AMERSF0ORTSCH DAGBLAD
DE KONINGIN-MOEDER OVERLEDEN
DE EEMLANDEU
fffK-
Dinsdag 20 Maart 1934
Uitgave: VALKHOFF Co. Bureau: Arnhemschepoortwal 2a
32 e Jaargang No. 221
ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden voor Amersfoort 2.10, per maand 1 0.75, per
week (mei gratis verzekering tegen ongelukken) f 0.17'/*
Binnenland franco per post per 3 maanden f 3.-. Afzonderlijke nummers f 0.05.
POSTREKENING 47910 TELEFOON INTERG 513
PRIJS DER AOVERTENTIEN van 1—4 regels f 1.05 met inbegrip van een bewijsnummer
elke regel meer f0.25- Liefdadighelds-advertentlën voorde
helft van den prijs. - Kleine Advertentlën „KEITJES" bij vooruitbetaling 1—5 regels
50 cent elke reQel meer 10 cent driemaal plaatsen f Bewijsnummer extra I 0.05
Den Haag. Om 7.4S heden
morgen is de Koningin-Moeder
rustig ingeslapen. Aan het sterf
bed bevonden zich de koningin,
de prinses en de vorst van Wal
deck.
Wanneer wij, met een hart vol diepen
rouw over dcu dood \an een Vorstin, die
dc liefde heeft gehad van het Nederlandsche
Volk als weinigen vóór Ilaar, geroepen
worden tot den plicht een schets tc geven
van Ilaar rijke en welbestede leven, dan
treft het wel in d. allereerste plaats hoe dit
leven een vcrbindingsscliakel is geweest
tussehen een dynastiek verleden, dat de
meosten onder ons slechts bij name en niet
bij herinnering kennen en een later, thans
helaas afgesloten tijdperk, waarin ook voor
dc huidige jongere generatie Koningin
Emma de door ieder gekende en beminde
figuur uit ons Vostenhuis geweest is.
Nog maar weinigen zullen er onder de
thans levenden zijn, die in duidelijke trek
ken kunnen verhalen van den tijd waarin
wijlen Koning Willem III de gelukkige echt
verbintenis is aangegaan met de prinses
Adelheid Emma Wilhelmina Theresia van
Waldeck Pyrmont, welke op 7 Januari 1879
te Arolsen is voltrokken, maar het beeld
van Haar, die gedurende ruim elf jareivzijn
levensgezellin is geweest en na de zware
slagen, die de dood aan ons Oranjehuis had
toegebracht, een nieuwe loot schonk aan
den alouden stam, is onverwoestbaar ge
grift in de harten van al onze tijdgenooten,
niet om de hier geschetste factoren, van hoe
verblijdenden aard ook, doch om redenen,
die om hunne algemeenc mcnschelijkhcid
vèr daarboven uitgaan.
Wanneer wij ons willen verplaatsen in de
dagen, waarop de prinses uit het huis Wal
deck Pyrmont (dochter van Vorst George
Victor van Waldeck Pyrmont en prinses
Helena van Nassau), als jongo gade van
onzen Koning weldra onzen Vaderlandschcn
bodem zou betreden, en daartoe de annalen
der dagbladen eens opslaan, dan treft het
ons met welk een sympathie toen reeds ons
volk zijn nieuwe Koningin tegemoet trad,
als haddc het een voorgevoel van den rijken
zegen die ons in Haar zou geschonken wor
den.
„Niet opgevoed in een omgeving van ver
blindenden liofglans, maar in het huiselijk
familieleven zoo heette het in één
der bladen door eenvoudigheid ge
kenmerkt; opgegroeid in een kring,
waar deugd en gemoedelijkheid den
toon aangaven, waar de godsdienstigheid
en .vrome zin bleken gepaard tc kunnen
gaan met een milde levensopvatting, waar
innig geloof samenhing met liefderijke
verdraagzaamheid daar was de prinses
reeds op jeugdigen leeftijd een toonbeeld
van den opgeruimden ernst des levens.
Onze Koningin komt tot ons met dc bede
van den Waldeckschcn hofprediker, dat de
Heer dc Koningin beware voor alle kwaad,
met dc vermaning om tot haar koninklijken
gemaal te zeggen „Uw volk is mijn volk
En dit volk, Koningin, zal toonen waarlijk
Uw volk tc zijn, als 't weldra bij eigen erva
ring zal hebben ondervonden, dat gij zijt
godsdienstig, deugdzaam, weldadig, min
zaam, in één woord, niet slechts door gaven
des geestes, maar vooral door eigenschap
pen des gemoeds toegerust voor de gewich
tige taak, die U wacht en waardoor een be
langrijke invloed kan worden uitgeoefend
op het welzijn van Nederland.''
Dc geschiedenis heeft dc verwachtingen,
in bovenvermelde wel komststrofen uitge
sproken, verwezenlijkt. Koningin Emma
werd spoedig populair iets wat bij liet
Ncdcrlandsche volk nu eenmaal niet zoo ge
makkelijk geschiedt, wanneer het een loot
van vreemden bloede geldt. Den weerklank
van die steeds wassende populariteit hoo
ien wij wel bizonder duidelijk aaiL, wan
neer wij verwijlen bij de dagen, waarin
's Konings ziekte het naderend einde van
dezen vorst deed tegemoet zien.
