AMERSFOORTSCH DAGBLAD
DE PAPAVER
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOcl
SNELTAX
BLOEMBOLLENVELDEN
TELEF. 1354 of 743
Zaterdag 28 April 1934
32 e Jaargang No. 253
TWEEDE BLAD
DE OVERWEGINGEN VAN
HET VONNIS
DE MONT BLANC IS HOOG,
UIT DE STAATSCOURANT
ARBEID DOOR
VREEMDELINGEN
nderdaad,,, goed humeuP
HET SPECIAALHUIS
voor Wol en Handwerken
De Heks van Winslea
Tegen de officieren van
„de Zeven Provinciën'
Soerabaja, 27 April (Aneta). De Zee
krijgsraad komt in bet vonnis, uitgespro
ken over de terechtgestaan hebbende offi
cieren van do „De Zeven Provinciën" tot
de volgende overwegingen: wettig en over
tuigend bewez-jn is:
le. :lat artikel 143 van het Militair Wet
boek van Strafrecht is overtreden;
2o. ten aanzien van den beklaagde, den
luitenant ter zee der 1ste klasse F. boven
dien dat hij als bevelhebber van ecnige
wacht een als zoodanig op hem rustende
verplichting niet heeft nagekomen.
Ten aanzien van den beklaagdp den lui
tenant ter zee der 2de klasse H. bovendien
det hij „behoorende tot eenige wacht of an
der militair dan als schildwacht een als
zoodanig op hem rustende verplichting niet
beeft nagekomen.
De Krijgsraad verwerpt het verweer dat
beklaagde F. zal lijden aan een abnormale
geestelijke gesteldheid.
Als verzachtende omstandigheden werdqn
aangenomen de overtuiging der officieren
dat zij door zich le onthouden van geweld
handelden in den geest der autoriteiten,
voorts dat in aanmerking moet worden ge
nomen het feit dit beklaagden door om
standigheden buiten hun schuld eerst 15
minuten na het ontvangen van het bericht,
dat muiterij was uitgebroken over een ge
laden pistool konden beschikken, voorts
het ontbreken van leiding op den avond
van 4 Februari, het slechte voorbeeld van
den oudsten aan boord aanwezigen zeeoffi
oier F., verder de onjuiste gedragslijn, aan
gegeven door den luitenant ter zee Van B
en ten slotte de meening welke de officieren
koesterden dat zij zich aan die gedragslijn
moesten onderwerpen.
Voormelde omstandigheden gelden vooral
ten aanzien van de luitenants ter zee der
derde klasse en hen, wier werkkring hoofd
zakelijk op technisch en ander speciaal ge
bied ligt.
Hierna volgen de overwegingen ten aan
zien v.in eiken beklaagde afzonderlijk:
Het beroep van den heer F. op de be-
kendheid bij do autoriteiten van zijn onbe
kwaamheid op grond van zijn conduites
wordt aanvaard.
Ten aanzien van den beklaagde den lui
tenant ter zee der 2de klasse H. wordt be
wezen geacht, dat hij geheel de kluts kwijt
was als gevolg van zijn jeugdigen leeftijd,
n.l. 23 jaar.
Ten aanzien van beklaagde den luitenant
ter zee der 2de klasse De K. wordt bewe
zen geacht, dat hij zich verscholen heeft
achter een gesloten deur, hoewel gewapend
met een geladen pistool.
Ten aanzien van den beklaagde, den lui
tenant ter zee d^r tweede kla6§e D., oud
24 jaar, wordt bewezen geacht dat hij niet
heeft gehandeld uit vrees doch wegens zijn
on-militaire karakter-eigenschappen.
Ten aanzien van de groep beklaagden R.
v. E., A. v. R., K., R., Baron do V. van S.
en S., staat vast, dat zij tijdens de vaart
een voorstel hebben gedaan voor een ge-
wapenden overval.
Ten aanzien van den luitenant ter zee
der derde klasse R. wordt gewaardeerd dat
hij in strijd met het bevel van den officier
aan den wal toch aan boord is gebleven.
