HET VERDRAG MET DUITSCHLAND
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ITALIAANSCH
LEERWERK
GEBATIKT
LEERWERK
Donderdag 24 Augustus 1933
32 e Jaargang Na. 47
EEN BREEDE KIJK NOODIG
Wat bereikt werd
TWEEDE BLAD
UIT DE STAATSCOURANT
MOORD OP
ABBOTSHALL
Waarom verlaging van den
rentevoet?
Door:
DR. F. E. POSTHUMA,
Oud-minister van Landbouw, Minister
tijdens den wereldoorlog
Dat er ontevredenheid bestaat over het
nieuwe douaneverdra»* tusschen Nederland
en Duitschland is mij natuurlijk bekend
en de ontevredjnen hebben zelfs nog wel
eenigszins gelijk ook. Maar daarom gaat
het nu niet. Men moet. deze moeilijke zaak
van een ander, een breeder en een juister
standpunt bekijken. Doet men dat. dan
zal men moeten toegeven, dat>er voor wer
kelijke ontevredenheid geen feitelijken
grond bestaat.
Wat toch is het geval? Reeds veel en
veel vroeger had over het nieuwe Douane
verdrag gepraat dienen te worden. Wars
men zoo verstandig geweest, dan had men
een overvloed van tijd gehad alle bezwa
ren en moeilijkheden thuis rustig te over
wegen. Nu was dit alles helaas!
niet meer mogelijk.
Met den uitvoer van zuivelproducten,
van groenten en van pluimvee-producten
zou de boel onherroepelijk spaók zijn ge-
loopen. De koeien blsven melk 'everen, de
groenten bleven groeien en de kippen ble
ven eieren leggen. Waar moesten wij in
Nederland met al die producten van vee
teelt en landbouw blijven, als opeens de
grenzen van Duitschland voor den ixport
uit ons land waren 'gesloten? Onze kaas,
boter, kropsla en eieren zouden in dat
geval niet dan tegen betaling van de zeer
verhoogde invoerrechten Duitschland bin
nen kunnen komen m dan zou waarschijn
lijk zijn gebleken, dat deze producten, oi
onverkoopbaar waren, of voor de Neder-
landsche exporteurs niet meer loonend in
Duitschland konden worden afgezet.
Voor ons, Nederlanders, was het derhalve
volkomen onmogelijk te wachten. Wij mo?s-
ten onvermijdelijk zoo snel mogelijk tot een
resultaat komen.
De Duitschers stonden er daarentegen ge
heel anders voor. Zij hadden den tijd, want
zij onderhandelden van hun kant alleen
over een financieel vraagstuk, het door Ne
derland aan Duitschland verleende crediet.
Van Duitsche zijde stond er dus geen enkel
product op het spel, dat ook maar eenigs
zins bederven kon.
Dit ontzettende verschil dient men dus
voor een rechtvaardige beoordeeling van de
gevoerde onderhandelingen en van de be
reikte resultaten wel in het oog te houden.
Voor de Nederlandsche delegatie te Ber
lijn was dus de toestand aldus geworden
Zoodra het resultaat der onderhandelingen
bij benadering te overzien was, moesten wij
de overeenkomst, hetzij aannemen, hetzij
verwerpen. Een tusschcnwcg was niet mo
gelijk.
Stel ik mij op den dag van heden op
nieuw de earlijke vraag: Kan en moet ik
wederom het te Berlijn gesloten Douane
verdrag aannemen? Dan is mijn eenig
antwoord: Ja!
Maar nu de verschillende tegen het
Douaneverdrag gerezen klachten.
Als Voorzitter van den Nijverheidsraadj
en als voorzitter van den Algomeen.m Ne-
derlandschcn Zuivelbond, bovendien min of
meer nauw verbonden met tal van Neder
landsche takken van bedrijf, 'gevoelde ik
mij te Berlijn niet als vertegenwoordiger
van een bepaald belang. Maar uit den aard
der zaak had ik vaji zuivelproducten, van
land- en tuinbouw in het algemean, het
meeste verstand. Laat ik dus beginnen met
dienaangaande iets mede te declen.
