WEG
BLUE BAND
Dinsdag 28 Maart 1933
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
31e Jaargang No. 231
Bieeeinlaed
CRISIS VARKENSWET
DE ANONIEME BRIEF-
SCHRIJVERIJ
U!T DE STAATSCOURANT
BOSCHBRANDEN
jDAT VRAAGTEEKEN
UIT DE KEUKENKAST!
30 ote. per
De roode Vulpenhouder
De kwestie van de ongestempelde
varkens voor den Hoogen Raad
6 der wet kan voortvloeien, daar het de be
voegdheid regelt tot het doen van huis
slachtingen, waarover de wet zelve verder
niet spreekt. Hij achtte derhalve het von
nis juist gewezen en concludeerde tot ver
werping van het beroep.
Arrest: 24 April.
Bij Ron. besluit is aan mr. F. C. M. Boen
ders, predikant in dienst van de Vereeni-
ging in hot belang van lijdende Nederlan
ders, verpleegd te Ghecl (Be gic), wonende
te Utrecht» verlof verleend tot het aanne
men der iiem geschonken onderscheiding
van Ridder der Orde van de Kroon van Bel
gië.
Bij beschikking van den minister van
Defensie is de luitenant ter zee 2e klasse
der marinereserve J. L. Bouman, den oden
April 1033 verplaatst aan boord van II. Ms.
Wachtschip te Willemsoord.
Bij beschikking van den minister van Fi
nanciën is de inspecteur der registratie en
domeinen mr. J. H. Leopold verplaatst van
de inspectie Groningen. 2de ofdeeling, naar
de inspectie Groningen. Ie afdeeling, en de
inspecteur der registratie en domeinen A.
A. van der Poel \an de inspectie Leeuwar
den, le afdeeling, naar de inspectie Gronin
gen, 2de afdeeling.
Bij Kon. besluit is toegekend de gouden
eore-raedaille, verbonden aan de Orde van
Oranje Nassau, aan A. de Bode Sr., bouw
kundig ambtenaar der tweede klasse bij
den rijksgebouwendienst te 's-Gravenhage.
Bij Kon besluit zijn opnieuw benoemd
tot burgemeester van Appe'tern J. G. de
Leeuw; van Ter Aar jhr. K. W. L. de Mu-
ralt; van Schoonrewoerd D C. de Leeuw;
van Rhoon J. C. van Es; van Stavenisse
A. F. Hanssenö; van Vleuten en Haarzui-
lens J A. Verder; van Idaarderadeel N.
Namraensma; van Oldekerk H Hazenberg;
van Gassclte J. van Roijen; van Haelen mr.
T. J. H. Aquarius van Wij're W. J. H.
Prick.
Bij Kon. besluit is aan mr. V. G. A. Boll,
op zijn verzoek met ingang van 1 April
1933, eervol ontslag verleend uit zijn be
trekking van lid, tevens voorzitter van
den Voogdijraad Amsterdam 11, onder
dankbetuiging voor de als zoodanig bewe
zen diensten:
is benoemd tot lid van den Voogdijraad
Amsterdam I dr. G. F Meerburg, genees
heer-directeur van het Tesselschade-Zieken-
huis te Amsterdam, wonende aldaar.
Bij beschikking' van aen minister van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen is
opnieuw tijdelijk benoemd tot conservator
bij de kindergeneeskunde aan de Rijksuni
versiteit te Leiden J. van Ormondt»
Bij K. B. is benoemd tot reserve-officier
van gezondheid der tweede klasse bij de
landmacht A. G. Boon, arts.
VRACHTAUTO MET VEE GESTOLEN
Gistermiddag werd de politie te Gouda
gewaarschuwd, dat er to Rotterdam een
met vee beladen auto was gestolen. Langs
do wegen, die toegang tot Gouda geven,
werden politieposten uitgezet. Aan de zijde
van den Rotterdaihschen dijk naderde spoe-
oen veeauto met groote snelheid. In plaats
van gevolg te geven aan het bevel tot stop
pen reed de auto met groote snelheid ver
der. Bij de Mallegatsluis botste de auto
togen een personenauto en van de verwar
ring, die daarbij ontstond, wisten de beide
passagiers van den vrachtauto te ontko
men. Het signalement van de dieven is be
kend
VRACHTAUTO DOOR EEN TREIN
GEGREPEN.
