AMETRSFOORTSCH DAGBLAD Crediet voor werkverruiming FEUILLETON SNELTAX BLOEMBOLLENVELDEN TELEF. 1354 of 743 Dinsdag 17 April 1934 32 e Jaargang No. 243 AANPASSING VAN 'T BEDRIJFSLEVEN TARIEFMAATREGELEN OP KORTEN TERMIJN Geen vechttarieven MINISTER VERSCHUUR TREEDT AF ROOFOVERVAL TE ROTTERDAM De Heks van Winslea Niet alleen tijdelijke hulp, maar aan passing aan de gewijzigde inter? nationale omstandigheden de bedoeling van het wets ontwerp Verschenen is de memorie van antwoord op het voorloopig verslag over het wetsont werp inzake het crediet van 60 millioen voor werkverruiming. De regccring komt daarin met beslistheid op tegen de voorstel ling als zouden in het thans aanhangig ge maakte wetsvoorstel plannen zijn beli chaamd, welke reeds een jaar tevoren in uitzicht zouden zijn gesteld. De regeering haalt daarbij de regeeringsvcrklaring van 31 Mei 1933 aan. Ook werpt de regeering van zich het verwijt van eenige leden als zou de voortgaande verarming van het Ne- derlandsche volk in de hand worden ge werkt door de politiek, welke ten aanzien van de gemeenten is gevolgd. Als voorbeeld ter illustratie van deze door de overheid in de hand gewerkte verarming werd gewezen op de gemeente Rotterdam, die in haar voor nemen om een tunnel onder de rivier te bouwen zou zijn verhinderd door Gcd. Sta ten en op aandrang der regeering den bouw van een nieuw ziekenhuis heeft moeten stopzetten. De regeering wijst erop, dat de genoemde werken niet zijn stopgezet door Gedep. Staten of de regeering, maar door do omstandigheid, dat de gemeente Rotter dam niet bij machte was zich do daarvoor vcrei6chte bedragen te verschaffen. Het is dus niet zoo, dat de volksrijkdom vermin dert omdat het tunnelplan niet wordt uitge voerd, maar juist andersom. Hieruit blijkt tevens, dat het geneesmiddel niet moet wor den gezocht in een forceeren van do uitvoe ring van werken, waarvoor het geld niet beschikbaar is in welk geval de volks rijkdom nog 6nellcr zou afnemen, maar in een zoodanige versobering van de volks huishouding, dat door besparing de midde len worden verkregen, welke voor uitvoe ring van deze werken noodig zijn. De regeering merkt verder op, dat zij met haar ontwerp niet uitsluitend beoogt door uitvoering van een aantal openbare wer ken de werkloosheid tijdelijk te doen ver minderen, maar tevens de aanpassing van het geheele bedrijfsleven aan de gewijzigde internationale omstandigheden te bevorde ren en daarmede ook het herstel van hel budgetaire evenwicht in de hand te wer ken. De regeering is uiteraard van meening, dat verlaging der productiekosten niet uit sluitend moet worden verkregen door loons verlaging, maar zooveel mogelijk ook door vermindering der vaste lasten. Dat zij naar vermogen in deze richting werkzaam is, be wijst o.a. de dezer dagen tot stand gekomen conversie op groote schaal van de Nedcr- landsche staatsschuld. In haar onderzoek naar de maatregelen, die op het 6tuk van het executierecht moe ten worden getroffen, heeft de regeering ook het vraagstuk van het dwangaccoord buiten faillissement betrokken. Een ont werp tot wijziging der Faillissemenlswet op dit punt bevindt zich in vergevorderden staat van voorbereiding. Ook de regeering i6 van oordeel, dat ver beteringen in de organisatie van het be drijfsleven door de verschillende bedrijfs takken zelf tot stand zullen moeten worden gebracht al zal de Overheid daarbij even tueel de helpende hand moeten bieden. Indien doelmatige reorganisatie, door een groote meerderheid gewenscht, dreigt af te stuiten op het verzet eener kleine minder- heir, zal het zeker ernstige overweging ver dienen of hier ingrijpen van overheidswege niet gewenecht moet worden geoordeeld. Door de hypotheekbanken is de vereischte medewerking toegezegd ter verkrijging van bouwcrediet voor goedkoopere woningbouw tegen een in verhouding tot de rente der pandbrieven zoo laag mogelijk berekenden