HET DEBAT IN DEN VOLKSRAAD
FORTMANN HEHENKAMP
.CRISES ZIJN GROEIKWALEN'
MEDEDEELING
BIJKANTOOR TE AMERSFOORT
en
DE HEER THAMRIN IS
ONTEVREDEN
Voor de Vacantie.
W K. VAN ROSSUM
VOLKSGEZONDHEID
ONDERWIJS
EN
VAN UW VEERENBED
LANGESTRAAT 63 TEL 88
TOENEMEND AANTAL
SPEELGELEGENHEDEN
BEGROOTING 1934
SLUITEND?
FRAAI HOLLANDSCH!
VOORDRACHT VAN
DR. G. J. BLINK
ADVERTENTIËN
ABONNEMENTEN
J. LAMBRECHTS
Oude Soesterweg .109
Mr. Fruin betoogt dat de inheemsche
bevolking dezelfden kansen heeft
als iedere andere bevolkings:
groep
Batavia, 13 Juli. (Aneta.} Bij de voort
zetting van de Algemcene Beschouwingen
verklaart de heer Burger, dat na de beta
ling onzer schulden geen geld overblijft
voor personeelskosten.
Spreker meent, dat men er met een sala
riskorting, zelfs met een hooger percen
tage, niet komt.
De heer Soejono bepleit het zenden van
een handelsdelegatie naar Japan. Hij kon
digt een motie dienaangaande aan, wan
neer de regeering niets daarvoor voelt.
Spreker bepleit eveneens vertegenwoordi
ging van Ned.-Indie in het Nederlandsche
parlement, waarbij de Kamerleden door
dezelfde colleges zouden kunnen worden
gekozen, welke thans voor den Volksraad
kiezen, zulks ter versteviging van de ban
den met het Moederland.
De heer Thamrin meent, dat de regeering
nog steeds doorgaat met zich blijvend af
hankelijk te maken van enkele exportpro
ducten. Hij noemt de maatregelen als
restrictie en contingenteering economische
ketterijen. Hij meent, dat de politiek van
den geringsten weerstand verminderen der
inkomsten tot gevolg moet hebben, waar
door de belastingen steeds zwaarder druk
ken.
Batavia, 13 'Juli. (Aneta). De heer
Thamrin noemt den heer Colijn een be
kwaam Nederlander, die niet karig is met
toezeggingen, doch die niettemin duidelijk
verklaarde dat verleening van zelfstandig
heid aan Indonesië niet het nakomen van
zedelijke verplichtingen zou zijn.
De Voorzitter waarschuwt spreker zich
'te matigen.
De heer Thamrin acht het bedroevend dat
men Indonesië blijft zien alsof het nog der
tig jaar geleden was.
Spreker verklaart dat de bevolking in
stinctief voelt dat de leiders haar belang
beoogen. Het leed, den leiders aangedaan,
wordt derhalve als eigen leed aangevoeld.
Spreker acht het onjuist dat het verzoek
tot het gebruik van het woord „Indonesiër"
op louter verstandelijke overwegingen is
afgewezen. Hij wijst er op. dat in Britsch-
Indië evenzeer het gebruik van het woord
>,Inlander" in officieele stukken verboden
is.
Vervolgens behandelt de heer Thamrin
het recht van vereenjging en van vergade
ring, dat volgens spreker in den laatsten
tijd herhaaldelijk werd gedwarsboomd.
Hij wijst er op, dat artikel 153bis van het
Wetboek van Strafrecht leidde tot veroor-
'deeling van Rasoena Said tot 15 maanden
gevangenisstraf, van een andere dame tot
9 maanden, van een redacteur van de
s.Soeara Oeraoem" tot een jaar en acht
maanden, terwijl een ander tot drie jaar en
acht maanden werd veroordeeld. De heeren
Reens en Vrijburg daarentegen kregen boe
te en een lichte straf.