Ongeluk op een onbewaakten
overweg.
.Op den tweeden onbewaakten overweg
in den rijksstraat Raaltc—Zwolle is gister
avond een vrachtauto, bestuurd door de W.
uit Wierden, gegrepen door een trein, ko
mende uit de richting Zwolle. De auto
werd over een afstand van 200 meter mee
gesleurd. Toon de trein stilstond, vond
men de W. met het hoofd op de rails voor
het wil der locomotief liggen. ITij werd, na
door twee doktoren te zijn onderzocht, naar
het R. K. ziekenhuis te Raalte vervoerd.
Zij toestand is zoo ernstig, dat men voor
zijn leven vr/ecst. De auto was geheel ver
nield. De trein had ruim een half uur ver
traging.
Venlo, 27 Maart. Voor den vijfden keer
in den tijd van twoe weken >s Zondag brand
ontstaan in dc natuurschoon- en boschrijkc
streek langs den Rijksweg Maareheeze—
Weert. Groote perceelen bosch en heide gin
gen hierbij verloren. Vermoed wordt dai de
oorzaak van de branden moet worden ge
zocht in bet achteloos wegwerpen van een
sigaar of sigaret.
Weer t, 27 Maart. Zondag ontstond in
de bosschcn Dabij Altweert door onbekende
oorzaak brand. Aangewakkerd door den hc-
vigen wind nam het vuur spoedig een groo-
ten omvang. Onmiddellijk werd door de
marechaussee uit Weert het blusschings-
werk ter hand genomen. Ongeveer 13 H.A.
bosch cn heidegrond, toebehoorende aan
particulieren, ging verloren.
Oir schot, 27 Maart Heden brak onder
de gemeente Oirschot een hevige bo6ch-
brand uit, die zich aanvankelijk ernstig liet
aanzien. Behalve een strook bosch vatte
ook heidegrond vlam en spoedig stond een
oppervlakte van 20 H.A in brand. In den
loop van den middag slaagde men er in
het vuur te etuiten. De wind was ongunstig
en aanvankelijk liep een groot perceel bosch
onder Oostelbeers gevaar. Vrij zeker zal dit
bosch echter worden behouden. De schade,
die aanzienlijk is, wordt niet door verzeke
ring gedekt.
's-Gravenhage, 27 Maart. Do advo
caat-generaal bij den Hoogen Raad, mr.
Wijnveldt, nam heden conclusie in de zaak
van .1. B., door het kantongerecht te Amers
foort veroordeeld wegens vervoer van var
kens die niet voorzien waren van een
oormerk, zooals is voorgeschreven bij art.
11 van het Crisis-varkensbésluit; deze oor
merken mogen echter slechts worden aan
gebracht door een bij de Nederlandsche
Varkenscehtrale aangesloten gewestelijke
organisatie. Deze laatste mag slechts var
kens van leden stempelen en B. heeft ge
weigerd van de betreffende organisatie (ge
westelijke varkénscentrale Utrecht) lid te
worden.
Dc rechtbank te Utrecht bevestigde dit
vonnis.
Voor B., die namens een groep varkens
houders optrad, heeft mr. H. H. Stenekér
uit Amsterdam o. m overmacht gepleit,
aangezien de boeren niet gedwongen zou
den kunnen worden, zich bij een privaat
rechtelijke organisatie aan te sluiten, ten
zij haar statuten bij de wet zouden zijn
vastgesteld.
Mr. Wijnveldt achtte dit beroep op over
macht onjuist De omstandigheid, dat dc
varkens niet gemerkt zijn. heeft B. aau
zichzelf te wijten. Hij weigert echter zich
aan te sluiten cn nu mogen daarvoor aller
lei gronden zijn aan te voeren. De voor
naamste zal wel zijn, dat in het algemeen
de Nederlander door zijn geaardheid een
afkeer heeft van overheidsbemoeiing, welke
hem verplichtingen oplegt of hem in een
bepaalde richting dwingt te gaan. Vandaar
aldus do 'advocaat-generaal dc vele
bezwaren tegen deze wet bij varkenshou
ders.