Natuurlijk heb ik gelezen, dat de secre
taris van den Zuivelbond klaagde over het
te Berlijn beraikte resultaat Hij vergeleek
namelijk wat de toestand voor het zuivel
bedrijf was «geweest voor en aleer het oude
verdrag tusschen Nederland en Duitschland
afliep, tegenover datgene, wat de commis
sie te Berlijn heeft weten te beraiken. Ja,
dan is er geen twijfel aan mogelijk, dat
de nieuwe toestand voor het zuivelbedrijf
veel en veel minder is.
Maar gegeven, wat er bahalve door het
verdrag tusschen Finland en Duitschland
nog bestond, voor Nederland nog te verove
ren viel, moet het te Berlijn bereikte, on
danks alles, tot tevredenheid stemmen. Wij
hadden voor den Nederlandschen export van
kaa6 niats meer, zouden onderworpen wor
den aan een autonoom recht, met uitzon
dering dan van een hoeveelheid van 1.910
ton kaas. En dat autonome recht was in
zeer korten tijd van R M. 30 tot R.M. 60
verhoogd. Met die wetenschap voor oogen
is er derhalve voor toch niet tegemoet te
komen klachten gean aanleiding. Want men
verhele zich geen oogenblik, dat voor alle
kaas boven de betrekkelijk geringe hoeveel
heid van nog niet ten volle 2000 ton kaas,
het aan Duitschland volkomen vrij stond
geleidelijk ieder invoerrecht boven R.M. 60
vast te stellen, waardoor feitalijk een in
voerverbod voor de Nederlandsche kaas in
Duitschland zou zijn geschapen.
Ronduit wil ik erkennen, dat het voor
groenten, in het bijzonder voor kropsla, be
reikte resultaat allerminst tot eenige vol
doening stemt. Maar de Duitschers waren
op dit punt onverbiddelijk, zoodat wij niet
verder konden komen
Voor den invoer van haring in Duitsch
land werd door de Duitschers tegemo.'t ge
komen aan de gerechtvaardigde bezwaren
van Nederlandsche zijde, dat het groote
verschil in belasting voor het zwaardere
Schotsche vat tegen de lichtere Nederland
sche ton door een technische herziening
moest worden teniet gedaan V«or mij is het
nog steeds onverklaarbaar, waardoor dit in
het erdrag niet duidelijk tot uitdrukking
is gekomen.
De door den heer Uyt'denBogaard, den
voorzitter van de Scheveningsche reeders-
vereeniging, geuite bezwaren zijn dus in
mijn oogen wel begrijpelijk.
Zoowel voor eieren, als voor spek, heeft
de Nederlandsche delegatie te Berlijn wei
het een en ander kunnen bereiken. Dat er
tezelfder tijd en tezelfdcr plaatse voor reu
zei geen regeling is gemaakt, is iets waar
van ik onlangs uit de bladen kennis nam
Ik kan dienaangaande geen oordeel uitsnre
ken, omdat tegelijk met de delegatie te Bel
lijn ook aanwezig was de regeerings-com
missaris van de varkens-centrale, die de
opdracht had de Nederlandsche en de Duit
sche belanghebbenden tot een bepaalde
overeenstemming te bewegen. Toen deze
regeerings-commissaris, wiens werk dus
min of meer den arbeid van de delegatie
kruiste, op een goeden dag in de zaal, waai
de conferenties plaats vonden, verscheen
met de mededecling, dat de Duitsche en
Nederlandsche belanghebbenden het onder
ling .volkomen eens waren geworden, be
stond er voor de commissie zelve geen ver
dere aanleiding zich met dat onderdeel
onledig te houden.