Spreker verklaart tenslotte dat door go-
jtveld alleen niet kan worden geregeerd.
Op de vraag van den Voorzitter of de
heer Thamrin hiermede wil zeggen dat de
Regeering dit wil, verklaart spreker dit
niet bedoeld te hebben.
De heer Mr. Fruin wijst den heer Tham
rin, die over de moreele verplichtingen van
Nederland sprak op de moreele verplich
tingen van Indië, dat alles dankt aan de
Nederlandsche leiding. Het feit dat de heer
Thamrin kon spreken zooals hij deed. dankt
hij aan zijn benoeming door de Regeering.
Spreker vraagt of de Inheemsche bevolking
niet dezelfde kansen heeft als elke andere
bevolkingsgroep. De Chineesche bevolking
toch wordt niet vriendelijker behandeld en
toch kwamen velen tot welstand. Spreker
waarschuwt tegen de neiging om alles van
de Regeering te verwachten en haar te be
schouwen als een Deus ex machina.
De neiging om te luisteren naar verzets-
stemmen, ook in F.uropeesche kringen acht
spreker grooter. De heer Fruin kan zich
voorstellen dat de Gouverneur-Generaal wel
eens spijt heeft dezen boedel niet onder
benefice van inventaris te hebben aanvaard
De Regeering doet haar best, doch schiet te
kort op het gebied \an het financieel be
leid en haar houding ten aanzien van de
gezagsvraag.
Teneinde de ontevredenheid over het fi-
nancieele beleid tot uitdrukking te bren
gen overweegt de fractie van de Vaderland-
sche Club tegen de begrooting der derde af-
deeling te stemmen.
Spreker vraagt een nauwkeurige afbake
ning van de positie der Regeeringsgemach-
tigden. Hij juicht het feit toe dat de nieuwe
Regeeringsgemachtigde voor Algemeene Za
ken een blanco politiek verleden heeft en
hoopt dat de heer Peekema op juiste wijze
Korte Sportmantels
Regenmantels
Vilten reishoeden
Gebloemde Zomerjapon
met pofmouwtjes,
reclameprijs f 4.90
18 LANGESTRAAT
do inzichten der Regeering zal vertolken en
even juist de uitingen van den Volksraad
aan de Regeering zal overbrengen.
Sreker vraagt hoe de Regeering denkt
over het beleid van den Directeur van het
Departement van Gouvernementsbedrijven,
wiens verzet tegen den bezuinigingseisch
veel critiek ondervindt. ITij merkt op dat
de vraag of in de affaire van „Do Zeven
Provinciën" de hoogste Marine-leiding vrij
uit ging. door de Regeering nog niet is be
antwoord, terwijl deze vraag van grooter
belang is dan de berechting der muiters.
Ten aanzien van de gezagshandha\ ing
meent spreker dat de liquidatiegedachte
definitief moet worden verlaten en de
Groot-Nederland-gedachtc ook door het Bin-
nenlandsch Bestuur dient te worden ge
propageerd.
Mededeelingen der regeering
in de M. ven A. aan den
Volksraad
Batavia, 13 Juli. (Aneta) In de Memo
rie van Antwoord op het afdelingsver
slag van den Volksraad inzake den
dienst van volksgezondheid wordt aange
kondigd, dat de wijziging en aanvulling
van de doodsschouwordonaivtie in ontwerp
gereed is en zoo spoedig mogelijk den
Volksraad zal worden voorgelegd.
Aan het tactvol optreden der personen,
belast met dc miltpunctie, wordt voortdu
rend aandacht besteed. Het is onmogelijk
om na den dood op andere en eenvoudiger
wijze dan door middel van de punctie de
pest als doodsoorzaak aan te wijzen. Af
schaffing van de miltpunctie acht de re
geering in ernstigen strijd met de belan
gen der bevolking. Het gezonde deel dor
bevolking tegen contactgevaar en het zieke
deel tegen zichzelf te beschermen, acht de
regeering haar plicht, mede met het oog
op de bestaande internationale verplichtin
gen. Om deze redenen kan niet worden af
gezien van de maatregelen, die den inzet
vormen van een juiste wijze van bestrij
ding. De regeering betreurt, dat haar geen
vaccins als voor de bestrijding van pok
ken, cholera en typhus ter beschikking
staan.
