SNELTAXI
CAFÉHOUDER DOODGESCHOTEN
FEUILLETON
Dinsdag 6 Maart 1934
32 e Jaargang No. 209
ZES JAAR GEEISCHT
WEGENS DOODSLAG
UIT DE STAATSCOURANT
DRAMA TIJDENS HET
CARNAVAL
Twaalf jaar geëischt
SNEL-VEILIG-GOEDKOOP
DE VERHOOGING VAN
EXAMENGELDEN
VEILIGE HAVENS
De verdachte beroept
zich op noodweer
Amsterdam, 5 Maart. In den nacht
van 29 op 30 September had in de Boom
straat alhier, een schietpartij plaats, waar
van do caféhouder F. A. Arts het slacht
offer werd.
Op korten afstand loste de 36-jarige los-
werkman J. M. E. een schot op den caféhou
der. Arts werd getroffen in de rechterwang
naast de neu6 waar de kogel is binnenge
drongen, cn vervolgens zijn weg heeft ge
nomen rakelings, langs de rechter 6laap
kwab der groote hersenen tot onder het
rechter rotsbeen Tengevolge van een en an
der is een besmetting met z.g. gasvormen-
de bacillen opgetreden. Arts overleed in
den nacht van 5 op 6 October j.l.
Vandaag stond de los-werkman voor de
Vijfde Kamer der Arr. Rechtbank terecht,
verdacht van doodslag, subs, zware mishan
deling den dood tengevolge hebbende.
IIij wordt verdedigd door mrs. Bern Co-
hen cn Van ITattum, in totaal zijn achttien
getuigen gedagvaard, waaronder verschil
lende deskundigen.
Als getuige deskundige wordt dr. W. A.
Levy, chirurg in het Binnen Gasthuis ge
boord. Als doodsoorzaak geeft hij op sche-
delbasisbreuk door een schotwonde veroor
zaakt. Bij de wonde zijn complicaties geko
men, w aardoor de man, een week na de
wonde te hebben gekregen, is overleden. Des
kundige heeft geen alcoholische verschijn
selen bij den patient waargenomen.
Na de pauze neemt de president, mr. De
Gaay Fortman een kort verhoor af aan den
verdachte. Hij zegt, dat hij een revolver had
gekocht, omdat menschen hem hadden ge
waarschuwd, dat do caféhouder op hem
loerde
President: „Wie waarschuwde U?"
Verdachte noemt eenigo namen, waarbij
o.a. die van de dochter van den versla
gene. Verdachte was togen elf uur '6avonds
in de Boomstraat gekomen, hij was het ca
fé niet binnengegaan, maar buiten had hij
met de vrouw van den kastelein staan pra
ten. Plotseling had een dochter van den
caféhouder geroepen; „Joop, daar komt va
der aan!" De caféhouder was dreigend op
hem af gekomen en plotseling had hij een
stekende beweging gemaakt.
Pre6.: „U hield uw hand aan den trek
ker?"
Verd.: „Ja, meneer de president, Arts
sloeg tegen mijn hand en toen ging tegen
mijn wil het §chot af. Ik zag Arts vallen,
ik heb toen flog even bij hem gestaan en
ben toen terug gegaan".
Aanvankelijk was verdachte na het ple
gen van zijn daad gevlucht. In den nacht
van 30 September op 1 October had hij zich
echter aan het bureau Westeretrdaat aan
gemeld. Toen den rechercheur had hij zich
onmiddellijk op zelfverdediging beroepen en
gezegd, dat Arts hem met een mes had wil
Jen steken Wel zou hij, aldus verklaarde
'de politieman, verklaard hebben, dat hij
uit zelfverdediging geschoten had.
Pres.: „Waarom1 hebt u zich niet direct
aangemeld bij do politic".
Verdachte wijt dit aan zijn zenuwachtig
heid.
Geen barmhartige Samaritaan
Een buurvrouw, die vanuit haar raam de
Schietpartij heeft gezien, wordt daarna ge
hoord. Hoe alles precies gegaan was, kon
zij niet zeggen.