Tijdens die zitting van de Duitsche en
Nederlandsche gedelegeerden onder voor
zitterschap van Hugenberg, hebben de afge
vaardigden van beide landen dus onmiddel
lijk, en naar mijne meening terecht, beslo
ten. dat over spek niet meer gesproken be
hoefde te worden. Maar dan gaat het niet
aan, later aan de Nederlandsche delegatie
het verwijt te richten, als zoude zij inzake
reuzel een omissie hebben begaan; als deze
omissie begaan is, waarover ik geen oor
deel heb, dan zal dat ongetwijfeld verklaard
kunnen worden door dengenen, die dei-
commissie berichtte, dat alles tusschen be
langhebbenUen van beide landen in kannen
en kruiken was.
Er rest dus nu niets anders dan een paar
woorden te wijden aan de door Duitschland
gevraagde en verkregen vermindering van
den rentevopt van het Nederlandsche cre
diet, aan Duitschland van 5.5 tot 4 een
vrij aanzienlijke verlaging dus van 1.5
Overeengekomen is, dat vóór den aanvang
van het jaar 193 i „grosso modoeenzelfde
overeenkomst moet zijn gesloten, als thans
gesloten is.
Het kan dus niet anders, gegeven het feit,
dat wij nu reeds in midden Augustus leven,
dat btnnen zeer afzienbaren tijd, in ierier
geval in den komenden herfst, te Berlijn
nieuwe onderhandelingen een aanvang zul
len hebben te nemen. Het zal dan wellicht
mogelijk zijn voor den thans nog wat mis-
deelden tuinbouw andere, en betere, resul
taten te bereiken, althans beproeven dit te
doen.
Wil men de thans rijkelijk laat aangevan
gen onderhandelingen, die voor den eersten
Januari 1934 door nieuwe onderhandelingen
gevolgd dienen te worden, als een goede les
beschouwen, dan kan het.niet anders, of het
wordt geleidelijk tijd opnieuw te beginnen.
Door thans aangenomen wetten staat
Nederland er thans anders, vermoedelijk
ook beter voor, dan toen wij te Berlijn met
de ajlereerste onderhandelingen moesten be
ginnen; er zijn nu middelen, die toen ont
braken.
Maar dit is een terrein, dat behoort aan
de nieuw te benoemen onderhandelaars,
waar ik mij dus buiten wensch te houden.
Eveneens wensch ik mij zorgvuldig te ont
houden van eenig oordeel over de samen
stelling van de nieuwe commissie. Want
tenslotte is de minister en de minister al
leen de verantwoordelijke persoon, Ieder
lid van de delegatie kan zich niet genoeg
voor oogen houden, dat dit het geval is, zoo
voor de samenstelling van de oude commis
sie, als voor de nog te benoemen nieuwe
commissie.
Ongebreidelde bewondering heb ik voor
de „Tüchtigkéit" van de Duitsche onderhan
delaars, die des avonds, soms des nachts,
nog steeds tot onderhandelingen bereid wa
ren en den volgenden morgen, al vroeg,
weer even. frisch en monter verschenen, om
de onderhandelingen voort te zetten, of er
geen lange en vermoeiende avondzittingen
waren geweest.
Vooral één der Duitschers, die nu al
maanden lang niets anders deed dan
onderhandelen, dan mot het eene land, dan
met het andere, en die een tarief van in
voerrechten scheen geworden te zijn, was
bewonderenswaardig.
Ook d eontvangst te Berlijn liet niets te
wcnschcn over. (Nadruk verboden).
H. M. de Koningin heeft de volgende on
derscheidingen in de Huisorde van Oranje-
Nassau verleend:
het grootkruis aan den heer E. Deladier,
afgevaardigde van Orange, tevens presi
dent van den Franschen ministerraad,
het commandeurskruis aan den heer A.
Morris, prefect van het departement Vau-
cluse;
het officierskruis aan den lieer L. Gout,
burgemeester van Orange;
het officierskruis aan den heer R. Berton,
schrijver van het tooneel6tuk „Guillaume 1c
Taceturne";
het ridderkruis le klasse aan den heer
M. Palagrand, lid der feestcommissie;
het ridderkruis le klasse aan den heer R.