rentevoet. Bleef het wetsontwerp beperkt tot kunst matige werkverruiming, dan zou het nut slechts van tijdelijken aard zijn. Ook de er varingen in het buitenland hebben geleerd, dat een kunstmatige werkverruiming op zichzelf geen blijvende verbetering in den toestand brengt. Integendeel, nadat het cre diet zou zijn uitgeput, zou de werkloosheid in verscherpte mate optreden, daar een groot aantal bedrijven zich op dezen vorm van staatshulp zou hebben ingesteld en na het eindigen daarvan in een gevaarlijke depressie zou terugvallen. Daarom is van een plan als het onderhavige alleen dan een blijvend nut lot vermindering van de werk loosheid te verwachten, indien het tevens wordt gebruikt om op zoo ruime schaal als mogelijk is een aanpassing van het bedrijfs leven te verkrijgen aan het internationale peil der productiekosten. Het gaat er mees tal niet om welk loon redelijk, maar welk loon economisch mogelijk is. Er is daarbij geen sprake van, dat de regeering bepaal de loonen dwingend wil opleggen of collec tieve contracten zou willen „uithollen". Aan een verbetering van den economi- schen voorlichtingsdienst is de regeering reeds geruimen tijd werkzaam. Het zwaarte punt ligt hierbij in een geleidelijke reorga nisatie van het Dep. van Economische Za ken en in een verbetering in de consulaire berichtgeving. De regeering zal tot verlaging van huren medewerken door in samenwerking met de gemeenten zoowel den bouw van goedkoope arbeiderswoningen te bevorderen, als huren van bestaande woningen, waarvoor Rijk en gemeente samen, dan wel de gemeente al leen het risico loopt, te verlagen. Met de besturen der twee grootste gemeenten is de regeering ter zake bereids In onderhande ling. Wat den nieuwbouw betreft, zal deze sa menwerking tusschen heb Rijk en de ge meente verkregen moeten worden, doordat van Rijkswege een nieuwe tweede hypo theekregeling in het leven wordt geroepen, terwijl de gemeente geschikt bouwterrein zal moeten leveren tegen aannemelijke prij zen en ook op ander gebied tot verlaging der kosten zal moeten meewerken. Wat de bestaande woningen betreft, zal de huurverlaging voor bepaalde complexen verkregen moeten worden, doordat het Rijk zich verbindt mede te werken tot rentever laging voor de verleende voorschotten en voorts om met de gemeente samen het re- eele exploitatieverlies te dragen. Dat aan dc 6cheepvaartonderncmingen uitsluitend credieten zouden zijn verstrekt tegen 5 pet. is minder juist. Het aangevraagde bedrag van 60 millioen i6 te zien als een eerste credietaanvrage voor „werkverruiming". Slaagt deze eer6tc poging, dan zullen, naarmate dc omstandig heden het noodig maken en de lecningsca paciteit het gedoogt, verdere credietaanvra- gen voor dit doel worden gedaan. De ministers van Financiën, van Econo mische Zaken en van Buitenlandsche Za ken hebben hun memorie van antwoord op het verslag der vaste commissie uit de Tweede Kamer voor overleg met de regee ring omtrent maatregelen van handelspo- iitieken aard, omtrent het wetsontwerp tot instelling, afschaffing, verhooging of verla ging van invoerrecht op korten termijn aan dc Tweede Kamer doen toekomen. Hierin erkennen de ministers ten volle, dat de regeering bij aanvaarding van het wetsontwerp ook op tariefgebied een groote macht verkrijgt. Het bij art. 1 voorgestelde oeoogt niet anders dan in het vervolg te voorkomen, dat met het oog op een nade rende tariefswijziging voorraden, dikwijls voldoende voor de behoeften van ettelijke maanden legen het lagere tarief worden in gevoerd. Ten einde de betaling van het bij zonder en het compenseerend invoerrecht dat met ingang van 1 Januari j.l. krachtens de omzetbelastingwct zou worden geheven, te ontgaan, hebben de belanghebbenden in het bijzonder in de maand December buiten 6porig groote hoeveelheden van allerlei artikelen ingevoerd. De gevraagde bevocdheid is niet verzocht voor een