KEP5TMIS enheUOONEEL n VONK het om zün K. DIKKESCHEY DAMESKAPPER 'X KEIZERLIJK KERSTFEEST NAAR FRANCOIS COPPE Door H. J. DE RONDE'HOHN Schrijfmachinelinten Carbon Steeds het beste. Fa. H. ELZENAAR KERSTKRANSEN EN WEIHNACHTSTOLLEN J. VONK Koek- en Banketwinkel W. VONK Concertgebouw „DE VALK" ZALEN TE HUUR voor alle doeleinden H.v. VIANDENSTRAAT20 't Is aan den vooravond van Kerstmis in het jaar 1811. Sinds tien uur zit Napoleon alleen te werken in zijn kabinet van het pa leis der Tuilerieën. De groote ruimte is in schemering gehuld; hier en daar schitteren .vaag ecnige vergulde voorwerpen, de lijst van een schilderij waarvan de voorstelling onzichtbaar blijft; twee leeuwenkoppen die de armen van de leunstoel sieren en de zware eikelvormige gordijnknoppen. De waskaarsen van twee kandelaars met metalen kappen verlichten slechts de groote tafel die bedekt is met atlassen en dikke re gisters in groen marokijn gebonden en voor zien van de ,.N" en de keizerlijke kroon, Reeds bijna tweo uren arbeidt do groote meester en buigt hij over de landkaarten en de berichten omtrent den toestand van zijn legers, zijn machtig voorhoofd waarop een zwarte haarlok neerhangt; dit voor hoofd is zwaar van gedachten, zwaar als de Wereld welker verovering hij bepeinst. De geopende atlas toont een kaart van Azië en de hand des keizers, vrouwelijk zacht en fraai, zoekt met den wijsvinger langzaam, lager steeds lager, midden door Perzië een weg naar Hindoestan. „Ja, Indiel Langs een weg over land? Waarom niet! Sedert zijn vloot overwonnen en vernield is, kan de veroveraar nog slechts dezen we; nemen, onder de ruischende palmen der ge heimzinnige bosschen, gevolgd door de wap perende vaandels, waarop de gouden ade laar tusschen de bajonetten schittert, om Engeland in het hart zélf aan te tasten, d w.z. in zijn overzeesche bezittingen, zijn grootsten schat!. Hij, Napoleon, heeft reeds den roem eens Césars en van een Karei den Groote, hij wil nog dien van een Alexander hebben. Hij droomt van deze heerlijkheid, zonder er zich ook maar een oogenblik over to verwon deren. Hij kende het Oosten reeds, heeft er zelfs 'de onvergetelijke legende achtergelaten van een mageren generaal met lange lokken, rij dend op een kameel! Voor den zwaren Kei zer in grijze overjas zou, aan den oever van de Ganges, de olifant van Prins Borus noo- riig zijn. Hij, Napoleon, zal daarginds de soldaten met gebronsd gelaat en wit mousselinen tulband, bevelen; hij zal, omringd door zijn staf, de Maharadjahs zien, rood schitterend van edelgesteenten; hij zal de monsterach tige afgodsbeelden, die hun tien armen hef fen boven den mijter van diamanten, over zijn toekomst raadplegen 1 Kort geleden heeft in Egypte de Sphinx van graniet met den afschuwelijken platten neus hem diep teleurgesteld. Terwijl hij peinzend voor haar stond, beide handen ge leund op zijn degen, bleef zij koel en zwij gend en geen enkel harer geheimen heeft zij hem onthuld. Keizer van Europa! Sultan van Azië! Slechts dit zullen de titels zijn, die men op zijn grafzuil mag beitelen. Een hinderpaal rijst voer zijn oog: 't on metelijke Rusland! Hoewel hij getrarht heeft de weifelende vriendschap van Alexander te behouden, is hem dit niet gelukt Nu zal hij zich echter niet ontzien om hem te be strijden ente overwinnen. De kleine hand des keizers doorbladert, gretig zoekend, de groote boekdeelen, de lijsten, die hem tot op den laatsten man de sterkte melden van het kolossale leger, dat reeds in gesloten gelederen optrekt naar Niëm en- Ongetwijfeld zal hij den alleenheerscher van het Noorden verslaan; hij zal hem als ondergeschikt vazal, gevolgd door zijn hor den wilde miters, meevoeren naar dc over winning van het Oosten. Keizer van Europa! Sultan van Azië! Het werk is niet to veel en niet te zwaar voor zijn wenschen en zijn wilskracht