Prof. Lokman over de „ordening"
Donderdag 7 Februari 1935
33e Jaargang Ne. 187
Spelling, defensie en
devaluatie
UIT DE STAATSCOURANT
DE INPOLDERINGSKWESTIE
SCHERPE CRITIEK OP
MR. MARCHANT
ECONOM. VERDEDIGINGSVOORBEREÏDING
MINISTER DECKERS OVER
DEFENSIE
Burgercorveeërs blijven
RAADSLID VOOR DE
RECHTBANK
H. COOPMANS f
EERSTE KAMER
Waren het inderdaad
maar schapenwolkjes?
's-GRAVENHAGE, 6 Februari. Dc Sta-
ten-Gcneraal zijn verdeeld in een Eerste en
Tweede Kamer, zegt de grondwet. Aange
zien er een Eerste Kamer is, houdt zij al-
gemeenc beschouwingen over de Rijksbe-
grooting. Het gebeurt wel eens, dat het se
naatsdebat op bepaalde punten belangrijker
is dan het overeenkomstige debat in de
Tweede Kamer, dat er aan is voorafgegaan,
namelijk als na het Tweede Kamerdebat
belangrijke dingen zijn gebeurd, welke in
dc Eerste Kamer kunnen worden bespro
ken. Maar als dit niet het geval is, is het
senaatsdebat vaak grootcndeels een herha
ling, welke gevoegelijk achterwege zou
kunnen blijven. Wij vreezen, dat het deze
maal zoo is gesteld. Vele redevoeringen
zijn knap. Maar alleen omdat een rede
knap is, is het nog niet noodzakelijk, dat
zij worde uitgesproken. Maar natuurlijk
heeft een debat, als nu wordt gehouden, al
tijd wel eenige opmerkelijke punten.
Dit was bij voorbeeld prof. De Savornin
Lohman's uitlating over „dc ordening".
Wat minister Colijn in dit verband te Am
sterdam heeft gezegd, legde dc leider der
Christolijk-IIistorischen aldus uit, dat de
premier legen ordening zou zijn. Prof.
Lohman zelf blijkt er niet veel voor tc ge
voelen en gaat dus legen dc redactie van
„De Nederlander" in. Mr. Van Lanschot
(R.K.), voorstander van ordening, scheen
minister Colijn's uitlatingen in de hoofd
stad hierover wel een beetje bedenkcijk te
vinden en waarschuwde dc regeering, toch
vooral rekening te houden met dc denk
beelden zijner partij. Prof. Diepenhorst
(A.R.) daarentegen liet alle ruimte, die noo-
dig is om 's kabinetsleiders woorden uit tc
leggen als een aanprijzing van dc Anti-Re
volutionaire beginselen ten gunste van or-
doning, welke in dezen gedachtengang ech
ter uit hef maatschappelijke leven zelf
moet opkomen en dan door dc wet moet
worden gesanctioneerd. Prof. Diepenhorst
sprak zich uit vóór verbindendverklaring
van dc colIeetic\e arbeidsovereenkomst,
maar verafschuwde staatssocialisme en
sprak van een klove, welke de Anti-Rcvo-
lutionaircn scheidt van dc S.D.A.P. Mr.
Mondeis (S.D.) had verklaard, dat zijn par
tij voor een goede ordening wel wilde sa
menwerken met andere partijen, en had
daarbij liet oog vooral op de Katholieken.
Maar rnr. van Lanschot wees het aanzoek
voorloopig al, het denkbeeld van zulk een
samenwerking een droombeeld noemende.
Denken en droomen behooren tot twee ver
schillende werelden!
Wat devaluatie betreft, was mr. Mondeis
de eenige spreker, die zich een beetje in
dc ruimte hield. Hij noemde de handhaving
van den gaven gulden even goed een expe
riment als devaluatie, al sprak hij zich
niet met zooveel woorden voor devaluatie
uit. De heoren Lohman, Van Lanschot en
Diepenhorst steunden de regeering bij haar
goudpólïtiek van harte. Er zijn nog al wat
Katholieken voor devaluatie, maar mr. Van
Lanschot verklaarde, dat de groote meer
derheid van ons volk voor dc goud poli
tiek is.
