AMERSFOORTSCH DAGBLAD Het PorceieiiÉuis Woensdag 13 September 1933 32e Jaargang No. 64 HET UNIFORM-DEBAT Wering van buitenlandsche studenten Langestraat 2-4-Tel. 525 VAZEN - PULLEN KANNEN EN SCHALEN RADIO-UITZENDING DER TROONREDE DE WETKOUDERSCRISIS TE AMSTERDAM Onze Postvliegers onderweg NIEUWE BURGEMEESTER VAN ALPHEN a.d. RIJN FEUILLETON MOORD OP ABBOTSHALL TWEEDE KAMER Regeeringsontwerp aangenorhen met 56 tegen 24 stemmen Dr. A. A. L. Rutgers (A.R.) wordt bc- eedigd en neemt zitting. Aan de orde is het wetsontwerp inzake het uniform verbod. De heer L i n g b e e k betoogt, dat als communistische partijen niet verboden wor den, het dragen van bepaalde kleeding be zwaarlijk verboden kan worden. Spreker wil ook het openbaar vertoonen van de Pauselijke vlag strafbaar stellen. De heer Westerman noemt dit wets voorstel een crisisontwerp. Spreker is ver baast over de houding van dezen minister jegens de fascisten in het algemeen. De fascistische groepen zijn niet de gevaar lijkste vormen van machtsontwikkeling. De heer Boon (L.) betoogt dat de Graal slechts een godsdienstige, de A.J.C. en de roode valken echter een politieke strekking hebben. De beer A 1 b a r d a betreurt, dat de re geering zich niet heeft bepaald tot een uni formverbod. Het fascisme is een gevaar voor de onafhankelijkheid van ons land. Spreker wil een verbod van politieke on- dorsclieidingsteekenen voor do jeugd in de scholen. De A.J.C. kleeding is slechts kam- peerkleeding. De heer Schaepman (r.k.) zegt, dat krachtig moet worden opgetreden tegen alle ordeversoringen, zooals te Nijmegen en in Limburg. Het voeren van vlaggen kan even uittartend zijn als het dragen van uniformen. De heer Zandt (staatk. ger.) betoogt, dat de A. J. C. wel degelijk een politieke organisatie is, evenals de Graal. De heer van D ij k (a.r.) betoogt dat. van de groote mate van vrijheid hier te lande misbruik wordt gemaakt voor straat-inti midaties, ook door de A. J. C De heer J o e k e s (v.d.) betoogt, dat niet alles gebracht moet worden in politiek ver band. Op de rechterlijke macht mag geen invloed worden uitgeoefend. De heer Visscher (a.r.) acht beperking van het wetsontwerp tot politieke normen niet juist. Het meerendeel van ons volk wil een regecring, onder wier hoede het zich veilig gevoelt. De heer Sneevliet (rev. soc.) zegt dat deze wet de objectiviteit der rechterlijke macht in gevaar brengt. De heer Snoeck Henkemans (c.h.) ziet in het overnemen van uniformen van machtige buitenlandsche groepen een inter nationaal gevaar. De heer S c h a 1 k e r (comm.) noemt dit ontwerp een geraffineerde poging om tegen de leiders der arbeidsbeweging op te treden. Minister van Scha ik ontkent dat het ontwerp gericht is tegen cenigerlei partij. Het is een preventieve maatregel tegen orde-verstoring en tegen politiek-railitairc machtsvorming in den Staat. Alle exces sieve optreden in publiek en pers moet worden tegengegaan; maatregelen daarte gen zijn in voorbereiding, zonder de vrij heid van vergadering en drukpers aan te tasten. De jeugdorganisaties hebben het in eigen hand of hun uniform is te beschouwen als oen politiek symbool, al dan niet. De heer Boon (lib.) verdedigt een amendement, om ook het uitsteken van partij vlaggen en emblemen, uitingen van bepaald staatkundig streven, strafbaar tc stellen. De heer A 1 b a r d a (v.d.) verdedigt een amendement om het voeren van vlaggen enz. in optochten buiten de voorgestelde verbodsbepaling te houden. De heer Westerman (nat. herstel) verdedigt een amendement om ook niet- opzichtlge onderscheidingsteekenen