En als lm het ontzaglijk keizerrijk gegrondvesl zal hebben, dan zal dit nu geen gevaar loo- pen om tusschen zijn luitenants te worden verdeeld, zooals eertijds Macedonië, want... sedert den 20sten Maart heeft Napoleon een zoon, de erfgenaam van zijn roem en zijn macht! De mond des Keizers plooit zich tot een vriendelijken glimlach bij de gedachte aan het kind, dat in het stille paleis, zoo dicht bij hem, sluimert Plotseling richt hij verwonderd het hoofd op. In het zorgvuldig gesloten vertrek waar de dikke gordijnen voor de vensters zijn neergelaten, dringen vreemde, diepe geluiden; het is alsof dc groote bijen die in goud op het behang ge borduurd zijn allen beginnen te gonzen. Dc keizer luistert oplettend en in dit vreemd geroes en gezoem herkent hij nu duidelijk de trillingen van kerkklokken. „O ja, het is Kerstmis, de mis van middernacht!" het zijn de klokken van alle kerken In Parijs, die door hun plechtig gelui de geboorte van Jezus herdenken. Nog kort geleden heeft Bonaparte deze klokken in orde laten maken, opdat ze zich te zijner eer© in beweging zouden zetten voor het heorlijk te Deum, hulde aan den vrede-stichtenden consul. En nauwelijks eenige maanden geleden "werden zo mot volle kracht en juichend ge luid op den geboortedag van den Koning van Rome. Gedenkwaardigo datum, toen de hemel aan den held een zoon en erfgenaam schonk en hiermede de wettigheid van zijn werk scheen te erkennen en de duurzaamheid ervan verzekerde. Dezen avond evenwel luiden do klokken ïn den kouden helderen nacht voor het nederige kind, voor den zoon van den tim merman, geboren op het stroo van een stal lang, lang geleden; terwijl geheimzinnige stemmen in de ruimte van het met sterren bezaaide uitspansel, blijde verkonden' Eerc zij God en Vrede op aarde! De keizer luistert naar de Kerstklokken, llrj denkt aan zijn droeve en verwaarloosde jeugd, de middernachtsmis in de kerk te Ajaccio, gelezen door zijn oom, den aarts diaken. Hij herinnert zich dc terugkomst der talrijke familie in het oude huis, stom me getuige van veel armoede, stil en fier geleden. Ilij ziet zijn moeder, een schoone en waardige vrouw, aan het hoofd der tatcl gezeten bij het nuttigen van 't sober maal van kastanjes. Zijn zoon echter, zijn eigen kind, de zoon van den machtigen keizer en dc aartsher togin van Oostenrijk, zal geen ellende ken nen, hij zal over al de schatten van dezen wereld kunnen beschikken... Daar buiten in den ijskouden nacht luiden nog steeds de Kerstklokken. De oude snorrebaard met de ruige beren muts op, die met groote, driftige passen voor zijn wachthuisje aan de poort der Tuilerieën heen en weer loopt, denkt in dit oogenblik misschien aan een gebed of een lofzang, dien hij vroeger geleerd heeft, ge leund aan de schoot zijner moeder. Hij glimlacht teeder onder zijn borstcli- gen knevel bij de gedachte aan 't kindeke Jezus in zijn wiegje. Den Keizer zelf ontgaat het heilig roepan der klokken; hij denkt slechts aan zijn eigen kind. Plotseling wordt hij aangegre pen door een onweerstaanbaar verlangen om hem te zien. Hij staat op, kinpt in de handen en dadelijk wordt een geheime deur in het behang geopend en Roustan komt binnen. Op een teeken van zijn meester neemt hij een der kandelaars en voorge licht door den trouwen Mameluk begeeft do keizer zich door de verlaten gangen rechtstreeks naar het verblijf van den klei nen koning. Hij treedt binnen, geelt met een handbeweging aan de min en de kamer vrouwen bevel zich te verwijderen en blijft peinzend staan voor de wieg van den jong geborene. Dc koning van Rome ligt in diepe rust. 