Bruyez, secretaris-generaal van hot theater
van Orange;
het ridderkruis le klasse aan den heer A.
Desplans, vice-consul der Nederlanden, oud
burgemeester van Orange;
het ridderkruis le klasse aan den Markies
de la Rochethalon et de la Grante;
het officierskruis aan Antoine Yvondelle,
archivaris van het Museum van Orange;
het ridderkruis le klasse aan Renó Ker-
dijk, organisator der Theaterfecsten te
Orange;
het ridderkruis le klasse aan den heer
Paul Wcidcnbach, voorzitter cn penning
meester van het Feestcomité te Dillenburg.
Benoemd tot generaal-majoor der infan
terie de kolonel E. H. van den Akker, com
mandant der VII infanteriebrigade.
Benoemd tot generaal-majoor bij den ge
neeskundigen dienst de dirigeerend officier
van gezondheid eerste klasse Dr. E. J. De
nekamp. chef van het militair hospitaal te
's-Gravenhage.
Benoemd tot luitenant-kolonel der mili
taire administratie de majoor R. G. G. Rie-
gen van dat dienstvak.
Op verzoek ter zake langdurigen dienst
eervol uit den militairen dienst ontslagen
de generanl-majoor B, E. Stövor. comman
dant der IIe divisie, tevens bevelhebber in
de 2de militaire afdeelig; cle generaal-ma
joor Dr. J. C. Diehl. inspecteur van den ge
neeskundigen dienst der landmacht; do ge-
neraal-majoors van den Akker cn Dene
kamp voornoemd; de luitenant-kolonels C.
J. J. Kessler van den staf der IVe infante
riebrigade, B. ten Broecke Hoekstra van
den staf der VlIIe infanteriebrigade, D. J.
C. H. Brussen. commandant van het 7e re
giment infanterie, N. J. Schallenberg. com
rnandant van het 17e regiment infanterie,
C. E. W. baron van Voorst tot Voorst, com
mandant van het 16e regiment infanterie,
F. E. Jochim van Nootdorp, commandant
van het 2e regiment infanterie. II. A. Fi
scher, commandant van het 21e regiment
infanterie, J. A. J. M. Schotman van den
staf der infanterie, toegevoegd aan den in
spectcnr van den Vrijwilligen landstorm en
de luitenant-kolonel der militaire admini
stratie Riegen voornoemd.
Benoemd tot reserve-luitenant-kolonel de
eervol ontslagen luitenant-kolonels ten
Broecke Hoekstra en Schotman, beiden
voornoemd, zulks ter nadere indceling door
den Minister van Defensie.
Aan de generaal-majoors Stöver en Dr.
Diehl, beiden voornoemd is H.Ms. dank be
tuigd voor de veeljarige en belangrijke dien
sten door hen aan den lande bewezen.
Toegekend de titulaire rang van luitenant
generaal aan den generaal-majoor Dr. Diehl
voornoemd.
Alle bovenstaande mutaties geschieden
met^ ingang van 1 November.
Bij K.B. is benoemd tot Commandeur in
de Orde van Oranje-Nassau Dr. A. A. L.
Rutgers, Gouverneur van Suriname.
Bij K.B. is met ingang van 1 November
1933 aan den referendaris 2e klasse der
p.t.t. W. A H. Gelderman op zijn verzoek
eervol ontslag als zoodanig verleend
Bij Kon. Besl. is met ingang van 1
September 1933 aan den commies bij den
p.t.t. D. do Mettz op zijn verzoek eervol ont
slag verleend.
Bij K.B. is met ingang van 1 September
1933 wegens opheffing van zijn betrekking
eervol ontslag verleend aan den leeraar aan
de Middelbare Koloniale Landbouwschool te
Deventer Dr. II. l'ittien aldaar
Bij K.B. is toegekend de bronzen eere
medaille der Oranje Nassau Orde aan H.