Voor de preventieve bestrijdingsmidde
len heeft men thans de keuze tusschen: tun
eerste havenbewaking, ten tweede isolatie
van de longpestpatiunten van de contact
personen, tan derde woningverbetering.
Van den laatsten maatregel zijn de moge
lijkheden voor toepassing beperkt doordat
eerst nadat de epidemie aanzienlijk is ge
luwd en derhalve ook de epizootic onder
ratten waarschijnlijk tot slaan is gekomen,
lot wijziging der woningtoestanden mag
worden overgegaan.
De regeering voert nog een viertal andere
motieven aan om te concludeuren, dat het
denkbeeld om midden in het pestgebied
een pestvrije zone te scheppen om vandaar
uit naar Oost en West te werken, onbruik
baar is.
Batavia, 13 Juli. (Aneta) In de Me
morie van Antwoord op het afdelingsver
slag van den Volksraad terzake van de af-
deeling onderwijs voor de begrooting voor
het dienstjaar 1934 merkt de regeering op,
dat de vraag of het Hooger Onderwijs hier
te lande, zij het zooveel mogelijk verso
berd, dient te worden gehandhaafd, nauw
verband houdt met de andere vraag of de
academici, die Ned.-Indië steeds noodig zal
hebben uit Nederland zullen worden be
trokken dan wel hier opgeleid.
Deze vraag is vroeger in laatstgenoem
den zin beantwoord en daarmede is de
zaak voor de huidige regeering beslist.
Het aanbod van leerkrachten bij het mid
delbaar onderwijs overtreft tegenwoordig
de vraag. Tal van Nederlandsche leeraren
bieden zelfs aan op eigen rekening naar
Ned.-Indic te komen.
De regeering, zich refereerend aan het
rapport van dr. Degens, geeft toe, dat het
niet is uitgesloten, dat de aansluiting van
het Indische onderwijs aan dat in Neder
land soms nog moeilijkheden oplevert, in
verband waarmede de regeering meent, dat
voor de klachten van den heer Gisolf mis
schien wel eenige grond aanwezig was
De toelating van de zending en de mis
sie op Bali en Lombok verkeert nog steeds
in een stadium van overweging.
Omtrent de resultaten van de onlangs te
Batavia gehouden groote kerkvergadering
bereikte de regeering nog geen officieele
mededeeling.
De kwestie van de administratieve schei
ding van kerk en staat verkeert nog in een
stadium van overleg met het opperbe
stuur.
VECHTPARTIJ IN MISSIGIT.
Me dan, 13 Juli. (Aneta.) De Deli Cou
rant verneemt uit Sipirok, dat gisteren in
de groote missigit aldaar een heftige
vechtpartij plaats vond, waarbij verschil
lende personen werden gewond. De politie
arresteerde twee personen: de aanleiding
tot deze vechtpartij is nog niet bekend.
KOLONISATIE SUMATRA.
Batavia, 13 Juli. (Aneta.) Zeven volg-
wagens, gehaakt aan de eendaagsche, voer
den 300 kolonisten uit Blitar mee, bestemd
voor het kolonisatiegebied. Toen zij gis
teravond arriveerden werden zij opgewacht
door ambtenaren van het binnenlandse!)
bestuur. Zij .vertrekken naar Sumatra,
MAKEN WIJ EEN KEURIGE
DRIEDEELIGE MATRAS
VRAAGT PRIJSOPGAVE
Ministerieele circulaire wijst
den burgemeesters op het
gevaar voor de jeugd
De minister van binnenlandsclie zaken
heeft zich gewend tot de burgemeesters
van verschillende groote steden en bad
plaatsen met de mededeeling, dat de re
geering meent te moeten wijzen op de groo
te moreele gevaren, vooral voor de jeugd,
verbonden aan het toenemen van het aan
tal speelgelegcnheden in den laatsten tijd.
