MINISTER KALFF TER RUSTE GELEGD FEUILLETON Het laatste afscheid op „Westerveld" WOORDEN VAN DANK clo-/Uw Uid/ïjWf 4JT Raadpleegt den Oogarts Theo Groenhuizen langestraat 38 ACCOUNTANTSKANTOOR 0. SNAPPER Eii Accountant-Belastingconsulent Liefde en Politiek HAAGSCHE SLAGERU Minister Colijn en Mr. van Ma» nen, directeur der Nederl. Spoorwegen, schetsen het geleden verlies In cilen eenvoud heeft giste, .iddag de overbrenging van 't stoffelijk overschot van minister Kalff van Wassenaar naar Wester veld plaats gehad om daar tc worden ter- aardebesteld. Dc belangstelling in het rustige en def tige villapark de Kievit, waar do minister woonde, was niet bizonder groot. Slechts een klein aantal belangstellenden had zich in de Laan van Hoogwolde opgesteld, om bij het vertrek van den overleden staatsman aanwezig to zijn. Naarmate dc tijd echter verstreek cn het oogenblik van het vertrek naderde, kwamen er meer mcnschen, w.o. verschillende leden van het personeel van het departement van waterstaat, die hun hoogsten chef bij den aanvang van zijn laatste reis een groet brachten. De vertegenwoordiger van II. M. de Ko ningin, mr. W. J. baron van Lynden, opper kamerheer, dc ministers cn de familieleden, die in den stoet zouden volgen, waren ccnigen tijd tevoren in het sterfhuis samen gekomen, waar ds. P. Blaauw een korte rouwdienst leidde. Omstreeks half een werd een aanvang ge maakt met het opstellen van den stoet. Twee blocmenauto's reden den tuin van *s ministers villa „do Beukenhof" in, tot vóór den hoofdingang. Een schat van kran sen en bloemstukken werd vervolgens naar buiten gedragen. Er waren meer dan 50 bloemstukken. Het plechtige oogenblik dat de kist met het stoffelijk hulsel uitgedragen zou worden was aangebroken. De kist werd in de auto geplaatst cn daarop werd een aantal kran sen gelegd, w.o. die van H. M. de Koningin, van de Nedcrlandsche regeering en familie. Dadelijk achter dc lijkbaar volgde een hofauto, waarin baron Van Lynden plaats had genomen. Een groot aantal volgauto's kwam hierna. Daarin hadden behalve do familieleden o.a. plaats genomen dc ministers Colijn. De Graaff, Van Schaik, De Wilde. Merchant, Oud. Deckei*s, Stecnberghe. Slote.maker dc Bruine en dc oud-minister Verschuur. Het was reeds over eenen voor de stoet zich in beweging kon stellen, geëscorteerd door rijkspolitie en door de motorpolitie der gemeente Wassenaar tot aan de grens der gemeente. Wegens dc begrafenis van minister Kalff was aan de regeeringsgebouwen en ver schillende legatiegebouwen do vlag halfstok geheschen. Ook aan het hoofd en dc bij post kantoren hing dc \lag halfstok uit. Op Westerveld Onler buitengewone groote belangstelling is Donderdag op de begraafplaats Wester veld de plechtigheid geschied van de ter aardebestelling van het stoffelijk overschot van den Minister van Waterstaat, Mr. J. A. Kalff. Ofschoon rekening was gehouden met den wensch van den ontslapene, dat aan de begrafenis een eenvoudig karakter zou worden gegeven, werd aan zijn nagedachte nis alleen reeds een groole cn grootsche eer bewezen door do aanwezigheid hij zijn laat ste rustplaats van tal van hoogwaardig- heidsbekleeders, autoriteiten en andere per soonlijkheden. die per auto of met den ex tra trein, welke de directie van do Nedcr landsche Spoorwegen had doen rijden de reis naar Driehuizen-Westerveld hadden aanvaard. Tot de velen die reeds een klein uur tevo ren op dc begraafplaats aanwezig waren, behoorde behalve de directeur-generaal van Waterstaat dr. ir. J. A. Ringers, de hoofd ingenieurs-directeuren van Waterstaat ir •T. P. van Vlissingen, ir. P. J. P. van dei Steur, de directeuren mr. J. Draaijer, do waterbouwkundige D. de .Tong en de hoofd commies G. W. J. Zittersteijn. Voorts merk ten wij op de heeren C. Koning, vertegen woordiger van den Rijksstudiedienst voor den luchtvaart; G. A. R. van Veen, verte gen woordiger van de Vereen iging van Tech nische