van revolutionairen in het openbaar te verbie den. De heer Vliegen (s.d.) bestrijdt de amendementen-Boon en -Westerman; de heer Boon het amendement-Albarda. Volgens den heer van Dijk (ar.) zal het amendement-Boon de politiek in de recht zaal brengen; dat van den heer Albarda zou de strekking der wet in gevaar bren gen. Na eenig verder debat over de amende menten, bestrijdt minister van Schaik het amendement Boon, dat van een ander beginsel uitgaat dan het wetsontwerp. Het amendement-Westerman brengt eerst recht de politiek in de rechtzaal en is niet te aanvaarden. Waarom een uitzondering te maken voor optochten? Optochten met fascistischo em blemen werken ook uittartend. De heer Boon, vertrouwend op ver standige toepassing der wet, trekt zijn amendement in. Evenzoo doet de heer Wester ma n met het zijne. Het amendement-Albarda wordt verwor pen met 56 tegen 26 stemmen fsoc.-dem., comm., Sneevliet (rev. soc.) en Arts (r.k. volksp.) en v. Houten (chr. dem.). Het wetsontwerp wordt aangenomen met 56 tegen 24 stemmen (comm., soc.-dem. en Sneevliet;. De vergadering werd verdaagd tot 's avonds acht uur Om acht uur werd do vergadering her opend. Aan do ordo is de behandeling van het wetsontwerp tot aanvulling van de Hooger Onderwijswet. De heer v. d. W a e r d e n (S.D A P.) acht het doodo asylrecht, de eeuwenoude tradi tie in gevaar. Het voorstel heeft de bedoe ling om zekere uitzonderingsposities te scheppen. Spreker vreest da' de macht van den minister te groot zal worden, terwijl voor buitenlandsche studenten geen ge noegzame plaats zal zijn. De heer Boon (V.B.) zegt wanneer het wetsontwerp wordt aangeromon gebroken zal worden met een oudo traditie. En dat begeert 6preker niet. De minister van Onderwijs, K. en W.. mr. Marchant betoogt dat, wie eonigszins vooruit kan zien, de regecring in deze ioch moet 6tcunen. De bedoeling van het wets ontwerp is voorrang te verleenen aan Ne- derlandsche studenten. Er is volgens spre ker geen andero regeling moge'ijk ter be reiking van het gestelde doel. De minister gevoelt alles voor de oude t-aditie, zij wordt door het ontwerp gelegd in handen der re- geering, terwijl voordien de wet haar be schermde. „Is dat nu brekpn met de tradi tie?" vraagt de minister. In afwachting van een komende regeling dient vermeden te worden, dat Nederland6che studmten loor vreemden worden geweerd Aan het asyl recht wordt niet geraakt. Na eenige replieken wordt het wetsv or- stel aangenomen met 41 tegen 16 stemmen, n.l. die van de Sociaal Democraten, Vrij- heid6bonders, Communisten en den heer Sneevliet (R.S.). Hierna wordt na eenig debat zonder hoof delijke stemming, goedgekeurd het wets nl- werp tot instelling van een departement van Algemeen Bestuur, dat den naam zal dragen van ministerie van Sociale Zaken en tot wijziging van den naam van hei m.nis- terie van Econ. Zaken en Arbeid. De zitting werd te half elf verdaagd tot hedenmiddag 1 uur. Ontvangen artistieke modellen alleenverkoop van de bekende kunstaardewerkfabriek „SCHOONHOVEN" De luisteraars zullen thans voor het eerst Hare Majesteit zelve hooren Amsterdam, 12 Sept. De A.V.R.O. ontving namens de regee ring het bericht, dat H.M. de Ko ningin dit jaar toestemming heeft verleend tot het uitzenden van de Troonrede op 19 September a s. Behalve de uitzending van het ooggetuige-verslag door de hoeren D. Hans en W. Vogt zullen dp luis teraars dus even na 1 uur H M. zelve mogen hooren, wanneer Zij in de Ridderzaal de Vereenigde Ver gadering der Staten-Generaal met de Troonrede opent. Dit zal de eer ste maal