'AMEPSFOORTSCH DAGBLAD en Tijdschriften FEUILLETON U Dinsdag 21 November 1933 32 e Jaargang No. 122 VAN DER LUBBE WAS NIET ALLEEN WIE WAREN MEDEDADERS De intern, juristencommissie AANVARING OP DE NOORDZEE A. ROODHUYZEN t VEILIGE HAVENS Mevr. Bakker'Nort spreekt te Amsterdam over den brand in den Rijksdag Amsterdam, 20 Nov. Zaterdagavond beeft mevr. B. BakkerNort een lezing ge houden over den brand in den Rijksdag. Mevr. Bakker-Nort begon met te verkla ren, dat zij bij uitzondering heeft gevolg gegeven aan het verzoek om te spreken over het onderzoek van de Intern. Juristen commissie te Londen en te Parijs inzake den Rijksdagbrand. Deze brandstichting is toch geen gewone misdaad. In dat geval zou niet de ganscho wereld met spanning de persverslagen over het proces volgen. 't 16 veel meer een strijd tusschen twee levensbeschouwingen; de communistische tegenover de nationaal-socialistische begin selen. Groote publieke vergaderingen kunnen zooals we in het buitenland zien, gemakke lijk demonstraties worden voor extremisti sche groepen. En het is beter in de geprik kelde stemming, waarin thans de wereld verkeert, een dergelijke aanleiding te er- mijden. In dit gesloten gezelschap van comitéle den en enkele introducé's hoeft daarvoor echter geen vrees te beslaan. Bovendien heeft het Comité een zeker recht op toe lichting der rapporten der commissie, om dat zij dit onderzoek heeft helpen mogelijk maken. Tegelijk biedt zich daarbij de gelegenheid veel misverstand omtrent de juristencom missie te bestrijden. Ece de commissie werkte. In de pers is dit met de pakkende titel bestempeld van schaduw of contra-proces. De commissie heeft van het eerste oogen- blik dat zij publiek is opgetreden en tel kens weer daartegen geprotesteerd. De commissie heeft geen rcchtbankje gespeeld, geen strafproces geleid. Met ontbrak haar daarvoor aan de bevoegdheid en de macht, getuigen te dagvaarden en onder eede te hooren. De commissie, bestaande uit juris ten uit verschillende landen, die daarin zit ting hadden als particulieren en natuurlijk niet als vertegenwoordigers van hun land, hebben echter wel met groote nauwgezet heid de documenten en mondelingen ver klaringen die ter harer beschikking ston den, onderzocht om daarop enkele conclu sies te bouwen. En het blijkt telkens hoe grooten invloed zij daardoor heeft op het proces in Duitschland. Een andere vergissing is, dat do leden der juristencommissie uit het meerendcel zou bestaan uit communisten en daarom niet objectief zou kunnen oordeelen. Het is echter een feit, dat geen der leden commu nist i6 en dat stellig het meerendeel, zoo niet allen, evenals spreekster zelve, voor standers zijn van de p: elementaire demo cratie en de proletarische dictatuur in Rus land even funest achten als de nationaal- socialistische terreur in Duitchland. De veel verspreide opvatting, dat onze commissie verantwoordelijk is voor de uit gave van het Bruinboek, is dan ook volko men valsch. En de commissie heeft geen enkel feit uit het vele materiaal uit het Bruinboek over den brand in haar rapport gebruikt zonder dat dit nauwgezet is on derzocht en geverifieerd. Gevraagd kan worden: Wat was de reden dat een internationale juristencommissie zich geroepen voelde, deze zaak te onder zoeken en dit niet overliet aan de Duitsche rechters? Daarop is het antwoord: Er zijn in de ge schiedenis der menschheid enkele misda den, die de consciëntie der geheele wereld raken. De Rijksdagbrand behoort daartoe. Over de geheele wereld kwam de onrust tot uiting over do meedogenlooze onder drukking van elk (en speciaal van commu nisten en socialisten), dio niet gelijk de Nazi dacht, vlak na en naar aanleiding van den brand. Algemeeh werd gevoeld dat onder de ge geven omstandigheden de verdedigers der verdachten niet konden beschikken over de noodzakelijke vrijheid. Waren niet reeds herhaaldelijk advocaten, die den moed had den communisten