ambtenaren bij den Rijkswaterstaat; mr. P. W. J. H. Cort van der Linden, bur gemeester van Groningen en oud-secretaris van het Verhond van Nederlandsche werk gevers; H. P. Gelderman, algemeen voorzit ter van dit Verbond; A. Volkers, vertegen woordiger van de Mij. tot uitvoering van Openbare Werken; mr. J. Linthorst Homan cn mr. B. P. Boran van Harinxma thoe Sloten, resp. voorzitter en secretaris van dc K.N.A.C. alsmede Edo Bergsma, algemeen voorzitter van de A.N.W.B. Korten lijd later arriveerden nog Jhr. Mr. L. van Fisonnc, waarnemend commissaris der Koningin van Zuid-Holland; mr. J. D. van Broek, lid van Gedeputeerde Staten van Zuid Holland; Jhr. Mr. B. W. T. Sand- berg, griffier van Getlep. Staten en L. T. van de Wal, hoofdingenieur van dc provin cic Zuid-Holland. Honderden cn nog eens honderden waren hedenmiddag op het heuvelachtig terrein van de Westerveldsche begraafplaats aan wezig om getuige tc zijn van de plechtige ter aardebestelling van minister Kalff. Een tijdelijk graf waarvan het stoffelijk hulsel later naar den familiegrafkelder op denzelfden doodenakker zal worden overge bracht, bevond zich in het midden van een groot vlak grasveld, tusschen de heuvels rondom. Op de hellingen van deze heuvels ston den duizenden bijeen, terwijl het grasveld zelf geheel was vrijgehouden voor familie en autoriteiten. Met graf was ongeven en be kleed met dicht sbarregroen. Ter zijde had zich opgesteld het muziek corps Crescendo uit Haarlem, samengesteld uit leden van het spoorwegpersoneel, van welk corps dc overledene beschermheer was. Het vaandel was geheel omfloerst met rouw. Van de tientallen kransen, die nadat de stoet arriveerde, rondom do groeve werden gevleid, viel in het bijzonder op een grootc krans met een oranie-wit-hlauw lint van de ITnfo van Znid-Afrika. Toen de stoet het kerkhof beschrccd, zette Crescendo in de bekende melodio „Asc's Tot" van Grieg die een buitengewonen in druk maakte. Toen de familiesloot liet afgezette gedeel te was binnengekomen, werden de kransen van de Koningin, van de familie en van den ministerraad vóór de groeve 'uitgespreid. Toen de blanke houten kist boven het graf stond speelde de muziek een koraal, waar van dc tekst luidt: ..Eind'loos houdt God's liefde stand". Nogmaals weerklonk dit koraal toen de kist in het dennenbed zonk. Minister Colijn aan hef woord Minister Colijn zeide dat op uitdrukkelijk verlangen van de familie Kalff de teraarde bestelling in strikten eenvoud zou worden voltrokken. Daarom is afgezien van een teraardebestelling met militaire eer, die door dc regeering was aangeboden. Ook is liet dc wensch der familie geweest, dat bij deze groeve niet een vloed van redevoerin gen zal worden uitgesproken. Ik begin met mijn erkentelijkheid to betuigen voor de gelegenheid mij geboden aan dit graf een enkel woord te zoggen cn in het openbaar te getuigen van de grootc waardeering, die mijn ambtgenooten cn ik voor mijn collega hebben geveeld. Te rneer voel ik mij daartoe gedwongen omdat dit sterven niet omgegaan is buiten dc vervulling van de ambtelijke taak. Tij dens een ambtelijke reis is do kiem gelegd voor dc kortstondige, maar doodelijke ziekte Minister Colijn die hem wegrukte, en dat hij niet de kracht had dat te doorstaan, is zeker ook tc wijten aan de grootc spanningen, die de ambtelijke taak beeft meegebracht en die zijn weer standsvermogen bobben verzwakt. Toen 2 jaar geleden H.M. de Koningin mij opdroeg, de regeering samen te stellen; heb ik besloten dat in verband met deze zorgvolle tijden daarin ook moest worden opgenomen een vertegenwoordiger van de liberale richting, cn mijn gedachte is al heel spoedig uitgegaan naar Kalff. Eonige jaren geleden had ik hem' reeds aan T werk gezien als directeur der Nedcr landsche Spoorwegen en ervaren niet hoe krachtige hand hij dit bedrijf wist te be sturen en op een gezonde basis te brengen Ik heb mij ook niet vergist in zijn karak