Den burgemeesters werd verzocht crnst:g
te willen nagaan of het houden van deze
speelbanken zij het dat deze wellicht
niet onder wettelijke verbodsbepalingen
vallen, waaromtrent intusschan nog geens
zins volledige zekerheid bestaat en een
evcntueele rechterlijke beslissing zal moe
ten worden afgewacht uit een moreci
oogpunt door de plaatselijke overheden be
vorderd moet worden.
Voornamelijk door bezuiniging
De Telegraaf meldt:
Op de departementen te 's-Gravenhage is
de voorbereiding der Rijksbegrooling 1934
in vollen gang Minister-president Colijn,
rekening houdend met den ernst van den
tijd, verlangt nadrukkelijk, dat de nieuwe
begrooting sluitend zal zijn en hij wcnscht
dit resultaat te bereiken in de eerste plaats
door radicale bezuinigingen.
De omzetbelasting, waarin opgenomen is
da wecldeverteringsbelasting zal circa
80 millioen gulden opleveren. Zooals be
kend heeft dr. Colijn bet deficit voor 1934
op 260 millioen gulden geraamd, zoodat tot
uitvoering van zijn plan. althans wanneer
dit tekort inderdaad beslaat, bezuinigingen
van circa 180 millioen gulden noodzakelijk
zijn.
F.en onzer lezers doet ons een prospectus
toekomen, die te fraai is, om haar niet in
het geheel in ons blad op te nemen. Wij
citeeren:
Mevrouw, Mijnheer.
Het is mogelijk dat in deze guur jaar
getijde gij hebt gedacht een verblijf te
nomen in een land meer bevoorrecht cn
gansch natuurlijk uw gedacht draagt zich
op onze mooie Cóte d'Azur land van
eeuwige lente.
Om U te helpen uwe keus te doen wij
oorloven ons hierbij U ecne kleine vlug
schrift aftegeven betreffende het
Al onze kamers zijn voorzien met de
meeste hedendaags gemaken en bezitten
het telephoon met de stadt. Wij hebben
nieuw een aanzienlyke pogingen gedaan om
onze fijne fransche keuken te verbeteren
die alreeds eene goedde faam bezit, cn voor
de middelen van vervoer te vermenigvul
digen die BEAULIEU, NICE cn MONTE-
CARLO verbinden; in een word, om het
gemak aan onze klanten aangeboden te
voleindigen.
Stil en bijna nog woest, het uiterste punt
van onze cap, is het ideaal rustplaats voor
de zaakwaarnemers, die den kracht alge-
jagen zijn door het hedendaags leven.
Nogtans om het vervelende eenzelvige
levenswijze te vermijden; wij inrichten dik
wijls aangename feesten, die altijd een
groot bijval hebben.
Behalve dat> iedere dag een symphonique
thee of eene thee dansant, doet van 4 tot 6
uuren eene aanzienlijke samenvloeiing van
al de naburige staties toesnellen; die aan
het gasthuis een aangenaam leven, vroolijk-
heid en een levendigheid geven.
Een groot poging of vermindering is ge
daan geweest op onze prijzen, zij hebben
van dichtbij gestudeerd geweest en zullen
voldoening geven aan de klanten die min
der gezind zijn om te verteren in deze tijden
van algemeene crisis.
Wij houden ons aan uwe geheelc beschik
king voor al de volmake inlichtingen dat
gij zoudt believen ons te vragen.
Wij bidden U Mevrouw en Mijnheer gun
stig te ontvangen de uitdrukking van onze
onderscheiden belang.
