A. SCHOTERMAN Zn.
ST. EMILION GEVESTIGD 1878 UTR.STRAAT 17
1928 per flesch f 1.45. per anker f58.
AMERSFOQRTSCH DAGBLAD
Feuilleton
HANDELSCREDIETEN
Vrijdag 7 April 1933
31e Jaargang No. 240
TWEEDE BLAD
EERSTE KAMER
STEUN AAN DE BOOM-
KWEEKERIJ
WIJNHANDEL
SALON
WESTERMEIER
COIFFURE
EEN REGEERINGS-
PENNING
Uitgifte van 's Rijks Munt
DE NOODTOESTAND IN DE
RIJNVAART
TELEFOON 304 en 697 POSTREKENING 28860
NY Ij MIDDENSIANDS-BANIK^
De roode Vulpenhouder
De heer Oudegeest
interpelleert
De eerste kamer heeft met 29 tegen 11
stemmen aangenomen de bedrijfsradenwet
Tegen stemden de liberalen, de Chr. Histo
riscben en de beer Blomjous (R.K.).
Aan de orde is de interpellatie-Oude
geest over de toepassing der Vreemdelin
genwet in verband met Duitscbe vluchte
lingen.
Spr. dringt aan op soepele toepassing van
de vreemdelingenwet.
Minister Donncr' zegt dat in het alge
meen de bepalingen worden toegepast be
loudens bepaalde concrete gevallen. Voor
alsnog zal spr. deze houding handhaven
Klachten zijn er tot nu toe niet.
De heer Oudegeest is niet gerust ge
steld.
De heer Kranenburg is evenmin be
vredigd. Spr. wil ruime opvatting der uit
zonderingsgevallen.
De Minister zal handelen naar be
vind van omstandigheden. Ook moet wor
den gewezen op het bezwaar van het druk
ken onzer eigen arbeidsmarkt.
Aan de orde is het wetsontwerp tot wij
ziging der psyekopatenwet.
De heer v. Sasse v. IJsselt acht het
een stap achteruit.
De heer M e n d e 1 s is het met den vo-
rigen spreker eens. De minister maakt ten
onrechte van de praktijk der bezuiniging
een juridische theorie.
De berekening van de financieelo resul
taten van t' ontwerp acht spr. tendentieus.
Daarna wordt gepauzeerd.
De heer Janssen is het grootendeels
met de vorige sprekers eens. Spr. zal echter
het antwoord van den minister afwachten
De heer Kranenburg motiveert zijn
stem tegen het ontwerp.
Spreker verwacht geen bezuiniging door
dit ontwerp.
De heer Pollema is overtuigd voor
stander van het wetsontwerp. De bestaan
de wet wordt niet toegepast zooals oor
spronkelijk de bedoeling was.
Minister Donncr betoogt, dat het hier
gaat om een bezuiniging, welke geenzins
uitsluitend nadeelige gevolgen heeft.
De minister betoogt dat er wel bezuini
ging door deze wet zal worden verkregen.
Over het ontwerp wordt in de e.v. verga
dering gestemd.
Het wetsontwerp tot wijziging der crisis-
pachtwet 1932 wordt zonder debat en z.h.st.
aangenomen.
Vergadering gaat uiteen tot nadere bij
eenroeping.
DE RAMP VAN DE AKRON.
De Minister van Defensie bracht Woens
dagmiddag een bezoek bij den Amerikaan-
schen gezant om zijn deelneming te betui
gen over het ongeluk aan het luchtschip
„Akron" overkomen.
TWEEDE KAMER
liet regeeringsvoorsfel inzake
de Ilooge Veluwe terug
teruggenomen
Verschillende andere steun-
ontwerpen
De Voorzitter stelt o.m. voor de land
bouwmachtigingswct op de agenda te plaat
sen.
De heer Knottenbelt heeft hiertegen
bezwaar, eveneens tegen behandeling van
het boomkvveekcrsontwerp, omdat op het
laatste oogenblik ccn zeer belangrijke nota
van wijziging (aankoop van de Ilooge
Veluwe) is ingediend.