Waren de hoeren Lohman, Van Lanschot
en Diepenhorst vriendelijk jegens het kabi
net, het spellingvraagstuk bracht een af
wijking van die welwillendheid. Mr. Van
Lanschot merkte diplomatiek op, dat mi
nister Merchant's maatregel do zoozeer door
Z Exc. zelf verlangde rust in het spelling
vraagstuk nog niet heeft gebracht. En de
hoeren Loliman en Diepenhorst wezen er
op, dat ook dit punt het gehcelo kabinet
aangaat, en smeekten der regeering, terug
te keeren van dc dwalingen baars weegs.
Minister Marchant heeft gesproken van
„De laatste ronde" en heeft eens gezegd,
dat hij tegenstanders knock out had gesla
gen, zich aldus van een boksersbeeldspraak
bedienende. Prof. Diepenhorst zeide geestig,
dat deze stijl paste bij 's ministers spel
ling, welke men immers „de Nederland
se hc taal in hemdsmouwen" had genoemd.
Wie een robbertje begint, vangt aan met
zijn jasje uit te trekken... Minister Mar
chant had genoeg gevoel voor humor om
de grap van zijn tegenstander kennelijk tc
waardeeren.
Zeide prof. Lohman, dat de achtergrond
op defensiegebied noodig moet worden in
gehaald, mr. Mendcls keurde de actie van
gepensioneerde hoofd- en opperofficieren
ten gunste van een betere bewapening af,
in welke afkeuring hij ook het optreden
van eenige burgemeesters in het zuiden be
trok. Mr. Van Lanschot trachtte, balsem
te gieten op dc wonde, sommigen Vrijzin
nig-Democraten geslagen door dc conse
quentie van dc toetreding van twee hunner
tot het kabinet. Dc Katholiek uitte waar
deering voor het persoonlijke offer, dat dc
twee Vrijzinnig-Democratische ministers
brengen door den strijd over dc defensie te
laten rusten.
Mr. Van Lanschot uitte ook zijn vreugde,
dat dc wolken waren weggedreven, welke
aan den hemel waren geweest tijdens het
begrootingsdebat in de Tweede Kamer tus-
schen prof. Aalberse en het kabinet. „Het
waren maar schapenwolkjes", interrum
peerde dr. Wibaut (S.D.).
Laat ons dan maar aannemen, dat thans
de politieke lucht weer smetteloos blauw is
en het landschap in het gouden zonlicht
Bij K.B. is benoemd tot reserve-kapitein
bij het regiment genietroepen dc eervol ont
slagen reserve-kapitein van het leger in
Ned.-Indié G. Heshuijsen.
Bij K.B. is met ingang van 1 Maart be
noemd tot adjunct-inspecteur voor de
scheepvaart, dc expert bij de scheepvaartin
spectie L. Korstanje te Amsterdam.
Bij beschikking van den minister van
waterstaat a.i. is met ingang van 1 Maart
benoemd tot adjunct-expert bij de scheep
vaartinspectie in lijdclijkcn dienst W. J. dc
Haan tc Bussum.
Prof. dc Savornin Lohman
baadt. Maar het weer in ons vaderland is
bijzonder grillig. Wie bij fraai weder uit
gaat, doet meestal verstandig, zijn parapluio
mee tc nemen!
Evcntuecle stopzetting zou
slechts een tijdelijk
karakter dragen
Naar dc Standaard verneemt, wordt in
parlementaire kringen grootc belangstel
ling aan den dag gelegd van dc kwestie
van de al of niet voortzetting van dc ver
dere inpoldering van het N. Oostelijk ge
deelte van het IJssehneer.
Algemeen wordt begrepen, dat de regee
ring eerst in het uiterste geval hiertoe zal
overgaan, aangezien dr. Colijn een der
warme voorstanders is van verdere inpol
dering.
Naar men ons verzekerde, zou een even-
tucclc stopzetting slechts een tijdelijk ka
rakter dragen.
Het ih. natuurlijk niet verantwoord over
1935 voor de voorbereidingen twee millioen
gulden uit te trekken, indien de regcering
voorziet, dat in de volgende jaren dc grootc
bedragen voor de inpoldering noodig, niet
gefourneerd kunnen worden.
Dc Memorie van Antwoord op het Zui-
derzeefonds kan spoedig tegemoet worden
gezien.