ter. Van politieke personen kan men ver langen, wanneer zij geroepen worden tot een zware taak, zij aan die roepstem ook gehoor geven. Kalff had een buitengewoon aangenamen werkkring, ook was hij onmiddellijk bereid zijn medewerking te \erleencn, en lief en leed, d.w.z. meer leed dan lief, samen mei ons te dcclen in dc zorg voor dc zaken des lands. Deze bereidwilligheid ging ook gepaard met het brengen van belangrijke persoonlij ke offers. Het werk, dat hem wachtte, was onge meen moeilijk. Op verkeersgebied in ons land was een bijna chaotische toestand ont staan. Aan hem was de taak om daar ver betering te brengen. Dc grondslagen daartoe zijn door hem zelf gelegd. De vnltooing beeft bii belaas niet kunnen aanschouwen. Niet het minst daarom stel ik vast, dat ons land een groot, bijna on herstelbaar verlies in zijn heengaan heeft geleden. Niet alleen daarom. Kalff bezat, naast zijn bekwaamheid en toewijding jegens zijn taak ook andere eigenschappen, die hem buiten gewoon geschikt maakten voor zijn ambt In de eerste plaats was hij Regent. Hij verslond wat regecrcn beteekent. Daarnaast bezat hij in bijzondere mate de gave mei menschen van andere richting tc kunnen samenwerken. Liberaal is hij gedurende zijn ambachts tijd gebleven, maar liberaal van zeer voor name allure, die altijd meewerkte'en zocht naar hetgeen vcrecnigdc, niet in dc eerste plaats naar verschillen. Ook daarin toonde hij zich een man van bijzonder grootc allure. Als minister verlie zen ook wij, zijn ambtgenooten, veel aan hem. Het land dat hij gediend beeft verliest eveneens zeer veel. Zijn vervanging zal bijzonder moeilijk zijn. Als mensch ging van ons heen iemand, die door lieflijkheid en welwillendheid uit muntte, door een zakelijk optreden met anderen, door een groote mate van bon digheid in de behandeling van zaken. Kalff zal worden gemist. Zijn karakter was boven mijn lof verheven. Van hem kan worden gezegd, wat dc Engelschen zoo kernachtig uitdrukken: „Every inch a gent leman". Dat is het getuigenis van Kalff dat ik hier geven kan mede namens mijn ambt genooten. Toch wil ik op deze plaats daarmede niet eindigen. Want de groote gaven van hart cn verstand, die Kalff bezat, had ook hij ont li VQVZ <9 De kosten bespaart U ruimschoots, als U een bril aanschaft bij WEL BETER, NIET DUURDER!! vangen van Ilem, van Wicn alle gaven af dalen, en daarom scheid ik van deze groeve niet zonder ook te getuigen van den dank, dien wij Gode schuldig zijn, voor hetgeen Hij ons vaderland in dezen man heeft ge schonken. Rede Dr. van Manen Ilct arbeidsveld van den man, - al dus de heer Van Manen wiens stof felijk overschot wij hier ten grave brengen, is, welke hoogst belangrijke werkzaamheden hij ook daarnaast of daarna verricht moge hebben, 't spoorwegbedrijf geweest. Ilij heeft Mr. H. van Manen dat bedrijf, dat hij lief had, gedurende bijna 35 jaren gediend met al zijn gaven, die vele en met al zijne krachten, die groot waren, en hij heeft er geschitterd als een der groot- sto figuren, die dat, wel haast honderdjarig, bedrijf gekend heeft. Do Nederlandsche Spoorwegen hebben het daarom op hoogen prijs gesteld, dat hier na mens hen getuigenis mag worden afgelegd van hun diep gevoelde, waardeering voor zijn werk en zijn persoon en ik, die geduren de negen jaren de Directiekamer met hem gedeeld heb, acht het een droevig voorrecht daarvan de tolk te mogen zijn. Reeds op 40-jarigen leeftijd werd Kalff in de leiding der H.S.M. opgenomen. Hij was daartoe bij uitstek geschikt. Man van karak ter, begiftigd met een scherp verstand en met een warm hart, gestreng, maar recht vaardig en gevoelig voor do nooden van an deren, juridisch naar aanleg en technisch naar opleiding, geschoold door dienst op de lijnen en op het hoofdbureau en door samen werken met den heer van Hasselt, aan vvien hij ecnigc jaren was toegevoegd, was hij als aangewezen voor de leiding van het zoo veelzijdige