Nadat diens lijden hem in den droeven
toestand had gebracht, waarin het hem de
finitief niet meer mogelijk was dc regecring
waar te nemen en, op 30 October 1890, de
Raad van State het Koninklijk gezag had
aanvaard, volgde spoedig daarna de op
dracht van het Regentschap aan „Hare Ma
jesteit onze geëerbiedigd? Koningin", het
geen de Commissie van Rapporteurs uit dc
Statcn-Generaal over het betrokken wets
ontwerp in overeenstemming noemde met
„het belang van het Vaderland en den
wensch van een getrouw volk."
Men vertrouwde, dat „Hare Majesteit be
reid zal zijn het regentschap te aanvaarden
en dat zij, die alle harten wint door dc wijze
waarop zij, niet het minst in deze moeilijke
dagen, hare roeping vervult tot dc nieu
we taak die Haar wacht, kracht zal vinden
in dc eenstemmigheid waarmede Regeering
en Volksvertegenwoordiging Haar het re
gentschap opdragen.
Het wetsontwerp werd (14 November) zon
der beraadslaging met algemeenc stemmen
aangenomen.
Van hetzelfde vertrouwen in Koningin
Emma getuigde de rede \an den Voorzitter
uitgesproken in de Vercenigdc Vergadering
van 20 November, waarin Hare Majesteit
de Koningin-Regentes den hij art. 43 der
Grondwet voorgeschreven eed aflegde.
Dc in den avond van dien verschenen
Staatscourant van 20 November bevatte den
proclamatie van Ernma, Koningin der Ne
derlanden, Regentes -,van het Koninklijk
waarin gezegd werd:
In dc ernstige dagen waarin 's Ko
nings toestand ons allen met droef
heid vervult, treed ik op als Regentes
\an het Koninkrijk.
Ik gevoel al het gewicht der taak.
die Mij is ojigclegd, maar uit liefde
tot het Ncdcrlandsche Volk, aarzel ik
niet haar tc aanvaarden, nu de Sta-
ten-Gcncraal met eenparigen, vertrou
wen wekkenden, aandrang mij daar
toe riepen.
Mijne, kracht en wijsheid zoek ik hij
den Almachtigon God. Ik reken op
den trouwen steun van hot gehcele
Nederlandsche volk, da< Mij door zoo
vele blijken van verknochtheid voor
altijd aan zich verbond.
Dc Koning, mijne geliefde en geëer
biedigde Gemaal, gaf mij altijd een
hoog voorbeeld van dc vorstelijke
plichtsbetrachting en de werkzaam
heid in het belang van Land en Volk
die het Huis van Oranje steeds onder
scheidden. Ik acht het mijn plicht dat
voorbeeld na tc streven.
Moge God het lijden van onzen Ko
ning verzachten cn Nederland nemen
onder zijn heilige hoede."
Zijne Majesteit de Koning ontsliep in den
vroegen morgen \an Zondag 23 November
1890, zacht cn kalm.
Den volgenden dag sprak II M. de Regen
tes tot het Nederlandsche Volk in een pro
clamatie betreffende de komst tot den troon
van Hare Majesteit Koningin Wilhelmina
en van dc aanvaarding van het Regent
schap door Hare Majesteit dc Koningin-We
duwe Emma.
Nadat op den 4en December Koning Wil
lem III was begraven, hadden op 8 Decem
ber twee bijeenkomsten van de Vcreenigde
Vergadering van de beide Kamers der Sta
tcn-Generaal plaats. De eerste was bestemd
voor dc beëediging \an Koningin Emma. De
Voorzitter sprak o.a. tot Hare Majesteit:
„Ik zal niet herhalen wat onze zoo
„betreurde Koning voor Nederland ge-
„weest is, wat ons Vaderland in Hem
„verloren heeft. Liever wil ik wijzen
„op den kostbaren schat die Zijne Ma
jesteit aan Nederland heeft nagela
ten in onze beminde Koningin Wil-
„hclmina met Uwe Majesteit als
Leidsvrouw cn Moeder.
„Het Nederlandsche Volk ziet in zijn
„jeugdige Koningin het beeld ccner
„sclioonc toekomst, omdat hot over
tuigd is, dat Ilarc vorming cn op-
„vocding bij Uwe Majesteit als Regen
tes en Voogdes volkomen veilig cn
„in de beste handen zijn."
Daarna legde H.M. den eed -f, eerst als
Regentes cn Voogdes. Dc eed als voogdes
luidde,:
„Ik zweer trouw aan de Koningin,
„ik zweer al de plichten, welke dc
„voogdij mij oplegt, heilig tc vervul-
„lcn en er mij bijzonder op tc zullen
„toeleggen om de Koningin gchecht-
„licid a$n de Grondwet cn liefde voor
„Haar Volk in tc boezemen."