of socialisten te willen verdedigen, zrivc in concentratiekampen opgesloten? Bovendien zouden tal van personen die gewichtige inlichtingen konden geven om trent de verdachten, niet in Duitschland kunnen getuigen, zonder zichzelve en hun nabestaanden aan groote gevaren bloot te stellen. Ziedaar de redenen, waarom de leden gemeend hebben de waarheid en het recht te kunnen dienen, door het onderzoek. Om de onrust te begrijpen, waaraan de wereldpers uiting gaf omtrent den terreur in Duitschland, moeten we ons terugden ken in de dagen in het begin van dit jaar. Een terugblik. Spreekster liet daarbij het licht vallen op de economische en politieke 6ituatie van Duitschland in die dagen. Op 27 Februari, vlak voor de nieuwe ver kiezingen voor den Rijksdag, brak plotse ling de brand uit. Op de plaats der mis daad werd een Nederlander gearresteerd, van der Lubbe, die bekende den brand te hebben gesticht. Onmiddellijk, nog vóór eenig onderzoek had plaats gevonden, gaf de Duitsche re- gecring de schuld aan de communisten. En hoeveel tegenstrijdigheden de officieele persberichten van die dagen ook bevatten, op dit punt bleven ze consequent. De brand zou de daad zijn van een internationaal communistisch complot en het 6ignaal voor een bloedigen burgeroorlog. Op dien grond werd de vervolging van communisten en socialisten gemotiveerd. Trouwens elk die niet nationaal-socialis- tisch dacht, werd daarom als staatsgevaar lijk beschouwd. Communistische pers en vergaderingen werden verboden; en nadat de mandaten der gekozenen dezer partij vervallen waren verklaard, had de Nazipartij de meerder heid in den Rijksdag. Als hoofdschuldigen aan de brandstich ting werden vervolgd Torgler, ex-leider der Communistische fractie in den Rijksdag, en drie Bulgaren, n.l. de thans zoo door zijn strijdvaardigheid en intelligentie bekende Dimitrof, Fopof en Tanef. I-Iet onderzoek te Londen is aangevangen bij van der Lubbe, het cenige zekere element in deze misdaad. Een subcommis sie had reeds tevoren te Amsterdam tal van getuigen gehoord, die inlichtingen konden geven over karakter, milieu en po litieke actie van van der Lubbe. Het was komen vast te staan, dat van der Lubbe reeds 6inds aanvang 1931 geen lid meer was van de C.P.H., omdat hij zich niet kon vereenigen met de politieke actie dier partij eri zich aan geen discipline wilde onder werpen. Verder dat hij later in openbare vergaderingen veel meer als opponent dier partij was opgetreden en épartacist was ge worden, aanhanger van den individueelen terreur, die in strijd is met de communis tische dogmatiek. Do tweede vraag was: „Kan van der Lubbe de daad alleen gedaan hebben? Aan de hand van tal van gegevens en ge zien den korten tijd, waarin de brand op tal van plaatsen gelijktijdig is uitgebroken en het groote aantal brandhaarden en hoe veelheid gebruikt brandmateriaal, was het antwoord dat van der Lubbe niet alleen gehandeld kan hebben. Na het verhoor van de deskundigen te Berlijn, twijfelt niemand meer daaraan. Daarop besprak mevr. Bakker de vraag, die nog steeds de gemoederen bezig houdt: Wie waren dan zijn mededaders?. De commissie heeft geen connectie kun nen vinden tusschen van der Lubbe en de communistische partij, en nog minder met do niet verdachten. Daarom sprak ze als haar oordcel uit, dat Torgler, Dimitrof, Po- pof en Tanef noch direct, noch indirect, betrokken zijn bij den Rijksdagbrand. Nauwgezette 6tudie van het plan van den Rijksdag en speciaal van alle uit- en in gangen maakt het volgens de commissie waarschijnlijk, dat door de dadeis gebruik is gemaakt van den onderaardschen gang naar het paleis van den Minister-President, zooals ook door dezen bij het verhoor als zijn mecning werd geuit. Conclusie der commissie. Op vele gronden, door spreekster toege licht, is de commissie tot haar conclusie ge komen, dat er vermoeden bestaat dat de brand is gesticht door of ten behoeve van de