President: „Weet u, dat er tusschen Arts
en verd. een minder goede verhouding be
stond?"
Getuige: „Ik weet het niet..."
Ook deze getuige had den ver6lagcne stil
laten liggen, zonder bom hulp te bicden.
Pres.: „Nu, de barmhartige Samaritaan
schijnt ook niet in de Boomstraat te wonen."
Do vrouw van den ver6lagene komt dan
voor het hekje.
Het „van de dooden niets dan floeds" wordt
door haar niet gehuldigd. Zij is slecht ever
het gedrag van haar verslagen echtgenoot
te spreken. Ilij was een „moeilijke" man,
die weinig werkte en veel dronk. De ver
dachte daarentegen had het gezin dikwijls
daadwerkelijk geholpen. Volgens do vrouw
was de verhouding tusschen Arts en ver
dachte zeer goed.
Pres.: „Maar verd. heeft verklaard, dat hij
gewaarschuwd was, dat uw man op hem
loerde."
Getuige: „Ja, dat is ook zoo, maar dat
was pas de laatste paar weken. M'n man
zei toen nog tegen me: „Waarschuw E
maar, want ik zal hem in een „harnas" lat
ten loopen."
Mr. Cohen: „Heeft uw man u wel eens
met een mes bedreigd?"
Getuige: „Oh ja, dikwijls, met een bijl
zelfs!"
Een schoonzoon van den verslagene, die
ook in de Boomstraat woont, is blootvocts
do straat opgegaan, nadat hij het schot en
daarna een gil had gehoord. Getuige zag
menschen om den verslagene slaan, en is
toen eerst weer naar buis gegaan om zich
verder aan te kleeden In dien tusschentijd
is de politie gekomen. Getuige heeft den
verdachte in "t geheel niet gezien Toen get
den tweeden keer op straat kwam... is hij
met z'n hond een eindje om gaan wandelen.
De president, mr. de Gaay Fortman sprak
den verdachte zijn bevreemding uit over
zijn wonderlijke houding.
Getuige: „Was 't niet goed?"
President: „Nee, u had toch heel wat kun
nen doen!"
Getuige: „Wat dan?"
President: „U had den man kunnen op
nemen, naar binnen dragen en op zijn bed
leggen."
Getuige: „Zoo'n zware man? Ik ben bij
zulke dingen niets waard, Edelachtbare.
President: „Toen bent u maar gaan wan
delen. Het ontbrak u dus aan moed cn ge
zond verstand... om niets ergers te den
ken."
De getuige deelde verder mede, dat hij
dien nacht tot drie uur op 6traat is geble
ven; men was bang, dat de familie van den
verslagene in de 6traat een „standje" zou
komen maken, hetgeen nog al vreemd werd
gevonden door den president, die meende
dat als de familie zou komen, het dan toch
zeker in de eerste plaats zou zijn geweest
om een condoleantiebezoek te brengen
•Voorts deelde deze getuige mede, dat dien
avond al de waarschuwing was rondgege-
ven, dat de verslagene „flink gejajernd"
had. en dat verd. dikwijls door den ver
slagene was bedreigd. De verd., aldus get
was dan laatsten tijd bevreesd om op straat
te gaan, en keek, voor hij uitging, eerst door
de ramen of alles veilig was.
Requisitoir.
Deze zaak i6 zeer ernstig, aldus de Offi
cier van Justitie, mr. Bosch, daar deze ver
dacht het leven van een ander mensch heeft
genomen. Het opzet om te dooden was bij
verd. aanwezig, een zeer ernstige schuld
heeft hfj daardoor op zich geladen. Nog ern
stiger is het, wanneer men bedenkt, dat de
eerbied \oor het leven hoe langer hoe ge
ringer wordt. Vlak na de schietpartij in de
Boomstraat werd de moord in den IJpolder
gepleegd en nog vandaag is een vrouw neer
geslagen.
Spr. requireerde wegens doodslag een ge
vangenisstraf van zes jaar.
Het woord i6 hierop aan de verdediging.