't Lieve gezichtje met de gesloten oogen, half weggedoken in het kussen en qon \an zijn kleine, poezele handjes, dat op de de kens ligt, vormen twee plekjes teeder roze kindervleesch te midden van het witte lin nen en de kanten. En over deze reine, blanke wade, over deze kuische onschuld, nergens zoo zuiver en klaar als bij een sluimerend kind, schijnt het scharlakenrood© lint van liet Le gioen van Eer als een breede bloedgolf uit te vloeien, 't Sprekend symbool van den stroom van bloed, die zal worden vergoten in dc hoop, dat dit kleine hoofd, nu nog zoo zwak en teer, eens de zwaarste kroon zal dragen en dat die kleine hand, nu fijn en blank als een bloem, later een heelen bun del scepters zal omvatten. Napoleon be schouwt zijn zoon aandachtig en zelden hebben menschelijke ijdclheid en vaderlijke trots een hart met grooter weelde vervuld dan in deze oogenblikken het gemoed van den machtigen keizer doortrilt. Hij droomt, dat de grootwaardigheidsbeklecders van zijn hof, zijn generaals, beroemder dan de helden van Homerus, zijn ministers en zijn met goud getooide raadsheeren in eerbiedig ontzag voor deze wieg buigen en dat zelfs do afvallige Jacobijnen, die oude konings moordenaars, die nu de keizerlijke livrei dragen, ternauwernood zullen durven din gen naar de gunst om deze kleine kinder hand te mogen kussen. Do keizer droomt en in het verwarde ge luid van dc klokken, die den Kerstnacht herdenken, meent hij den golijkmatigen pas der troepen en het rollen der kanonnen te hooren, daarginds op de bevroren wegen van Duitschland en Polen. Half bedwelmd door vaderlijken ijver, denkt hij meer (Jan an ders aan het groote leger en aan dc ver overing van Rusland en Indië en hij zich zelf zweert hij, dat hij aan zijn erfgenaam al de tronen van dc oude wereld zal nala ten. Hij heeft hem als eerste geschenk reeds de stad St. Pierre gegeven, maar de kleine zal weldra onder zijn speelgoed andere hei iige steden hebben. Emir van Mekka! Rad jah van Benares! Slechts deze titels zijn waardig om door een koning van Rome ge dragen te worden. O, waarom zijn de vrouwen van Frank rijk niet vruchtbaarder? Waarom kan hij de onoverwinnelijke veldheer, niet over een millioen, ja, twee millioen soldaten be schikken? Dan zou hij den geheelen aardbol, liet heelal in deze kleine hand leggen. Dc keizer droomt, doof voor de stem der heilige klokken, zonder één enkele gedachte aan Hem. die in de hemelen regeert en met evenveel welgevallen neerziet op een mieren hoop als op de grootste keizerrijken. Hij droomt, maar voor zijn droomenden geest blijft de ware toekomst verborgen. Hij ziet niet, hoe zijn onmetelijk leger bc graven wordt onder de sneeuw van de Béré sina; hij ziet niet, dat het laatste zegeteeken van zijn adelaars wordt weggemaaid door de Engelsche kartetsen in den slag bij Wa terloo; hij bespeurt niet de rots midden in den oceaan waar hem de kwellingen van een Prometheus wachten, maar bovenal blijft hem dc aanblik bespaard hoe in het park te Schönbrunn een bleeke en treuri uitziende jongeling wandelt, wiens witte uniform een Oostcnrijkschc orde siert en die schor en pijnlijk hoest, terwijl hij lang zaam en moede over de dorre bladeren treedt. En terwijl dc keizer zijn afschuwelijke hersenschim vervolgt, zich voorstelt, dat zijn zoon en diens opvolgers over de geheele wereld rcgceren en zich verbeeldt dat hij zelf, Napoleon, na verloop van tijd een legende, een fabelachtig verdichtsel, een nieuwe Mars geworden is, of een zonnegod pralend in het Zodiak te midden van zijn twaalf maarschalkenluiden de klok ken dringend, juichend en zegevierend ter cere van het arme kleine kind, geboren te Bethlehem, dat vele eeuwen geleden i n w a a r h e i d de wereld veroverd heeft, ech ter niet met ruwen strijd en bloed, doch met het onvergankelijk woord van Liefde en Vrede, dat van eeuw tot eeuw over de menschheid regeeren zal. Onder de ontwikkelden zal het aantal van hen, voor wie de samenkoppeling van deze twee begrippen zonderling aandoet, wel niet groot meer zijn. Behoudens door hetgeen de school