Ten aanzien van do luitenants ter zee der
derde klasse A van R. en Baron dc V. van
S. wordt overwogen dat zij den moreelcn
6leun van ou icre officieren misten, hoewel
zij activiteit toonden.
Ten aanzien van den officier van den
M.S.D. der tweede klasse De W. wordt
overwogen diens buitengewoon geringe
waardeering van den militairen tucht en
orde en de waard.gheid van den officier
door op ergerlijke wijze na te laten om zich
naar de machinekamer te begeven en zijn
mformeeren bij de deputatie der muiters
naar de voedselvoorziening, voorts het aan
dringen bij den luitenant ter zee Van B.
op inwilliging van den eisch der muiters
om geen geweren te doen nemen uit de
rekken door de officieren, ten slotte het
aan Iringen bij andere officieren om niet
op zichtbare wijze tijdens de vaart wapens
te dragen.
Ten aanzien van den beklaagde den of
ficier van den M.S.D. der tweede klasse S
wordt diens verweer aanvaard.
Ten aanzien van den beklaagde den of
ficier van den M S.D. dor tweede klasse
Van B wordt overwogen diens zeer onvol
doende waardeering van den militairen
tucht en orde, terwijl hij bovendien volko
men onverschilligheid heeft getoond.
Ten aanzien van den beklaagde, den of
ficier van gezondheid der tweede klasse B.,
wordt in overweging genomen diens geheel
gemis aan militairen geest, terwijl hij zijn
medischen dienst bleef uitoefenen onder de
muitere, hoewel er geen ernstige zieken
warep.
het hoogste punt van Europa! En toch, als wij
een toren bouwden van al de Sunlight Zeep die
in één jaar wordt verbruikt, zou deze 521 maal
hooger zijn!
Dit enorme verbruik bewijst hoezeer de Neder-
landsche huisvrouw Sunlight Zeep op prijs stelt,
hoezeer de ervaring haar van de voortreffelijke
kwaliteit van Sunlight Zeep heeft overtuigd!
THANS N OOR 4 JIROOTE STI KKEIV'. BOVENDIEN
CTS. OP ÉL* PAK EEN BON VOOR FRAAIE GESCHENKEN
Nadat de voorlezing van het vonnis door
den President van den Zeekrijgeraad te 10
uur 45 was beèindigd, ging de Zcekrijgs
raad in besloten zitting, waarin de Presi
dent memoreerde dat dc berechting van
de zaak der „De Zeven Provinciën" aanving
op 31 October 1933 en eindigde 27 April
193-1.
Een sneller berechting was ondoenlijk.
De President dankte den plaatsvervan
gend secretaris en den plaatsvervangend
fiscaal voor de door hen betoonde activi
teit; hij damets de Raadslieden voor hun
medewerking door beklaagden zooveel rao
gelijk rechtskundigen bijstand te verleencn
Do President legde ten 6lottc den voor
zittershamer neer.
ERNSTIG ONGELUK.
Officier cn soldaat verdronken
M e d a n, 27 April \neta). Tijdens een
meerdangé-che oefening bij Hsmpernn Pe-
rak, nabij Belawan, is een sampan mol zes
inzittenden omgeslagen Vier hunner wer
den gered, dich de ee stc luitenant der in
fanterie J. A. Froeling en een Inhoemsch
soldaat worden vsrmifit.
Bandoeng. 27 Aj ril (Aneta). Volgens
een doop het Departement van Oorlog ont
vanger telegram zijn de eerste luitenant J
A. Froeling en dt Javaansche fuselier
Hardiosoemarto verdronken.
Bij het ongeluk gingen een karabijn. 25
patronen, een klewang en ledergoed verlo
ren.
Bij K B. is aan Ir VV. P. Stoel, oud hoofd
ingenieur directeur van den Rijkswater
staat in de directie Algemeenc Dienst, te
's-Gravcnhage, eervol ontslag verleend als
lid van de Commissie van Toezicht op den
Geologischen Dienst, terwijl als zoodanig i.s
benoemd Ir. J. C. Scharp. thans hoofdinge
nieur-directeur van den Rijkswaterstaat in
voormelde directie, eveneens te s-Graven-
hage.
