'AMERSFOORTSCH DAGBLAD
DE ANONIEME BRIEFSCHRIJVERIJ
Dinsdag 7 Februari 1933
31e Jaargang No. 189
ONEENIGHEID OVER DE
DESKUNDIGEN
HET ADVERTENTIEWEZEN
EN DE HANDEL
GIFT VAN DE KONINGIN
De roode Vulpenhouder
Een debat tusschen schrifts
kundigen op 13 Maart
Ds. R. voor het Hof
'Amsterdam, 6 Februari. Het ge
rechtshof zette vandaag de behandeling
voort van de strafzaak tegen den Winters-
wijkschcn predikant, die op 9 Februari van
het vorige jaar door de Utrechtschc recht
bank wegens het schrijven van anonieme
brieven en briefkaarten met belcedigendcn
inhoud is veroordeeld tot een gevangenis
straf van 1 maand.
De belangstelling was wederom zeer
groot. De president begon met den ver
dachte het bezwarend materiaal en de con
clusies van de deskundigen voor te houden,
doch do verdachte bleef er bij, volkomen
onschuldig te zijn.
Pres.: Maar hoe verklaart u dan, dat een
briefkaart door mevrouw S. werd ontvan
gen. Zij radeerde haar adres volkomen weg
en zond de briefkaart naar den dominee.
Als reactie daarop kreeg mevr. S. eenigen
tijd later een beleedigende briefkaart, waar-
vaif het adres met gaatjes was ingeprikt.
Verdachte betoogt, dat de anonyme brief
schrijver Alles weet en dus óók, dat hij
verdachte de briefkaart van mevrouw S.
had teruggekregen.
Pres.: Hoe weet die geheimzinnige anony
mus dat dan?
Verdachte: Ik heb het zelf aan verschil
lende menschen verteld en zóó zal het hem
ter oorc zijn gekomen.
Pres.: En de vingerafdrukken dan?
Verdachte weet daar geen bevredigende
verklaring van te geven. Hij veronderstelt,
dat deze er later op is gebracht, doch de
president merkt op, dat de inkt van vinger
afdruk en die waarmcq de brief is geschre
ven dezelfde is.
De president toont het geschrift: Ziet u
wel, het is dezelfde rood-paarse inkt. het
ligt dus voor de hand, dat de schrijver den
afdruk heeft gemaakt.
Deskundige dr. Hesselinlc wordt voorge
roepen, om zijn meening over den afdruk te
kennen te geven. Ook hij concludeert tot
dezelfde meening als de president. Deskun
dige, is tot de conclusie gekomen, dat er
tien punten van overeenstemming in hel
schrift zijn.
Dr. Hcsselink gaat voort zijn rapport na
der toe te lichten: ook uit de karakter
eigenschappen van het schrift blijkt dat de
anonymus en verdachte een en dezelfde
persoon zijn.
Een lek in de Isolatie?
Dr. Hcsselink is ook naar Staphorst ge
gaan om de isolatie na te gaan, daar hij
zeker is, dot de briefkaarten door verdach
te zijn geschreven en er dus een lek in de
isolatie moet zijn geweest.
Deskundige was na zijn bezoek tot de
conclusie gekomen dat de isolatie niet af
doende was geweest, wèl was er een deur
vqBEGgcId, maar door een andere deur kon
hij b.v. in de W.C. komen, waar een tuimel
raampje was. Ook ging verdachte wel eens
naar boven, waar ramen waren. ..Ik wist
zeker", aldus desk., „dat er een lek moest
zijn en ik heb dat ook gevonden". Ik ben er
zeker van, dat de briefkaarten, tijdens de
isolatie ontvangen, óók door verdachte zijn
geschreven. Ook wat de feiten op do brief
kaarten vermeld betreft, is er ruimschoots
tijd voor gew-e.est om alles in orde te ma
ken. Deskundige gaf aan de hand van liet
materiaal een voorbeeld.
Deskundige IIcssclink was er ook van
overtuigd, dat men in Winterswijk wist,
waar verdathte zicli tijdens dc interneering
bevond. De auto, waarmee verdachte is weg
gebracht, heeft betrekkelijk in de nabijheid
\an de woning v. Buiten gestopt, liet was
voor den chauffeur later een klcino moeite
dc woning terug te vinden. Deze kan dus
in Winterswijk hebben verteld, waar verd,
zich bevond.