zijn, dat do Troonrede door den radio-omroep wordt ver breid. De K.R.O. zal, evenals de A.VR.O. de Troonrede uitzenden. Behalve de uitzending van een ooggetuige-verslag van den heer Paul de Waart zullen dus ook hier do luisteraars Haro Majesteit zelvo hooren. Teven zijn maatregelen getroffen om do rede ook in Nederlandsch- Indië hoorbaar te maken, Behalve door den Phobi-zender zullon ook een drietal Rijközcnders tc Kootwijk de rede uitzenden, n.l. P D.V. op 24.8 M., P.C.K. op 16.3 M. en (li nieu we laboratorium zender P.C.X. op 16.034 M. golflengte. Deze laatste zender zal door den Indischen Dienst worden gere- layeerd. De aandacht wordt er op gevestigd, dat deze zender, zonder bijzondere hulpmiddelen, niet door het publiek kan worden ontvangen. Er zal zorg worden gedragen, dat ook Suriname cn Curasao kunnen meeluisteren. DE KAMERTRIBUNE EN HET UNIFORMVERBOD. 'ö-G ravenhage, 12 Sept. Bij dc heden aan de orde zijnde behandeling van het wetsontwerp betreffende een Uniform-ver bod waren er op de gereserveerde en de ge wone tribune der Tweede Kamer zeer vele belangstellenden, waaronder een aantal in kleurige klcedij of uniformen gestoken jon gelieden. POSTVLUCHTEN. Amsterdam, 12 September. A.s. Don derdagmorgen 14 September vertrekt het K.L.M.-vliegtuig „Oehoe" van Amsterdam naar Batavia. De bemanning van dit v.icg- tuig zal bestaan uit de heeren J. B. Scholte, gezagvoerder, H. A. A. Koopcr tweede be stuurder, P. Dunk werktuigkundige en J. H. Pestman radiotelegrafi6t. De post voor dit vliegtuig moet uiterlijk Woensdagavond te Amsterdam zijn. MotieAVeiss aangenomen, waarbij de thans zitting hebbende weihow ders worden uitgenoodigd hun mandaat ter be schikking te stellen Amsterdam. 12 Sept. De Gemeente raad heeft hedenmiddag een uitvoerige motie van den beer Weiss aangenomen, waarin dc nog zittende wethouders wc-!en uitgenoodigd hun mandaat ter beschikking te stollen, teneinde den Raad in de gelegen heid te 6tellen de vrije keuze voor een nieuw college te doen. Naar aante'ding vnn de aanneming van deze motie is ie ve ga- dering geschorst om de partijen tn de ge legenheid te stellen zich nader te beraden. Maandag a.s. zal een nieuwe Raadsver gadering plaats vinden. Omtrent het debat over deze motie meld de men ons nog het volgende: Nadat de heer Weiss de motie had aan bevolen, hield dc heer Seegers (c. p.) een betoog, dat van het programma waarop de toe nu toe zittende wethouders waren geko zen, niets is terecht gekomen. Het is spr. overigens onverschillig of straks een heel of een half college moet gekozen worden. De heer Ketelaar (v.d.) herinnert er aan, dat bij het debat over de loonswijzi- ging de wethouder Kropman namens de meerderheid van het college heeft gezegd heen te zullen gaan als de voorstellen niet werden aangenomen. De Raad heeft de meerderheid in het gelijk gesteld. Er is voor deze wethouders geen enkele reden heen te gaan. De heeren Baas (a.r.) en Ter Haar (c.h.) verklaren geen behoefte te hebben aan de motie-Weiss. De heer R o m m e (r.k.) legt uit dat hij zich kan vereenigen met het eerste deel van de motie, dus wat betreft het pro gramma, waarop indertijd het vorige col lege is gekozen. Met het tweede deel kau spreker zich niet vereenigen. In dit ver band merkt spreker op, dat op het thans vervallen programma echter niet gekozen is de wethouder Douwes, zoodat de uit- noodiging alleen geldt de wethouders Abra hams cn Kropman. Spr. gelooft dat uit een verkeerd begrip van bestuursverhoudingen deze motie is ontstaan. Spr. en de zijnen kunnen met de motie niet meegaan. Wat