Mr. van Hattura schetste uitvoerig den
persoon van den verdachte en dien van den
verslagene, zooals die uit het getuigenver
hoor naar voren is gekomen.
De tweede verdediger, mr. B. Cohen be
pleitte vrijspraak, zich daarbij beroepende
op den ongclukkigcn samenloop van om
standigheden.
PI. vroeg de onmiddellijke invrijheidstel
ling van den verdachte, hetgeen na raad
kamer werd afgewezen.
Vonnis 19 Maart.
Te elf uur werd de zitting, die slechts
door een korte middagpauze en van half
zeven tot acht uur was onderbroken, ge
sloten.
Een dergelijke avondzitting van do Am-
sterdam6Che Rechtbank is naar wij meenen.
sinds de zaak van de Veendammcr Hypo
theekbank, nu jaren geleden, niet meer voor
gekomen.
Bij K.B. is toegekend du zilveren eerc-
medaille der Oranje Nassau-Ordc, met de
zwaarden, aan den adjudant-onderofficier
van den staf der infanterie J. II. de Graaf,
administrateur van liet militair magazijn
van levensmiddelen cn der militaire bakkc
rij te Utrecht.
Bij K.B. is aan den reserve-eerste-luite-
nant der militaire administratie W. K. H.
Ie Fevre van het 4e regiment veldartillerie
een eervol ontslag uit den militairen dienst
verleend.
Bij K.B. is benoemd tol reserve officier
van gezondheid der tweede kla«6c bij de
landmacht R. A. M. U. Gommers, arts.
Bij K.B. zijn benoemd; lot reserve tweede
luitenant bij zijn tegenwoordig regiment
de vaandrig J. J. van Gelder van het 5e
regiment infanterie; tot reserve-eerste lui
tenant voor speciale diensten bij het Vrij
willig landstormkorps motordienst de eer
vol ontslagen reserve-eerste-luitenant C.
van den Heuvel; tot reserve-eerste-luite-
nant voor speciale diensten bij het Vrij
willig landstormkorps vaartuigendienst de
eervol ontslagen reserve eerste-luitenant J
Inneméc; tot reserve tweede luitenant voor
speciale diensten bij het Vrijwillig land
stormcorps motordienst de dienstplichtig
sergeant A. I. Gijsberti Hodenpijl van het
regiment jagers; lot reserve-tweede-luite
nant voor speciale diensten bij het Vrij
willigs landstonnkorps vaartuigendienst J
A, de Monchy en Mr. A. Blom; tot reserve
tweede luitenant bij hun tegenwoordig re
giment de kornetten J. Gombert van het
le regiment veldartillerie. R. Schuil van
het 3e regiment veldartillerie. R. II. Kilian
van het 4e regiment veldartillerie, Jhr. J J.
von Muhlen van het 3e regiment veldar
tillerie. P M. R. Versleegh van het 8e regi
ment veldartillerie, W. S. A. Colenbrander
van het Gc regiment veldartillerie, en de
vaandrigs Ir. A. W. Renaud, Ir. J. H. van
den Berge, \V. F. G. L. van Vliet, L. H.
Derks cn M Groenewegcn. allen van het
regiment genietroepen
Bij beschikking van den minister van On
derwijs, K. en W. is dr. G. C. Labouchere
to Utrecht tot wederopzeggens toegelaten
als privaat-docent in de faculteit der lette
ren en wijsbegeerte aan de Rijksuniversi
teit te Utrecht, om onderwijs te geven in
de geschiedenis der middeleeuwschc bouw
kunst in Nederland.
Bij beschikking van den minister van Eco
nomische Zaken is met ingang van 1 April
1934 aan M. Kramer te Leeuwarden op zijn
verzoek eervol ontslag verleend als leeraar
aan de Rijkslandbouwwintcrschool aldaar,
onder dankbetuiging voor de door hem in
die functie bewezen diensten.
Bij beschikking van den minister van De
fensie zijn met 5 Maart 1931 de volgende
plaatsingen gelast:
de luitenant ter zee der 2e kl. K. J. F
Krediet aan boord van H. M. Schorpioen, de
officier van den Marine Stoomvaartdienst
der le kl. J. N. Gons, en die der 2e kl. L.