en het literatuurboek hieromtrent leeren hebben de Kerstspelen die de laatste jaren meer en meer in zwang komen, do verwantschap van beide ook voor den modernen mensch weer veraan scbouwelijkt De zaak van het leekentoo- neel, die o.a. in de vrijzinnig-christelijkp jeugdbeweging, maar ook elders haar an ker heeft uitgeslagen, cn die grootendeels uit Duitschland is geimporteerd, heeft ook de aandacht gevestigd op do mogelijkheid om gewijde gebeurtenissen als de geboorte van Christus tot onderwerp te maken van tooneelhandeling. Zelfs protesten tsche kerkruimten worden voor dit doeleinde af gestaan. iets dat zeker een dertig jaar ge leden nog tot de onmogelijkheden behoorde. De moderne mensch is opnieuw toegan kelijk gebleken voor de schoonheid van primitief tooneel, en daarmee ook voor de dramatische schoonheid van Bijbclsche verhalen, die zoo eenvoudig mogelijk zij t met eenige afwijkingen, die het tooneel vereischt en met aanvullingen die de men schelijke fantasie zich veroorlooft aan den volke worden voorgesteld. Het feit dat Paul Brann met zijn kerstspel, vertoond met behulp van marionetten, ook ten on zent een doorslaand succes heeft, is even eens bewijs van het gesignaleerde ver schijnsel. Ook do anthroposophen hebben zich in deze richting verdienstelijk ge maakt door zoo nu en dan tegen Kersttijd op verschillende plaatsen van ons land vertooningen te geven van een kerstspel dat de heilige gebeurtenissen op kinder- lijke-devote cn kinderlijk-amusante wijze dramatiseert. Ik weet niet welken tekst zij daartoe hebben gebezigd; vermoedelijk een van Zuid-Duitsche afkomst. Want in Zuid- Duitschland. in Tyrol etc. is méér en regel matiger dan elders de vertooning van kerstspelen voor en door het volk in zwang gebleven, en tot in de 19e eeuw heeft men hier nieuwe bewerkingen van oude teksten gebruikt die weliswaar een middeleeuw- schen eenvoud behielden, al hebben zij met oorspronkelijke raiddeleeuwsche be handeling niet zoo heel veel meer van doen. Het is er in dit artikel niet om begonnei. een onderwerp, dat tenslotte zoo omvang rijk is als dit. eenigermate volledig te overzien; wij volstaan met een enkelen creep, en bepalen ons daarbij in hoofdzaak tot liet interessantste: het kerstspel in zijn oudste gedaante. Wij zeggen voor niemand iets nieuws als wij er aan herinneren dat ons middel- eeuwsch tooneel, althans gedeeltelijk, zijn ontstaan dankt aan de kerk, waar de mis - in wezen zelf een dramatisch-symbolisch gebeuren op bepaalde kerkelijke feest dagen aangevuld werd met het aanschou welijk gemaakte feit dat op den feestdag werd herdacht. Men moet dit zeker niet aldus opvatten dat zonder de kerk ons West-Europeesch tooneel niet zou bestaan. Het had zich zeer zeker ook buiten do kerk om gevormd. Dc speeldrift is de menschheid van oer tijden af ingeschapen (men ziet het aan het kind) en naast en buiten misschien zelfs wel ten deele tegenover het geeste lijk tooneel had zich in de middeleeuwen reeds de volksche vastenavondklucht ont wikkeld, terwijl bovendien daarnaast nog een humanistische tooneel-litteratuur is aan te wijzen geïnspireerd op de klassieken Evenwel: van uit de kerk heeft het gees telijk tooneel zijn weg genomen en door gansch West-Europa het aanzijn geschon ken aan een machtige reeks mysterie- en mirakelspelen, in verband waarmee ten slotte ook de befaamde moraliteit ontstond. Aan de basis van deze ontwikkeling staan het Paaschspel en het Kerstspel. Logischer wijze zou men verwachten dat het Kerst spel. het spel van de geboorte, zou voor af gaan aan het Passiespel, het spel vaL lijden, sterven en opstanding. Maar het is zeer waarschijnlijk dat juist het omge keerde het geval is en dat het Paaschspel vooral dat van de opstanding een zeei gewichtig kerkelijk geloofstuk aan het Kerstspel is voorafgegaan. Beide maken