spoorwegbedrijf. Gedurende twintig jaren heeft hij daarvan deel uitgemaakt, van 1909 tot 1929, een tijd vak dat tot de belangrijkste in de geschiede nis der Ned. Spoorwegen behoort. In die ja ren werd de concurrentie der vier spoorweg maatschappijen geleidelijk door samenwer king vervangen, kwam de belangengemeen schap tusschen S.S. en II.S.M. tot stand, werden de vier bedrijven tot één samenge smolten en werd het particuliere bedrijf om gezet in een gemengd. Inmiddels werden de moeilijkheden van de oorlogsjaren en de na-oorlogsjaren overwonnen en kwam het bedrijf door electrificatie en tariefsverlaging lot verdere ontwikkeling, terwijl de min of meer gedwongen verhouding tusschen Di rectie en vertegenwoordigers van het perso neel zich wijzigde in een op wederzijdsch vertrouwen gegrond overleg. Het is niet mogelijk, doch ook niet noodig, van dat alles het persoonlijk aandeel van Kalff aan te wijzen; men kan het moeilijk te groot nemen of de betcckenis er van tc hoog aanslaan. Zeker is hij het geweest, die de spoonvegfusio praktisch heeft doorge voerd, was dc goede verstandhouding met het personeel geheel zijn werk en was er niets, dat tot de taak der Directie behoorde, dat niet zijn volle aandacht had. Hij was een harde en een degelijke wer ker, die, hoe vlug hij ook een zaak doorzag, nimmer overhaast een beslissing nam. ITij hield van rustige bcstudeering en overwe ging, stond altijd open voor overleg, doch ging, eenmaal tot het inzicht gekomen, dat een bepaald besluit voor liet bedrijf nood zakelijk was, recht op het doel af, zonder dc moeilijkheden uit den weg te gaan. Hij was een aantrekkelijk mensch, die gaarne een ander hielp, elk onaangenaam woord vermeed zoo lang dat mogelijk was en hij verstond het boven mate de goede LID NEDERL. INSTITUUT VAN ACCOUNTANTS Berkenweg 17 TEL. 873 BALANSCONTROLE-BELASTIHGADVIEZEN woorden te kiezen! en in een debat den tegenstander door een gevat of slagvaardig antwoord wist tc ontwapenen zonder te kwetsen. Toen hij in 1929 de spoorwegen verliet, had hij ook van dat gedeelte van het perso neel, dat hem na de fusie met tegenzin en wantrouwen had ontvangen, het vertrouwen cn de liefde weten te winnen cn zagen allen hem noode gaan. Wij wisten, dat hij zijn werk nederlegde, omdat hij eindelijk eenigen tijd voor zich zei ven begeerde. Wij waren overt uigd, dat die begeerte niet vervuld zou worden, omdat van alle zijden op den vrij gekomen lijd be slag zou worden gelegd, en wij hoopten van harte, dat hem nog vele goede jaren zouden wachten; Het eerste is wel, liet tweede he laas niet geschied. Het is met diepen weemoed, dat wij thans voor altijd afscheid nemen van den man, die voor de Nederlandsche Spoorwegen zoo onlzagclijk veel heeft gedaan. Vergoten zul len wij hem niet. In de annalen der Ned. Spoorwegen zal dc naam van Jacob Adriaan Kalff bewaard blijven als die van een dei- meest toegewijde dienaren en een der be kwaamste leiders, en wie het, zooals ik, steeds een voorrecht gevonden hebben met hem te mogen samenwerken, zullen zijn nagedachtenis in hooge ccrc houden. Hij ruste in vrede! Toespraak Mr. Wendelaar Mr. W. C. Wcndclaar sprak als voorzit ter van den Vrijheidsbond het volgende: Do Liberale Staatspartij de Vrijheidsbond zal het op hoogen prijs stellen, dat de fa milie mij do gelegenheid heeft gegeven hier een woord van groet te brengen aan den man, die hare beginselen met zooveel over tuiging aangehangen en met zooveel be kwaamheid verdedigd heeft, overal waar zulks noodig was. Vast in dc leer cn toch soepel genoeg om zich aan te passen aan de eischen van een abnormalen tijd; krachtig in do zaak maar zoo eenigszins zacht naar den vorm; van zijn groot versland het uiterst mogelijke vragend doch zonder de eischen van zijn gevoelsleven te veronachtzamen: zóó heeft Kalff, de stoere, ernstige werker, gearbeid in onzen geest voor het vaderland. Namens den Vrijheidsbond breng ik hem daarvoor