Een gedwongen aansluiting bij een ver-
ceniging doet op het eerste gezicht vreemd
aau en kan ook ongetwijfeld door de onder
werping aan de statuten voor eeu lid on
aangename gevolgen hebben. Een novurn
kon mr. Wijnveldt er echter niet in zién.
Hij wees op de analogie, welke zich voor
doet bij de verplichte aansluiting bij
soms particuliere waterleidingmaat
schappijen, zooals door tal van gemeente
verordeningen wordt geëjscht en door de
rechtspraak als wettig beschouwd. Het al
of niet plegen der overtreding hangt of van
den wil van den varkenshouder. Wil hij
zich niet. aansluiten, dan moet hij zijn var
kens afschaffen.
Het Nederlandsche Staatsrecht is met
deze regeling geenszins geschonden. De
wetgever kan nu eenmaal bepalen, wat bij
oirbaar acht, ook al is het ongewoon.
Op deze gronden heeft mr. Wijnveldt ge
concludeerd tot verwerping van het beroep.
De Hooge Raad zal 24 April arrest wijzen.
Crisisvarkensbesluit art. 7 on
verbindend?
De kantonrechter te Amersfoort heeft
den varkenshouder W. veroordeeld wegens
het verrichten van een huisslachting (var
ken) zonder machtiging van de Nederland
sche Varkenscentrale ingevolge het Crisis
varkensbesluit (art. 7 lid 1).
De rechtbank te Utrecht vernietigde ech
ter dit vonnis en ontsloeg den verdachte
van rechtsvervolging, omdat h. i. bedoeld
artikel niet zou steunen op art. 6 sub 2 der
Crisis-varkensvet.
In deze zaak heeft de advocaat-generaal
bij den Hoogen Raad, mr. Wijnveldt, heden
conclusie genomen. Hij merkte daarbij op,
dat de wetgeving ten aanzien van het hier
besproken geval ongetwijfeld de kenmer
ken van haast draagt, welke bij crisiswet
geving niet kan uitblijven. Het is z. i. on
aanvechtbaar, dat art. 7 van het besluit
veel meer regelt, dan onmiddellijk uit art.
Welke overwegingen tot dit vonnis
van het Hof hebben geleid
Zooals wij reeds in ons blad van gisteren
hebben gemeld, heeft het Hof tc Amster
dam ds. R., thans te Winterswijk en vroe
ger te Hoogland, tot een maand gevange
nisstraf veroordeeld terzake bcleediging
en beleediging van een ambtenaar in func
tie. Het Handelsblad deelt omtrent dc over
wegingen van hel Hof nog het volgende
mede:
In liet arrest van het Hof, overeenkom
stig den cisch van den procureur-generaal
mr. Bauduin, hebben o.m. de volgende fei
ten en omstandigheden tot de bewijsleve
ring bijgedragen.
De verklaringen van de schriftkundigen
dr. Hesselink, dj*. Schrijver, mr. Frima en
den heer v. d. Laan, dat het handschrift
van de vier geïncrimineerde briefkaarten
dat van den predikant is:
dc verklaring van de deskundigen dr.