Bij K.B. is wegens opheffing van zijn bo
trekking, in verband met de opheffing van
de gemeente Lonneker, ingevolge de wet
*an 2f> April 1934 (Stbl. no. 280) met in
gang van 1 Mei 1934 eervol ontslag ver
leend aan J. C. Manssen als burgemeester
der gemeente Lonneker en is met inganu
van dcnzelfden datum benoemd tot burge
meester der gemeente Enschedé: J J. G
E. Ruckcrt
Bij K.B. i6 wegers opheffing van zijne
betrekking, in verband met dc opheffing
der gemeenten Pernis en Hoogvliet inge.
volgo de wet van 30 December 1933 (Staats
blad no. 802), met ingang van 1 Mei 1934
eervol ontslag verleend aan 1 van Es als
burgemeester der gemeenten Pernis cn
Hoogvliet, met dankbetuiging voor de lang
durige diensten door hem als burgemeester
bewezen.
De regeering over het door haar
ingediende wetsontwerp
In de Memorie van Antwoord aan de
Eerste Kamer betreffende het ontwerp van
wet tot regeling van het verrichten van ar
beid in loondienst door vreemdelingen wijst
de Regeering er op, dat in de considerans
van het wetsontwerp de woorden „in loon-
lienst" zijn vervallen, zoodal de conside
rans thans luidt: „Wetsontwerp tot regeling
van het verrichten van arbeid door vreem-
lelingen".
Het is alleszins begrijpelijk, dat, hoewel
lit wetsontwerp geen bestrijding vormt,
eenige «eden een regeling als hier wordt
voorgesteld, in abslrncto beschouwd, af-
seunien Deze leden zijn het echter daar-
•ver eens, flat de feitelijke omstarnlighe.len
nopen tot hel treffen van voorzieningen tot
oe6cherrriing van de nationale arbeids
markt. Dit standpunt heelt, de Regeering
van den aanvang af ingenomen
Het werkzaam zijn hier te lande van een
groot aantal kellners cn muzikanten van
vreemde nationaliteit heeft de aandicht van
len minister van Sociale Zaken. Evenzeer
is zijn aandacht gericht op het groote aan
tal vreemde dienstboden in Nederland.
Bij de beoordeeling of door middel van
tiet in dit ontwerp voorziene vergunning»*
stelsel naar vermindering van het aantal
vreemde arbeidskrachten in de gen >emde be
oepen moet worden gestreefd, zal mede ie
kuning dienen te worden gehouden met de
helnngen van de bedrijven en de gezinnon
•tier Ie lande, die deze arbeidskrachten in
lienst hebben Dit punt zal uiteraard bij
le uitvoering der wettelijke regeling onder
Ie oogen worden gezien
Echter zal niet mogen worden voorbijee-
icn. dat de Regcering bij haar beslissing in
leze evenzeer zal letten op de houding, die
Ie vrpemde landen, waartoe de betrokken
irbeiders behooren, aannemen ten aanzien
van de toelating van of het verrichten van
rbeid door Nederlandsche arbeidere in die
•inden
Of er aanleiding is. perst dan het verrich-
T*n van arbeid door vreemde arbeidskrach-
en aan een vergunning te binden ..wanneer
al zijn gebleken dat geschikte Nederland
che arbeidskrachten beschikbaar en bereid
ijn een werk op zich te nomen trots hel
feit, dat hun een lager loon wordt aange
5oden dan waaraan zij gewend waren zal
- de Regppring wees er reeds op in de Me
morie van Antwoord aan do Tweede Ka
mer naar omstandigheden moeten wor-
len beoordeeld.
eon zwemmer heeft
Een dagelljksch bad g^elt
echter nog vele andere
voorttelen. Het staalt
Uw spieren en zenuwen.
Hot wokt Uw eetlust op
en stimuleert Uw werklust
en arbeidsprestaties.