betreft de voorziening van dc drie vacaturen, verwijst spreker naar het door de katholieken verspreidde communiqué. Spr. zegt dat bij het benoemen van nieuwe wethouders hij zich zal bepalen bij de ge dachte te handelen in het belang van Am sterdam. Wanneer dit onmogelijk zal blij ken door de houding van een der partijen, laadt deze een groote verantwoordelijkheid op zich. De heer Boissevain (v.b.) consta teert dat er niet meer een bindende leid draad bestaat voor de wethouders. Nu aan de meerderheid van het college het vertrou wen is geschonken, kan spreker niet mee gaan met dc motie-Weiss. Hij ziet daarin een motie van wantrouwen. Spr. gaat met den heer Rommc mee, waar hij heeft gewezen op de groote ver antwoordelijkheid van de grootste partij, wanneer deze zich onttrekt aan bestuurs- verantwoordclijkheid. De lieer Woudenberg, sprekende na mens de S.D.A P.-fractie, zegt zijn stand punt te handhaven. Spr. meent dat het consequent en moreel is dat ook de andere wethouders hun mandaat ter beschikking stellen, uitgezonderd wethouder Douwes, die buiten de overeenkomst valt De soc.- democratcn zullen voor do motip-Weiss stemmen. Wanneer men nog eens zegt, dat de soc.-democraten zich onttrekken aan de verantwoordelijkheid, dan weet men beter. In een recks van jaren is dat anders ge- Ri'jstvog. 7—9 7—9 S—9 9—9 10—9 o i r-i 12—9 Amsterdam Boe-Ja pee. Belgrado Athene Mersamatruh Cairo Gaza Rutbawell» Bagdad Boeshir Diask Karachi Jodpoer Allahabad Cahuita Rangoon RangKok Alor Stai Singapore Medan Batavia 12—9 11 10—9 9—9 8— 7—9 6—9 6—9 Vertrek van het eerstvolgende post vliegtuig van Amsterdam 14 September toond, maar zij kunnen niet zijn dc dra gers van een politiek die de hunne niet is. Nadat de heer De Hartogb nog ver klaard had te stemmen voor de motie- Weiss, volgden replieken. De motie van den heer Weiss komt daar na in stemming en wordt aangenomen met 22 tegen 17 stemmen. (De wethouders Abra hams en Kropman hebben de zaal ver laten). De vergadering wordt gesloten na aan neming van dit besluit Maandagavond a.s. zal de Raad weer bij eenkomen tot het benoemen van wethou ders. Bij K. B. is, naar de Staatscourant meld de, met ingang van 25 September benoemd tot burgemeester van Je gemeente Alphen a.d. Rijn de heer P. A. Colijn, met toeken ning van gelijktijdig eervol ontslag als Bur gemeester van de gemeente Boskoop. De heer Pieter Adriaan Colijn werd, naar de Standaard meldt, 11 October 1882 te Haarlemmermeer geboren, waar hij dc Christelijke School voor lager onderwijs en later eens voor Uitgebreid lager onderwijs bezocht Aanvankelijk lag ecne opleiding voor het onderwijs in de bedoeling, doch niet langen tijd daarna werd de technische richting gekozen. Dit had ten gevolge, dat do heer Colijn in 1908 naar Sumatra'6 Oost kust vertrok, om, in dienst der Deli Spoor weg Mij. (öfdceling aanleg), zijn arbeid aan te vangen. In 1909 ging hij in dienst der Deli Mij. over als architect cn werd hij be noemd tot hoofd der technische afdeeling. Hier kon de heer Colijn zijn krachten ont plooien, terwijl hij med3 een werkzaam aandeel had in de ontwikkeling van het Ge reformeerd kerkelijk leven ter Sumatra's Oostkust In het vaderland teruggekeerd bekwaam de do heer Colijn zich in de gemeente-ad ministratie, om 22 Maart 1923 te worden benoemd tot Burgemeester van Boskoop. Ho3 de heer Colijn deze taak op zich nam, bleek in het begin van dit jaar, toen hij zijn tien-jarige ambtsvervulling onder groote belangstelling herdacht. Getuigd werd, dat hij zich, hoewel p'incipieel aan hanger der