De heer Snoeck Henkemans deelt
deze bezwaren niet.
De heeren Albarda en Oudegeest
sluiten zich aan bij den heer Knottenbelt.
De laatste wijst erop, dat de regeering den
aankoop van bet landgoed van den heer
Kröller wil forceeren, terwijl deze zaak niet
zoo urgent is.
De heer v. d. Heuvel wenscht wel het
boomkweekersontwerp tc behandelen, niet
de machtigingswet.
De heer Kortenkorst zegt, dat de
commissie van rapporteurs van rnecning is,
dat de machtigingswet zeer spoedig behan
deld moet worden.
De heer Bra at heeft geen haast met de
machtigingswet, die de landbouwers niet zal
helpen.
Een voorstel-Knottenbelt om de machti
gingswet niet op de agenda te plaatsen
wordt aangenomen met 36 tegen 31 stem
men.
I)e lieer Snoeck Henkemans stelt
bij motie voor a.s. Maandag te behandelen
de londbouwmachtigingswet.
Deze motie wordt met 37 tegen 31 stem
men verworpen.
De Voorzitter deelt mede, dat dc cen
trale afdeeling heeft besloten lieden middag
In dc afdcclingen te onderzoeken het wets
ontwerp i. z. versnelden bruggenbouw.
De heer Vos (liberaal) heeft bezwaar te
gen deze overhaaste behandeling. De regec-
ring heeft 4 jaar gewacht met deze zaak.
De heer Ketelaar sluit zich daarbij
aan.
De heer Albarda wenscht het wel tc
behandelen in dc afdeelingen, omdat het
een aanzienlijke werkverruiming beoogt.
De Voorzitter leest een brief voor van
den minister van Waterstaat, waarin op
spoed wordt aangedrongen.
Het besluit der centrale afdeeling wordt
goedgekeurd.
Aan de orde is het opmaken van een no
minatie voor lid van den Hoogen Raad.
No. 1 wordt mr. G. A. Servatius, vice-
president der rechtbank te Amsterdam, met
46 van de 53 stemmen.
No. 2 J. E. v. d. Meulen, vice-president
van de rechtbank te Utrecht, met 38 van de
56 stemmen.
VARKENSMARKT 118 TEL. 101SI
VOOR DE MODERNE
No. 3 mr. P. v. Rechlércn VjU'na, raads
heer in het gerechtshof tc Amsterdam, met
37 van de 62 stemmen.
Een groot aantal wetsontwerpen is daarna
aan dc orde.
Dc vergadering wordt geschorst.
Bij het ontwerp tot steun aan de boom
kweekers neemt minister Verschuur dè
nota van wijziging (aankoop van „de hooge
Veluwe") terug. Dc regeering behoudt zich
het recht voor op deze zaak nader terug te
komen.
De heer van den Heuvel wenscht het
afnemen van boomen onafhankelijk te stel
len van het al of niet verleenen van crediet.
De heer Knottenbelt vraagtof bet
dc crediPtncmers geoorloofd zal zijn, bun
grond met hypotheek te verzwaren.
De heer van Dis hoopt, dat do minister
de verspreid wonende kweékers' niet zal uit
sluiten.
De heer K. ter Laan wenscht de bepa
ling, dat een crcdictnemer de loonen niet
mag ver'agen.
Minister Verschuur zegt, dat de ga
rantieregeling is ontworpen ten einde een
waarborg te krijgen voor een volledige me
dewerking der gemeenten. Ook de enkele
niet gesteunde boomkweekers zullen van
de wet prol'iteeren door dc opruiming van
kweckgoed.
Het ontwerp wordt goedgekeurd.
Bij het ontwerp tot steun aan, dc vlas
teelt juicht de heer Korten horst dit toe
Hij oppert het denkbeeld om de industrie
te dwingen Xcderlandsch vlas te spinnen,
waarvoor geringe toeslag voldoende zou
zijn.