Kleiman bij de onderzeedicnslkazerne le
Willemsoord.
DE KWESTIE-ABRAHAMS.
In verband met ook in de pers tot uiting
gekomen onjuiste geruchten deelt het
oBstuur van «le Vereeniging Trein 8.28 me
de, dat er tusschen het echtpaar Abrahams
v. d. Rcijdcn cn de Bestuursleden van deze
Vereeniging geen enkele graad van bloed
verwantschap bestaat.
Duitschers heeft zich in hooger
beroep te verantwoorden
wegens moord, subs,
doodslag
's-Hertogcnbosch, o Maart. Den
avond van 26 Februari 1933, Zondag van
Carnaval, werd in de woning van den win
kelier F. Wolfcrs te Maastricht de heer L
II. J. Melotte, die daar inwoonde vermoord
gevonden. Op vele plaatsen in Het huis
werden sporen van vloed cn van een he
vige worsteling ontdekt. Het lijk was naar
een achterkamer gesleept en lag daar
zwaar verwond aan het hoofd cn met ge
broken ribben. Sporen van geweld aan den
hals wezen cr op, dat het slachtoffer ge
wurgd was. De portemonnaie werd vermist
Aan een ring zat een wolvcze! cn tevens
werd er op het lijk een haar gevonden.
Deze voorwerpen konden afkomstig zijn
van den verdachten Duitscher II. M. van de
S„ die op 9 Maart werd aangehouden Hij
is een broer van de toenmalige dienstbode
van Mevr. Wolfers. Bij het onderzoek in
zijn kosthuis werden groote bloedsporen
op de rever6 en de voering van de achter
panden van zijn overjas gevonden. Ook
werd daar een wollen vest aangetroffen
waarvan de vezel afkomstig kon zijn.
Na de vrijspraak door do rechtbank te
Maastricht werd van der S. het land uit
gewezen. Heden moest hij in hooger be
roep voor het Bossche gerechtsof terecht
staan, doch hij was niet verschenen, zoo
dat de zaak bij verstek werd behandeld en
de hem toegevoegde raadsman. Mr. J. van
de Ven, hern niet kon verdedigen.
Aan van der S. was moord, subsidiair
doodslag, ten laste gelegd.
Door den getuige deskundige J. van
Waegeningh, directeur van den Keurings
dienst van waren te Maastricht, waren
versche bloedsporen geconstateerd op de
jas en een das van verdachte. De klee
dingstukken waren overigens reeds gerei
nigd en keurig opgeperst. Het gevonden
haar kon van verdachte zijn evenals de
paarse draad van zijn vest.
De zusier van verdachte ontkende aan
vriendinnen te hebben verzocht niet te
praten over het feit. dat verdachte dien
avond niet met hen uit was geweest, om
dat hij ziek zou zijn volgens haar opgave.
Haar vriendinnen, ook twee Duitsche
dienstboden, bestreden echter haar verkla-
ring.
Getuige Wolfers verklaarde, dat toen hij
met zijn vrouw en do dienstbode 's avonds
thuis kwam. de huissleutel op zijn gewone
plaats lag. Ilij wist niet of do sleutel er
lag, toen hij met zijn vrouw uitging, zoo
dat het mogelijk was dat de dienstbode den
sleutel aan haar broer had gegeven.
De arbeider H. de Graaf en zijn zuster
hadden dien avond iemand om 9 uur het
huis zien binnen ga^n. nadat hij do deur
met een sleutel had geopend. De man ge
leek in gestalte op den verdachte. Een uur
later ging ook Melotte naar binnen. Wqt er
daarna geschied is, wisten de getuigen niet
De kostbaas, verdachte J. Krykalski deelde
mee. dat Van der S. dien avond den geheo
len lijd in zijn gezelschap was geweest,
eerst thuis cn later in een café. Door den
caféhouder J. Esscnbach werd dit laatste
bevestigd.