Procureur-generaal mr. Bauduin. liet is
in ieder geval gebleken, dat dc isolatie ver
re van goed was; eerst is er gezegd, dat hij
zoo nu en dan werd „uitgelaten" onder be
waking. maar het blijkt dat hij vrij door
het huis kon rondloopcn.
Verdachte: Ik wist zelf niet eens, dat ik
naar Meppel zou gaan. Maar zet u mo nu
eens een week in dc interneering.
Pres.: Als we U vcroordcclen, zal dat wel
gebeuren. U hebt weer een advertentie ge
plaatst om tijdens deze terechtzitting voor
een alibi lc zorgen.
De dominee heeft n.l. den anonymen
„oud-vcrplccgde van Zandberg" verzocht
vanmiddag tijdens do terechtzitting een
brief te doen bezorgen, waarin een zéér re
cente gebeurtenis wordt vermeld.
De dominee had echter een brief terug
gekregen, dat het nog niet zeker was of
dit mogelijk was; tusschen twee en vijf
kan de man niet schrijven, wel tusschen 12
en half twee
Pres.: Daar hebben we niets aan; toen
was u niet hier onder deze controle.
Deskundige Van Ledden Ilulsebosch wis
selt. met dr. Hesseling voor t getuigenhekje
af. Deze heeft een onderhoud gehad met
een contra schriftkundige. Deskundige
blijft voor 100 pet. bij zijn meening, dat dc
\ingcrafdruk op een der brieven afkomstig
is van verdachte. De contra-deskundige
Waltman wilde niet zoo ver in zijn con
clusie gaan, daar hij geen materiaal genoeg
had om cvcntueele afwijkingen tc kunnen
constatceren. Volgens deskundige Van Led
den Ilulsebosch waren er meer dan genoeg
punten van overeenkomst om met absolute
zekerheid te verklaren, dat de vingerafdruk
van verdachte afkomstig is.
Dr. Schrijver wordt eveneens als schrift
kundige gehoord. Hij heeft een onderzoek
ingesteld naar dc briefkaarten en brieven,
ontvangen tijdens de isolatie.
Met absolute zekerheid, zoo verklaart
deskundige met klem, heeft dc predikant
óók deze schrifturen geschreven. In ver
schillende brieven zijn teekenen van camou
flage. In dc laatste briefkaarten komt dui
delijk uit. dat het schrift is geteekend. de
bijzondere G. van verdachte is zooveel mo
gelijk veranderd omdat er vroeger door ons
de aandacht op is gevestigd. Alle lettervor
men, al is het schrift ook soms verdraaid,
wijzen er op. dat verdachte dc brieven etc.
beeft geschreven.
Uitvoerig toont Dr. Schrijver aan, hoe
hij tot zijn conclusie is gekomen.
Dc president merkt op, dat het beter zou
zijn. als verdachte eens adverteerde, dat de
anonymus op moest houden met het schrij
ven van zijn beleedigende brieven.
Verd.: „Als meneer Schrijver tot een an
dere conclusie komt, zal ik namen noemen
van menschen, die i k verdenk.
President: Ik houd niet van voorwaarden.
De waarde van schriftkun
dig onderzoek.
Dr. Schrijver vertelt nog, dat hij een on
derhoud met den dominee heeft gehad en
deze toen zijn rninachtig voor schriftkundig
onderzoek heeft te kennen gegeven. Desk.
had verdachte toen gezegd, dat ook hij van
meening was, dat verdachte dc brieven had
geschreven. Het spijt deskundige, dat de
contra-deskundige niet aanwezig is, hij
noemt diens waarnemingen en uitlatingen
dom en brutaal. Dc lieer Waltman heeft
zich opgeworpen als schriftkundige en uit
niets blijkt., dat hij dit inderdaad is. Op die
wijze wordt de schriftcxpcrtisc in discrediet
gebracht.
Procureur-gcncraal: (tot desk.) U bent den
heer Waltman dus nooit als schriftkundige
tegengekomen?
Deskundiege: Nooit!
Nogmaals botoogt deskundige, dat ver
dachte zéér zeker de brieven heeft geschre
ven.
President: Als de brievenstroom doorgaat,
als verdachte in de gevangenis zit, wat dan?