De heer vandcrllcuvel steunt dit be
toog.
De heer Hicmstra meent, dat dc over
heid invloed moet uitoefenen op de arbeids
oor waarden.
De heer Wij nkoop meent, dat dit ont
werp aan dc groote boeren ten goede komt.
Minister Verschuur zal dc gemaakte
opmerkingen overwegen. Wat dc heer Kor-
tenhorst vraagt is niet direct te overzien.
liet ontwerp wordt goedgekeurd, evenals
het ontwerp tot dekking van het verlies op
den gcforceerdcn verkoop van 600.000 balen
aardappelmeel.
Ook de garantieregeling voor kippen- en
eendenhouderij wordt goedgekeurd, waarbij
min. Verschuur zegt, dat als Duitschland
zijn plannen uitvoert ten aanzien van onzen
eierexport, het bedrijf niet te redden is.
Goedgekeurd worden: steun aan de riet
en griendcultuur, steun aan de roggeteelt,
garantieregeling voor den groven tuinbouw,
crcdietverlcening ten behoeve van bloemen-
kweekers tc Aalsmeer en Haarlemmermeer,
steun aan de verhouwers van fabrieksaard
appelen in dc veenkoloniën.
Aan de orde is de intcrpellatic-Kortcn-
horst naar aanleiding van de resultaten en
dc gevolgen der onderhandelingen, die te
Berlijn zijn gevoerd over de handelspolitie
ke verhouding tusschen beide landen en
meer speciaal over de hoogte der invoer
rechten op groenten, spek, kaas en eieren.
Op verzoek van den heer Kortenhorst
ordt deze interpellatie afgevoerd omdat
juist vandaag te Berlijn onderhandeld
ordt over verlenging van het douane- en
credictverdrag. De Voorzitter zegt dat het
an de omstandigheden zal afhangen of de
Kamer' in deze zittingsperiode nog bijeen
komt en sluit dc vergadering.
Geslagen ter gelegenheid van dc
geboorte van I'rins Willem
van Oranje op 24 April
1533
Men schrijft ons
liet leven en strijden van Prins Willem
vertoont talrijke hoogst boeiende facetten,
die alle waard zouden zijn hunne weer
spiegeling op het duurzame metaal yan
den herdenkingspenning te vinden. Bij het
doen van een keuze hieruit voor den Pen
ning, die de Neclcrlandscho Regeering ter
Herinnering aan 's Prinsen geboortejaar
1533 deed vervaardigen, is liet beeld geko
zen van den man, dien het Wilhelmus laat
zeggen
„Mijn Schilt Endc Betrouwen
Sijt Ghij O Godt Mijn Heer",
'liet beeld van den Strijder die, het zwaard
afgelegd, zich buigt voor Hoogerc Macht,
door Wie hij zich, in gunst en ongunst
der tijden, geleid heeft gevoeld.
Dc tegenzijde van den Penning geeft
's Prinsen veelzeggende zinspreuk
„Sacvis tranquillus in undis"
weer, d.i. „Rustig te midden der woedende
baren", waarvoor reeds in zijn tijd het ijs*
vogeltje, met zijn ietwat legendarisch nést,
dat ongehinderd op de golven zou drijven,
(ot een sprekend zinnebeeld is gestempeld.
Ons volk, ih bijna al zijn geledingen, ziet
in Prins Willem nog steeds terecht den
Grondlegger van onzen Staat. Daarop bc«
rust een diepgewortelde vereering, versterkt
nog door de wetenschap dat een sterk strei
ven naar verdraagzaamheid in zoo veel,
dat de mcnschcn verdeeld hield, een van do
sprekende eigenschappen van Prins Wilicm
is geweest.
Dc thans uitgegeven penning kan dienen
om deze vadcrlandsche gedachte levendig
tc houden. Daarom wordt de medaille waar<
voor Oswald Wenckebach de ontwerpen
vervaardigde, op verschillende wijzen en
zoodanige voorwaarden beschikbaar gesteld
dat zij onder het bereik van zeer velen kan
komen.