De advocaat-generaal mr. Massink noem
de het haar cn draad belangrijke aanwij
zingen. De plaats, waar de bloedsporen op
do klccdingstukken zijn gevonden, klopt
niet met verdachtc's verklaring, dat zij ont
staan zijn door neusbloedingen. De slagen
zijn door een kundigen bokser toegebracht
en het is bekend, dat verdachte lid van
een boksclub was. Ilct alibi, dat getuige
Krzykalski opgeeft, is onbetrouwbaar. Het
743
1354
743
1354
GARAGE LENSINK HoogCwe0 49.
743
1354
743
1354
motief van do daad moet berooving zijn ge
weest. doch niet is bewezen, dat moord is
gepleegd. Wel doodslag, voor welke spr.,
in verband met do gruwelijke omstandig
heden twaalf jaren gevangenisstraf eisch-
to.
I' nraak werd bepaald op 19 Maarf
Geen mogelijkheid om ven
lichting toe ie staan
Op vragen van den heer Thijssen betref
fende verlichting van het examengeld in
bijzondere gevallen heeft minister Mar-
chant het volgende geantwoord:
De examengelden zijn verhoogd uit over
weging. dat het wcnschelijk is de kosten
der examens voor een grooter deel dan tot
dusver te bestrijden uit de door de can-
didaten verschuldigde examengelden.
De mogelijkheid, dat het verschillenden
candidaten zwaar zou vallen het hoogere
examengeld to betalen, mocht, naar do
meening van den ondergeteekende. peen
reden zijn om die verhooging achterwege
te laten.
Het Koninklijk besluit laat niet toe in
bijzondere gevallen verlichting van het
examengeld toe te staan.
TWEE BOERDERIJEN AFGEBRAND.
Het vee grootendeels gered.
Zevenaar, 5 Maart. Hedenavond om 7
uur brak brand uit in de boerderij van L.
van Ditshuizen onder Zevenaar. Door den
sterken Zuid-Westenwind sloeg het vuur
over op de 100 Meter verder gelegen kapi
tale boerderij van Goris, welke boerderij
eveneens spoedig ia lichter laaie 6tond. De
brandweer van Zevenaar was spoedig ter
plaatse cn met drie stralen op de motor
spuit werd het vuur bestreden. Men kon
echter niet verhinderen, dat beide boerde
rijen afbrandden. De inboedels gingen me
de in de vlammen op. Het vco kon mee-
rendeels gered worden, doch 15 varkens
verbrandden. De schade is uit den aard der
zaak zeer groot, men schat haar op 40.000.
S.D.A.P. EN LIGA.
Het partijbestuur der S.D.-A.P. besprak in
zijn Zaterdag gehouden vergadering do mo
tie van het uitvoerend bestuur van de Liga,
waarin verzocht werd, dit voltallige bestuur
in een voltallige partij bestuursvergadering
toe te laten, len einde nog nadero inlichtin
gen le verstrekken en misvattingen uit den
weg to ruimen, aldus meldt de Arbeiders
pers.
Het Partijbestuur besloot op dit vcrzoclc
niet in te gaan. Het Partijbestuur acht zich
na do voorafgaande bespreking met de beide
hoofd functionarissen der Liga volkomen in
gelicht cn heeft geenerlci behoefte aan na
dere bespreking.
1-Iet blijft bij het Partijbesluursbesluit: de
Liga-leden hebben onverwijld te kiezen tus
schen het Liga-lidmaatschap cn het Partij
lidmaatschap, welke heide onverecnigbaar
zijn verklaard.
De vrede zetelt grootendeels in het feit,
dien uit alle macht te willen.
door
BASIL KING.
(Uit het Engelsch).
„Dank je". Een seconde, niet langer, leg
de hij zijn hand op haar mof. „We spre
ken over de dingen, die mijn moeder deea.
Dat waren geen goede dingen, maar de
ecnige verontschuldiging voor haar was,
dat zij ze om mijnentwil deed, orndat ze
veel van me hield".
„En hield jij ook veel van haar?"
