'AMERSFOORTSCH DAGBLAD DE ANONIEME BRIEFSCHRIJVERIJ Dinsdag 7 Februari 1933 31e Jaargang No. 189 ONEENIGHEID OVER DE DESKUNDIGEN HET ADVERTENTIEWEZEN EN DE HANDEL GIFT VAN DE KONINGIN De roode Vulpenhouder Een debat tusschen schrifts kundigen op 13 Maart Ds. R. voor het Hof 'Amsterdam, 6 Februari. Het ge rechtshof zette vandaag de behandeling voort van de strafzaak tegen den Winters- wijkschcn predikant, die op 9 Februari van het vorige jaar door de Utrechtschc recht bank wegens het schrijven van anonieme brieven en briefkaarten met belcedigendcn inhoud is veroordeeld tot een gevangenis straf van 1 maand. De belangstelling was wederom zeer groot. De president begon met den ver dachte het bezwarend materiaal en de con clusies van de deskundigen voor te houden, doch do verdachte bleef er bij, volkomen onschuldig te zijn. Pres.: Maar hoe verklaart u dan, dat een briefkaart door mevrouw S. werd ontvan gen. Zij radeerde haar adres volkomen weg en zond de briefkaart naar den dominee. Als reactie daarop kreeg mevr. S. eenigen tijd later een beleedigende briefkaart, waar- vaif het adres met gaatjes was ingeprikt. Verdachte betoogt, dat de anonyme brief schrijver Alles weet en dus óók, dat hij verdachte de briefkaart van mevrouw S. had teruggekregen. Pres.: Hoe weet die geheimzinnige anony mus dat dan? Verdachte: Ik heb het zelf aan verschil lende menschen verteld en zóó zal het hem ter oorc zijn gekomen. Pres.: En de vingerafdrukken dan? Verdachte weet daar geen bevredigende verklaring van te geven. Hij veronderstelt, dat deze er later op is gebracht, doch de president merkt op, dat de inkt van vinger afdruk en die waarmcq de brief is geschre ven dezelfde is. De president toont het geschrift: Ziet u wel, het is dezelfde rood-paarse inkt. het ligt dus voor de hand, dat de schrijver den afdruk heeft gemaakt. Deskundige dr. Hesselinlc wordt voorge roepen, om zijn meening over den afdruk te kennen te geven. Ook hij concludeert tot dezelfde meening als de president. Deskun dige, is tot de conclusie gekomen, dat er tien punten van overeenstemming in hel schrift zijn. Dr. Hcsselink gaat voort zijn rapport na der toe te lichten: ook uit de karakter eigenschappen van het schrift blijkt dat de anonymus en verdachte een en dezelfde persoon zijn. Een lek in de Isolatie? Dr. Hcsselink is ook naar Staphorst ge gaan om de isolatie na te gaan, daar hij zeker is, dot de briefkaarten door verdach te zijn geschreven en er dus een lek in de isolatie moet zijn geweest. Deskundige was na zijn bezoek tot de conclusie gekomen dat de isolatie niet af doende was geweest, wèl was er een deur vqBEGgcId, maar door een andere deur kon hij b.v. in de W.C. komen, waar een tuimel raampje was. Ook ging verdachte wel eens naar boven, waar ramen waren. ..Ik wist zeker", aldus desk., „dat er een lek moest zijn en ik heb dat ook gevonden". Ik ben er zeker van, dat de briefkaarten, tijdens de isolatie ontvangen, óók door verdachte zijn geschreven. Ook wat de feiten op do brief kaarten vermeld betreft, is er ruimschoots tijd voor gew-e.est om alles in orde te ma ken. Deskundige gaf aan de hand van liet materiaal een voorbeeld. Deskundige IIcssclink was er ook van overtuigd, dat men in Winterswijk wist, waar verdathte zicli tijdens dc interneering bevond. De auto, waarmee verdachte is weg gebracht, heeft betrekkelijk in de nabijheid \an de woning v. Buiten gestopt, liet was voor den chauffeur later een klcino moeite dc woning terug te vinden. Deze kan dus in Winterswijk hebben verteld, waar