Een bespreking met de
Duitsche overheid
In veiband met den noodtoestand in de
Rijnvaart heeft dc Nederlandsche Regee-
ing te Berlijn de wenschelijkheid doen uit
komen van een bespreking door afgevaar
digden der Regeeringen van de Rijnoeversta
ten en van België over maatregelen, dio ge
nomen zouden kunnen worden om verbe
tering in den toestand te brengen.
De Duitsche Regeering heeft deze wen
schelijkheid beaamd en tot de boven
genoemde Regeeringen een uitnoodiging ge
richt tot deelneming aan een bespreking no
pens Rijnvaartaangclegenhcdcn, welke op
11 en 12 April a.s. tc Duisburg zal worden
gehouden.
De Nederlandsche Regecring heeft deze
uitnoodiging aangenomen.
VERDUISTERING VAN 5000. j
Te Amsterdam*
Bij dc politie van bet bureau Stadhon*
derskade hebben twee compagnons, direc
teuren van een zegelmaatschappij, aangifte
gedaan van een vermoedelijke verduistering
van 5000, gepleegd door een derden com
pagnon en mede-directeur van de firma,
liet onderzoek van de politie strekt zich
uit tot een aantal winkeliers in cn buiten
Arasterdam,
Nader verneemt de N.R.Ct., dat liet hleu
drie compagnons betreft, die onderling on-
eenigheid hebben gekregen. Een van hen
wordt thans door de beide anderen ervan
beschuldigd voel minder voor de firma uit*
gegeven te bobben, dan hij heeft doen voor*
komen; volgens hen zou deze fraude on*
geveer een bedrag van 5000 benaderen.
Dc beschuldigde ontkent echter alles
hardnekkig. De politie acht geen termen
aanwezig den man aan te houden en stelt
een onderzoek in.
iK H AMERSFOORT EN OMSTREKEN
^AMERSFOORT directie: a. h. martens
De mcnsch kan niet goed genoeg over
andere menschcn denken.
KANT.
Geautoriseerde vertaling naar 't Engelsch
van Molly Thynno,
door A. W. v. E.—v. R.
59
Hij nam den penhouder uit de la
en draaide hem in gedachten tusschen
zijn vingers rond. De moddervlek zat
er' nog op, en bedekte half een lan
gen streep zwarte inkt. Hierin, overdacht
hij, lag tenslotte de werkelijke oplossing
van het geheim. Naar hij wist, had Leslie
nooit, een vulp<mhouder gebruikt, en mrs
Draycott zou de laatste geweest zijn, om
een goedkoopen vulpenhouder van dat
soort in haar gouden tasehje te hebben.
Alles wees er op, dat dc moordenaar hem
had laten vallen. Als laatste toevlucht had
Grey een advertentie in de meest gelezen
dagbladen gezet, waarin Page verzocht
werd zich bekend te maken, en die adver
tentie was dien morgen voor het eerst ver
schenen. Al9 Page de eigenaar van den
Penhouder was, zou hij er wel niet aan
denken zich te vertoonen, besloot Fayre.
Met een zucht legde hij den „Red Dwarf"
weer in de la terug. Daarbij bleef zijn
mouw haken aan een groote enveloppe, die
daardoor eenige centimeters vooruit werd
geschoven. Cynthia, die bij het raam naar
Kean stond uit te kijken, merkte niet dat
fayre's adem plotseling stokte, toen hij de
enveloppe opnam, om ze weer terug te leg
gen. Ongeveer vijf minuten bleef hij roer
loos zitten, met de enveloppe in de hand,
daarna legde hij ze voorzichtig terug, en
sloot de la. Den brief aan lady Kean liet
hij in den zak glijden, blijkbaar had hij
dc gedachte, hem te verzenden, opgegeven.