In een vergadering van „De Rotterdam-
sche Korenbeurs" gisternamiddog in het
Kurhaus heeft de heer ir. G. J. Blink, voor
zitter van den Ncderlandschen industrie-
en handclsraad voor land- en tuinbouw, een
rede gehouden, getiteld: „Waarheen Ne
derland!"
Spr. merkte op, dat Nederland uit een
periode is gekomen, van stijgende welvaart,
van economischen groei, gebaseerd op con
tinuïteit, die periode n.l. van omstreeks
1890 tot 1914. In dit tijdperk hebben wij ons
gewend aan de gedachte, dat de lijn van
dien tijd len eeuwigen dage zou kunnen w or
den doorgetrokken. Met de mogelijkheid
van rampen hielden wij geen rekening.
Toen volgden de oorlogsjaren, met een
tijdelijke schijnwelvaart, welke eiken we
zenlijken ondergrond miste. En daarna
kwamen tien jaren van liquidatie, waarin
de wereld en Nederland zich gedroegen, als
of men de bloeiperiode, welke in 1914 was
onderbroken, onveranderd kon continu
eeren.
Zoo zijn wij gekomen in de tegenwoordi
ge, algemeene crisis. Spr. betoogde voorts,
dat, op welken politieken grondslag men
het economische leven organiseere. crises
zullen blijven periodiek terugkeerende
aspecten der economische wereldorganisa
tie. Crises zijn groeikwalen. Zoo lang er
groei is. zullen zij zich manifesteeren. Onze
voorouders hebben ze moeten doorworste
len. Onze kinderen en kleinkinderen zullen
bet ook moeten doen. Spr. citeerde in dit
verband een boekje, in 1S85 geschreven.
Hij stelde in bet licht, dat een crisis niets
anders is dan een verbreking van het even
wicht, waarop de wereld economisch was
opgebouwd, omdat de factoren, waarop deze
opbouw steunde, veranderd zijn.
De eenige uitweg uit een crisis loopt
langs aanpassing aan de nieuwe verliou
dingen. De oude verhoudingen zijn er niet
meer en kunnen niet kunstmatig In stand
gehouden of opnieuw geschapen worden.
Ons past slechts één houding: streven naar
het nieuwe evenwicht.
Onze tijd is een tijd van overgang naar
nieuwren voorspoed in de toekomst, een tijd
van groote ellende in het heden. Van ellen
de echter, die wij door moeten maken,
willen wij ooit weer tot voorspoed komen.
Maar wij moeten de ellende zoo weinig
mogelijk rekken, door ons vast te klampen
aan het onhoudbare verleden
Echter kunnen wij niet volstaan met het
oog op de toekomst gevestigd te houden.
Wij moeten ook voor het loopende. dage-
lijkschc le\en zorgen. Ook al weten wij. dat
de komst van betere tijden daardoor ver
traagd wordt.
Het heden eischt, dat wij blijven leven.
Daarom moeten wij het bestaande wel eens
vasthouden, al weten wij. dat wij liet toch
in de toekomst zullen* verliezen.
Daarbij komt. dat de gcheclo wereld op
het oogenblik één worsteling is om vast te
houden, wat men eenmaal heeft. Aan den
invloed hiervan kon ons land zich niet ont
trekken. Ieder land streeft ernaar om ook
voor anderen dezelfde economische daden
voort te zetten, waaraan men zich gewend
had. En waar dit niet gelukt, zoekt ook
weer ieder land op eigen terrein emplooi
voor economische activiteit, die men elders
niet meer kan ontplooien. Aldus weer acti
viteit van anderen verdringende.
Zoo is ook Nederland veel terrein elders
kwijt geraakt en wordt ook Nederland ge
dwongen om ter wille van hot lieden ande-
rer activiteit in zekere mate buiten zijn
grenzen te bannen, opdat de eigen bevol
king in het leven zal blijven.