„O ja, heel veel. Ik houd nog van haar.
Dat is een van de redenen maar ik
moet je de bcele geschiedenis vertellen".
Ilij vertelde haar cr zooveel van. als hij
meende dat zij moest weten. Beginnende
bij het stelen van het hoek, waaruit hij
had leeren lezen, roerde hij daarna alleen
do belangrijkste gebeurtenissen aan, en
kwam zoo tot den avond vóór Kerstmis,
die het einde bracht. Maar wat hij vertelde,
was ruim voldoende.
„O, arme kleine schat van een jongen,
die je was! Wat heb ik een medelijden met
je, wat een hard leven heb je tot nu toe
gehad!"
„Je begrijpt nu wel waarom ik pupil van
den Staat werd. Men kon niets anders met
me doen. Ik had niemand od de heele we
reld".
„Neen, natuurlijk hadt jc niemand an
ders, tenzij
„Tenzij mijn moeder me had gestolen.
Maar dat heeft ze niet gedaan. Ik was haar
zoon. Ik wensch van niemand anders de
zoon te zijn".
„Ja, maar zei ze met een lichten
glimlach „men kan niet altijd kiezen
van wie men 't liefst de zoon zou zijn".
„Neen, maar wel van wie ik de zoon niet
verlang te zijn. Verder gaat mijn wensch
niet".
„O, maar toch Zij hield haar woor
den in, om hem niet te drijven tot het ne
men van een besluit. „Maar hoe 't ook zij
we weten nu tenminste hoe we moeten
handelen wat Tacl betreft, nietwaar? En
jij moet daarbij ook je best doen".
„Dat zal ik zeker doen, zoodra ik een
kansje krijg maar dat is heel onwaar-
schijnlij k".
En toch kreeg hij hij die kans, begon die
althans te krijgen, cn nog wel dienzelfden
middag.
Ilij was naar Wcstmorley Court gegaan,
om Guy een handje te helpen met werk,
dat deze, in verband met ccn examen, dat
hij moest afleggen, te doen had. Toen hij
weer wegging, gebeurde er iets vóór de
hoofddeur, dat hem noopte zich onbemerkt
in de vestibule terug te trekken.
Voor de deur was Thorne Carstairs met
zijn auto, een wagen, die blijkbaar heel wat
dienst had gedaan. Ilij was een verloopen,
miezerig, 'goedkoop heertje, waarvan men
niet zou zeggen, dat hij in het Tuxedo
Park woonde, en ook niet, dat hij, zooals
Guy het noemde, „hoopen geld" had. Tad
was er ook en drong er aan in de auto
ergens naar toe gebracht te worden. Spit
Castle, die er eveneens 6tond, wae 'getuige
van een weigerend antwoord, in een vorm
gegoten, die aan duidelijkheid niets te wen-
sohen overliet, en waardoor Tad woedend
werd. Zelft Tom, die niets wfet van de
oorzaak van de ruzie, begreep dat die twee
met elkaar gebroken hadden. Tad sprong
op de treeplank van de auto, waarvan
Thorne Castairs hem afduwde en zoo gauw
mogelijk trachtte weg te rijden. Maar nog
voordat hij het stuurwiel had gedraaid, zat
Tad als een kat bovcu op hem. Er werd
gevloekt en getrokken, zonder dat het tot
feitelijke klappen kwam, toen een duw
van Carstairs Tad achterover gooide. Voor
dat hij weer overeind ötond, was Carstairs
rnet den wagen weggereden.
Spit Castle brulde van het lachen en eeni-
•ge studenten, die het handgemeen uit hun
ramen hadden gezien, jouwden. Tad's ge
voel van eigenwaarde was gekwetst. Niet
alleen had zijn intieme vriend geweigerd
te doen wat hij wensebte, maar hij was
bovendien door een groot 'gedeelte van de
bewoners van Wcstmorley Court uitge
lachen.
Met een vuurrood gezicht zicb tot Spit
Castle wendend, riep bij: „Voor den don
der! dat zal ik den vent betaald zetten, cn
nog wel voordat de middag voorbij is."