DE STRANDING BIJ TERSCHELLING
TERSCHELLING, 6 Febr. Dc motor
schoener, die vanmiddag op de Noordergron-
den is gestrand, blijkt te zijn het schip „San
Josef" uit Stralsund. Het schip! dat 250 ton
groot is, is geladen niet giaan.
De kapitein. Bol, heeft een contract „no
cure no pay"' gesloten met dc sleepbooten
Holland, Neptunus en Volharding van dc
firma Doeksen en Dros.
Het schip ligt midden in dc branding.
Nader vernemen wij, dat dc „San Josef
vanavond omstreeks S uur is vlotgesleept en
veilig is binnengebracht in dc haven von
Terschelling.
De spellingkwestie en
een radiorede
Ontleend is aan het voorloopig versla; Ier
Eerste Kamer over de begrootin'g van on
derwijs:
Verscheidene leden gaven te kennen, dat
het beleid van den minister, waaromtrent zij
bij zijn optreden hooge verwachtingen had
den gekoesterd, hen ten zeerste had teleur
gesteld. Verscheidene andere leden ver
klaarden daarentegen, dat zij hun vertrou
wen in den minister niet hadden verloren.
Vrij algemeen was de klacht, ook bij die
leden, die tegen de nieuwe spelling op zich
zelf geen bezwaar hadden of zelfs voorstan
ders daarvan waren, dat de minister in deze
materie niet met meer beleid was opgetre
den. Verscheidene leden waren van oordeel,
dat voor dit optreden een scherpe kwalifica
tie past.
Sommigen hunner achten liet hoogst zon
derling, dat dc nieuwe spelling vvèl op de
scholen wordt ingevoerd, terwijl dc van
wege het Departement zelf uitgegeven stuk
ken nog in dc oude schrijfwijze zijn gesteld.
Men achtte het geheel onjuist, dat de Volks
vertegenwoordiging niet is gekend. Den mi
nister werd in overweging gegeven, clezc
aangelegenheid opnieuw in behandeling tc
nemen en over tc gaan tot dc benoeming
van een uit taalgeleerden, letterkundigen
c.a. zorgvuldig cn niet eenzijdig samenge
stelde commissie.
Ten slotte werd vrij algemeen gelaakt, dat
de minister in dezen moeilijken tijd, waarin
telkendage nieuwe economische problemen
rijzen, een storm over liet spellingvraagstuk
heeft ontketend.
Andere leden waren van oordeel, dat dc
bestrijding niet vrij was van overdrijving.
Niet dc nieuwe spelling hóeft den vrede
mi de eenheid op dat stuk verbroken, doch
het zijn juist die opposanten geweest, die
zich daaraan schuldig hebben gemaakt.
Vele leden hadden niet zonder verbazing
kennis genomen van 's ministers radio-rede,
waarin lnj het een nationale schande had
genoemd, dat te onzent nog niet 200.000
was bijeengebracht voor den afbouw van
oen Ncdcrlandsch studentenhuis in de „Cité
Universitaire" tc Parijs. Met nog grootcr
verbazing hadden zij kennis genomen van
's ministers aankondiging dat, indien dc bo
vengenoemde som zal zijn bijeengebracht,
de regeering „dc andere helft erbij zal leg
gen ter wille van het nationale belang." Zij
spraken de hoop uit, dat dit laatste denk
beeld nimmer zal worden verwezenlijkt, ver
mits zij het ten sterkste zouden afkeuren
flat in dezen tijd van grooten economischen
nood voor dergelijke doeleinden gelden zoti-
den worden geschonken uit dc openbare kas.
ARRESTANT OVERGEBRACHT NAAR
NIJMEGEN
NIJMEGEN, G Febr. Hier is onder bewa
king aangekomen een zekere R. O., die op
verzoek der politie te Nijmegen door de
Haagsehe recherche was gearresteerd. O.,
die zonder ^aste woonplaats rondzwierf,
wordt er van verdacht, een vriend tc Nij
megen, met vvien hij kort geleden was uit
geweest, voor een bedrag van 1000 te heb
ben bestolen. Hij wórdt te dezer stede in
arrest gehouden.
UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM
AMSTERDAM, 6 Febr. Bevorderd tot
arts de lieer W. Netelenbos (Oostkapellc) en
geslaagd voor liet eerste gedeelte van liet
artsexamen dc heeren II. A. de Boer (Am
sterdam) en II. D. Mever (Samarinda, Koe-
tci).
Quantitaticf is dc oorlogst
sterkte onzer weermacht
voldoende
Aan dc Memorie van Antwoord over de
Dcfcnsicbegrootingvoor 1935 aan dc Eerste
Kamer wordt liet volgende ontleend:
Uit dc omstandigheid, dat cell aantal
leden; die zich als voorstanders van een z.g.
veiligheidswacht hadden opgeworpen, aan
het begrip „handhaving der neutraliteit"
geen practischc bctcekenis meer toekennen
moet worden afgeleid en do Minister
constateert zulks met verheugenis dat
zii het standpunt der Regeering, «dat ook
hij het lidmaatschap van don Volkenbond
gevallen van neutraliteit wel degelijk be
staanbaar ziin, thans zouden kunnen onder
schrijven. Het verschil immers betreft nu
slechts nog dc vraag of neutraliteit prac-
tisch tc verwezenlijken is, wat bedoelde
leden meenen te moeten betwijfelen, zulks
onder meer op dezen grond, dat een neu
trale houding van Nederland bet ongenoe
gen van de grootc mogendheden zou op
wekken en deze alsdan den aanvoer van
grondstoffen, bcnoodigd voor 's lands de
fensie. niet zouden gedoogen. Deze stelling
moet de Minister voor rekening van 'te
hier aan het woord zijnde leden laten. Met
een beroep op dc geschiedenis met name
het verloop van den wereldoorlog 1911'18
kan zijns inziens met meer recht wor
den betoogd, dat een neutraal Nederland,
voorzien van een krachtig wcci machtsap
paraat, zoowel in Europa als in ovcrzcc-
schc gewesten, in verschillende oorlogsgo-
vallen voor andere mogendheden niet oen
nadeel, doch veeleer een voordeel zal kun
nen opleveren.
Jntusschen merkt hij op. dat, aangeno
men al, dat voor een dergelijke houding
van de grootc mogendheden zou moeten
worden gevreesd, dit argument de Regee
ring nimmer zou mogen doen besluiten af
te zien van dc zclfstandigheidspoliliek. zoo
als deze door haar steeds is nagestreefd.
Dc zcllstandighcidspolitick sluit in, dat
Minister Deckers
Wegens belccdiging van
den Burgemeester van
Laren
AMSTERDAM, G Febr. Wederom dient
voor een rechtelijk college een strafzaak,
waarin de Larensche burgemeester als be-
leedigde partij voor het getuigenhekje ver
schijnt.
Was het gister een niet-politiek man, een
Anisterclanische ingenieur, die zich moest
verantwoorden wegens beleedigendc uitla
tingen jegens den burgervader, Ihans is het
een zijner raadsleden, dc O.S.P.-cr P. van
Praag, die in liet bankje der beklaagden
plaats neemt.
Ook thans was dc aanleiding gelegen in
het over de Duitsche grens zetten van vier
Duit sellers, die een conferentie tc Laren be
zochten cn op hevel van burgemeester van
Nispen van Sevenaer werden uitgeleid. In
dc dagvaarding is aan Van Praag het vol
gende ten laste gelegd. Op 28 Februari 193A
zou hij in dc raadsvergadering tot den bur
gemeester en ten aanhoorc van dozen, van
de leden van den Raad cn van de op de
publieke tribune en verder in dc raadzaal
aanwezige personen gezegd 1 ebben: „lk laat
mij deze gelegenheid niet ontnemen; jij hebt
mij al meer "monddood gemaakt, maar nu
zal ik zeggen waar het op staat. Ik haat je
cn ik kan geen woorden vinden om vol
doende uitdrukking te geven aan dc haat,
die ik je toedraag. Ik wil uitdrukking geven
aan de diepe verachting, die ik voor je
koester. Zooals men walgt van een scliurf-
tigen hond, zoo walg ik van jou. Het leu
genachtig bericht, (lat het de eigen verkie
zing was van mijn kameraden, dat zij over
de Duitsche grens werden gezet, is van jou
afkomstig".