leidende personen van de Nazipartij, en dat elk college, dat belast is rnet het ge rechtelijk onderzoek te leiden in deze zaak, terwüle van waarheid en recht deze ver moedens behoort le onderzoeken. Thans zijn veertig zittingsdagen van het proces voorbij. Een stroom van getuigen charge is voor het hoogste Duitsche Rijks gerecht verschenen. Zij zijn uit gevangenis sen, concentratiekampen, doch ook uit pa leizen van regeerders gekomen om de com munisten te beschuldigen, niet alleen van den brand, doch ook van pogingen een bloedige revolutie uit te lokken. Maar is het hun tot heden gelukt de 6chuld van de vier mede-verdachten van van der Lubbe aan de brandstichting te bewijzen? Behalve in 6ommigc fantastische verha len, met den naam van romans bestempeld in de pers, van enkele getuigen, meest vroe gere communisten, thans overgeloopen naar de Nazi's, is het verband met deze misdaad van Torgler en de drie Bulgaren, niet waar schijnlijk gemaakt, laat staan bewezen. Doch evenmin is de medeplichtigheid aan de misdaad van de Regeeringspartij ook maar eenigszins komen vast te staan. Kan men verwachten, gezien den hoogen druk waaronder men thans leeft in Duitsch land, dat er iemand den moed heeft tegen de Regeering te getuigen? Twee vragen blijven nog altijd open. Zal eindelijk \an der Lubbe openbaren wie zijn medeplichtigen waren, of zal tenslotte ko men vast le staan, dat van der Lubbe het onbewust werktuig is geweest van een of andere politieke groep7 OPCENTEN OP DE BIERACCIJNS. Protest van moutfabrikanten. Roermond, 20 No\Aan de leden der Tweede Kamer is het volgende telegram gezonden: De bond van Nederlandsche moutfabrie ken gevestigd te Roermond verzoekt u hoogedelgestrengen niet toe te stemmen in de continueering der opcenten op de bier accijns. De steeds dalende omzetten waar tegenover slechts staan verhoogde belas tingen verhoogd graan monopolie-recht, als mede de invoer der omzetbelasting kan niet anders dan den toestand nog meer verslechteren. Zoowel voor de brouwerijen als de mouterijen hier te lande. DE NEDERLAND-EXPRESS. Amsterdam, 20 Nov. De speciale trein met passagiers on post in aansluiting op het d.d. 24 November van Genua vertrek kende motorschip „Mar'nix van Sl. Aldegon de" van de Stoomvaart Mij. „Nederland' zal Donderdagmorgen 23 November om 8 uur van Den Haag vertrekken. Vertrek van Utrecht C.S. 9 u. 3, van Arnhem 9 u. 59, van Nijmegen 10 u. 28, vertrek van den aanslui tenden trein naar Utrecht van Amsterdam C.S. 7.58 u., van Amsterdam W.P. 8 u. 13 en van Rotterdam-Maas 7 u. 22. Aankomst te Genua Vrijdagmorgen a.s. om 7.31 u. Een Umuider stoomtrawler gezonken. De op varenden gered IJ muiden, 20 Nov. Vanmiddag orn vijf uur is alhier van de visscherij teruggekeerd de stoomtrawler „Rotterdam", IJm. 112, van de rcederij de Vcm, met aan boord de bemanning van dc eveneens te IJmuiden thuisbehoorende stoomtrawler „Johanna Marie". Beide schepen zijn hedenmiddag om twee uur op ongeveer tien mijl ten Noordwesten van IJmuiden tengevolge van de dikke mist met elkaar in aanvaring geweest. De .Rotterdam", die thuisvarende was, raakte de „Johanna Marie" aan de bakboordboeg Laatstgenoemd schip werd zoo ernstig be schadigd, dat het voorschip 6poedig begon te zinken. Onmiddellijk heeft men de red dingsboot te water geiaten, waarna de ne gen opvarenden zich daarin begaven. Zij roeiden naar de „Rotterdam", waar zij eeni- ge minuten, nadat de aanvaring was ge schied, aan boord werden genomen. Het bleek dat in die korte 6panne tijds de „Jo hanna Marie" reeds in de diepte wa6 ver dwenen. De opvarenden, die allen ongedeerd ble ven, hebben al hun hebben en houden ver loren. Nog een aanvaring. Hedenmiddag omstreeks twee uur is in de buitenhaven van IJmuiden de uitvaren de logger „Katwijk 89" tengevolge van de mist aangevaren door het binnenkomende s.s. „Irene" van de K.N.S.M. De logger be kwam een groot gat boven de waterlijn en is naar de Visschershaven teruggekeerd. De „Irene" kon doorstoomen naar Amsterdam. Amersfoort. 