Hesselink en dr. van Ledden Hulsebosch,
dat dc op een der briefkaarten gevonden
vingerafdruk is ontstaan toen de inkt nog
nat was, cn idontiek is met dien van den
middelvinger van den predikant;
dat de predikant door het schrijven van
drie in verschillend handschrift gestelde
cn geteckende brieven aan de Wielrenunie,
waarin de gefingeerde afzenders protes
teerden tegen toelating \an een Belgisch
motorgangmaker, blijk heeft gegeven zich
niet te ontzien voor schrift-mystificatie;
dat een getuige, die naar aanleiding van
door haar ontvangen briefkaarten, waarin
haar werd verzocht mede stemming tc ma
ken tegen „Zandbergen" den predikant
schriftelijk verzocht van de schrijverij ver
schoond te blijven, en daarop briefkaarten
van zeer onaangenaam karakter ontving,
zoodat dc anonymus onmiddellijk reageer
de op wat kort tc voren den predikant
slechts bekend kon zijn;
dat een getuige het adres van de door
hem ontvangen briefkaart heeft verwijderd
en die kaart daarop aan den predikant
heeft geadresseerd, waarop de predikant na
ontvangst een klacht indiende tegen den
getuige en daarbij diens naam opgaf, hoe
wel uit de briefkaart niet was af te leiden,
wie haar aan den predikant had terugge
zonden;
dat een getuige, die een briefkaart i
den predikant terugzond, daarna een brief
kaart ontving, waarin zijn adres met spel-
deprikken was vastgelegd, enz.
Ergerlijk karakter der feiten.
Voorts wijst het Hof de verklaringen van
de deskundigen a décharge, dr. Dulfer en
de heer Waltman, af. omdat de eerste het
handschrift van den predikant niet heeft
vergeleken, met de hier geïncrimineerde
briefkaarten, doch met andere en latere
anonieme episters en de'tweede, die betref
fende den vingerafdruk niet zooveel pun
ten van overeenkomst heeft gevonden als
dé andere deskundigen, gc encnkel ver
schilpunt heeft aangetroffen. Het ontvan
gen van verscheidene anonieme briefkaar
ten op tijdstippen, waai op dc predikant in
de feitelijke onmogelijkheid verkeerde te
schrijven of te verzenden, doet niets af aan
*s Hofs overtuiging, dat de hier geïncrimi
neerde kaarten van hem afkomstig zijn
Na deze redegevende feiten komende tot
de strafmaat, neemt het Hof daarbij in
overweging liet ergerlijk karakter der ge
pleegde feiten en hetgeen over cn van den
persoon Aan verdachte ter zitting is geble
ken orn dan te komen tot veroordceling tot
een maand gevangenisstraf.
Va p»nd.p.kj.
Het vraagteeken er uit! Blue Band er in! „Blue Band»
kwaliteit" kost slechts enkele centen per pakje
meer dan andere goedkoopere soorten! Profiteer
van dit kleine prijsverschil! Door enkele centen
meer te besteden, komt het vraagteeken in Uw
keukenkast te vervallen. Dus: „Blue Band-kwali.
teit" versch gekarnd! Weet wat U eet!
VERSCH GEKARND
Met 250<o allerfijnste Roomboter onder Rijbscontr&Io
•Te moet niet denken, dat ons wegje allc-
mans wegje is. BET JE WOLFF.
Geautoriseerde vertaling naar 't Engelsch
van Moily Tbynne,
door A. W. v. E.—v. R.
£0
Zij lieten het pakje bij den portier achter
cn liepen toen naar miss Allen's hotel. Fayre
onderhield het gesprek zoo goed, als hij in
de gegeven omstandigheden doen kon, maar
het ging eenigszins werktuigelijk, want zijn
geest was rusteloos bezig met dit nieuwe
probleem. Tot nu toe had hij miss All mi's
bezoek aan Londen niet in verbinding ge
bracht met dat van Gregg, maar nu beron
hij er zich over te verbazen. Hij had al af
scheid van haar genomen en was al op weg
naar zijn club, toen hem de waarschijnlijke
oplossing te binnen schoot. Bevatte liet pak
je, dat zij had afgegeven, misschien cenige
van die brieven, waarover zij had „beschikt".
Het had er zeel vepl van. Fayre had er heel
wat voor over gehad, als hij een blik had
kunnen werpen op den inhoud van het l ak
je r
De gebeurtenissen volgden elkaar op bijna
geheimzinnige wijze op. Toen hij in zijn club
kwam, gaf de portier hem een kaartje en
zei, dat er een heer op hem zat tc wachten,
die hem wcnschte te 6preken, en tot zijn
verbazing las hij den naam van dr. Gregg!