bepaalden termijn, omdat zij bij fiscale tariefswijzigingen ook al is zij in den tegen woord igen tijd dubbel gewenscht in het algemeen reden van bestaan heeft Intusschen bestaat er bij de regeering geen bezwaar te voldoen aan den door enkele leden geuiten vvensch om de bevoegdheid voorloopig te beperken tot een tijd van on geveer twee jaren. Een bepaling, die de wet zal doen vervallen op 1 Januari 1937, wordt daarom bij nota van wijziging toegevoegd Door het volstrekt vereischte van goed keuring door den wetgever i6 de volmacht allerminst onbeperkt. Te minder is dit het geval, daar de werkingsduur van het be sluit een termijn van een jaar niet kan overschrijden. De regeering wenscht allerminst over te gaan tot het invoeren van een actieve poli tiek van vechttarieven. In het algemeen gesproken is het zeker juist, dat bescher ming van bedrijfstakken tegen abnormale buitenlandsche concurrentie door contin- genteering6maatregelen veel meer aanbeve ling verdient dan door tariefmaatregelen. Er zijn echter uitzonderingsgevallen, waar in de contingenteering alleen niet voldoen de hulp biedt. Vestiging van nieuwe in dustrieën b.v. wordt meer dan eens belem merd, ook wanneer overigens een behoor lijke rendabiliteitsbasis aanwezig is, door het gevaar, dat buitenlandsche concurren ten met dumpingsprijzen de opkomst van het bedrijf zullen tegengaan. Onder zoo danige omstandigheden kan van overmati- gen invoer niet worden gesproken en moet de crisisinvoerwet derhalve buiten toepas sing blijven. Contingenteering stuit som wijlen ook af op technische bezwaren, b.v. wegens gemis Van voldoend gespecificeerde gegevens betreffende aard en hoeveelheid der in te voeren goederen. In dergelijke ge vallen kan slechts verhooging van invoer recht het gewenschte resultaat doen berei ken. Het i6 juist, dat de scheepvaart van be lemmering van den invoer niet anders dan nadeel kan ondervinden. Maar ook is do scheepvaart er bij gebaat, wanneer dc regeering er met behulp van de voorgestel de bevoegdheid in zal kunnen slagen, nipu we uitvoermogelijkheden te veroveren, die het vervoer van Nederlandsche producten naar den vreemde met Nederlandsche sche pen zullen kunnen bevorderen. Dat het voorstel een bewijs zou zijn, dat de natuurlijke aanpassing aan de gewijzig de economische omstandigheden zich in ons land te traag voltrekt, kan de regeering niet toegeven. Deze natuurlijke aanpassing wordt helaas in zeer sterke mate belem merd door de economische maatregelen van het buitenland Het ontwerp mag alleen beschouwd wor den in het kader eener fiscale tariefpolitiek. De rcgcering zou het bepaald ongeoorloofd en in de hoogste mate ongewenscht achten, indien in het algemeen karakter van onze tariefpolitiek verandering zou worden ge bracht, zonder dat daaromtrent te voren door de Staten-Generaal een beslissing was genomen. De regeering heeft er geen bezwaar tegen, dat in de wet zelf met zoo veel woorden wordt neergelegd, dat de bevoegdheden van art. 2 alleen zullen mogen worden gebruikt in de gevallen, waartoe zij het gebruik van den aanvang af heeft willen beperken. Een in dezen zin gewijzigde redactie van het artikel wordt bij nota van wijziging voorge steld. Hij heeft wegens gezondheids redenen zijn ontslag aangeboden Naar de Maasbode verneemt, heeft mr. T. J. Verschuur, minister van economische zaken, op medisch advies wegens gezond heidsredenen aan H. M. de Koningin ont heffing uit zijn ambt gevraagd. De aftredende minister studeerde aan de Utrechtsche universiteit in de rechtswe tenschappen waarin hij in 1910 promoveer de. In hetzelfde jaar trad hij op als parle mentair redacteur van De Maasbode, welke functie hij bleef vervullen tot 1919. In dat jaar werd hij benoemd tot voorzitter van den Raad van Arbeid te Breda. MINISTER VERSCHUUR. In 1929, bij het optreden van het kabinet- ■Ruys de Beerenbrouck werd hem het be heer van het