verd, zich bevond. Procureur-generaal mr. Bauduin. liet is in ieder geval gebleken, dat dc isolatie ver re van goed was; eerst is er gezegd, dat hij zoo nu en dan werd „uitgelaten" onder be waking. maar het blijkt dat hij vrij door het huis kon rondloopcn. Verdachte: Ik wist zelf niet eens, dat ik naar Meppel zou gaan. Maar zet u mo nu eens een week in dc interneering. Pres.: Als we U vcroordcclen, zal dat wel gebeuren. U hebt weer een advertentie ge plaatst om tijdens deze terechtzitting voor een alibi lc zorgen. De dominee heeft n.l. den anonymen „oud-vcrplccgde van Zandberg" verzocht vanmiddag tijdens do terechtzitting een brief te doen bezorgen, waarin een zéér re cente gebeurtenis wordt vermeld. De dominee had echter een brief terug gekregen, dat het nog niet zeker was of dit mogelijk was; tusschen twee en vijf kan de man niet schrijven, wel tusschen 12 en half twee Pres.: Daar hebben we niets aan; toen was u niet hier onder deze controle. Deskundige Van Ledden Ilulsebosch wis selt. met dr. Hesseling voor t getuigenhekje af. Deze heeft een onderhoud gehad met een contra schriftkundige. Deskundige blijft voor 100 pet. bij zijn meening, dat dc \ingcrafdruk op een der brieven afkomstig is van verdachte. De contra-deskundige Waltman wilde niet zoo ver in zijn con clusie gaan, daar hij geen materiaal genoeg had om cvcntueele afwijkingen tc kunnen constatceren. Volgens deskundige Van Led den Ilulsebosch waren er meer dan genoeg punten van overeenkomst om met absolute zekerheid te verklaren, dat de vingerafdruk van verdachte afkomstig is. Dr. Schrijver wordt eveneens als schrift kundige gehoord. Hij heeft een onderzoek ingesteld naar dc briefkaarten en brieven, ontvangen tijdens de isolatie. Met absolute zekerheid, zoo verklaart deskundige met klem, heeft dc predikant óók deze schrifturen geschreven. In ver schillende brieven zijn teekenen van camou flage. In dc laatste briefkaarten komt dui delijk uit. dat het schrift is geteekend. de bijzondere G. van verdachte is zooveel mo gelijk veranderd omdat er vroeger door ons de aandacht op is gevestigd. Alle lettervor men, al is het schrift ook soms verdraaid, wijzen er op. dat verdachte dc brieven etc. beeft geschreven. Uitvoerig toont Dr. Schrijver aan, hoe hij tot zijn conclusie is gekomen. Dc president merkt op, dat het beter zou zijn. als verdachte eens adverteerde, dat de anonymus op moest houden met het schrij ven van zijn beleedigende brieven. Verd.: „Als meneer Schrijver tot een an dere conclusie komt, zal ik namen noemen van menschen, die i k verdenk. President: Ik houd niet van voorwaarden. De waarde van schriftkun dig onderzoek. Dr. Schrijver vertelt nog, dat hij een on derhoud met den dominee heeft gehad en deze toen zijn rninachtig voor schriftkundig onderzoek heeft te kennen gegeven. Desk. had verdachte toen gezegd, dat ook hij van meening was, dat verdachte dc brieven had geschreven. Het spijt deskundige, dat de contra-deskundige niet aanwezig is, hij noemt diens waarnemingen en uitlatingen dom en brutaal. Dc lieer Waltman heeft zich opgeworpen als schriftkundige en uit niets blijkt., dat hij dit inderdaad is. Op die wijze wordt de schriftcxpcrtisc in discrediet gebracht. Procureur-gcncraal: (tot desk.) U bent den heer Waltman dus nooit als schriftkundige tegengekomen? Deskundiege: Nooit! Nogmaals botoogt deskundige, dat ver dachte zéér zeker de brieven heeft geschre ven. President: Als de brievenstroom doorgaat, als verdachte in de gevangenis zit, wat dan? Desk.: Dan zal ik nóg zeggen, dat