Daarom znlt thans U, Mevrouw en ook
U Mijnheer besluiten, U als abonné op
ons bad te laten inschrijven.
Tot 15 Mei reductie op
de seizoen-tarieven.
Met de
naar de
Een prachtige rondreis dooi Holland's
schoonc bloemenvelden
voor slechts t 3.— p. p.
Ruime 4 pers. auto's. Betrouwbaar perso
neel Vraagt inL bij den ondernemer
G. LENSINK. Hoogev/eg 49.
BEWAARLOON VOOR CONSUMPTIE
AARDAPPELEN.
Het bestuur der Nederlandsche Aardap-.
pel Centrale brengt Ier algemeene kenn's,
dat bet ter vergadering van den 25slen
April 1934 heeft besloten, om geen verdere
vernooging van bewaarloon voor consump
tie aardappelen, nk 30 April ge- of verkocht,
verplichtend te stellen.
Tot het einde van het seizoen zullen
dus de bcwuarloonen voor klei aard v,ip-»'en
0.40 en voor zandaardappelen 0.20 per
100 K.G. bedragen.
DU1TSCH BEZOEK AAN ONS LAND
Bij een groot gozetechap Duitschers uit
het Nassausche land bestaat het voorne
men de volgende maand van 21 tot 29
Mei naar ons land te komen met de
bedoeling in het bijzonder plaatsen te be
zoeken, welke met de historie van ons Vor
stenhuis zijn verbonden.
Zoo staan o.m. op het programma bezoe
ken aan Apeldoorn, met het Loo, Kon. Fa-
leis en Rijksmuseum, Oranjewoud, de vroe
gere Zomerresidentie der Fricsche Stadhou
ders uit het Huis Nassau Diez.
In Leeuwarden en ook te Groningen zul
len de gasten officieel op het Stadhuis wor
den ontvangen.
De Nederlandsche Reisvereeniging ver
leent hare bemiddeling voor de orgaiiisa-
tio van deze rei6. Leider is het Hoofdbe
stuurslid, de beer J. J. Oltmans te Apel
doorn.
Voorts komen op het programma voor een
tocht over den Afsluitdijk, bezichtiging van
het Vredespaleis en een tochtje naar Volen-
dam en Marken.
Nog zij vermeld, dat mede een bezoek
zal worden gebracht aan de Fracylemaborg
te Slochteren van Mr. E J. Thomassen <l
Thuessink van der Hoop van Slochteren,
den onderzoeker van de geschiedenis van
het Oranjehuis cn een der leiders bij do
herdenkingsfeesten van den vorigen zomer
to DiJcnburg, Sicgen cn Diez.
„DE TRIBUNE" BELEEDIGT
RAADSLID KITSZ.
Namens den heer C. Kitsz, lid A'an don
gemeenteraad en penningmeester van hot
N.A.S., heeft Mr. Dr Behno J. Stokvis bij
de Justitie een klacht wegens smaad, subs,
belecdiging ingediend tegen de „Tribune"
In het nummer van de „Tribune" van
24 April komt een artikel voor tegen den
heer Kitsz als penningmeester van het N.
A.S., waarin hem ontrouw beheer worit
verweten. Dc heer Kitsz acht zich door den
inhoud van dit artikel bclecdigd.
Zoekt U iets bijzonders op het gebied van
WOL EN HANDWERKEN
heeft het voor U.
Komt U ook eens binnen kijken?
UTRECHTSCHEWEG 85 - TELEFOON 15
Wanneer betoog in den steek laat, pleegt
grofheid troef te worden
naar het Engelsch van May. Wynne.
21
„Morricehoorde hij dc stem van sir
Hugh Ainslie fluisteren in de doodsche
stilte.
Er moest snel gehandeld worden; dat
was een perste verelschte.
Met een enkel woord bracht Morrice dit
den mannen onder het oog. die hem dan
ook, zonder bedenken, als hun leider erken
den.
„Vlug!" drong hij. „voor het heele garni
zoen wakker is! Als wij eenmaal tot de
binnenplaats zijn doorgedrongen, valt er
weinig tegenstand meer te duchten."