Rotman, magazijnmeester bij de firma Edw.
Ainsworth en Co. te Groenlo.
Bij K.B. zijn met ingang van 16 Augustus
benoemd bij het bestuur van den Post
cheque- en Girodienst: tot hoofdcommies
J. B. Joustra, thans commies; tot commies
Tijben, thans adjunct-commies; tot ad-
iunct-commies J. W. C. van Hulst (o.v.) en
K. P. Brouwer (o.v.), beiden thans kantoor
bediende.
HENRIETTE H0LST-HENDR1X T
Een der eerste vrouwelijke Neder
landsche journalisten
In Amerika overleden
Te Great Neck (New-York) is, 56 jaren
oud, overleden mevr. Henriette Holst—
Ilendrix, een der eerste vrouwelijke Neder
landsche journalisten.
Henriette Hendrix begon, naar het Hbld.
meldt, "haar journalistieke loopbaan reeds
op jeugdigen leeftijd aan „De Telegraaf'
als recensente van schilderijen en tooneel-
voorstellingen. Haar werk noopte haar
vaak 's nachts laat op pad te zijn, wat in
dien tijd als jong meisje een heel ding
was. Door haar kunstreportage kwam zij
in connectie met veel kunstenaars, welke
relaties zij, na haar vertrek uit Amster
dam, heeft aangehouden.
Zij vestigde zich na haar huwelijk met
den heer W. Holst in Japan, waar deze een
kunsthandel had. Daar zette zij haar jour-
nastiek werk vóórt.
In 1923 is het echtpaar Holst—Hendrix
slachtoffer geworden van de groote aard
beving,welke een deel van Yokohama ver
woestte. Al hun bezittingen, ook de kost
bare voorwerpen uit den kunsthandel, gin
gen verloren. De heer en mevrouw Holst
vertrokken daarna naar de Vereenigde Sta
ten van Noord-Amerika, waar zij geheel
opnieuw begonnen een bestaan op te bou
wen.
Mevrouw Holst zette haar journalistieke
werk voort; zij schreef regelmatig artikelen
in de New-York Times" over de Neder
landsche letterkunde. Ook hield zij lozin
gen op dit gebied. Aan haar is het vooral
te danken, dat in het laatste decennium de
Nederlandsche litteratuur in Amerika be
ter bekend is geworden. In het bijzonder
heeft zij de werken van Jo van Ammcrs
Küller in de Vereenigde Staten geïntrodu
ceerd. Haar woning bij New-York vormde
een centrum voor de Nederlanders in de
Unie.
Zij was Amerikaansch correspondente
van „Nederland in den Vreemde".
BLIKSEM IN SCHUUR GESLAGEN.
Delft, 23 Aug. Een schuur, staande in
een weiland aan den Brasserskade bij Delft,
cn eigendom van den heer B. uit Rijswijk,
werd gisteravond om half 11 tijdens een
hevig onweer door de bliksem getroffen. Een
koe, die zich in de schuur bevond, werd ge
dood, terwijl er brand uitbrak, waardoor de
schuur grootendeels werd vcrneild.
GROOTE COLLECTIE
BILLIJKE PRIJZEN
Amersfoortsche Kunsthandel
Utrechfscheweg 36 - Telefoon 1758
Ondankbaarheid is steeds een soort van
zwakte.
Een detective-verhaal door
PHILIP MAC DONALD
Geautoriseerde vertaling door H. A. C. S.
3ö
„Kijk, sir." Boyd nam een portefeuille
uit zijn zak; uit de portefeuille een paar
foto's. „U zult er prijs op stellen deze 1e
zien. Vergrootingen van de vingerafdruk
Ken."
Anthony nam de zes stukjes dun bord
papier en bekeek ze met de grootste aan
dacht. Zij waren genomen, deze foto's, van
uit drie gezichtshoeken. Zij lieten zien, dat
het handvat van de vijl gemerkt was niet
een duim cn twee vingers alle in de
richting van het lemmet.