departement van economische zaken opgedragen. Kon men bij het optre den van minister Verschuur reeds spreken van een economische crisis, niemand kon toen nog bevroeden welk een omvang deze zou nemen en welke schier bovcnmcnsche- lijko eischen als gevolg daarvan aan den minister gesteld zouden worden. In de eerste plaats waren het de han delsbelemmeringen, waarvan Nederland de dupe werd, welke de aandacht van den minister vroegen. De toestand op de binnenlandsche ar beidsmarkt maakte hét noodzakelijk, dat ook onzerzijds aan den ougebreidelden in voer in ons land paal en perk werd ge steld. Verschillende continger.teerlngsmaat- regelcn moest minister Verschuur nemen om de eerste belangen van onze industrie te beschermen. Daarnaast moest ook op meer directe wijze steun worden verleend. Een groot aantal steunmaatregelen voor land- en tuinbouw cn vele aanverwante bedrijven heeft in den loop van de laatste jaren het departement van minister Ver schuur verlaten. Ook de scheepvaart vroeg om een steunregeling, evenals de haring- visscherij. Op internationaal gebied wist minister Verschuur de clearingovereenkomstcn ge sloten te krijgen, waardoor althans ecnigs- zins aan de moeilijkheden bij het beta lingsverkeer tegemoet gekomen werd. Ook moge niet onvermeld blijven, dat onder zijn bewindsperiode het nieuwe Douanever drag met Duitschland gesloten werd. In Mei 1933 werd mr. Verschuur opnieuw be noemd tot minister van economische za ken, thans in het kabinct-Colijn. Uit den Haag meldt men ons nog: Mi nister Verschuur heeft Maandag het zie kenhuis verlaten, en is per auto naar den Haag teruggekeerd. Uit de onmiddellijke omgeving van den minister wordt beves tigd, dat Zijne Excellentie Maandag zijn Met de naar da Een prachtige rondreis door Holland's schoone bloemenvelden voor slechts t 3.— p. p. Ruime pers. auto's. Betrouwbaar perso neel. Vraagt inl. bij den ondernemer G. LENS INK. Hoogeweg 49. ontslag aan H. M. da Koningin heeft ver-! zoclit. Naar de minister persoonlijk heeft me degedeeld, is hij gedurende drio weken on der behandeling geweest van dr. A. Gee- sink, en een operatie is niet noodig gewor den. Ofschoon aanvankelijk de ureterstoen op een afstand van een viertal centimeters van de blaas verwijderd was, is het door veelvuldige astoscopische behandeling in verband met Röntgenologische opnamen gelukt eerst den steen lager te brengen* Eindelijk is vandaag dr. Gcesink er in ge slaagd met instrumenteele middelen een belangrijk deel van den steen weg te ne men, waarna op den zelfden dag nog da rest van den steen is gevolgd. Op advies van zijn geneesheeren moet minister Verschuur thans, waar hij door kolieken en de behandeling zeer vermoeid is, gedurende geruimen tijd rust nemen. Wij vernemen in dit verband, dat de heer Verschuur zich voor herstel van ge zondheid naar Royat in Frankrijk zal be geven. Met revolver in bedwang gehouden dame begint luid te schreeuwen Heden middag half 1 i6 een 55-jarige dame, die eigenaresse is van verschillende panden en dis in de morgenuren de huren had opgehaald, in haar woning in de C. P. Tielestraat door een man overvallen. Nau welijks binnengekomen werd er gebeld door een als heer gekleed persoon, waarop de dame opendeed en deze persoon binnen-» trad, de deur achter zich sloot en een re volver op de dame richtend riep: geef hier het geld! De dame zette het ondanks haar schrik op een gillen, dat gehoord werd door een man die zich wat verder in de straat bevond. Hij spoedde zich naar het pand om hulp te bieden en trapte de deur in. Hier door kreeg de aanmnder gelegenheid te vluchten, waarvan hij d£n ook gebruik ge maakt heeft. Tijdens de achtervolging heeft de aanrander den revolver in een passee- rendc vrachtauto geworpen. Het is tenslotte gelukt den man aan te houden en naar het politiebureau in de Voorstraat over te brengen. Ook de revolver is uit de vracht auto opgehaald. Deze bleek ongeladen en defect te zijn. EEN BERICHT OMTRENT PRINSES JULIANA. Pure fantasie. 