8 Dcc. 't Boompje, Verkooping van dc boerenhofstede ,,Dq Bekenkamp" te Hoogland. 11 uur v.m. 1 Dec. Wagcnwerkplaats N. S. Verkoo ping van meerdere partijen eiken-, grenen-, en vuren afbraakhout. 10 uur v.m. Hoogland. G Dec. Ifoutverkooping aan den Lagenoord voor het Collego van de Malen. ERNSTIGE STEEKPARTIJ. I Boxtel, 20 Nov. Gisteravond omstreeks 10 uur heeft in het café van den heer Van Haren aan den Schijndelschen dijk een ernstige steekpartij plaats gehad. Een bezoeker, zekere L.. werd, omdat hij lastig was, den toegang in het café gewei gerd. Hij verliet hel onder den uitroep „Ik heb er een scherpe in". Kort daarna kwam hij in gezelschap van zijn vader en broer terug. De vader en een der zoons trokken met open mes op een der bezoekers af. Deze, zekere Van der M., werd ernstig aan het hoofd gewond. Hij bekwam ste ken van 15 c.M. diepte. De tweede zoon bewerkte een andere bezoeker met steenen in een zakdoek geknoopt. De daders werden 's nachts door de gemeentepolitie gearres tcerd en in verzekerde bewaring gesteld TH. J. K. A. LIEFRINCK. f Te Oosterbeek is in den ouderdam van 62 jaar overleden de heer Tli. J. K. A. Liefrinck mede-directeur van dc Levensverzekering Mij. Arnhem. De heer Liefrinck is aanvan kelijk voor den militairen dienst opgeleid en hij maakte als jong luitenant een der Atjeh-expedities mede. Hij werd toen zooda nig gewond, dat een been moes. worden ge amputeerd, zoodat hij voor den militairen dienst ongeschikt werd. In 1895 in Neder land teruggekeerd, kwam hij als bureauchef in dienst van do Eerste Rottcrdamsche. In 1900 werd hij benoemd tot directeur van de Levensverzekering-Mij* Arnhem. Dc heer Liefrinck is o.a. zeven jaar lid geweest van den Arnhemschen gemeenteraad. Verder was hij lid van het bestuu- van de Gemeen tespaarbank te Arnhem, bestuurslid van de Woningbouwverceniging Openbaar Belang on commissaris van de Nederlandsche Cre- diet- en Voorschotbank te Amsterdam. Dc teraardebestelling zal plaats hebben te Oos terbeek Dinsdagmiddag te half drie. Nieuwe filnt, De filmverkiezingen van de Nieuwe Film hebben reeds drie mannelijke candidaten aangewezen: Hans Albers, Willy Fritsch en Maurice Chevalior. In dit nieuwe nummer maken wij verder kennis met Het Leelijko Meisje Dolly Haas en de „Maalstroom der Wereldstad". De Nieuwe Pers* Jules Sauerwein schreef voor het jongste nummer van „de Nieuwe Pers" een artikel tje over De economische en Geestelijke chaos van Centraal Europa, terwijl A. den. Doolaard het zijne over Hooge Hoeden en Pantserplaten voortzette. Onder brieven uit het Buitenland is geschreven over de Mo hammedanen in Bosnië en Hcrzegowina. G. J. Nijland schrijft het sportoverzicht. In de filmrubriek is aandacht besteed aan de film van Claudettc Colbert: Nachtclub Ma** donna. Ouddid der Tweede Kamer en polb tiek hoofdredacteur van het Vaderland Na een langdurige ongesteldheid te op 74-jarigen leeftijd te den Haag overleden het oud-lid van de Tweede Kamer A. Rood- huyzen politiek hoofdredacteur van „Het Vaderland". Dc thans ontslapene werd 27 Jan. 1859 te Amsterdam geboren. Hij studeerde aldaar aan de universiteit en werd daar doctoran dus in de klassieke letteren. Daarna was hij aan de hooger burgerschool te Enkhui- zen werkzaam als leeraar in de oude talen en geschiedenis. Van 1905 tot 1918 is de heer Roodhuyzeri lid van de Tweede Kamer geweest. Hij stond bekend als een van de b^stc strijders voor dc liberale partij De heer Roodhuyzen heeft o.a zitting gehad in de staatscom- missie voor het onderwijs (bevredigings commissie) en sedert 191-4 was hij politiek! hoofdredacteur van het Vaderland. DE NOODTOESTAND IN DE MIJNINDUSTRIE. Heerlen, 20 Nov. Zaterdagmiddag vond alhier de bespreking plaats met de Lira- burgsche Katholieke Kamerleden, welke door het hoofdbestuur van den Katholieken Mijnw