Blootshoofds cn zonder een woord te zeg
gen, holde hij weg; waarheen wist nie
mand, Tom allerminst. En toen hij op
straat was gekomen, was Tad nergens te
zien
Dien dag hoorde men niets meer van het
voorval, waaraan Tom bijna niet meer
daoht, totdat hij den volgenden dag Guy
Ansley tegen het lijf liep.
Guy was vol van bet verdere verloop van
het incident. „Heb jo niet «gehoord wat er
verder is gebeurd?/- Tom antwoordde van
neen, en toen deed Guy het verhaal, dat
juist bleek te zijn. Het werd nu en dan on
derbroken door lachbuien cn hartelijke
kloppen op den schouder, wat hij altijd
deed, als hij een of ander verhaal vertelde
van een dolzinnige 6treek, die door een
roekeloozen waaghils was uitgehaald.
Tad was rechtstreeks naar het politie
bureau geloopen, waar hij een hem onbe
kenden autodief had beschuldigd met zijn
wagen to zijn weggereden, en die zeker
door do verkeerspoïitieagenlen op den lan
gen weg van Cambridge naar Boston zou
kunnen worden aangehouden. Hij gaf het
nummer van den wagen op, geregistreerd
in den Staat New York. Zijn eigen naam,
zei hij, was Thorne Carstairs, wonende in
het Tuxedo Park; zijn adres in Boston was
het Hotel Shawmut, waar men hern kende,
en waar men hem kon vinden. Na deze
klacht te hebbon ingediend, die het rader
werk van de wet in gang zette, ging hij
terug naar Wes^morley Court, liet zijn
diner uit een restaurant komen, deed daar
na tegen eventueels bezoekers zijn kamer
op 6lot, en ging naar bed.
Den volgenden morgen had jc, volgens
Guy, de poppen aan het dansen. Thorne
Carstairs was den heelen nacht in het po
litiebureau opgesloten geweest. Niet alleen
omdat men hem op heeterdaad had be
trapt met een 'gestolen auto, maar ook om
dat hij noch rijbewijs, dat hij vergeten had
in zijn zak te 6teken, noch eenig ander
bewijsstuk bij zich had, geloofde men vast
aan den diefstal. Zijn verloopen uiterlijk en
zijn neiging om ruwe woorden to gebrui
ken, hadden ook al tegen hem -gepleit
Waar een andere jongeman, die in zijn
geval verkeerde, misschien eenig medelij
den zou hebben opgewekt, ontstemde hij
iedereen door zijn geschreeuw en zijn ge-»
vloek.
„We kennen je", verzekerde men hem.
„Hebben al lang op je geloerd. Jij bent
dezelfde, die verleden week cr met de auto
van dr. Pichard van door bent gegaan, ter
wijl hij bij een vrouw was, dio op sterven
lag. 't Signalement klopt. Scheel, een schee-
ve neus en nu hebben we je te pakken.
Natuurlijk is je vader een „meneer!" Na
tuurlijk logeer je in het Hotel Shawmut!
Maar een paar maanden in een heel ander
soort hotel zal een goede afwisseling voor
je zijn".
In den morgen werd Thorne Carstairs
voor den politierechter geleid, waar twee
beambten van het Hotel Shawmut hem als
hun gast herkenden. Bij stukjes en beetjes
kwam tot ieders ontsteltenis aan den dag,
dat cr met de wet des lande, den Ijver der
politie en de waardigheid van de recht
bank gespot was. De verdachte zelf ont
maskerde den boosdoener, die de autori
teiten bij den neus had gehad en Tad
zou het loodje moeten lecrgcn. Guy wist
niet wat er verder was gebeurd, maor wel,
dat dien armen Tad den nek zou worden
omgedraaid, evqnals de kip, die voor den
soepketel is bestemd. Zeker, bij verdiende
het, en toch, verduveld nog toe, alleen
zoo'n echt flinke vent als hij zou zoo'n bru
taal stukje hebben durven uithalen, vond
Guy.
{Wordt vervolgd}*