel
vaart en dit is dc verdienste van den
godsdienst daar. Men moet dc kwestie ook
eens bezien uit het oogpunt van de gevol
gen van toelating van zending en missie
voor de welvaart der bevolking.
Dc heer Roy er huldigde den heer Korn
voor zijn liefde voor Bali, maar zcide, dat
deze wel eenigszins onbillijk is geweest je:
gens dr. Kraemer. Wie meent, dat het
Christendom dc beste gave is van het wes
ten van Indië, meent levens, dat men er
moeilijkheden voor moet over hebben. Het
bestuur is er voor. zulke moeilijkheden te
overwinnen.
De heer van der Veen vestigde dc
aandacht op de moeilijkheden, die het ge
volg zijn van het kastenwezen voor de be
stuursvoering, b.v. als jongelui uit een lage
kaste willen trouwen met een meisje uit
een hdogere.
Voorts merkte spr. op, dat bij zending en
missie de eenheid eener Inlandsche maat
schappij kan bewaard worden en dat men
van Bali geen reservaat kan maken, omdat
de geschiedenis leert, dat op den duur elke
cultuur door een andere cultuur wordt be-
invloed.
Prof. Groenen sloot zich in zijn re
pliek bij de laatste woorden van den heer
van der Veen aan.
Dc heer Korn zeidc in zijn antwoord,
dr. Kracmer niet persoonlijk te kennen
maar uit zijn polemiek, en daarin heeft
spr. geen bescheidenheid getroffen. Maar
spr. heeft geen critick op dr. Kraemers
persoon bedoeld.
Wat betreft de toepassing van art. 177,
dc regeeringen veranderen nog al eens van
meening. Gouverneurs-generaal hebben
plechtige beloften afgelegd pyei; heropbouw
van tempels cal., maar dc Baliers hebben
van verwezenlijking daarvan weinig be
merkt.
Volgens den heer Bergmcyer is van dc
nieuwe zendingsmethoden meer to ver
wachten, dan van de onbeholpen vroegere,
maar deze nieuwe methoden geven geen
waarborg omtrent dc nieuwe Christenen,
die wij zullen krijgen. Een heel goed ding
vindt spr. dc verspreiding van den Bijbel,
waaruit zijn leermeester in liet Balisch
hem verklaarde, het gocdo tc behouden.
Tegen Bijbelverspreiding ziet spr. geen en
kel bezwaar.
Als het Balisch geloof zich vrij maakt
van zekere nadoelen, zal een nieuw en
eigen geloof opkomen. De weg naar het
nieuwe geloof van dc Balicrs via het Chris
tendom is een omweg, omdat het Christen
dom is geestelijke gebondenheid cn het
nieuwe geloof geestelijke vrijheid zal zijn.
De heer Rover zei, dat de bestuursambte
naren de moeilijkheden moeten overwin
nen, maar als do rcgccring zending cn
missie toelaat, worden kunstmatige pa
tiënten gemaakt. Dit doet niet één dokter!
Spr. wil Bali niet'in een afgeslotenheid
houden. IIet gouvernement zoigc voor een
g c Ie i d c 1 ij k c absorptie van datgene
wat uit het Westen komt. liet gouverne
ment is een voogd cn Bali de pupil. Maar
men mako van zijn voogdij geen gebruik
om den pupil ccn ander geloof tc geven
dan dat hij van zijn vaderen beeft meege
kregen. Dat is niet netjes!
De voorzitter, prof. Bockc, sloot de ver
gadering met ccn woord van dank aan in
leiders cn debaters.
1907 21 December 1932
*s-G r a v c n h a g e, 19 Dec. Woensdag zal
het 25 jaar geleden zijn dat mr. S. K. D. M.
van Lier het notariaat in onze stad ter
hand nam cn wij kunnen er bijvoegen, dat
hij niet buitenaf gaat, maar Woensdagmid
dag in zijn huis te vinden zal zijn. Wij gc-
looven, dat hij daarmee zijn tallooze vrien
den en kennissen ccn genoegen bereidt,
want ieder weet, dat deze notaris hoe
lief hij zijn vak' ook heeft in do eerste
plaats ccn mcnsch is. dat getracht heeft
aan zijn ambt een breed mcnschelijko bc-
tcckenis te geven.
Zijn opleiding heeft hem wel bizondcr
daartoe in staat gesteld. W ij bedoelen daar
mee, dat deze notaris met de rechtsstudie
begon, advoeaats- cn rcchlcrspraktijk uit
oefende en daarom zoo'n prachtige onpar
tijdige raadgever cn behartiger van belan
gen kan zijn, aangezien hij van nabij den
overtreder en den zoeker van het Recht
leerde kennen.