erkerbond was aangevraagd. De on gunstige situatie van de mijnindustrie en dc moeilijke positie waarin de mijnwerkers verkceren werd uitvoerig besproken. Enkele maatregelen, welke verlichting in den toe stand juden kunnen brengen, werden on der het oog gezien. Het hoofdbestuur van den R. K. Mijn werk ersbond vroeg hiervoor de steun van dc liberale Kamerleden* welke bereidwillig werd toegezegd. In verband hiermede zijn dezer dagen nadere stappen van den R. K. Mijnwerkers- bond te verwachten. De persoonlijkheid ontstaat door zelfont vouwing. door BASIL KING. (Uit het Engelsch). Terwijl juffrouw Nash met haar zachtcn, verlegen glimlach haar hoofd schudde, stak de zonderlinge burgervrouw de vijfde Avenue over en sloeg toen een st aat in, die naar de East River leidde. Na de Vijfde Avenue een paar honderd meter achter zich te hebben, waren zij en het kind in don wagen geheel in de krioelende menschenménigtc opgenomen. Zich bewust zijnde, dat zij door haar voortdurend ge mompel allicht voor een half waanzinni ge zou worden gehouden, sloot zij met een grimmige vastberadenheid haar lippen op elkuar. Zij was klein van postuur, en als rnen haar van nabij bekeek, ontdekte men dat zij eens rnooi was geweest, met iets wilds en donkers in haar gelaatstrekken. Zelfs nu, terwijj zij zich een weg baande tusschen de ongemanierde mannen en vrouwen en schreeuwende, spelende kin deren, flitsten haar wilde, donkere oogen nu eens van plotselinge booshpid, dan weer schoten zij vol tranen. Het huis, waar zij stil hield, onderscheid de zich nauwelijks van de honderde an deren, waarvan de eerste verdieping uit kosthuizen bestond en de tweede uit ka mers voor één gezin. Van boven van een steenen trap kwam een slonzige, glundere moederlijke vrouw log aangeloopen om met den kinderwagen een handje te helpen. „Dus daar bont u nu met uw kind, juf frouw Coburn! Nu kan je dc boel in orde gaan brengo^'. Het antwoord kwam, alsof het van bui ten geleerd was. „Ja, dat kan nu gebeuren. Haar bedje is al klaar, maar al 't overige ligt nog net zoo door elkaar, als toen ik hier introk. Maar 't bedje is in orde, dat is de hoofdzaak. Ze is van natuur een prikkelbaar kind, zoodat u 't niet vreemd moet vinden, als u haar soms eens hoort huilen. Sommige menschen dachten dat ik haar nooit zou krijgen, dus als u soms mocht hooren, dat rnijn dochtertje is ge storven Dan weet ik nu dat 't niet waar is", antwoordde de glundere vrouw lachend. ,.U hebt haar immers hier; hoe zou ze dan dood kunnen zijn? Mag ik eens eventjes kijken?" Zij hadden nu den wagen de trappen op gedragen en hem in het gangetje geplaatst Toon de zonderlinge vrouw merkte, dat zij niet anders kon doen dan aan het verzoek voldoen, beefde zij, maar schikte er zich in. De buurvrouw lichtte het gordijntje op en keek er onder. „Wat een schatje! En ze ziet er niets zie kelijk uit, heelemaal niet". „Neen, in haar gezicht niet, maar haar lichaampje is wat uitgeteerd. Zoolang ik haar heb „Ik denk dat er te veel kalkwater in haar melk is. 't Is immers een flessche- kind! Ja, met die flesschekinderen twee van mijn vijf waren 't ook moet jc pro- beeren en nog eens probecren, en bijna al tijd zal je zien, dat 't dat akelige kalkwa ter is, dat hen van streek maakt". Na de deur. die aan den linkerkant van de gang was, te hebben ontsloten, reed de zonderlinge vrouw haar schat in een ka mer, waar het benauwd was, omdat de ramen dicht waren en duister, orndat de blinden gesloten waren. Don sleutel achtor zich omdraaiende, was zij eindelijk alleen. Zij viel op haar knieën en trok het gor dijntje zoo woest op zij, dat het bijna af scheurde. „Mijn Gracie! Mijn Gracie. God nam je niet van me weg! God zou niet zoo slecht zijn! Ik heb 't maar gedroomd, en nu ben ik weer wakker". Plotseling kwarn er eon verandering over haar. Zij trok haar hoofd terug en streek toen met bride handen over haar heele ge zicht. Ontzetting straalde uit haar oogen, baar gelaat werd vaal, en haar lippen ont sloten zich. „Hiervoor ga ik twintig jaren in de ge vangenis misschien nog langer. Opge hangen zal ik er, geloof ik, niet voor wor den, maar twintig jaren krijg ik :r zeker voor, als ze 't. ontdekken'Zij sprong over eind, nog steeds half verstaanbare zin nen mompelend. „Maar ze zullen 't nooit ontdekken? Wat is er eingcnlijk te ont dekken? 