Ten slotte dc sraag: „Waarheen Neder
land?" beantwoordende, merkte spr. op, dat,
waar men ook rondziet, men overal een
Mentaliteit vindt, die achleiuit ziet, die
doet, alsof er geen toekomst is, die anders
ziji) zal dan het heden en die aanpassing
vereifcht.
De groote landen geven meer blijk dan de
kleine van het bezit dezer verkeerde men
taliteit en gaan steeds daarin vóór. Do
kleine landen, waaronder ons land, treft in
mindere mate het verwijt, dat zij het her
stel tegenhouden
Dit vooropstellende, wees spr. Nederland
erop, dat het meer dan tot nu toe de aan
passing aun nieuwe verhoudingen moet
zoeken, dat het zich minder moet richten op
hetgeen eenmaal was dat het zich meer
moet laten leiden door de wetenschap, dat
veel van hetgeen achter ons ligt en ons aan
rich verknocht maakte door de beteekenis,
die het toen had en plaats zal moeten ma
ken voor andere lichtingen, die vroeger niet
mogelijk waren maar die zich nu beter aan
passen aan de gewijzigde verhoudingen.
Spr. erkende, dat veel van wat nu gebeurt,
ook dan zal moeten geschieden en dat in
allereerste instantie zijn beroep slechts re
sulteerde in een gewijzigde mentaliteit
tegenover het wereldgebeuren. Maar dez»
gewijzigde mentaliteit, zou zij eenmaal over
al zijn doorgedrongen, zal ook invloed oefe
nen op onze daden.
Zoowel bij de positie\e als bij de nega-
tievo maatregelen op velerlei gebied in
Nederland, is steeds de achtergedachte: hoe
houden wij in stand, wat op basis van
\roegere omstandigheden is opgebouwd?
Echter zou bij alles moeten vooropstaan de
overtuiging: wij m-octcn ons aanpassen aan
de nieuwe verhoudingen, die groeien, ook al
kunnen wij er niet aan ontkomen, dat wij
het vroeger bestaande nog tijdelijk hand
haven.
De verkeerde geestelijke instelling maakt,
dat er eon streven is om uitvoering van tij
delijke hulpmaatregelen zoo te doen ge
schieden, alsof zij voor een verre toekomst
bestemd waren. Men verliest veelal uit het
oog, dat het grootste kapitaal van een land
zetelt in zijn bevolking, in haar kundighe
den, activiteit, initiatief en verantwoorde
lijkheidsbesef.
Nederland moet naar 'de toekomst, naar
de aanpassing. Zelfs waar ons land zich om
practische redenen nog niet kan losmaken
in het verleden moet toch door alles heen
de overtuiging velcl winnen, dat wij slechts
door nieuw leven voor ons zei ven of onze
kinderen den toestand van natuurlijke wel
vaart kunnen hernieuwen, dien wij ons her
inneren, verloren hebben en terug wcnschen.
Spr. pleitte voor zulk een veranderde men
taliteit. Waarheen Nederland? Naar de toe
komst, naar de aanpassing, naar activiteit,
naar leven! (Applaus).
De voorzitter, de heer T. van Heel, dank
te den spreker voor zijn rede, waarop nog
eenige gedachtenwisseling volgde.
VAN ONZE VEEMARKTEN.
De al reed6 enkele weken korte aanvoer
met vorige week een zeer geringe, op de
verbruik6veemarkten, heeft er toe geleid
dat de prijzen zicht langzaam door steeds
iets verhoogd hebben. Het valt niet te ont
kennen, dat ook daardoor een zeer stugge
en moeilijke handel ontstond, doch deson
danks hebben de prijzen zich goed 6taande
gehouden en nauwkeurig bezien zijn ze ook
de laatste weken nog weer een tikje hooger
geworden.