overigens een soortgelijke ontwikkeling door. Aanvankelijk strikt aangepast aan de liturgie, gebonden aan den Latjjnschen tekst, zeer bescheiden van omvang, en ge zongen (door priesters, monniken en koor knapen), wordt het almeer gewoonte ver zen in te voegen in de volkstaal, nieuwe figuren in te lasschcn en verwante gebeur tenissen of betoogen, waarbij niet alleen het doceerend maar ook het grappige ele ment een steeds grootere plaats gaat in nemen. Eindelijk worden de drama's ge heel in de volkstaal geschreven, tegelijk verliezen ze daarmee hun gezongen karak ter: voortaan worden ze gereciteerd. Ten slotte nemen zo een dergelijken omvang en een dusdanig karakter aan, en wordt de kijklust bovendien zóó groot, dat de kerke lijke overheden besluiten de stukken niel meer in de kerk toe te laten, en de priesters verbieden or aan deel te nemen. Voor wie weet wat de kerk in de mid dcleeuwen voor het volk betcekende, èn wat zij binnen haar muren toeliet, wil dit zeggen dat de geestelijke spelen al spoedig een sterk „wereldschen" inslag hebben ver toond, welke steeds meer voerde tot ver wildering en exces. Do kerk zoo beweert een Engelsch auteur terecht was niet alleen de kerk, maar de school, de ontmoetingspaats, het centrum voor kunst en nóg belangrijker voor vermaak. Het middeleeuwsche geloof was ernstig en mystiek, maar hield ook van lachen cn spotten, zelfs op de geestelijk beid. Er moet dus heel wat gepasseerd zijn voor aleer de kerkelijke overheid tot zoo'n stren gen maatregel besloot. In de kathedraal van Rouaan stond in de twaalfde eeuw een beeld van de Maagd en het kind op een verhooging achter het altaar. Een jongen, geplaatst vóór en bo ven bet koor, een engel voorstellend, kon digde dc geboorte aan tot een groep ka- rnunniken, die beneden binnenschreden in herderskleedij. Toen zij de groote deur van bet koor gepasseerd waren zette een kna penkoor, eveneens op een verhooging, de Engelenzang in: „Eere zij God in den Hoo ge", waarop de herders antwoordden: „Vrede op aarde onder de menschen van goeden wille". Toen zij het koor naderden werden zij tegemoet gegaan door twee priesters, gekleed in dalmatieken, en vrou wen voorstellend, die de herders vroegen: „Wie zoekt gij?" Zij antwoordden: „Onze Zaligmaker, Christus onze Heer". De pries ters trokken vervolgens een gordijn weg, zeggende: „De Kleine is hier, zooals Jesaja heeft voorspeld". Vervolgens toonden zij het Moederbeeld, zeggende: „Aanzie de MaagdHierop bozen de herders, Chris tus vereerend en de Moedermaagd groe tend, waarna zij naar het koor terugkeer de onder „Halleluja" gezang. Ziehier in grove omtrekken een schets van een der oudste Kerstspelen. In ons land is eens handschrift bekend van een antiphonarium, dat in de 12e eeuw door de kanunniken van St Marie te Utrecht tijdens de Kerstnacht werd gebruikt. 'Hét uitgebreidere spel van Maastricht, dat de geheele geschiedenis van den zon deval tot de verzoening voorstelt, bevat op sommige plaatsen een woordelijke v.erta ling van het Utrechtsche spel in melodi eus Limburgsch dialect: Er hirden, wie gebert ir so? Mig dune ir siet van herten vro, Saget, wat hait ir vernomen, Of wat is uch zu voren kumen? In der engel trone Soige wir also schone Dat vil© selich kindolin, Dat der werelde Here sal sin. Méér dan het Paaschspel leende zich het Kerstspel tot een dichterlijke teederheid en een innig kinderlijke blijdschap, zoowel in den tekst als in de uitbeelding. Dat blijkt o.a. uit de Waalsche Kerstspe len, afkomstig uit bet Luiksche land, waar in een epiloog dc moeder van Maria, St. Anna, en haar twee zusters Maria Jacoba cn Maria Salome het Christuskind aanbid den en op een verrukten toon de kin derlijke, hemelsche schoonheid beschrijven van „le plus beau modèlo d'liommc qui ja mais de mèrc naquit." Maria Jacoba doet het in dezer