Met. moeite verzamelde Fayre zijn gedach
ten, terwijl hij naar den bezoeker ging, cn
dien naar een afgezonderd hoekje van de
bijna leege bibliotheek bracht.
Het gesprek haperde in het begin, want
Gregg scheen plotseling aan een aanval van
verlegenheid te lijden.
„Ilcel vriendelijk van u mij te willen ont
vangen, na alles, wat er gebeurd is," begon
de dokter onhandig. „Ik heb mij als een
echte ezel gedragen en dat kom ik u nu
even zeggen. Ik hoop, dat u mijii veront
schuldiging zult willen aannemen."
„In orde. Ik rnoet ook wel een duivelscbe
bemoeial bebben geleken", zei Faiyre haas
tig. „Ik ben heel blij. dat u mij nu wat
vriendelijker beoordeelt. Drinkt u thee. of
liever wat anders?"
Hij wachtte ongeduldig tot de kellner hen
bediend had. Toen die weg was, kwam
Gregg, zooals hij geliqopt had. dadelijk ter
zake.
„U vroeg mij onlangs een verklaring," zei
hij openhartig. „Als ik niet zoo vervloekt
heetgebakerd was geweest, zon ik u die ge
geven hebben, on dan zou ik ons beiden
heel wat last bespaard hebben. Welnu, ik
kom ze u nu geven."
Hij draaide onbehagelijk op zijn stoel
heen cn weer en liet zijn thee. zonder ei op
te letten, koud worden.
„Het is een beetje moeilijk, om een begin
te maken, maar ik wil alles van voren af
aan vertellen. Zooals u geraden hebt, kende
ik mrs. Draycott, maar dat was voor haar
huwelijk met Draycott. Ik geef u mijn woord,
dat ik haar, tot ik haar dood op Leslie's boer
derij zag,, nooit meer gezien had sinds de
week, voordat zij van Baxter wegliep. Ik
wist natuurlijk, dat zij op Staveley logeer
de, maar ik denk, dat zij mij daar ontweek.
Ik zag haar tenminste nooit, en daar was
ik blij om, want het was geen kennismaking,
die ik graag had willen hernieuwen. Toen
Brace mij vroeg, of ik haar kende, ontkende
ik dat in een plotselinge opwelling. Als v
vraagt w aarom, mag de duivel het weten Ik
haatte haar en alles, wat met haar in ver
band stond, cn den tijd, waarin ik haar ge
kend had, en ik veronderstel dat 't een soorl
blinde aandrift van me was, dat alles be
graven te laten.
Hoe dan ook, zoodra ik het gedaan had.
begreep ik, hoe dwaas het was geweest,
maar er zat toen niets anders meer op dan
het te blijven volhouden. Hoe u er achter
kwam ,dat ik ooit iets met haar te maken
heb gehad, weet ik niet, maar het was ver
vloekt onaangenaam voor mij en het ver
wondert mij, dat u er de lucht van kreeg."
„Het was min of meer door een toevai, en
ook door uw zichtbaren afkeer van haar. U
maakte daar een fout".
„Dat w-ect ik. Ik was opgewonden over die
heelc geschiedenis en gaf mij zeker b'oot.
Ziet u, ik liad meer dan één reden, om er
buiten te willen blijven. Ten eerste wist ik.
dat mijn verklaring, haar nooit gezien te
hebben, valscli was, om 't op zijn zachtst uit
drukken, en dan was de jongen cr ook neg
Hij zweeg, blijkbaar moeite doende, zoo
veel mogelijk dc belangrijkste punten uit
zijn verhaal naar voren te brengen; toer.