A. R. beginselen, steeds boven de pertijen wist te stellen, terwijl de belan gen der minderheid bij hem veilig waren, waardoor hij in groote achting bij al zijn gemeentenaren kwam. De waarheid houdt haar glans, wat ne vels haar verduisteren. Een detective-verhaal door PHILIP MAC DONALD Geautoriseerde vertaling door H. A. C. S. 53 V il jij, opdat dit zal kunnen gebeuren, or ders geven aan enkele van jouw menschen die, waarvan een een stenograaf, zal ge noeg zijn om mij te ontmoeten op het kruispunt bij Marling. aan den kant van Londen, om ongeveer negen uur vanavond? Dan zal ik hen heimelijk op Abbotshall bin nenbrengen. en ze opstellen op een gunstige maar geheime plaats. Dit mag. ik weet hot, tegen de regels zijn, maar je kunt er op re kenen. dat ik do dingen kan schikken zon der dat iemand in het huis er van weet voor do zaak klaar is. Wanneer jouw man nen eenmaal in het huis zijn. daar waar ik ze zal neerzetten, zal ik het hui9 op een meer normale wijze binnengaan. Do rest loopt vanzelf. Dit vraagt veel van je. maar, bij slot van tekenirjjr. ken je mij goed genoeg om rede lijk zeker te zijn dat ik minder dan velen een dwaas ben. Dus, indien jo instemt met mijn conclusies, zooals uiteengezet zijn in liet rapport, maak dit dan s.v.p. in orde. Of je het er mee eens bent of niet, bel mij op, voor 7 uur vanavond, in mijn hotel in Marling (Greyne 29). Als ik daar niet ben, laat dan een boodschap achter. „In orde" of „Doe niets", al naar het geval is. Wat ook je antwoord is, ik zal jc opbellen, wanneer ik het ontvangen heb. Mijn voornaamste reden of een van mijn voornaamste redenen of al dit werk te doen was om het blad van Hastings „De Uil" een goeden dienst te bewijzen. Het rap port is werkelijk voor hem. ofschoon ik niet weet, wanneer en in hoever jij zult toe staan het te publiceeren. Maar ik reken op jou om tc zorgen, dat „De Uil" zooveel van do beste journalistieke room krijgt als zij kan verdragen. Geen an der blad moet maar iets hooren voor jij Hastings hebt toegestaan, een buitenkansje te krijgen door dc „Dramatische, Nieuwe Onthullingen." Jo A. R. Gethryn." P.S. Vergeet niet, dat, als je goedkeurt om mij te laten proboeren die bekentenis te verkrijgen, ik kan fal3n. Ik denk van niet, maar 't kan. Ik zal voor e.'ii groot deel steu nen op het feit. dat ik zooiets als ccn too- neelspeler ben." Toen hij den brief uitgelezen had, had mr. Egbert Lucas tusschen zijn tanden ge floten, zijn secretaris Ingelicht dat hij onder geen voorwaarde gestoord mocht worden en was gaan zitten bij heeft op do Yard den gemakkelijksten stoel om het getyp tc rapport tc lezen. Toen hij het opensloeg, mompelde hij: „Een ongewone kerel, die Gethryn. Dit moet belangrijk zijn." Hij las: De Moord op John Hoode. Den morgen van den 20cn Augustus 192-, reed ik naar het dorp Marling in Surrey. Om 9.30 was ik in het huis Abbotshall: Onmiddellijk na mijn aankomst op Ab botshall sprak ik met inspecteur Boyd, die mij het verslag gaf van zijn ondervraging van dc bewoners.' Het bleek dat zij allen behalve de butler, alibi's hadden. (Later natuurlijk, word ontdekt, dat het alibi van mr. Archibald Deacon niet juist was). Inspecteur Boyd cn ik waren 't er dadelijk over eens dat het onzinnig was Poole, den butler, die zonder alibi was, te verdenken Hij was verknocht aan zijn meester. Wat meer zegt: hij is physiek niet in staat zulko slagen toe te dienen als die welke den dood van den vermoorde veroorzaakten. Na een onderzoek van de studeerkamer, waar de moord was gepleegd, kwamen wij beiden tot de volgende conclusies, welke