voege: Trés chore soeur Marie, regardez votre fils co mme il rit. De ses beaux yeux, il nous regarde tou jours; je crois qu'il nous reconnait bien. Trés douce soeur, que vous êtes heureuse, d'avoir un si beau fils, et sl digne d'amour. Het oudste Duitsche Kerstspel, dat be kend geworden is, stamt uit Zwitserland, en het is niet zoo onbegrijpelijk dat in de stille dalen, afgesloten van de overige we reld, deze vrome vertooningen ook het langst intact gebleven zijn. De Kersttijd werd in de middeleeuwen beschouwd als de „accustomyd tyme of honest myrth". Germaansche en Romein schc invloeden deden zich hier evenzeer gelden als Christelijke. De heele periode van 25 December tot 6 Januari (Driekonin gen) behield dat feestelijk karakter, en stond in het teeken van de zonnewende, de geboorte van het nieuwe licht, de aankon diging van het nieuwe voorjaar. Het is mede in verband hiermee dat het simpele Kerstspel voortdurend werd uitgebouwd, aanzwol tot een ganschcn cyclus van spe len, maar tegelijkertijd ook meer en meer profaneerde. Ik noem als enkele van de spelen die het meest op den voorgrond tra den het Profetenspel waarin de profeten en heiligen van het Oude Testament stuk voor stuk hun getuigenis gaven het her derspel, dat met allerlei komische Einla gen en verzinsels werd gelardeerd (en vooral in Spanje en Engeland tot „exces sen" leidde), het spel om do gestalte van Herodes die het prototype werd van den kwade op het tooneel (zelfs Hamlet herin nert daaraan) bet opgewekte Drieko ningenspel, dat evenals het herdersspel tot kleurige processies leidde, de dramatische kindermoord en de H. Familie in de woestijn. Nog in de 15e eeuw had een opvoering van het driekoningen-mysterie in de Nieu we Kerk to Delft plaats. De drie koningen reden, ieder door een verschillende deur, de kerk binnen, van een groot gevolg ver gezeld en boden dan, in hot schip geko men, gezamenlijk het kindeken hunne of feranden, terwijl boven op het orgel de en gelen het „gloria in excelsis Deo" zongen cn de herders beneden op hun muziekinstru menten speelden. Do ster heeft hier ver moedelijk niet ontbroken, evenmin als in de Duitsche, Engelsche en Fransche drie koningen-mysteries. Het verschijnen èn verdwijnen van de ster duidt er op dat wij ook in de prille middeleeuwen al met eenig tooneel-toestel te maken hebben. Het zou interessant zijn de wijze van vertoonen nog wat diepgaan der te bespreken, maar dit zou in dit ar tikel te ver voeren. Ook bij de verdere ont wikkeling èn ten deele verwildering, kunnen wij thans niet meer stilstaan. Het spreekt wel bijna vanzelf, dat ook de refor matie zich van het dramatisch instrument bediende om de „nieuwe leer" ingang te doen vinden. Op Driekoningendag 1541 liet Ileinrich Knaust, rector van het Keulsch Gymnasium te Berlijn, door zijn leerlingen het z.g. „schooldrama" was reeds in zwang gekomen een drama op voeren dat men het eerste Duitsche Kerstspel van Protestantschen huize mag noemen. De aanhangers van do nieuwe leer schonken echter de voorkeur aan mysterie-spelen (als de prediking van Joh. de Doopcr en het spel der verzoeking) waarin zij zich polemisch konden uitleven. En daarvoor was het vrome, irenisch ge stemde Kerstspel toch eigenlijk dat werd ook zoo begrepen niet geschikt. C. A. S. KANTOORBOEKHANDEL Langestraat 84 Teletooo 528 LANGESTRAAT 87 TEL. 50 Zooals Amersfoort bekend is ora zijn omstreken, AMERSFOORTSCHE JAN HAGEL ONTBIJT- en SUCADEKOEK GROVE DIRK en KEESJES (dik St. Nicolaas) Uit de van ouds en overal be kende ouderwetsche Langestraat 97 Telefoon 281 HET WONDER MIDDEL „A MBO R" voor Rheumatiek, Jicht cn Ischias (ook voor de meest verouderdo gevallen). Prijs per flesch f 1.50. DROGISTERIJ „DE GAPER" JULIANAPLEIN 3, Amersfoort. TELEFOON 1681

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1933 | | pagina 10