't Is rnijn eigen kind! Mijn sc-hat van 'n kindje!' Toen viri zij weer op haar knieën en kroop naar het wagon tje. met haar oogen strak gevestigd op hot gezicht van het kind. „Mijn kleine Gracie! Ik heb jc zoo gemist, terwijl j i weg was. Mijn hart was er bijna van kapot. Maar nu ben ja weer bij me en jc bent heelemaal van m'j van inij alleen! Het ventje opende zijn oogen. Het was zijn gewone uur van wakker worden. Voor de eerste maal in zijn leven kreeg zijn ge zicht door verbazing een uitdrukking, die zich later nog dikwijls zou herhalen. In plaats van in zijn donzige, propere nestje te liggen, bevond hij zich nu in een hol letje, dat zijn zintuigen onaangenaam aan deed. In plaats van di Na-Na met haar zachten glimlach, of de Ma-Ma met haar liefde, zag hij dc schrikaanjagende wilde oogen van deze vrouw, die een gevoel bij hem wekte, dat hij later leerde onderken nen als vrees. In plaats van zijn sraette- looze, vroolijke kinderkam-r, was hij ver zeild geraakt te midden van een romme lige hoop huisraad, dat juist een leegstaan de kamer was binnen gedragen Niet dat hij de details waarnam, maar hij zag het als een geheel, waarvan do oiidcidaelen onafscheidelijk met elkaar waren verbon den, proefde het als een giftdrank, waarvan de samenstellende bes'anddeolen niet meer van elkaar waren te onderkennen:. Het tenige dat hij kon doen. was klage lijk huilen, waaruit een voor hem zelf ge heel nieuwe gewaarwording klo ik: angst. Dia angst was des te grooter, omdat hij er geen verklaring voor kon vinden. Tot nu toe was hij zich slechts bewust geweest van macht. Hij was altijd een oppermach tige baby geweest, die gehoorzaamd werd zonder te behoeven te bevelen. Nu was hij herboren al6 slaafje, in omstandigheden ge plaatst, waarin zijn heerschzuchtig kinder willetje machteloos zèou zijn. H'.j begreep dit, natuurlijk niet door redeneeren, maar door een instinctmatig gevoel, dat zijn hartje brak. Het wae niet uitsluitend de el lende van het oogenblik, die uit zijn hui len sprak, maar ook vrzes voor de toe komst. Er was iets anders gekomen in zijn. wereld van blijheid, teederheid en b.riiaagv lijkheid, en dat had hij gjvoeld. Zonder te weten wat het was, schrikte hij door de aanraking er van, en snikte. En toch is behoefte aan liefde in heti hart van elk jong schepsel zoo groot, dat toen de vreemde vrouw hem uit den wagen nam en tegen haar boazem heen en weer; wiegde, hij een beetje tot bedaren kwam. Maar gemakkelijk ging dat niet, want al hield zij hem dicht togen zich aan, en zong zij voor hem in den lagen wipstoel zittend, waarin zij ook haar dochtertje hod op en neer geschommeld, bij bleef snikken maar niet zooals hij dat in zijn kinderka mer had gedaan. Daar vond hij snikken vermakelijk. Nu deed hij het echter alleen maar omdat er in zijn binnenste iets was kapot gemaakt. Maar hij geraakte moe van het snikken; het krampachtige huilen werd allengs minder en zijn groote verdriet werd minder wanhopig. Liefde had hem in haar armen; het was wel n:et de li ride van Ma-Ma of Na-Na, rnaar het was toch liefde, die hem omarmde en hem in slaap zong. Zoolang de zeeman, die schipbreuk heeft geleden, nog een vlot onder zich' h -cft, zinkt hij nog niet. Allengskens zocht li ij troost aan den boezem van de vreemde vrouw, thans zijn ecnige toevlucht. Als oen een stuk wrakhout, dat hem boven water moest houden, sloten zijn handjes zich om de blouse der vreemde vrouw. (Wordt vervolgdj

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1933 | | pagina 5