Desk.: Dan zal ik nóg zeggen, dat ze van
verdachte afkomstig zijn. Ik ontken de
waarde van eenig alibi, verdachte is zeer
listig, hij kan zich kunstig maskeeren, dat
blijkt ook al uit die vroegere brieven aan
de Wiclron Uie. Die brieven heeft hij per
tinent oók onderteckend.
Pres.: Hij ontkent dat (tot verd.), dat is
een zwak punt dominee, dat U dat ontkent.
Verd.: We zullen het maar tot den bodem
van de werkelijkheid uitvechten.
Dr. Hcsselink voegt nog aan zijn verkla
ring toe, dat thans een medcplichligo ge
makkelijk het-schrift kan namaken.
Ook dc schriftkundige v. d. Laan is van
meening, dat het nu na zoo langen lijn
wel mogelijk is. dat een mcdc-plichtige
het schrift van verdachte heeft leeren na
maken.
De schriftkundige Dr. Frima is er even
eens van overtuigd, dat verdachte de brie
ven beeft geschreven.
De schriftkundige H. Dulfers, leeraar i.d.
plant- en dierkunde lc Den Haag, heeft op
verzoek van de verdediging een schrift
kundig onderzoek ingesteld; hij is tot de
conclusie gekomen, dat dc verlachte niet
de schrijver van de beleedigende brieven is.
Hij is bier absoluut zeker van en in een
uitvoerig rapport zet hij zijn meening nader
uiteen.
Het O.M.: Ik heb geboord, dat U in schrift
expertise weinig ervaring hebt.
Deskundige voert aan, dat hij in ver
schillende zaken als expert is opgetreden.
Nogmaals vraagt de president of verd.
niet wil advcrtecren, dat anonymus op
houdt met schrijven.
Verd.: Ik zou het niet graag willen, als
ik veroordeeld word, heb ik hem hard noo-
dip. Maar als U me in dc isolatie zet
Pres.: Aon die comedie doen wij niet
ce.
Ds. Hoobol uit Winterswijk wordt nu als
getuige gehoord. ITij verklaart wat hij
ook al aan het Hof had geschreven dat
de tuinman S. hem na dc eerste hofzitting
had toegevoegd: „zouden wij ook niet eens
gaan schrijven?"
Tuinman S. wordt voorgeroepen. Hij geeft
toe Ds. Hoobol dit voorstel tc hebben gedaan
om den verdachte te helpen. „Ik wou eens
zien of dc schriftkundigen zouden zeggen
dat die brieven óók van verdachte afkom
stig waren, ik wou verdachte helpen, 't
spijt me dat 't niet is gebeurd.
Verdachte merkt naar aanleiding van de
verklaringen van zijn collega, Ds. Roobol
op, dat Ds. Roobol indertijd zelf dit voorstel
heeft gedaan.
Ds. Roobol: Daar herinner ik me niets
van.
Ds. Roobol verklaart vervolgens, dat hij
vanmorgen verd. niet uit het oog heeft ver
loren, dit met het oog op een brief, die he
denmiddag aan het Hof zou worden be
zorgd.
De isolatie.
Dc burgemeester van Winterswijk geeft
vervolgens eenige inlichtingen over de iso-
latie. Verd. wist absoluut niet, waar bij zou
worden geïnterneerd. Aanvankelijk was de
verd. van meening, dat hij op het gemeente
huis zou worden geïnterneerd.
Uitvoerig beschrijft get. de maatregelen,
die voor de isolatie zijn genomen.
Dc procureur-generaal (heftig): U hebt
ons bij de eerste zitting den indruk gege
ven, dat verd. zijn kamer niet kon verla
ten, daar dc deuren waren verzegeld. Nu
blijkt, dank zij het onderzoek van dr. Hcs
selink, dat verd. vrij in huis kon rondloo-
pen.
Oct.: Dc bewoners van het huis zorgden
ook voor bewaking.
Pres.: (tot verd.) Tijdens de isolatie was
uw vrouw in Den Ilaag?
Verd.: Juist.
Dc heilige deur der St. Pieterskerk wordt slechts om
de 25 jaar, wanneer er een jubeljaar plaats vindt,
geopend. In csn bizondere bul is ditmaal echter be
paald, dat ook in het Heilige Jaar 1933193f', gewijd
aan het feit, dat Christus' kruisiging 1909 jaar geleden
geschiedde, de opening zal plaats vindon.
President: Zij chauffcurt immers ook?