door den inspecteur werden toegelicht in zijn verklaring bij het voorloopig onderzoek (lijkschouw): 1. Dat, toen Hoode werd neergeslagen, hij gezeten was aan zijn schrijftafel; 2. Dat zorgvuldig was getracht om de kamer een zoodanig aanzien te geven, dat de indruk gewekt werd, dat een gevecht had plaats gevonden; 3. Dat de moordenaar goed bekend was aan Hoode en naar waarschijnlijkheid een .huisgenoot"; 4. Dat de moordenaar hand9choenon had gedragen al den tijd, dat hij in de studeer kamer was. daar er nowrens vingerafdruk ken waren behalve op de houtvijl; 5. Dat de slagen, welke Hoode doodden, met geweldige kracht moeten zijn toege bracht; 6. Dat, naar alle waarschijnlijkheid, de moordenaar binnen kwam door het raam. Ilet is duidelijk, dat deze zes puiucn on gunstig zijn voor „het geval Deacon". Nu moet dus volgen dc hoofdzaak vai mijn rapport: Ik ontmoette Deacon, en sprak met hem, het eerst den middag van den dag van mijn komst. Er waren slechts drie minuten noo- dig om mij te overtuigen, dat hier een man was, die niet geweest was, niet was, en nooit kon zijn een moordenaar. Ik kan deze bowcring niet logisch verdedigen. Het was eenvoudig overtuiging. Het werd voor mij nu de kwestie te bewij zen, dat deze man, ondanks alle waarschijn lijkheden, niet de hand had in den dood van John Hoode. In wat volgt zullen zij, die lezen, hoop ik, het absolute bewijs' van zijn onschuld vinden, of, indien niet, tenminste een stormram om den toren van hun ge loof in zijn schuld aan het wankelen te brengen. Ik besefte, dat de onschuld van Deacon alleen kon worden vastgesteld dooi het definitieve bewijs, dat er iemand anders was. 't Zal duidelijk worden dat zijn afwijking van de meeningen der officieele menschen begon bij het begin van mijn onderzoek. Laat ons teruggaan naar de studeerkamer op Abbotshall. Bij ieder van de genumraer de punten was ik 't eens met inspecteur Boyd. Dat ik van meening begon te ver schillen, was bij het toepassen er van op Deacon. Punt 1—4 kan onbesproken blijven deze zullen evengoed op mijn moordenaar passen, of beter, als zij op Deacon passen. Do overblijvende twee echter moeten nauw keuriger bekeken worden. Eerst punt 5. „Kracht meer dan gewone" pleitte ten nadeele van den reus Deacon. Maar bij het „onderzoek voor den lijkschou wer" zei dr. Fowler, de districts-chirurg: „De wonden werden veroorzaakt door een man, drie keer sterker dan de gemiddelde öf door een persoon, die krankzinnig was, en do verschrikkelijke kracht van een krankzinnige had." Daar ik een plaatsvervanger voor Deacon moest vinden, en daar ik besloten had om aan zijn theorie vast tc houden, dat de moordenaar een „inwoner" blijvend of tijdelijk was, was mijn keus uit het alter natief van dr. Fowler: dat hij een man was, die geestelijk uit zijn ovenwicht was. Deze keus was niet, zooals 't aanvankelijk schij nen mag, een bezwaar: eerder het tegendeel Een van mijn eerste indrukken was ge weest, dat er iets van afschuwelijke zinne loosheid was in de geheele zaak, en deze in druk werd duizendvoudig vergroot, toen ik het gebeukte hoofd van den dooden man zag. Krankzinnigheid was mijn eerste go- dachte. Of dc lust in bloed, óf een zóó vol komen haat, dat deze tot krankzinnigheid was geworden. Ik nam het tweede als theorie aan Daar ik geloofde, dat een inwoner van het huis de moordenaar was, was 't duidelijk, dat ik moest uitzien naar iemand, wiens krank zinnigheid niet aan dc wereld bekend was Nu punt 6het binnenkomen door het raam. jfWordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1933 | | pagina 5