eerbiedig onzen warmen dank cn verzeker ik mevrouw Kalff en dc verdere Mr. W. C. Wendelaar familie, dat wij trotsch als wij op hem waren bij zijn leven na zijn heengaan hem niet zullen vergeten, maar hem zullen blijven eeren. Broeder des overledenen spreekt Mr. J. Kalff, oud-hoofdredacteur van het Handelsblad en broeder van den ontslapene, sprak onder groote ontroering van de tal rijke menigte een treffend afscheidswoord. Het is altijd goed waarheid te spreken, men behoeft dan niet te onthouden wat men zegt. door WILLIAM LE QUEUX. Vertaling W. II. C B. „Als andere middelen hadden gefaald, zouden vader en dochter door vergif om het leven zijn gebracht" merkte Paul Lo ven op onverstoorbare wijze op tegen den minister-president, toen zij in diens werk kamer een onderhoud hadden. Dc veteraan knikte. „In dit vervloekte land is liet leven van een vooraanstaand mail nooit zeker", zei hij gemelijk. „En ik heb al mijn tijd hier zoek gebracht. Zij zul len niet mij aan het slot afrekenen, dc duivclsche moordenaars". Loven vond dat zeer waarschijnlijk, maar hij maakte daarover geen opmerkingen. Er ■was con troost. Noch Loukoff, noch Stepha nie hadden hun voet op Slavonischen grond durven zetten, ofschoon er velo vrienden waren, bereid hen te huisvesten. Tien dagen later bracht een koerier ecnige belangrijke stukken voor den minister van buitenlandsche zaken cn voor Danecourt een particulieren brief van Grcatorex. Gerald opende den particulieren brief. „Tarangul heeft zijn slag geslagen. Men heeft ons verzocht.om u uit Wcenen terug \q roepen." HOOFDSTUK XXIII Zijn gevoelens, toen hij deze woorden las, waren meer die van verontwaardiging en verdriet, dan van verslagenheid en teleur stelling. Hij had het land, dat men hem te slim was afgeweest, dat die intriganten hadden getoond hem de baas te zijn; hij was gebelgd dat zij hun plannen zoo han dig uitgevoerd, dat het hun gelukt was zijn gouvernement te dwingen hun ver zoek in tc willigen. Hij las ongeduldig verder om te weten op welke gronden zijn terugroeping was gevraagd. Grcatorex' brief was zeer uitvoerig en hij vertelde alle bijzonderheden. Ilij her haalde, wat hij hem reeds had gezegd, toen de mogelijkheid van zijn terugroeping was besproken, dat zijn loopbaan niet zou ge schaad worden. Hij moest zijn best doen om de in Vanina dreigende revolutie den kop in te drukken. Als Gerald naar Londen terugkeerde, zou een andere post voor hem gezocht worden. „Ik heb het oog op Parijs, waar je diplo matieke loopbaan begon", waren de juiste woorden van Grcatorex. „Maar je moet dit niet beschouwen als een bepaalde toezegging. Je kent dc groote moeilijkheden om met zoovele vers-hillen- de belangen rekening te houden, maar je kunt er van verzekerd zijn, dat ik mijn invloed ten behoeve van jc zal doen gel den. Jij zult zeer zeker niet to lijden heb ben, omdat ze zoo bang voor je waren, dat 7.o hun toevluent tot zulke schandelijke middelen moesten nemen om je kwijt te raken". Ilij was zeer nieuwsgierig om die mid delen tc hooien. Greatorcx had die ten volle medegedeeld cn zij zouden zeer zeker ook in een offi- cieelen brief van het Departement van Buitenlandsche Zaken aan hem worden ge meld. Eenige dagen na zijn vertrek uit Wee- nen had de politie de opdracht gekregen om zijn woning in Park-ring te doorzoeken. De beweegredenen daarvoor waren, dat men, volgens een mededeeling ontvangen van iemand van den geheimen dienst, ver wachtte eenige zeer bezwarende stukken te zullen vinden. Zij hebben dat met zeer veel tact uitgevoerd. Zij verzochten een lid van de Engelschc en van de Fransche le gatie om hen te vergezellen en bij het on derzoek tegenwoordig te zijn. Graaf de Robin cn een collega-secretaris van Gerald, namen de uitnoodiging aan. Na een langgerekt zoeken ontdekten zij wat zij wenschten te vinden, een in het Fransch geschreven briefje, dat vertaald aldus luidde: „Zooals u mij hebt aangeraden, ben