Verd.: Ja.
Ds. Bick, Luthersch predikant te Enkhui
zen, had een pennestrijd over een spiritis
ti6ch onderwerp in een plaatselijk blad ge
voerd. Hij ontving naar aanleiding daarvan
een anonicmen brief in dichtvorm. Het was
volgens get. mogelijk, dat verd. de Enkhui-
zer Crt. Ia6, daar burgemeester Bosma vroe
ger burgemeester van Enkhuizen was en de
courant nog leest. Daar kan verd. dus hot
blad hebben ingezien.
liet blijkt, dat het anonieme gedicht zelfs
kon worden gezongen op de wijze van een
gezang en er ontstaat een debat tusschen
den verdachten dominee en den getuigenden
dominee over dc vraag, of het een wijs van
linksche of rcchtschc kringen is.
Weer zegt verd., naar aanleiding van een
vraag van den president of hij verd.
een hectograaf heeft, dat hij drie namen
zou kunnen noemen van personen, dien hij
verdenkt de brieven te hebben geschreven
President: Noemt u ze dan...
Verd.: Niet in het openbaar, ik wil ze
wel op een briefje schrijven. Verdachte
doet dit en laat het briefje door den bode
aan den president overhandigen.
Na het getuigenverhoor worden de des
kundigen a charge voorgeroepen. De pre
sident vraagt hen, of zij cr prijs op stellen
kennis te nemen van het rapport van den
deskundige a décharge dr. Van Dulfen,
waarin de vier deskundigen worden aange
vallen.
Dr. Schrijver: Dank u president, de des
kundigheid van dr. Van Dulfen is van tc
jongen datum, ook heeft dr. Van Dulfen
eenigen tijd geleden geweigerd als deskun
dige op te treden, omdat hij geen schrift
expert is
Dr. Van Dulfen bestrijdt deze mecning
van dr. Schrijver.
Dc vier deskundigen ii charge geven te
kennen, dat zij de deskundigheid van dr
Van Dulfen in twijfel trekken.
Met O. M.: Op die manier komen wc nooit
aan een eind, morgen komt verdachte mis
schien weer met een derde „deskundige" a
décharge.
liet hof gaat in raadkamer cn beslist,
dat het debat tusschen de schriflkundigen,
na inzage van het rapport, zal plaats heb
ben op 13 Maart a.s. Tot dien dag wordt dc
behandeling geschorst.
De heer Braat stelt den Minister van
Justitie vragen inzake
advert entiezcontracten
De heer Braat heeft den minister van
Justitie de volgende vragen gesteld:
1. Is het den minister bekend, dat een
groot deel van den neringdoenden midden
stand, vooral iji de steden, gedrukt gaat on
der cn dikwijls in zijn bestaan wordt be
dreigd door dc misbruiken van hot adver
tent iowezen?
2. Is het den minister bekend, dat z.g.
advcrtentiecontracten gewoonlijk zeer een
zijdig zijn opgesteld en do uitgevers van
bladen vrijwel tot, niets verplichten?
3. Weet dc minister, dat door adverten
tie-colporteurs vaak valsche voorspiegelin
gen en trucs worden toegepast, om een
handleekening te krijgen onder een z.g. ad-
ventcntio-contract, waarvan de ondcrteckc-
naar gewoonlijk alle gevolgen niet kent?
-i. Weet de minister, dat in het bijzonder
omtrent dc oplaag van couranten en tijd
schriften gewoonlijk de meest fantastische
voorstellingen worden gegeven?
5. Zoo ja, is de minister dan bereid, ten
spoedigste wettelijke maatregelen voor te
stellen, om aan dezen kanker, die aan inc-
nigeens welvaart vreet, afdoende cn voor
goed een einde te maken?
10.000 voor het Crisis'Comilè
II. M. dc Koningin beeft een bedrag van
10.000 geschonken aan het nat. crisis-
comité.
Geld maakt alleen rijk, als het hart tevens
rijk is.
Geautoriseerde vertaling *iaar t Engelsch
van Molly Thyn.net
door A. W. v. E.v R.
8
„Dat is overdrijving van Edward. Zij
maakt een autotochtje cn is onderweg ga: n
eten bij een zekere miss Allen. Zij zal hier
waarschijnlijk wel vóór twaalven zijn. Over
wat er met baar aan de hand is, heb ik mijn
eigen vermoedens."