„En dit waren de cenigc merken?" zei
Anthony.
„Genoeg, vindt u niet, sir?"
„Ja," mompelde Anthony. „O ja, wat een
kleine lieve merken! Hoe vriendelijk van
Archibald!"
„Wat beteekent dat, sir?"
„Ik merkte op, Boyd, dat 't zoo vriende
lijk was van mr Deacon om aan Scotland
Vard tc denken. Ilij kon *t niet hebben, Jat
jelui je tijd zoudt verknoeien met allemaal
verkeerde mcn3chen te ontdekken, cn daar
om liet hij voor jelui zijn kaartje achter."
„Ik begrijp niet, wat u eigen bedoelt,
sir." Boyd schudde vejtflrictig zijn hoofd.
Anthony gaf de foto's terug en bracht
den wagen op gang. In minder dan ejn mi
nuut waren zij den heuvel af en reden den
hoek om het dorp Marling binnen. Boyd
hield den adem in en klemde zich vast up
zijn plaats. Zij vlogen door de Iligh Streel.
Aan het einde der straat stopte Anthony
voor het kleine politiebureau. Marling was
trotsch op zijn politiebureau, een onaange
naam gebouw van lichtroode steen. Voor
Anthony was het daar tusschen de kleine
scheeve huisjes, de lage winkeltjes en met
riet gedekte villatjes, alsof je een grap
pige briefkaart vindt van een school voor
schoonmoeders in een reeks mooie minia
turen.
Hij huiverde cn sleepte Boyd mee naar
binnen. Hier werd hij ontvangen door den
plaatselijken inspecteur. Na een paar
woorden van Boyd haalde de inspecteur
sleutels te voorschijn, opende sloten en leg-
4de tenslotte de houtvijl op tafel.
Het was, zooals sir Arthur gezegd hid,
de grootste in zijn soort een staaf ge
tand ijzer ter lengte van een voet, er uit
ziende als een vijl, waarvan do ruwe pun
ten tienmaal vergroot zijn. Aan de uitein
den van deze punten zaten kleine stukjes
gevlekt en uitgedroogd vleesch, terwijl m
de holtes donkere korsten gcstolten bloed
waren Het handvat was nieuw, van eau
soort lichtkleurig hout, en was ongeveer 4
inches lang en 3^ in imtrek
„Nou, dat is heelemaal niet lief,"" zei An
thonv, met een grijns. „Kan ik hem oppak-
pen? Of zou dat de vingerafdrukken be
derven?"
„O, dat kan," zei Boyd. „De jury heeft
haar bij het onderzoek ook in handen go,-
had. En wij hebben liet officicele rapport
bij de foto's."
Anthony nam haar van de tafel, tuurde
er cp, schudde haar, woog haar in ziju
hand.
Boyd wees op het staal. „Niet aan te
twijfelen, dat deze die streek heeft uitge
haald, mr. Gethryn?"
„Zonder twijfel," zei Anthony, cn schud
de het ding krachtig.
Opeens een slag. Het .staal was er af ge
vlogen, sloeg tegen de tafel aan en viei
op den grond.
„Zat een beetje los," zei Anthony, terwijl
hij naar het handvat keek. dat hij tusschczi
zijn vingers hield. Hij bukte en raapte het
staal op, terwijl hij het voorzichtig vast
hield.
„Die slagen, die de hersens van den ver
moorde insloegen," zei Boyd. „moeten vrij
hard geweest zijn, zoodat zij 't ding losge
maakt hebben, om zoo te zoggen."
„Mogelijk." Anthony's toon was niet
overtuigd „Aha! En wat doen jelui hier,
kleine vrienden?" Hij pikte uit een nerf
van de dunne stalen staaf, waaraan h-H
handvat was bevestigd geweest, twee wit
linnen draden. „En jelui ook, wat zijn je
lui?" Hij bukte en raapte van den grond
een klein stukje donker hout op. „Er moei
nog een tweede ergens zijn," mompelde hij,
en nu viel er uit de holte, waar de punt
van het staal gezeten had, een tweede
riukje hout, gelijk aan het eerste.