'sGravenhage, 16 April. In hef Nieuwsblad van het Noorden komt een brief uit Belgio voor, waarin in aanslui ting aan desbetreffende Fransche en Bel gische berichten beweerd wordt, dat het jongste bezoek van Z.K.H. den Prins aan de Koningin-weduwe van België, geen an der doel zou hebben gehad dan dc voorbe reiding voor een eventueel© verloving tus schen Prinses Juliana en Prins Karei van Vlaanderen. Bij navraag is ons gebleken, dat deze be richten op pure fantasie berusten. Wij zijn tot geluk geboren, zoo wij maar kloek de hellingen ontvluchten van dc be geerten. naar het Engelsch van May Wynne. HOOFDSTUK VI. j Sir Hugh voelt zich bevredigd. „Waarom zoo ernstig, mistress Marjorie?" plaagde sir Hugh Ainslie het verstrooide jonge meisje, dat hem anders zoo afgetrok ken begroette „Ga je mee in den tuin? Daar is het koel en prettig en ik heb moeder be loofd je iets te vragen betreffende enkele rozen, die bij jou zoo prachtig in bloei staan". Tot zijn verbazing schudde Marjorie het hoofd. Zij was geen plannenmaakster, het arme kind, zooals haar vriendin Barbara, cn zc zag er tegen op haar verloofde dc mededeeling te doen. Waarom had Bab hen nu niet met rust kunnen laten in hun liefdesdroom tusschen de rozen, inplaats van hen beiden in dat gevaarlijke ondernemen te betrekken, dat zoo vèrreikend en verschrikkelijk kon we zen in zijn gevolgen? Toen hij hoorde, wat zij te zeggen had, werd hij haast boos. „Je vertelt mij daar", riep hij verstoord, „dat on9 geheim is uitgelekt, omdat een ondeugend meisje zich vernederde tot luis teren en later tot klikken. Dat zou ik niet gedacht hebben van mistress Carcroft, die ik tenminste trouw aan haar koning waan de". „Dat is zij ook!" riep Marjorie met een kleur van ergenis, al schoten haar oogen dan ook vol tranen. „Zij is de trouwstp uit heel Engeland!" „De trouwste?" smaalde Ainslie, „als zij aan den vijand overbrengt, hetgeen zij op de oneervolste wijze i6 te weten gekomen? Dick Morrice mag dan al een aardige kerel zijn buiten zijn politiek, maar hij is de boezemvriend van Cotterell cn heeft nog pas met kracht aangedrongen op eer» strenge bewaking van dc mannen van dc koningsgezinde partij". „Barbara heeft gezegd, dat zij met haar leven voor hem instond", snikte Marjorie, „en ik geloof haar. Veroordeel haar niet tc voorbarig, sir Hugh, want daardoor kon u wel eens de zaak benadcelcn, die u ten on rechte meent, dat in gevaar zou verkeeren". De jonge man stapte onrustig heen en weer, terwijl allerlei tegenstrijdige gedach ten in hem opkwamen. Het geheim had zoo zorgvuldig bewaard geleken cn nu was het overgeleverd aan zulk een grillige vrouw en een soldaat, die al ééns van partij veranderd was. Dick Morrice was meer dan eens een ge zellige kameraad geweest bij menige vroo- lijke partij, ondanks het sobere van zijn kleeren. Hij was geen huichelaar, die een tekst wist voor iedere zonde, maar was en bleef opgewekt in den omgang. Zou het daarom zoo onmogelijk zijn dat mistress Barbara het bij het goede eind had? Ainslie kwam tot staan voor Marjories stoel nog verbaasd, maar toch ook ccnigszins be schaamd. „Ik vraag je vergiffenis", zei hij. „Alleen groote bezorgdheid voor onze partij deed mij zoozeer mijzelven vergeten. Had Mor rice zelf of mistress Carcroft mij liever deze dingen verteld!" Marjorie kreeg een erge kleur, toen zij dacht aan de reden voor Barbara's keuze. Toch was zij het geheel met hem eens. „Ja, ik ook!" riep zij. „Ik vind die gehei men verschrikkelijk en bovendien is het een roekelooze onderneming. Al zou heel het le ger van den koning nu ook voor kasteel Pontefract zijn saamgetrokken, dan zouden degenen, die daar binnen zijn, het nog uit lachen! Hoe kunnen nu tien, of laat het zijn vijftig man, zich voorstellen, dat ze het in hun macht zullen krijgen?" „Dit