Fayrc nestelde zich gemakkelijk in zijn
stoel.
„Dat zijn praatjes", zei bij begeerig. „Ver
tol mij wat meer."
„Dat zijn geen praatjes. Ilct is integendeel
*no waar als iels. Cynthia ia op het oogon-
blik bezig haar moeder rnct van zorg grijze
baren in het graf tc brengen. Het gevolg ir-,
dat zij hot. op het oogenblik thuis niet erg
prettig heeft."
„Het is al een hooien tijd geleden, dat ik
het genoegen had. Cynthia's moeder tc ont
moeten", merkte Fayrc peinzend op. „Maar
ik meen mij tc herinneren, dat ik haar ncoit
heb mogen lijden."
v „Zij had haar hart gezet op een goed
huwelijk voor Cynthia, en natuurlijk ge
beurde het onvermijdelijke. liet nest ver
loofde zich met een jongen man, die geen
andere aanbeveling had dan een heel mooi
oorlogsregister cn een onvoldoend pensioen.
Maar moeder is builen zichzclvc cn in zeke
ren zin geef ik haar geen ongelijk. Cynthia
had .iedereen kunnen krijgen."
„Inplaafs waarvan zij een onbeteekenend
mensch neemt. En jij mag hem graag?"
„Hoe weet je dat?" vroeg lady Kean ver
bluft. „Je hebt volkomen gelijk, het is zoo.
John Leslie is een aardige jongen, en hij
weet, hoe hij met Cynthia om moet rpringen.
Er zit eon heeleboel geld in haar familie, cn
hij wcf-kt hard. hij boert op kleinen schaal
cn ik geloof, dat hij er in slaagt het. be 1 rijf
winstgevend tc maken, liet laatste, wat ik
er van boorde, was, dat hem haar liuis ver
boden was."
„In weerwil waarvan het engagement
voortduurt
„Natuurlijk En toevallig weet ik, clat
Cynthia's huisgenooten vanmiddag naar
Londen zijn gegaan. John Leslie's boerderij
ligt halfweg tusschen Galston en miss Al
len's hoeve. Alles tezamen verklaart \ol-
komen Cynthia's besluit, hier pas \s avonds
laat te kómen. Ik weet niets met zekerheid
dit is zuiver gissen
„Ilct klinkt heel verstandig. Wie is die
miss Allen?"
,,De zuster van mrs. Draycott."
„O!" zei Fayre, terwijl hij een andere ciga
rette nam en die nadenkend opstak.
Lady Kean keek hem goedkeurend aan.
„Dat is lief van je zei zc. „Ik mag haar
ook niet. Maar haar zuster is heel anders
Zij is cr gisteren gaan logeeren. Ik donk.
dat Cynthia mrs. Draycott vana^nd wel zal
ontmoeten, cn als zij haar niet mag, zal zij
het wel zeggen."
Fayre zat peinzend van een cigaret te ge
nieten.
„Neen, ik mag haar niet", zei hij eindelijk.
„In Indiü zijn er genoeg van zulke vrouwen."
„We hebben ze in Engeland ook!"
Lady Kcans stem klonk plotseling mat cn
klankloos, en bedenkend, hoe laat het was,
kwam Fayre tot de gevolgtrekking, dat zij
moe was, en dat hij beter deed haar (-en
poosje aan zichzelve over te laten. In *lk
geval had hij geen zin om over mrs. Dray
cott te praten. Zij was de week tevoren zijn
medegast geweest op Stavcley cn hij had
haar met vreugde zien vertrekken.
Juist was hij opgestaan, toen dc deur ge
opend werd en lady Cynthia de kamer bin
nentrad.
Rechtop en slank stond zij in dc deur
opening, gehuld in een hemelsblauw ge
waad, en haar donker, kort geknipt haar
viel in dichte golven om haar mooi hoofdje,
en toon Fayre haar zag, begreep hij. hoe
waar lady Keans beschrijving was geweest.
Er was werkelijk iets „fiers" m dat
vreemde mengelmoes van jeugd en zelfver
trouwen. cn dat. trok hem plotseling aan.
Dat zij zeer geliefd was. viel niet te betwij
felen. Een koor van welkomstbegroetingen
weerklonk bij haar verschijnen, en lady Sta
vcley sprong op, om haar tc begroeten en
trok haar mee naar den haard.