Voorts zou verd. hebben gezegd: „Ik blijf
doorgaan, net zoo lang als ik verkies, tot
duidelijk is, welk een Jezuiet jij bent. Je
bent een fascist, die zich nog democraat
durft noemen", en vervolgens nadat het
raadslid Strijbis tot verdachte had gezegd:
„de burgemeester heeft zijn plicht gedaan"
„jij moest je schamen om het als vrijzin
nig democraat op te nemen voor dezen ke
rel. Hij heeft het op eigen initiatief gedaan".
Tenslotte zou verdachte tot den wethou
der Calis, die hom zei: „je bereikt hier niets
mee" hebben geroepen: „Hier iets bereiken
met een dcrgelijken voorzitter? In wezen
is bij fascist. Daar is niets mee te bereiken.
Ik roep over uw hoofd heen: „deze keer
bent u geslaagd. Dc tijd zal komen, dat de
rollen omgekeerd zijn. Wee jou, als je dan
de rekening wordt gepresenteerd, lafaard!"
Den verdachte is ten laste gelegd, dat hij
al deze woorden heeft gezegd, tijdens de
openbare raadsvergadering, sprekende over
de uitzetting van dc vier Duitschers, „welk
onderwerp toen niet aan dc orde was".
Verdachte wordt verdedigd door mevr.
mr. Dc RuyterDe Zeeuw. Het O.M. wordt
waargenomen door mr. Wassenberg, presi
dent is mr. Thönc.
Als eerste getuige wordt, de beleedigde
burgemeester gehoord. Van de raadszitting
is een stenografisch verslag gemaakt. Na de
eerste uitlating van Van Praag heeft de bur
gemeester voorgesteld het raadslid van
Praag tc schorsen, de raad besliste dienover
eenkomstig.
„Is het juist dat u dc Duitschers beschouw
de als gevaarlijke sinjeurs", vraagt de ver
dedigster.
Getuige: „Tn een interview met dc „Gooi-
sche Post" heb ik me wel op die wijze uil
gelaten."
Verdedigster: „Is er een bepaalde reden,
waarom u juist tegen dezen verdachte een
klacht hebt ingediend cn niet b.v. tegen de
kranten, die zich ook zeer scherp tegen u
hadden uitgelaten?"
De burgemeester: „lk heb mij van het
krantengeschrijf niet veel aangetrokken."
Verdedigster concludeert, dat get. tegen
dezen verdachte bevooroordeeld was.
Nadat het raadslid was geschorst deelt ge
tuige nog mee, is de gchcclc vergadering
geschorst. Van Praag sprak door, zijn laat
ste uiting was: „Bah, wat een lafaard".
Op een vraag van de verdedigster geeft
getuige toe, dat mr. Stokvis direct dc Zon
dag vóór de uitzetting bezwaar daartegen
had gemaakt en op het gevaar voor de vier
jonge mannen had gewezen.
Verdachte merkt op, dat dit van belang
is, omdat nu het onware van de medcdcc-
ling van den burgemeester vaststaat, als
zouden de „Duitschers tegen hun uitleiding
naar Duitschland geen bezwaar hebben ge
had".
Verdedigster (tot getuige): „Hebt u die
uitleiding der Duitschers doen plaats heb
ben op eigen initiatief?"
Getuige: „Moet ik daarop antwoorden?"
Verdedigster: „Het is voor de beoordeeling
van verdachte's daad van groot belang te
weten, of verd. de burgemeester terecht voor
deze zaak aansprakelijk heeft gesteld."
Dc officier, mr. Wasscnbcrgh, acht dc
vraag niet ter zake dienende en de recht
bank laat dc vraag niet toe. Een juffrouw,
werkzaam op liet gemeentehuis, stond tij
dens dc vergadering op de gang. Vlak voor
de politic kwam had zij verd. het woord
„lafaard" hooien zeggen. Dit zou na de
schorsing van dc vcigadcring zijn geweest.
Dan komen enkele getuigen voor het hek
je om vast te stellen op welk oogenblik dc
bclccdigingen zijn uitgesproken: vóór of na
de schorsing der vergadering.