Toen Cynthia omkeek, was hij verdiept
in de Times, die hij op Kean's tafel had
gevonden.
„Edward is juist met. zijn auto gekomen,"
zei ze, en bijna op hetzelfde oogenblik ging
de deur open en trad hij binnen. Hij zag er
vreeselijk afgemat en moe uit, niaar was
opgewekter, dan Fayre had dui ven hopt-11.
Dc dokters waren dien morgen tevreden go
weest over Sybil, vertelde hij, cn zij vou
den, dat zij .dezen aanval spoediger te bo
ven was gekomen dan den vorigen. Fayre
vroeg zich af, of de brief, dien zij hem had
gezonden, niet, tenminste gedeeltelijk, aan
sprakelijk was voor haar ziekte, en of zij,
nu dc Inspanning om hem te schrijven
voorbij was, genas door haar geestelijke
verlichting.
„Ik was al bang, dat wij de stad uit zou
den moeten, zonder je gesproken te heb
ben," zei Fayre. „Wo mochten niet vau jo
verwachten dat je jc gedachten ergens hij
hield, terwijl Sybil zoo ziek was."
Kean keek vinnig op.
„Ik zou de verdediging in elk geval op
mij genomen hebben," antwoordde hij snd
„Als liet in iemands macht staat Leslie vrij
te krijgen, zal ik het doen."
Fayre verbaasde zich over het diepo ge
voel, dat uit zijn stem klonk, maar hij be
greep, dat Kean meende, wat hij zei, en dat
hij voor Leslie zou vechten, zooals hij nog
nooit gevochten had. Aan wat er zou ge
beuren, als hij niet slaagde, durfde Fayre
niet te denken. Hij was nu overtuigd, dat
om de een of andere reden dc lijnen van
Leslie's lot onvermijdelijk met die van
Sybil en Edward Kean verbonden waren
en hij wist, dat er meer op het spel stond
dan kean's aanzien als advocaat, wanneer
hij er niet in slaagde Leslie vrij te pleiten.
Als 111 een droom zat hij er bij, gedurende
't lange onderhoud tusschen Kean en Cyn
thia, en als hij verslag had moeten uitbren
gen over hun gesprek, zou dat vaag en ver
ward zijn geweest. Pas bij 't eind, toen Kean
aanbood, maar naar hét huis van baar tante
terug te rijden, kwam liij weer tot het besef,
waar hij zich bevond cn dwong zich met ge
weld tot handelen.
„Als jij Cynthia steelt, ga ik weg," zei hij
schertsend. „Ik heb nog bet een cn ander te
doen onderweg."
Zij waren zoo in hun gesprek verdiept, dat
zij bijna geen acht 6locgen op zijn heengaan,
maar als Kean toevallig uit het raam had
gekeken, zou hij er zich ongetwijfeld over
verbaasd hebben, dat Fayre, inplaats van
dadelijk zijn zaken te gaan afdoen, eerst on
geveer ccn kwartier verkoos tc verknoeien
door een gesprek met Kean's chauffeur.
Daarna riep hij een taxi aan 011 reed naai
de club. Daar ging hij regelrecht naar zijn
kamer cn zocht het adres op, dat Gregg hem
gegeven had, toen die hem had aangeraden
zijn vriend Lloyd op te zoeken. Daarna
haalde hij uit zijn portefeuille eenige oude
foto's tc voorschijn en voegde er het kiekje
dat hij van miss Allen gekregen had, bij. Hij
stopte ze in zijn zak, spoedde zich naar be
neden, stapte weer in de wachtende taxi en
gaf den chauffeur Lloyd's adres.
Hij vond hem thuis een ongelikte beer
met een gezicht, dat veel had van dat van
een abnormaal verstandige aap, en met
slordig, grijs haar. Blijkbaar had hij wel
verwacht van Fayre te zullen hooren en
toonde hij geen verbazing over diens kom6t.
Hij gedroeg zich zakelijk cn ecnigszins ruw.