Naarmate zij dichterbij trokken, werd
het rumoer toch grooter en op de binnen
plaats kwamen een drie. vier mannen, met
een luitenant, ijlings op hen toegeschoten.
„Verrader!" beet de officier Morrice toe.
„dat is jouw werk! Jk heb den gouverneur
wel gewaarschuwd, dat hij een adder aan
zijn borst koesterde!"
Dit zeggende deed hij een uitval naar
kolonel Morrice. maar die was daarop voor
bereid en bracht het gevest van zijn degen
met zulk een kracht neer op het hoofd van
den luitenanl, dat die het bewustzijn ver
loor
„Ik heb met hem gestreden bij Edgehill"
zei bij tot Ainslie. „Maar nu heeft hij ge
noeg om onschadelijk te zijn".
En toen de soldaten zagen hoe het hun
leider vergaan was. waren zij weldra ont
wapend en werden op de binnenplaats ach
ter gelalen met een half dozijn cavaliers,
om hen to bewaken, terwijl de overigen
ijlings de poort gingen openen voor de
compagnie paarden- en voetvolk, die bui
ten wachtte.
„Nu blijft enkel de gouverneur over", zei
kolonel Aikton. „Ongetwijfeld zal kolonel
Morrice wel de taak op zich nemen om
hem op de hoogte te brengen van hetgeen
er is voorgevallen."
Morrice begreep instinctmatig, dat hem
dit werrl opgedragen, om nog eens zijn op
rechtheid in deze op de proef te stellen.
Maar nog een andere beweegreden dan
beleedigde trots dreef er hem toe deze op
dracht te vervullen.
Kolonel Cotferell toch zou naar zijn ver
klaring misschien nog wel willen luisteren,
terwijl hij met de koningsgezinden niet
anders zou willen onderhandelen dan dat
hij ze op de punt van den dpgen vorderde
F.n hierin had hij juist gezien, zooala hij
onmiddellijk wel begreep uit wapengeklet
ter cn verwoed geschreeuw, toen hij z»ch
door de gang spoedde, die naar do slaap
kamer van den gouverneur leilde.
„Mij overgeven?" riep de kolonel „Het
zal nooit gezegd worden van een Cotterell
dat hij zich overgaf aan een troep losban
dige goddelooznn. die door snood verraad
dit kasteel zijn binnen gedrongen."
Terwijl hij dit nep. deed hij een uitval en
bracht Knovvles een stoot toe in den schou
der. waarop een half dozijn degens naar
hem uitgestoken werden cn hij zwaar Icrue
viel In de armen van den man, die hem
verraden had.
„Arme Cotterell!" mompelde Morrice. en
cr trok een floers over zijn oogen. tpen hij
neerkeek in het bleeke gelaat van zijn ge
wezen vriend „Wat een bloeddorstige de
mon is toch deze oorlog, die den broeder
neerstoot door broederhand'"
„Hij is niet doodelijk gewond," merkte
Ainslie op. „Laten wij hem naar bed dra
gen en het bloeden stelpen. Later kunnen
wij dan den chirurg uit de stad halen, die
hem met genezende» balsem verbinden
kan Een kranig soldaat is hij Ik wilde
wel. dat hij tot de onzen hoorde, inplaats
van den dienaar te zijn van opstandige
onderdanen en van een onbeschaamd over
weldiger."
De oogleden van den gewonde trilden.
„Verraden!" mompelde hij, „cn door Dick
Morrice! Wee mij!... Dit grieft mij nog
het diepst!... Mijn vriend, Dick Morrice!"
Dit waren woorden, dio althans één, die
ze hoorde, zich weer herinnerde, toen hij
later in den hall van kasteel Pontefract
luide geprezen werd door zijn nieuwe vrien
den.
Hij trachtte enkel aan Barbara Carcroft
te denken en hoe die hem zou toelachen,
toen hij langzaam de trap naar den Ron
den Toren beklom, naast Ainslie cn kolonel
Aikton. om de koninklijke vlag op kasteel
Pontefract te hijschen.