Dc voorzitter besloot met den wensch:
„Moge dc Almachtige God Uwe Ma
jesteit gezondheid, kracht en wijsheid
geven om de dankbare, maar moeilij
ke taak van Regentes en Voogdes te
vervullen tot geluk van onze bemin
de Koningin Wilhelmina cn tot heil
van ons dierbaar Vaderland."
In dc jaren \an het Regentschap, die zijn
gevolgd heeft Hare Majesteit de door haar
afgelegde beloften gestand gedaan op een
*vijze die de bewondering van het gehcele
Nederlandsche Volk hebben afgedwongen.
Met een zeldzame tact en toewijding en op
strikt constitutionneele wijze heeft Konin
gin Emma Hare dochter opgevoed cn opge
leid tot de taak, die deze wachtte.
De dank der natie voor dit, op zichzelf
onvergetelijke deel van het levenswerk van
Koningin Emma, besteed in den dienst van
het land en het volk, dat zij had leeren lief
hebben, heeft weerklonken in het Adres
van Antwoord op dc troonrede van 1897, dc
laatste vóór de aanvaarding der regeering
door HAL Koningin Wilhelmina.
„In afwachting van het oogcnblik" al
dus do Eerste Kamer „waarop in overeen
stemming met den dierbaarsten wensch van
„Uwe Majesteit en van het Nederlandsche
„Volk Uwe beminde dochter tot de regce-
„ring zal geroepen worden, waardecrcn wij
„met innige erkentelijkheid al hetgeen door
„Uwe Majesteit is verricht, om onze geliefde
„Koningin voor Haar gewichtige taak voor
te bereiden."
In denzelfden geest getuigde de Tweede
Kamer:
„Is het een dierbare volkswensch, dat het
„Hare Majesteit de Koningin gegeven wor-
„de in den loop van dit zittingjaar de regec-
„ring te aanvaarden, U\vo Majesteit moge
„zich verzekerd houden van de innige dank
baarheid van het Nederlandsche Volk voor
„dfe liefderijke en wijze zorg, waarmede Uwe
Majesteit Hare beminde Dochter voorbe-
„reidde tot de gewichtige taak, die HAL
wacht."
Een proclamatie van 31 Augustus 1S98
aan het Nederlandsche Volk kondigde dit
aan, dat H.M. dc Koningin Regentes hare
taak had beëindigd. „In dagen van smart
en rouw trad ik op als Regentes van het
Koninkrijk, thans schaart zich het gehcele
volk in vreugde om den troon zijner jonge
Koningin." „Moge het ons Land met zijn be
zittingen en kolomen onder de regeering
van Koningin Wilhelmina wél gaan! Het zij
groot in alles, waarin ook een klein volk
groot kan zijn!" Met deze woorden legde
Koningin Emma haar Regentschap neder.
Dc dankbaarheid des volks voor de voor
beeldige wijze, waarop Hare Majesteit
Haar taak vervuld had, uitte zich spon
taan door de aanbieding van een go-
schenk, hetwelk H.M. bestemde voor een
stichting waarvan, naar zij aan de Commis
sie voor de aanbieding ervan schreef, „ik
geloof dat groote behoefte bestaat, ik bedoel
een sanatorium voor longlijders, in de eer
ste plaats voor hen, die dc middelen missen
om in het buitenland hulp te zoeken tegen
de vreeselijke kwaal, die helaas in ons
Vaderland zoo veelvuldig voorkomt en zul
ke ernstige gevolgen na zich sleept." Het
Sanatorium Oranje Nassau's Oord bij Ren-
kum, dat H.M. aldus op vorstelijke wijzo
aan het Nederlandsche Volk ten geschenke
aanbood, moge er tot in lengte van dagen
zijn zegenrijke werking blijven uitoefenen,
als een dor schoonste herinneringen aan de
vorstin, wier heengaan wij thans betreuren.
Een daad, die tevens wel op de allertref
fendste wijze de nobelste karaktertrekken
van do thans overleden Vorstin openbaarde:
Ilaar medegevoel met allen die lijden en op
de ziekensponde terneerliggen. Aan menige
zickcninrichting in ons land is de naam
van Koningin Emma verbonden en cr zijn
er weinige, die niet in Hare tegenwoordig-
zijn zijn geopend. De belangstelling voor de
zorg voor onze zieken, zoomede voor tal
van takken van weldadigheid in het alge
meen bleef Hare Majesteit tot het einde
Ilarer dagen behouden.
In 1928 herdacht zij haar 70-sten verjaar
dag, maar zij zelve verzocht de huldiging,
welke men haar wilde doen ten deel vallen,
te verschuiven naar den 7cn Januari 1929,
toen het 50 jaren geleden was, dat zij door
haar huwelijk Nederlandsche was gewor
den. Ovcrtalrljke bewijzen van aanhanke
lijkheid zijn haar toen ten deel gevallen,
hetgeen zich, zij het, krachtens het verlan
gen van dc vorstin zelf, nog eens in stiller
en soberder vorm, zulks met het oog op de
voor velen benarde tijdsomstandigheden,
herhaald heeft bij dc viering van Haar 75en
verjaardag in 1933.