ze van verdachte afkomstig zijn. Ik ontken de waarde van eenig alibi, verdachte is zeer listig, hij kan zich kunstig maskeeren, dat blijkt ook al uit die vroegere brieven aan de Wiclron Uie. Die brieven heeft hij per tinent oók onderteckend. Pres.: Hij ontkent dat (tot verd.), dat is een zwak punt dominee, dat U dat ontkent. Verd.: We zullen het maar tot den bodem van de werkelijkheid uitvechten. Dr. Hcsselink voegt nog aan zijn verkla ring toe, dat thans een medcplichligo ge makkelijk het-schrift kan namaken. Ook dc schriftkundige v. d. Laan is van meening, dat het nu na zoo langen lijn wel mogelijk is. dat een mcdc-plichtige het schrift van verdachte heeft leeren na maken. De schriftkundige Dr. Frima is er even eens van overtuigd, dat verdachte de brie ven beeft geschreven. De schriftkundige H. Dulfers, leeraar i.d. plant- en dierkunde lc Den Haag, heeft op verzoek van de verdediging een schrift kundig onderzoek ingesteld; hij is tot de conclusie gekomen, dat dc verlachte niet de schrijver van de beleedigende brieven is. Hij is bier absoluut zeker van en in een uitvoerig rapport zet hij zijn meening nader uiteen. Het O.M.: Ik heb geboord, dat U in schrift expertise weinig ervaring hebt. Deskundige voert aan, dat hij in ver schillende zaken als expert is opgetreden. Nogmaals vraagt de president of verd. niet wil advcrtecren, dat anonymus op houdt met schrijven. Verd.: Ik zou het niet graag willen, als ik veroordeeld word, heb ik hem hard noo- dip. Maar als U me in dc isolatie zet Pres.: Aon die comedie doen wij niet ce. Ds. Hoobol uit Winterswijk wordt nu als getuige gehoord. ITij verklaart wat hij ook al aan het Hof had geschreven dat de tuinman S. hem na dc eerste hofzitting had toegevoegd: „zouden wij ook niet eens gaan schrijven?" Tuinman S. wordt voorgeroepen. Hij geeft toe Ds. Hoobol dit voorstel tc hebben gedaan om den verdachte te helpen. „Ik wou eens zien of dc schriftkundigen zouden zeggen dat die brieven óók van verdachte afkom stig waren, ik wou verdachte helpen, 't spijt me dat 't niet is gebeurd. Verdachte merkt naar aanleiding van de verklaringen van zijn collega, Ds. Roobol op, dat Ds. Roobol indertijd zelf dit voorstel heeft gedaan. Ds. Roobol: Daar herinner ik me niets van. Ds. Roobol verklaart vervolgens, dat hij vanmorgen verd. niet uit het oog heeft ver loren, dit met het oog op een brief, die he denmiddag aan het Hof zou worden be zorgd. De isolatie. Dc burgemeester van Winterswijk geeft vervolgens eenige inlichtingen over de iso- latie. Verd. wist absoluut niet, waar bij zou worden geïnterneerd. Aanvankelijk was de verd. van meening, dat hij op het gemeente huis zou worden geïnterneerd. Uitvoerig beschrijft get. de maatregelen, die voor de isolatie zijn genomen. Dc procureur-generaal (heftig): U hebt ons bij de eerste zitting den indruk gege ven, dat verd. zijn kamer niet kon verla ten, daar dc deuren waren verzegeld. Nu blijkt, dank zij het onderzoek van dr. Hcs selink, dat verd. vrij in huis kon rondloo- pen. Oct.: Dc bewoners van het huis zorgden ook voor bewaking. Pres.: (tot verd.) Tijdens de isolatie was uw vrouw in Den Ilaag? Verd.: Juist. Dc heilige deur der St. Pieterskerk wordt slechts om de 25 jaar, wanneer er een jubeljaar plaats vindt, geopend. In csn bizondere bul is ditmaal echter be paald, dat ook in het Heilige Jaar 1933193f', gewijd aan het feit, dat Christus' kruisiging 1909 jaar geleden geschiedde, de opening zal plaats vindon. President: Zij chauffcurt immers ook? Verd.: Ja. Ds. Bick, Luthersch predikant