Barbara zou blij zijn, als zij hoorde van
de rol. die hij had gespeeld. Dien volgenden
morgen zou hij de belooning van haar lip
pen krijgen.
Zou hij dan die vier woorden van smart
vergeten hpbben-
„Mijn vriend, Dick Morrice!"
Dit is zeker: géén vervloeking kon hem
dieper getroffen hebbon.
HOOFDSTUK XII
Dick Morrice krijgt zijn bcloonlng
„Maar ze moes-ten jou tot gouverneur
van Pontefract hebben gemaakt!"
Barbara sprak met grooten nadruk,
maar Morrice lachte.
Wat gaf hij om een gouverneurschap,
op het oogenblik, dat hij naast zijn ver
loofde zat in de nis van het groote erker-
venster, dat den hall van Rettesley Manor
verlichtte, en zag, hoe. het zonlicht speelde
op do glanzige krulletjes, die aan weers
kanten van een blozend gezichtje hingen,
waarvan do schoonheid nog verhoogd
werd door een rijk kleed van narciskleu
rig satijn met kostbaar kanten kraag,
echter laag genoeg uitgesneden om de
blankheid van de hals te doen uitkom«?n,
terwijl een paar rozen, op de borst gespeld
nog des te meer bekoring verleenden aan
do lieflijke verschijning, zoo schoon ver
licht door het gekleurde vensterglas.
„Ik ben een veel te luchthartige persoon
lijkheid voor zulk een groote waard'g
heidü" zei hij. „En wat heb ik gedaan
om het te verdienen, liefste, daar jouw
vernuft den bal heeft voortgestuwd naar
een ecnig succes!"
Hij vatte de gebruindo hand, die groot
genoeg was voor zulk een schoone jonge
dame en harder dan men dit verwacht
zou hebben, en kuste die zóó vurig, dot
daaruit wel bleek, hoe Barbara haar be
lofte van belooning wis nagekomen.
Openlijk waren deze belden dan ook ver
loofd, ofschoon ze een vreemd paar vorm
den.
Bij tijden vroeg Morrice zich af, of zijn
verloofde ook 6oms een dwaallichtje van
de vennen was, zoo onverklaarbaar en
raadselachtig kon Barbara wezen en
dan weer ineens zoo vurig in haar teeder-
heid, dat haar roodo lippen ongevraagd
dc zijne zochten terwijl zij hem vroeg,
met tranen in de stem, of zijn liefde wel
echt en oprecht gemeend was.
„Want, o", placht zij dan te zeggen, „ik
ben zoo gehetl verschillend van Marjorie,
of ecnig ander jong meisje, waarvan ik
ooit gehoord heb;!"
„Dat is waar", gaf hij toe cn bood haar
den schouder, dat zij daar het donkere
hoofdje tegen kon laten rusten en hij
misschien in staat zou zijn het geheim te
«loorgronden van die lichtbruine oogen,
„want nooit heb ik zoo'n lief, aardig, be
minnelijk schepseltje gezien!"
Zij lachte met groote minachting voor
zichzelvc.
„Dit zou dus Barbara Carcroft beschrij
ven?" riep zij, „maar dan kun jo haar
niet zult haar misschien ook nooit ken
nen! Kon ik maar heel mijn leven de rol
blijven spelen van stemmige Barbara cn te
vreden zijn met liefde en do zedige waar
digheid van 'n landvrouwe Maar wil jo wel
gelooven. Dick, d.it zulk een visioen mij
vreemd-rusteloos maakt? Ik zou niet kun
nen aarden in zulk een atmosfeer, maar
zou al gauw de vormelijk© grenzen der
conventie overschrijden en cn
Zij wendde het gelaat af en verborg haar
gezichtje tegen zijn mouw
„Och. wat ben ik tocl» dwaas!" snikte
zij. „Houd mij maar dicht tegen je aan,
Dick, want liefdo is het beste en ik, ik
moest tevreden zijn. want een meisje, dat
zoo wispelturig is, zal de liefde den rug
toekecrcn, en liefde is het beste!"
^Wordt vervolgd)-