Hij keerde zich naar de twee mannen, die
hem gadesloegen. „Boyd, ik geef deze, de
draden en het hout, in officieele bewaring
bij jelui. Jij cn de inspecteur hebben gp
zien, waar zo vandaan kwamen." Hij nam
een envelop uit zijn zak. deed zijn vondsten
er in, en legde ze op de tafel naast de ka
potte vijl
De inspecteur keek naar den man van
Scotland Yard en krabde op zijn hoofd.
„Dat is alles, geloof ik" zei Anihony.
„Kan ik nu den g.vangene bezoeken
HOOFDSTUK XII.
Bcwijss'ukken.
De deur van de cel viel dicht achter
Boyd. Deacon stond in zijn vollen omvang
van zijn stoel op om Anthony te begroeten.
Zij schudden elkaar de hand.
,,'t Duurde niet lang dat ik om jo huil
de," grinnikte de misdadiger. „Neem den
stoel Ik zal wel op het bed zitten."
Anthony keek, terwijl hij zat, de cel rond.
Er waren de stoel, waarop hij zat, het bed
op rolletjes, een tinnen waschtafel, een
plank, een handkoffer van Deacon, en, in
een hoek, een pak van dik bruin papier
„Erg gezellig, broeder, vindt je niet?" Dea
con glimlachte. „Ik baad me in weelde. Wij
zouden hier heel blij mee geweest zijn. in
dertijd, toen wc in die ellende zaten in
Frankrijk. Ik zou je willen vragen: zou je
geen lust hebben om mijn levensgeschiede
nis te schrijven? „Enkele misdadigers, die
ik gekend heb: nummer één den moor
denaar van Abbotshall." .Te kent die ver
halen."
Anthony lachte. „Nou. je vat het nogal
makkelijk op. Ik ben bang, dat ik afwis
selend in woede en neerslachtigheid zou
verkeeren."
Een oogenblik ontmoetten Deacon's blau
we oogen de zijne en Anthony zag er een
soort van wanhopende angst in. Maar
slechts voor een halve seconde. Daarna was
er weer dc oude, lachende blik. Meer dan
ooit voelde Anthony bewondering en een
wanhopig verlangen, om dezen reus van
een man uit zijn kleine cel te bevrijden;
hem weer vrij te krijgen even als dc war
me, gloeiende stralen van de ondergaande
zon, die door het getraliede venster binnen
gedrongen en een breede streep van goud
teekenden op den vuilen vloer. Maar om
hem er uit te krijgen, moest hij werken.
„Hoe is het met die vingerafdrukken?"
vroeg hij plotseling.
„Je hebt mij in je macht." zei Deacon.
„Dat is het meest wonderlijke van dezen
gcheelen hocus pocus. Wat denk jij ervan?"
„Zij hebben zeker," zei Anthony, „een
luchtje van hocus pocus. Sinds ik weet, dat
ze van jou zijn, cn dat jij Hoode niet ver
moordde. geloof ik. dat zij dat moeten zijn.
Maar, heb je de houtvijl gezien?"
„Ia. Bij het verhoor."
„Nooit tevoren?"
„Voor zoover ik weef niet, ouwe heer.
Meusch, ik kan bijna zweren „nooit". Maar
ik ben de grootste ezel op 't punt van werk
tuigen. Een figuurzaag of een heiblok, ze
zijn precies hetzelfde voor mij
„Heb je op het handvat gelet?" vroeg
Anthony.
„Mot belangstelling, orndat zij zeiden, dat
er liet merk van mijn klauw op zat."
„Heb je het ooit tevoren gezien? Los, be
doel ik."
Deacon schudde zijn hoofd „Nooit." Hij
zweeg, zeide daarna: „ik vermoed, dat deze
vingerafdrukken van niemand anders kun
nen zijn?"
(Wordt vervolgd).