te Enkhui zen, had een pennestrijd over een spiritis ti6ch onderwerp in een plaatselijk blad ge voerd. Hij ontving naar aanleiding daarvan een anonicmen brief in dichtvorm. Het was volgens get. mogelijk, dat verd. de Enkhui- zer Crt. Ia6, daar burgemeester Bosma vroe ger burgemeester van Enkhuizen was en de courant nog leest. Daar kan verd. dus hot blad hebben ingezien. liet blijkt, dat het anonieme gedicht zelfs kon worden gezongen op de wijze van een gezang en er ontstaat een debat tusschen den verdachten dominee en den getuigenden dominee over dc vraag, of het een wijs van linksche of rcchtschc kringen is. Weer zegt verd., naar aanleiding van een vraag van den president of hij verd. een hectograaf heeft, dat hij drie namen zou kunnen noemen van personen, dien hij verdenkt de brieven te hebben geschreven President: Noemt u ze dan... Verd.: Niet in het openbaar, ik wil ze wel op een briefje schrijven. Verdachte doet dit en laat het briefje door den bode aan den president overhandigen. Na het getuigenverhoor worden de des kundigen a charge voorgeroepen. De pre sident vraagt hen, of zij cr prijs op stellen kennis te nemen van het rapport van den deskundige a décharge dr. Van Dulfen, waarin de vier deskundigen worden aange vallen. Dr. Schrijver: Dank u president, de des kundigheid van dr. Van Dulfen is van tc jongen datum, ook heeft dr. Van Dulfen eenigen tijd geleden geweigerd als deskun dige op te treden, omdat hij geen schrift expert is Dr. Van Dulfen bestrijdt deze mecning van dr. Schrijver. Dc vier deskundigen ii charge geven te kennen, dat zij de deskundigheid van dr Van Dulfen in twijfel trekken. Met O. M.: Op die manier komen wc nooit aan een eind, morgen komt verdachte mis schien weer met een derde „deskundige" a décharge. liet hof gaat in raadkamer cn beslist, dat het debat tusschen de schriflkundigen, na inzage van het rapport, zal plaats heb ben op 13 Maart a.s. Tot dien dag wordt dc behandeling geschorst. De heer Braat stelt den Minister van Justitie vragen inzake advert entiezcontracten De heer Braat heeft den minister van Justitie de volgende vragen gesteld: 1. Is het den minister bekend, dat een groot deel van den neringdoenden midden stand, vooral iji de steden, gedrukt gaat on der cn dikwijls in zijn bestaan wordt be dreigd door dc misbruiken van hot adver tent iowezen? 2. Is het den minister bekend, dat z.g. advcrtentiecontracten gewoonlijk zeer een zijdig zijn opgesteld en do uitgevers van bladen vrijwel tot, niets verplichten? 3. Weet dc minister, dat door adverten tie-colporteurs vaak valsche voorspiegelin gen en trucs worden toegepast, om een handleekening te krijgen onder een z.g. ad- ventcntio-contract, waarvan de ondcrteckc- naar gewoonlijk alle gevolgen niet kent? -i. Weet de minister, dat in het bijzonder omtrent dc oplaag van couranten en tijd schriften gewoonlijk de meest fantastische voorstellingen worden gegeven? 5. Zoo ja, is de minister dan bereid, ten spoedigste wettelijke maatregelen voor te stellen, om aan dezen kanker, die aan inc- nigeens welvaart vreet, afdoende cn voor goed een einde te maken? 