Op Fayre mankte hij den indruk van ccn
man, die weinig tijd over had voor anderen,
maar die zich steeds geheel zou geven aan
de zaak die hij ter hand nam, wat het dan
ook mocht zijn.
„Ik kan niet veel voor u doen," zei hij eer
lijk. „Ik heb nooit geweten, wie die kerel
was, dien ik in Parijs met mrs. Draycott
zag, en dat zal ik ook wel nooit te walen ko
men, tenzij ik hem toevallig eens ontmoet.
En dat is niet denkbaar, want ik ga nooit
uit, als ik het laten kan. Dat is maar onzin
nig tijd verknoeien. Ik haat het gezelschaps
leven. Slappe thee en een hoop vervelende
praatjes over niets. Vraag mij maar, wat u
weten wilt. Dat gaat gauwer en voldoet
meer."
Hij streek met de hand door zijn grijze
haren, ging op een hoek van zijn rommelige
schrijftafel zitten en keek Fayre door zijn
sterken bril vol verwachting aan.
„Als u mij ccn verslag kon geven, wat er
in Parijs gebeurde, zou ik u heel dankbaar
zijn," stelde Fayre voor. „Ik ben bijvoorvceld
van de data niet zoo goed op dc hoogte."
„Ik heb één goede eigenschap," vervolgde
Lloyd verstrooid. „Dat is mijn geheugen
voor gezichten, 'k Vergeet nooit een gezicht.
Beestachtig vervelend soms. Als ik clicn
man terugzag, zou ik hem herkennen. Wat
data betreft, het was in de lente van 1920,
dat ik hem zag. Ging naar Parijs, om
iemand te raadplegen in de Sorbonne, cn
kwam dien man en mrs. Draycott in een
klein restaurant in Montmartrc tegen. Soort
van plaats, waar ik heen ga, omdat ze bij
mij past, maar die kerel was in het geheel
niet iemand, die daar thuis behoorde. Ook
een verkeerde plaats voor mrs. Draycott. Zij
waren daar, omdat zij niet gezien wilden
worden, en natuurlijk werden zij juist ge*
zien. Zoo gaat bet. Ik had Draycott eens
ontmoet en wist, dat deze man een ander
was. Zooals ik mrs. Draycott kende, dacht
ik er het ergste van. Kan me natuurlijk ver
gist hebben. Weet tot op vandaag nog niet,
waarom ik ze volgde. Gregg was een vriend
van mij, en ik wist, dat hij zenuwachtig was
van angst, dat zij zou probecren, den jongen
te pakken te krijgen, en ik was juist klaar
met een moeilijk karweitje en had op dat
oogenblik nictö anders te doen, en had een
heelen avond voor mij. In elk geval was het
de derde avond, dat ik ze samen zag, en ik
ging toevallig even na hen weg. Zij had *elfs
nooit mijn kant opgekeken «n al had zm het
gedaan, dan had ze mij waarschijnlijk coch
niet herkend. Zij wandelden en dat deed ik
ook. Het was een donkere avond en ik volg
de hen op den voet, tot zij bij hun hotel wa
ren, en zag ze er in gaan. Een klein hotel
letje midden in Latinwijk. Toen had ik er
genoeg van en wachtte niet, om te zien, of
een van beiden er weer uitkwam, maar
eenige dagen later was ik weer in die buurt
ging toen naar binnen en vroeg bet vreem-
dclingenboek ter inzage. Vond niets. De
eenige Engelscbe namen, die er maanden
lang in stonden, waren een zekere mrs.
Grant, die ik voor mrs. Draycott hield, en
een zekere George Collins. Blijkbaar logeer
den er geen andere Engelschen in bet botel.
Ik schreef Gregg, wat ik gedaan had en
daarmee was de zaak uit. Ik hoorde later,
dat Draycott in dien tijd in Egypte had ge
zeten. Ik vrees, dat dit alles is, wat ik u kan
mededeelcn,"
'Wordt vervolgd^ j