hebben wij ons allen afgevraagd. Met den besten wil ter wereld lijkt het iets on mogelijks. Een krijgslist schijnt zelfs hope loos, waar wij staan tegenover zulk een on neembare vesting en zulk een scherp toe- zienden gouverneur. Mijn vrienden zijn er dan ook gaan wanhopen, eer ze dien laat- sten slag toebrengen". „Ja, en toch heeft Barbara een weergaloos scherp vernuft en een onverzettelijke wils kracht". „Dus je stelt de handigheid van deze jon ge dame nog boven die van mannen als Brotherton en Langdale? Nu, in ieder geval zal ik maar naar kolonel Morrice gaan, eer ik mijn vrienden bijeen roep, om ze voor verraad tc waarschuwen". „Ik zal eerlijk toegeven, dat ik het niet begrijp", antwoordde Marjorie, „maar toch ben ik zeker, dat Barbara en verraad niet samengaan!" „Je weet dan wel haar partij op te ne men", glimlachte Ainslie, en even vergat hij zijn zorgen voor het genot van een langen blik in de blauwe oogen, die hem alle zalig heid ter wereld beduiden, ,,'t Valt mij hard om nu te gaan", zuchtte hij, „maar toch mag ik niet dralen. Morgen kom ik weer en zal ik je alles vertellen wat er is uitgelekt. Hoe cok moet ik mistress Barbara dankbaar zijn, dat ze zulk een recruut aan onze gelederen heeft toegevoegd". 1-Iij slak haar heide handen toe en genoot nog een oogenblik van het allerliefste ge zichtje met dc lange, afhangende krullen aan weerskanten en, onder het kanten kap je uit, de kastanjebruine lokjes, die zoo mooi door het gouden zonlicht beschenen werden. Was de liefde niet het schoonste ter we reld? Hoe gaarne had hij haar in de armen ge sloten en haar dit ingefluisterd, maar de stem van den plicht klonk gebiedend en hij moest gehoorzamen. „Morgen", zei hij naijverig, „zullen wij in den tuin wandelen en van niets dan van on ze rozen en onszei ven spreken!" Zij schudde het hoofd: „Morgen rijdt vader over devennen, om vrouwe Birloy een bezoek te brengen, en ik moet mee omdat Janet naar mij gevraagd heeft". Dit oponthoud stelde hem teleur. „Dan zal ik vroeg komen", zei hij, „ter wijl de dauw nog op het gras ligt en vóór de rozen haar blaadjes hebbon geopend. Zul ik je dan vinden liefste dauwnimf?" Met een blos antwoordde zij: „Ik pluk altijd een bouquetje vóór het ont bijt. Dc tuin is nu juist zoo mooi". Haar oogen schitterden, terwijl ze dit zei. Zeker zou ze dien nacht droomen van den ochtend dauw! „En je zult toch niet in gevaar ko men? Als die Morrice eens een verrader mocht blijken Ainslie lachte: „Hij heeft geen bewijzen tegen ons. Ik vrees alleen dat onze plannen gedwars-< boomd worden". Sir Hugh ging nu allereerst do goede trouw van Dick Morrice beproeven, en als het waar was, wat mistress Bab beweerde, dat Morrice inderdaad bereid zou zijn z'n verloren plaats in de gelederen van de ko- ningsgezinden terug te winnen door verraad van zijn nieuwe bondgenooten, dan was er toch weer ruimschoots hoop op succes bij die „onmogelijk gevaarlijke onderneming", zooals Squire Brotherton ze genoemd had. Kolonel Morrice was niet thuis, bracht de butler sir Hugh op de hoogte, maar hij was nog niet lang weg en was tc voet gegaan. Maar waar hij heen was, dat wist Timothy Parker volstrekt niet, ofschoon, als hij zijn vermoedens luide had durven uitspre ken, zijn heer dan zeker in het verborgen de een of andere vrouwspersoon kuste of aan het dobbelen was, nu niet in zulk heel uit gelezen gezelschap. Om hem recht te doen wedervaren, diené gezegd, dat Dick Morrice zich niet vermaak te met een van deze min-Puriteinscho tijd- verdrijven, zooals sir Hugh gelukkig ont dekte, want, toen hij langs een korten weg door het park terugkeerde, hoorde hij als een ware uiting van levenslust een drink liedje galmen, en even later roepen: „Wacht maar Roger! Je zult je verdiende loon hebben, vriendje, als je dicht bij me komt (Wordt vervolgd)^

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1934 | | pagina 5