10.000 voor het Crisis'Comilè II. M. dc Koningin beeft een bedrag van 10.000 geschonken aan het nat. crisis- comité. Geld maakt alleen rijk, als het hart tevens rijk is. Geautoriseerde vertaling *iaar t Engelsch van Molly Thyn.net door A. W. v. E.v R. 8 „Dat is overdrijving van Edward. Zij maakt een autotochtje cn is onderweg ga: n eten bij een zekere miss Allen. Zij zal hier waarschijnlijk wel vóór twaalven zijn. Over wat er met baar aan de hand is, heb ik mijn eigen vermoedens." Fayrc nestelde zich gemakkelijk in zijn stoel. „Dat zijn praatjes", zei bij begeerig. „Ver tol mij wat meer." „Dat zijn geen praatjes. Ilct is integendeel *no waar als iels. Cynthia ia op het oogon- blik bezig haar moeder rnct van zorg grijze baren in het graf tc brengen. Het gevolg ir-, dat zij hot. op het oogenblik thuis niet erg prettig heeft." „Het is al een hooien tijd geleden, dat ik het genoegen had. Cynthia's moeder tc ont moeten", merkte Fayrc peinzend op. „Maar ik meen mij tc herinneren, dat ik haar ncoit heb mogen lijden." v „Zij had haar hart gezet op een goed huwelijk voor Cynthia, en natuurlijk ge beurde het onvermijdelijke. liet nest ver loofde zich met een jongen man, die geen andere aanbeveling had dan een heel mooi oorlogsregister cn een onvoldoend pensioen. Maar moeder is builen zichzclvc cn in zeke ren zin geef ik haar geen ongelijk. Cynthia had .iedereen kunnen krijgen." „Inplaafs waarvan zij een onbeteekenend mensch neemt. En jij mag hem graag?" „Hoe weet je dat?" vroeg lady Kean ver bluft. „Je hebt volkomen gelijk, het is zoo. John Leslie is een aardige jongen, en hij weet, hoe hij met Cynthia om moet rpringen. Er zit eon heeleboel geld in haar familie, cn hij wcf-kt hard. hij boert op kleinen schaal cn ik geloof, dat hij er in slaagt het. be 1 rijf winstgevend tc maken, liet laatste, wat ik er van boorde, was, dat hem haar liuis ver boden was." „In weerwil waarvan het engagement voortduurt „Natuurlijk En toevallig weet ik, clat Cynthia's huisgenooten vanmiddag naar Londen zijn gegaan. John Leslie's boerderij ligt halfweg tusschen Galston en miss Al len's hoeve. Alles tezamen verklaart \ol- komen Cynthia's besluit, hier pas \s avonds laat te kómen. Ik weet niets met zekerheid dit is zuiver gissen „Ilct klinkt heel verstandig. Wie is die miss Allen?" ,,De zuster van mrs. Draycott." „O!" zei Fayre, terwijl hij een andere ciga rette nam en die nadenkend opstak. Lady Kean keek hem goedkeurend aan. „Dat is lief van je zei zc. „Ik mag haar ook niet. Maar haar zuster is heel anders Zij is cr gisteren gaan logeeren. Ik donk. dat Cynthia mrs. Draycott vana^nd wel zal ontmoeten, cn als zij haar niet mag, zal zij het wel zeggen." Fayre zat peinzend van een cigaret te ge nieten. „Neen, ik mag haar niet", zei hij eindelijk. „In Indiü zijn er genoeg van zulke vrouwen." „We hebben ze in Engeland ook!" Lady Kcans stem klonk plotseling mat cn klankloos, en bedenkend, hoe laat het was, kwam Fayre tot de gevolgtrekking, dat zij moe was, en dat hij beter deed haar (-en poosje aan zichzelve over te laten. In *lk geval had hij geen zin om over mrs. Dray cott te praten. Zij was de week tevoren zijn medegast geweest op Stavcley cn hij had haar met vreugde zien vertrekken. Juist was hij opgestaan, toen dc deur ge opend werd en lady Cynthia de kamer bin nentrad. Rechtop en slank stond zij in dc deur opening, gehuld in een hemelsblauw ge waad, en haar donker, kort geknipt haar viel in dichte golven om haar mooi hoofdje, en toon Fayre haar zag, begreep hij. hoe waar lady Keans beschrijving was geweest. Er was werkelijk iets „fiers" m dat vreemde mengelmoes van jeugd en zelfver trouwen. cn dat. trok hem plotseling aan. Dat zij zeer geliefd was. viel niet te betwij felen. Een koor van welkomstbegroetingen weerklonk bij haar verschijnen, en lady Sta vcley sprong op, om haar tc begroeten en trok haar mee naar den haard. „Lieve Cynthia, je zult wel bevroren zijn 1 Je handen lijken wel ijs