„Lieve Cynthia, je zult wel bevroren zijn 1
Je handen lijken wel ijs Is het zwaar weer
buiten?"
Het meisje knikte.
„Vrij erg. Toch is de wind gaan liggen
Fayre nam haar met vrijmoedige nieuws
gierigheid op; haar stem klonk opgewonden
en de glans in haar oogen en de blos vlak er
onder verontrustten lïém. In verbazing vr-.cg
hij zich af, of het „moderne meisje" gewoon
lijk even overspannen was als nu? Als Jat
zoo was, mocht de hemel zich over haar ont-
férmsn Ilij sloeg haar gade, terwijl zij zich
over lady Kean heenboog en werd getroffen
door de warme genegenheid cn dc bezorgd
heid, die zij toonde.
„Je ziet er moe uit, kind", zei haar gast
vrouw. „Was het erg saai bij miss Allen?"
„Het was niet saai, antwoordde lady Cyn
thia langzaam. „Allesbehalve!"
Zwijgend warmde zij haar handen hij hel
vuur; toen strekte zij zich opeens, alsof zij
plotseling tot een besluit was gekomen en
keek de kamer rond.
.,U zult het toch morgen wel hooien, daar
om kan ik het nu wel vertellen", riep zij, inct
iets uitdagends in haar slem. „Mrs. Draycott
werd vanmiddag vermoord. Zij werd dood
geschoten gevonden in John's zitkamer op
dc hoeve
HOOFDSTUK IV.
Sir Edward Kean's scheiding van zijn
vrouw- zou van korter duur blijken te
zijn dan hij aanvankelijk gedacht had. In
het locaaltrcintje, dat naar Whitbury boe
melde, dutte hij nu cn dan, doch zijn slaap
werd met kracht verdreven door den snij
denden wind. die hem tegenwoei, toen hij
bij het overstappen op het perron liep.
liet was altijd een vervelende reis van
Stavcley met het overstappen mi Whitbury
van den boemcltrcin in den Londen Express,
en het lange wachten daar cn in Carlisle,
waar de restauratiewagen werd aange
haakt.
Dit was echter het laatste oponthoud en
na een vrij goed diner zette sir Edward zich
den gansehen langen avond aan het werk,
daar hij lot die gelukkige menschen behoor
de, die hun gedachten even gemakkelijk in
een overvollen trein als in de eenzaamheid
van hun studeerkamer op iets kunnen con
centreeren.
Toen hij in Euston afstapte, zag hij er,
hoewel hij waarschijnlijk minder had gesla
pen dan zijn medereizigers, oneindig minder
vermoeid uit. Al het werk, dat hij zich had
voorgenomen, op reis tc doen, had hij af. en
nu was hij gereed voor een inspannenden
morgen op het gerechtshof.
Zijn vrouw had gelijk gehad, toen zij ze.de,
dat alleen een man, mot een ijzeren geitel
don zwaren druk, waaronder hij leefde, kon
weerstaan.
Hij reed regelrecht naar zijn huis te
Westminster, waar het ontbijt hem wachtte,
en na een bad tc hebben genomen en van
kiccrcn tc hebben verwisseld, nam bij een
taxi naar zijn kantoor.
„Farrer, bel mr. Carter op cn zeg hem, dat
ik hem graag zou willen spreken, voordat
hij naar het gerechtshof gaat", riep hij zijn
eersten klerk toe, terwijl hij zich naar zijn
kamer spoedde.
„U weet toch, dat dc zaak verdaagd is, sir
Edward?" vroeg de oude man zenuwachtig.
Hij had Kean niet eerder dan laat in den
avond verwacht, cn voelde zich nu niet op
zijn gemak, omdat li ij zich bewust was, dat
hij dc verdaging van de zaak had moeten
telcgrafccrcn, in plaats van schrijven.
Met dc deurknop in de har.d bleef sir Ed
ward plotseling staan.
„Wat is dat?" vroeg hij scherp. „Strick
land tegen Da vies verdaagd?"
„Ja, Sir Edward. Wij dachten, dat u dezen
morgen uit het noorden zou vertrekken en
dat een brief, als die gistermiddag gepost
was, u wel zou bereiken. Als wij geweten
hadden
Zijn stem stierf weg. In al do jaren, dat
hij bij Kean had gewerkt, had hij hem nog
nooit zoo boos cozien.
(Wordt vervolgd)