kreeg hij Fayre's onthutst gelaat in het oog
en zei:
„Ik denk, dat het allemaal een vreeselijke
warboel voor u lijkt. Het is beter, dat ik
maar van het begin af aan vertel. Miss
Allen, zooals zij toen nog heette, was tege
lijk met mij in St. Swithins, zooals u zeker
al weet. Zij huwde mijn speciale» vriend,
Baxter, en ik kan u verzekeren, dat ik mijn
uiterste best heb gedaan daarbij een spaak
in haar wiel te steken. Maar h.et gaf mij
niets. Baxter was gek op haar en wou geen
kwaad van haar hooien, en wetend, wat ik
van haar wist, maakte mij dat ellendig,
zooals u zich kunt voorstellen. Het was zoo
erg, dat ik hen na hun huwelijk nog rnaar
zelden zag. Ik had toen een groote armen
practijk gekregen en had het ook te
druk, om oude vrienden op te zoeken. Toen
kwam hij op zekeren dag, half krankzinnig,
bij mij en vertelde mij, dat zij er vandoor
was met Draycott, en haar kleinen jongen
hij hem had achtergelaten. Om 't kort te ma
ken, hij eindigde, met van haar te scheiden,
nadat hij tevergeefs geprobeerd had haar
terug te krijgen. Hoe groot mijn afkeer van
haar ook was, ging ik haar den dag na
Baxter's bezoek toch opzoeken. Ik vond
haar met Draycott m een hotel, en zij
lachte mij in mijn gezicht uit, toen ik be
proefde haar over te halen naar haar man
terug te keeren. Na dc scheiding ging hij
er onderdoor en ik had er genoeg mee te
stellen, dat verzeker ik u. Toen hij zoo ver
was, dat hij niet meer kon werken, haalde
ik hem over met den jongen bij mij te ko
men wonen, en spoedig daarop stierf hij in
mijn huis. Ik was heel veel van het kleine
kereltje gaan houden cn hield hem bij mij
daar hij geen familie had, waar hij neen
kon gaan. Hij is nu op een fröbelschool en
gaat daarna naar de lagere school. Dat is de
voornaamste reden, waarom ik niet wilde
hebben, dat mijn betrekking tot haar uit
zou komen. Ik gaf hem mijn naam en men
denkt, dat, hij mijn neefje is, en terwille
van hem wil ik liever niet, dat het verleden
wordt opgerakeld."
„Dat begrijp ik," zei Fayre hartelijk. Fei
telijk begin ik nu pas goed tc begrijpen,
hoe u mijn tusschcnkomst verwenscht
moet hebben."
„Uw inmenging was voor mij een ramp,'
ik wond mij op als een dwaas en probeerde
u door grootspraak tc overbluffen. Ziet u,
ik had zijn bestaan zorgvuldig verborgen
gehouden, en ik zag mijzelf al in de getui
genbank en dc foto's van den kleinen vent
in de kranten, als ware al mijn moeite
voor niets, en toen werd ik woedend."
„Weet de jongen, dat hij Baxter's zoon
is?"
„Hij weet, dat zijn naam oorspronkelijk
Baxter was, maar hij brengt geen verband
tusschen zijn moeder en mrs. Draycott Hij
denkt, dat zij stierf, voordat hij met zijn
vader bij mij kwam. Ik heb nooit gepro
beerd zijn bloedverwantschap met hem to
verbergen ik heb werkelijk mijn best ge
daan de herinnering aan zijn vader leven
dig te houden, zooals die was, voordat hij
aan lager wal was geraakt. Gelukkig was
het ventje in dien tijd nog te jong om veel
op te merken. Neen, ik was bang voor zijn
moeder. Zij had wettelijk geen recht op den
jongen, maar ik kende haar. Zij was een
hebzuchtige vrouw, als het op geld an-
kwam, cn een verduiveld slimme ock. Zelfs
toen Draycott nog leefde, züt zij eeuwig in
geldnood, en zij deinsde maar voor heel wei
nig terug, als het er op aan kwam. a. n
geld te komen. Ik had haar nooit meer ge
zien, zooals ik u zei, maar ik hield haar
in het oog, en naar wat ik van haar hoorde,
ben ik er zeker van, dat zij mij de duim
schroeven zou hebben aangelegd, als zij had
geweten, waar de jongen was, hoe weinig ik
haar ook had kunnen geven. Zij wist, dat ik
er alles voor over had haar van hem weg te
houden.
(Wordt vervolgd;