Deze verhooging, welke zich eeist wel in
hoofdzaak tot de goede soorten bepaalde,
heeft bij do kortere aanvoeren toch over
de geheele linie den prijê opgewerkt. Nu en
na de warme dagen de hoog noodig zijnde
regen is gevallen, i6 er alle kans dat er
volop gras komt, hetgeen er ongetwijfeld
toe zal medewerken dat de vraag naar goed
gebruiksvee er zal blijven. Wij voorzien, al
is het een feit dat nu nog ten opzichte van
de zuivelwaarde ons gebruiksvee te hoog in
prijs staat, dit toch niet lager in prijs zal
komen. Te meer niet daar ongetwijfeld
straks vele consumptiemelkers zich van het
noodige gebruiksvee zullen voorzien om
hun „taxe" te kunnen leveren.
De nieuwe regeling, ontstaan door de re-
geeringscontracten, zal onsinziens het ge
volg hebben, dat de kaasboeren nu geen
aanvullende winterleveranciers van con-
sumptiemelk meer zullen zijn. De oude toe
stand van vroeger zal er weer door ont
staan, n.l. dat er 's winters door den kaas
boer niet gemolken wordt, ons inziens i6
dit zoowel in 't belang van hun zelf als ook
in 't algemeen; de veestapel komt dan op
zijn voordeeügst door den winter met zoo
weinig mogelijk krachtvoer.
De inzet deze week is, bij een wat rui
meren aanvoer, ruim prijshoudend voor de
goede soorten, de mindere kwaliteit was
door de ruimere aanvoer moeilijker ver
koopbaar. Te Rotterdam was de aanvoer
iets ruimer dan dc week er voor. Over 't
geheel was er een tikje meer handel. De
verkoop ondervond de moeielijkheid van
de absoluut hoogere inkoopsprijzen, den
boer valt dit tegen, vandaar een 6tugge
handel.
Voor de goede versche melkkoeien be
steedde men van ƒ150 tot ƒ200, een enkel
prima beest wel eens hooger.
De slachtvecmarkten hadden in 't begin
der week tamelijk vergroote aanvoeren,
vooral Rotterdam had beide dagen een zeer
ruim aanbod Deze markt was vandaar niet
geheel prijshoudend Op dc Maandagmarkt
kon alles ook niet geplaatst worden. Den
volgenden dag verliep de markt een tikje
beter, de goede 6oorten gingen toen nog wel
prijshoudend van de hand, besteed werd
voor eerste kwaliteit van 50—60 ct., 2e kw.
44—50 ct., 3e kw. 34—40 ct. per Kg. geslacht.
De vette kalverenmarkt had, op de vorige
week wat betere prijzen, nu over 't geheel
een te ruim aanbod, hetgeen de prijzen
sterk beïnvloedde. Op do beide dagen te
Rotterdam b.v. een aanvoer van ongeveer
900 stuks, het is begrijpelijk dat zoo'n aan
voer niet behoorlijk is te plaatsen, en de
prijzen daardoor terug vallen. Eerste kwa
liteit gold nu van 16—20, 2e kw. 1416, 3e
kw. 1012 ct. per pond levend.
Op de vette varkensmarkt is het maar
stil, de aanvoeren zijn zeer beperkt, vooral
goede 60ort zware varkens worden gering
aangeboden, hetgeen den prijs daarvan iets
opvoerde. De zware varkens behaalden dan
ook den prijs van 17 cent, de lichtere en
mindere soorten beduidend lager, n.l. van
15—15Vt cent per pond levend.
H.
Amersfoort. 14 Juli, Beestenmarkt,
verkoop van een partij hout, 10 uur v.m.
18 Juli, café De Zwaan, verkoop van een
huis met bakkerij, Leusderweg 289, 8 uur.
Baarn. 26 Juli, Koffiehuis Kuyer, ver
koop van een boerderij, V/t uur n.m.
27 Juli, Café de Pauw. verkoop van twéé
wei- en hooilanden, 11 v.m.
Hoogland. 20 Juli, „de Faam", ver
koop van 6 perccelen rogge, 7 uur n.m.
worden ook aangenomeif
door ont