ik in Serajevo geweest en zoowel Terzicli als Glanovitch bezocht, aan wie ik het geld heb afgedragen. Zij geven u do verzekering dat de Serviërs gereed zijn voor een op stand in geheel Bosnië en dat het betaalde bedrag de kosten van dc bewapening zal dekken. Dertigduizend geweren zijn in Mostac aangekomen, waar zij zorgvuldig verborgen zijn en dc opstand zal waar schijnlijk binnen twee weken p'aats heb ben. Tcrzich heeft door middel ven u de verzekering dat het Engelschc gouverne ment de Servische zaak zal steunen. Ant woord hierop niet. Stilzwijgen is veiliger. Uw Yovan". Toon Gerald dit had gelezen, kwam zijn gevoel voor humor boven cn glimlachte hij. „Dat is nogal onnoozel. Iemand had met dezen verdichten brief op de een of an dere wijze toegang tot zijn kamers verkre gen cn hem verstopt on die plaats, die, toen besloten werd een onderzoek in te stollen, aan de politie was aangegeven". En zoo waren de handelwijzen van Ta rangul, een Oostcnrijksche baron! Maar wie liad dat papier in zijn kamers gebracht en wanneer was dat gebeurd? Onmiddellijk vlogen zijn gedachten te rug naar dien dag, waarop hij was terugge keerd van het Prater na zijn onderhoud met dc prinses, vermoedde dat iemand in zijn kamers was geweest, cn to°n bemerkte dat zijn sigarettendoos was verplaatst. Hij had toen William geroepen, die het onmogelijk har geacht dat een vreemde ling zonder zijn medeweten was binnen gekomen. De zaak moest nog verder onderzocht worden. Thans woonde hij in een klein ho tel in dc buitenwijken van Vanina. Hem was gastvrijheid in hel paleis aangeboden, maar na overleg met Paul Loven had hij begrepen, dat dit minder politiek zou zijn. Ilij riep Williams, die weinig tevreden was in deze omgeving. Hij bad in een ver trouwelijk oogenblik, aan zijn meester te kennen gegeven, dat Slavonic een heidensch koninkrijk was en Vanina een vreeselijk, ongenietbaar gat. Danecourt keek hem strak aan. Do man had een open gelaat. Zijn houding was die van een eerlijk Engelsphman, een man, die geboren en opgevoed was in een landelijke omgeving. „Herinner jij je een zekeren dag in Wee non, toen ik thuis kwam en ontdekte dat. mijn sigarettendoos verplaatst was en ver moedde, dat er iemand in mijn kamers was geweest." „Dat herinner ik mij heel goed, mijn heer". Gerald's stem werd scherper. Hij begon eenige achterdocht tc krijgen. „Iloudt jij nog steeds vol. dat voor zoo ver je weet niemand in de kamer kwam cn dut jij dc sigarettendoos verschoof?" Het antwoord werd gegeven inet een vol maakt kalme stem, waarin een zweem. van beleedigde onschuld viel te ontdekken, om- dut het woord „volhouden" werd gebruikt. „Ik heb niets toe te. voegen, mijnheer, aan hetgeen ik gezegd heb. De waarheid is steeds de waarheid." Deze woorden werden met kalme waar digheid geuit. En Gerald, die den rnan reeds als jongen had gekend, voelde zich be schaamd, dat hij hem aan dit onderzoek had onderworpen. Hij zweeg eenige oogcnblikkcn. „Ik zal je vertellen waarom ik er weer naar vraag, Williams. Ik heb bewijzen, dat iemand in mijn kamer een brief heeft verborgen, een verdichten brief, die later werd gevonden en waarin ik valsch wordt beschuldigd." I-lij hield zijn blik op het gelaat van den man gericht gedurende dit korlo onderhoud en hij verbeeldde zich dat er een schaduw op viel. „Ik hoop, mijnheer Gerald, dat het niets ernstigs is." Hij noemde hem bij den ouden naam, dien hij gebruikte toen zij nog jon gens waren. „Ik zou het mijzelf nooit ver geven indien eenige nalatigheid van mijn kant u op eenige wijze had geschaad." „Waarom spreek je van nalatigheid, Wil liams?" (Wordt vervolgd). Onze Leverworst is zoowel in de goedkoope als in de betere soorten steeds van zuivere grondstoffen gemaakt. Onze Bakleverworst is vooral in het koude seizoen, zeer intrek. ra. E. J. VAN OMMEN, TcL S0.jARNH.STRAAT 1».

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1935 | | pagina 4