Notaris Van Lier is in 18G6 te Nijmegen
geboren, cn genoot te Groningen lagor on
derwijs, maar Utrecht zag hem als gym
nasiast en student. Als voedsterling der Al
ma Mater schreef hij ccn zijn verdere loop
baan als 't ware voorspellende dissertatie
over „Doorhaling van Voogdijhypothcck
cn als student bracht hij liet tot lid van
den Senaat. Dc studcnlcnherinneringen zijn
nog zóó levendig, dat het interview van
den verslaggcver-oud-commilito in die her
inneringen scheen te zullen verdrinken,
hadde niet journalistieke ambtsijver daar
tegen gewaakt, hetgeen tc beier ging, toen
wij hadden vernomen, dat het commissa
risschap van do Utrechtsche Hypotheek
bank den dankbaren zoon van Utrechts
Alma Mater nog tot menig snoepreisje naai
de oude Bisschopstad in staat stelt. Het
was dan Januari 1S91 dat de jonge doctor,
rijp gestoofd onder do Utrechtsche Sol Jus-
titiac, zich in de Schoolstraat alhier als
advocaat vestigde cn de verdwaalden in
de mazen der wet bijstond. Tc midden van
dien arbeid bleef echter het notariaat trek
ken en in de vi ïjc uren werd genotarisd,
zoodat mr. Van Lier in 1891 bij Bodaan cn
Van Ri^asem op het Buitenhof zijn eerste
schreden als candidaat-notaris zetten kon.
Door geluk begunstigd, zag dc candidaat
zich reeds in 1907 een notariaat toever
trouwd. Mij woonde toen al Laan Copes
van Cattenburgh 46 cn al zijn notarieele
daden zijn daar ontworpen en van daar uit
gegaan, reeds 25 jaar lang, waarbij men
niet vergeten mag, dat een zilveren jubi
leum voor ccn notaris veel méér zegt clan
voor welken anderen sterveling ook. Hoe
dikwijls hij daar ook als notaris-pro Deo
voor allerlei loterijen en in dienst van dc
Wcldadighcidslcidster in onze stad, zijn
vrouw, is opgetreden, weet ieder cn die
ieder weet 't toch nog maar voor de helft*
Behalve advocaat en notaris is mr. Van
Lier ook jarenlang plaatsvervangend rech
ter geweest en zijn relaties met dc recht
bank heeft hij meer in andere richting
voortgezet als lid van het College van
Regenten der Gevangenissen.
De collega's hier hebben mr. Van Lier
aan hun hoofd geplaatst, door hem het
voorzitterschap der Haagsche Verecniging
van Notarissen op te dragen, dc collega's
in den lande zetten hem in het hoofdbe
stuur van de Broederschap dor Notarissen
in Nederland, tot dc statuten het niet lan
ger gedoogden.
Als we nu nog vertellen, dat mr. Van
Lier van do oprichting af in het bestuur
van „Vrede door Recht" heeft gezeten en
sincls deze vcreeniging overging in de „Ver
ecniging voor Volkenbond en Vrede" in het
hoofdbestuur van die vcreeniging zetelt,
alsmede dat hij jarenlang regent is geweest
van het Ier. Oude' Mannen cn Vrouwenge
sticht aan de Neuhuyskade, dan is het
ieder wel duidelijk geworden, dat voor de
zen notaris zijn notariaat is geweest en
nog is het centrum van een breede maat
schappelijke bemoeiing, waarbij misdecldcn
on hulpbehoevenden niet tc kort zijn geko
men, -------
Natuur en Techniek,
Het Dccembcr-iiunimcr van Natuur- en
Techniek, uitgave van Elsevier, to Amster
dam, opent niet een interessante bijdrago
van den heer J. B. Sprcnger, dio conigo
bijzonderheden vertelt over den bouw van
grootc zeeschepen cn meer spcciaul dc aan
dacht vestigt op ccn in aanbouw zijnd
schip van do Cunard Line, dat niet minder
dan 73000 ton bruto meet.
S. S. Iloogterp schrijft over het liaur in
de plantenwereld. J. A. van Schio doet
ccnige mcdcdeelingcn over dc televisie, ter
wijl Drs. J J. Raimond de vraag behandelt
„I-Toe ontstond do maankorst?"