Is het zwaar weer buiten?" Het meisje knikte. „Vrij erg. Toch is de wind gaan liggen Fayre nam haar met vrijmoedige nieuws gierigheid op; haar stem klonk opgewonden en de glans in haar oogen en de blos vlak er onder verontrustten lïém. In verbazing vr-.cg hij zich af, of het „moderne meisje" gewoon lijk even overspannen was als nu? Als Jat zoo was, mocht de hemel zich over haar ont- férmsn Ilij sloeg haar gade, terwijl zij zich over lady Kean heenboog en werd getroffen door de warme genegenheid cn dc bezorgd heid, die zij toonde. „Je ziet er moe uit, kind", zei haar gast vrouw. „Was het erg saai bij miss Allen?" „Het was niet saai, antwoordde lady Cyn thia langzaam. „Allesbehalve!" Zwijgend warmde zij haar handen hij hel vuur; toen strekte zij zich opeens, alsof zij plotseling tot een besluit was gekomen en keek de kamer rond. .,U zult het toch morgen wel hooien, daar om kan ik het nu wel vertellen", riep zij, inct iets uitdagends in haar slem. „Mrs. Draycott werd vanmiddag vermoord. Zij werd dood geschoten gevonden in John's zitkamer op dc hoeve HOOFDSTUK IV. Sir Edward Kean's scheiding van zijn vrouw- zou van korter duur blijken te zijn dan hij aanvankelijk gedacht had. In het locaaltrcintje, dat naar Whitbury boe melde, dutte hij nu cn dan, doch zijn slaap werd met kracht verdreven door den snij denden wind. die hem tegenwoei, toen hij bij het overstappen op het perron liep. liet was altijd een vervelende reis van Stavcley met het overstappen mi Whitbury van den boemcltrcin in den Londen Express, en het lange wachten daar cn in Carlisle, waar de restauratiewagen werd aange haakt. Dit was echter het laatste oponthoud en na een vrij goed diner zette sir Edward zich den gansehen langen avond aan het werk, daar hij lot die gelukkige menschen behoor de, die hun gedachten even gemakkelijk in een overvollen trein als in de eenzaamheid van hun studeerkamer op iets kunnen con centreeren. Toen hij in Euston afstapte, zag hij er, hoewel hij waarschijnlijk minder had gesla pen dan zijn medereizigers, oneindig minder vermoeid uit. Al het werk, dat hij zich had voorgenomen, op reis tc doen, had hij af. en nu was hij gereed voor een inspannenden morgen op het gerechtshof. Zijn vrouw had gelijk gehad, toen zij ze.de, dat alleen een man, mot een ijzeren geitel don zwaren druk, waaronder hij leefde, kon weerstaan. Hij reed regelrecht naar zijn huis te Westminster, waar het ontbijt hem wachtte, en na een bad tc hebben genomen en van kiccrcn tc hebben verwisseld, nam bij een taxi naar zijn kantoor. „Farrer, bel mr. Carter op cn zeg hem, dat ik hem graag zou willen spreken, voordat hij naar het gerechtshof gaat", riep hij zijn eersten klerk toe, terwijl hij zich naar zijn kamer spoedde. „U weet toch, dat dc zaak verdaagd is, sir Edward?" vroeg de oude man zenuwachtig. Hij had Kean niet eerder dan laat in den avond verwacht, cn voelde zich nu niet op zijn gemak, omdat li ij zich bewust was, dat hij dc verdaging van de zaak had moeten telcgrafccrcn, in plaats van schrijven. Met dc deurknop in de har.d bleef sir Ed ward plotseling staan. „Wat is dat?" vroeg hij scherp. „Strick land tegen Da vies verdaagd?" „Ja, Sir Edward. Wij dachten, dat u dezen morgen uit het noorden zou vertrekken en dat een brief, als die gistermiddag gepost was, u wel zou bereiken. Als wij geweten hadden Zijn stem stierf weg. In al do jaren, dat hij bij Kean had gewerkt, had hij hem nog nooit zoo boos cozien. (Wordt vervolgd)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1933 | | pagina 5