Dr. IL Engel geeft een beschouwing ovqi1
merkwaardige krabben, Fr. van Raalte ver
telt over don meclianischen mcnsch, terwijl
lr. Brussc den lezers van dit goed verzorgde
nummer dc vraag voorlegt hoeveel zij ver-
telcfonceren. Tenslotte vermelden wij nog
een bijdrage van II. A. Séyffarat over
„Luchtvaartsymphonic" en van Martin
ZcJidon over Ski-genot in 1933. Evenals
voorgaande nummers is ook dezo aflevering
weer rijk voorzien van goodo foto's, welke
liet geschreven woord nader toelichten.
Wie zijn verbolgenheid in\
in dichtvorm uit
In de laatste raadsvergaderng tc Heescli
is, naar het Volksblad meldt, een brief tor.
tafel gebracht, gericht aan dc Gcd. Staten
van Noord-Brabant, welke alle raadsleden
hadden ondertcckcnd. In dezen brief wordt
liet beleid van den burgemeester in do
scherpste cn meest krasse bewoordingen
gehekeld.
Er komt o.a. in voor
„Dat uw hoogstaand college er prijs op
stelt, om zulk een mislukkeling (hiermede
wordt dc burgemeester bedoeld) ter wille to
zijn, is uw zaak en wij gunnen hun, die aan
diens benoeming hebben medegewerkt, do
twijfelachtige eer, de vruchten van hun ar*
beid te mogen aanschouwen. Voelen de hoe*
ren (Gcd. Staten) nog niet, dat ook hun ge
zag en beleid aan critiek kan worden bloot
gesteld Of meent uw college, dat rechten
en belangen van een plattclandsgemeento
maar vrijelijk over het hoofd mogen gezien
worden Dan kunnen de raadsleden van
Hcesch hun jasje wel aan den kapstok hun-
gen cn naar huis gaan. Ziet uw college nu
nog niet in, dat door benoeming van don
tegenwoordigen titularis dc schijn is gewekt,
dat Ilcesch als proefkonijn dienst moet doem
om den ontrouwen ambtenaar van weleer
ccn kans tc bicden, weer in leidende ambte-.
naarskringen te worden opgenomen
Vertier vraagt men in don brief aan Gvd.
Staten, of er onder het groote aantal solli.
citantcn, dat indertijd dong naar het hui go,
meestersambt, geen eerbare jicrsonen waren'
te vinden, die zich niet ophielden met schrif t
tuurvervalsching. Er wordt gevraagd of zoo
iels nu niet lijkt op een vrienden-baantje-
cadeau-doencrij, waaraan Hcesch ten offer
is gevallen.
De brief eindigt met dc volgende dichter*
lijkc ontboezeming
Moeizaam trokken onze paarden
Den gemccntewagcn voort.
Vredig werkten zij steeds samen. v
Nimmer werd dc rust verstoord.
Knarsend rolde dan de wagen
Volgelaan met schuldenlast;
Raad'rcn krasten om dc zwaarte
Crisisnood cn lecgc kast.
Alles was toch pais cn vrede
Tot een mooicn winterdag.
Toen gevoegd werd bij hot koppel
Een schimmel van een ancler slag.\
'n Schimmel was 't met weinig manen,
Passend hij het warmbloed-ras, --
Maar de makkers ondervonden/
Dat het huilen met hem was.
Voorspandienst moest hij verrichten,
Nummer één liep hij in 't span;
Richting, leiding zou hij geven,,
Kende daar geen jota van. A
Weg was regelmaat in 't trekken,
Fluks raakt wagon uit het spoor.
Zonk steeds dieper in de modder
En bespanning staakt in koor.
Angstig wachten nu bewoners
Naar den uitslag van 't geding,
Want het kost hun barre centen/
Dat men zulk een ros ontving.
't Schimmelpaard is thans tc koopen
Tegen elk aannecmlijk bod.
„Eerlijk zijn", wordt niet geborgen,.'
Want hij wil noch haar noch hot. K.
VERBETERINGSWERKEN WATERSCHAP
„DE REGGE".
Ruim 2 ton aan arbeidsloon.
HoC waterschap „De Rogge" te Almelo'
heeft besloten tot verschillende verbele-
ringswerken in 1933, tot een totaal bedrag
van 559,800, waaronder aan arbeidsloon
210.930.
DE GOUDEN LEEUW.
Blijkens een bij het departement van De*
fensie ontvangen bericht is Ilr. Ms. mijnen-i
legger „Gouden Leeuw", op uitreis naac
Ned.-Jndië, onder bevel van den luitenant
ter zee lc klasse J. J. A. van Staveren^
Vrijdag te Algiers aangekomen./-