Dan komt getuige J. G. Majoor voor bel
hekje; hij is ambtenaar ter secretarie cn be
last met het maken van het stenografisch
verslag van dc raadszitting. Getuige draagt
'n geluidsversterker, hij blijkt liardhoorcnd
te zijn. Hijverklaart, dat de laatste in de dag
vaarding genoemde zinsnede na de schor
sing is gesproken. Het woord „lafaard" heeft
hij niet gehoord. Toen het zoo liect toeging
ook na de schorsing is hij voortgegaan
met het maken van aantcekeningen.
Verdedigster: Hoe komt dan het woord
„lafaard" in dc notulen?
Getuige vertelt dan, dat dc notulen van
deze rumoerige vergadering extra vlug klaar
moeston zijn. Het woord „lafaard" is er op
last van den burgemeester ingezet, hoewel
noch getuige, noch dc secretaris het hadden
gehoord.
Verdachte geeft toe, dat hij zich beleedi-
gend heeft uitgelaten.
De officier van justitie, mr. Wassenbergh,
zegt in zijn requisitoir, dat het liicr gaat
om de vraag, of een raadslid in de raadsver
gadering onschendbaar is, ook al wordt cr
buiten de orde om gedebateerd. Voor het
eerste deel der tenlaste-lcgging is verd. naar
spr.'s meening niet strafbaar, doch spr. wil
dit punt toch gaarne onderwerpen aan liet
oordeel der rechtbank.
Het tweede punt der tenlastelegging be
treft uitlatingen op een oogenblik, dat dc
zitting reeds was geschorst. IIij kan zich te
dien aanzien niet meer verschuilen achter
het pantser der onschendbaarheid; daarvoor
moet hij zich voor uwe rechtbank verant
woorden.
Uit de getuigenverklaring staat vast, dat
het woord „lafaard" is gebruikt na de schor
sing. Verd. heeft zich schuldig gemaakt aan
belecdiging van een ambtenaar in functie.
Deze man, die zelf meende onschendbaar
te zijn, durft te praten over „lafaard" tegen
over een burgemeester, die \olgens dc wet
vreemdelingen heeft doen uitleiden.
Wegens belcediging van een ambtenaar
in functie requireerde spr. een gevangenis
straf van één maand.
Dc verdedigster pleitte vrijspraak.
dc Bcgcering cr niet op mag vertrouwen,
dat in geval van een conflict toevoer van
grondstoffen op ruime schaal zal kunnen
ilaals vinden. Op dien grond heeft zij dan
ook reeds zekere maatregelen genomen en
andere in voorbereiding. Zoowel door het
opleggen van oorraden als door het tref
fen van bijzondere schikkingen jnct be
trekking tot dc bohoó/ten van do weer
macht en die dor burgerbevolking (de z.g.
„economische verdcdigingsvoorbcreiding' t
hoopt dc Regcering Ie bereiken, dat, mocht
toevoer uit het buitenland om ccnigerlci
reden niet kunnen plaats vinden, geduien-
le don eersten tijd Nederland „sclf-suppor-
ting" zal kunnen zijn.
Beschikt Nederland over een goed go-
oclend en uitgerust wcermaclitsapparaat.
Inn is de kans groot, dat dc oorlogvoeren
den ons grondgebied in elk opzicht dus
ook in de iucht zullen eerbiedigen. In
deze geeft niet dc sterkte der luchtstrijd
krachten cn afweermiddelen alléén den
doorslag, maar de kracht van het Neder*
landschc volk, om het onafhankelijk volks
bestaan tot het uiterste te verdedigen. Dat
liet onderhouden van een weermacht het
gevaar zoude medebrengen, dat wij in go-
val van oorlog practisch gesproken zullen
worden ingedeeld bij een van de groolo
mogendheden, om voor haar te vechten
kan do Minister niet inzien. Integendeel,
bij gemis van een weermacht zou ons land
ernstig gevaar loopen, als weerloos te wor
den bezet door oen dor oorlogvoerenden en
hel tooricel van den strijd te worden.
Dat ilo organisatie van hel vrcdcsloger
onvoldoende zou zijn, kan de Minister niet
toegeven, evenmin dat er. in algemeoncn
zin. een erootc achterstand zou bestaan.
Quantitaticf is de oorlogssterkte voldoen
de tc achten, qualitaticf dienen verbeterin
gen ie worden aangebracht.
Burgercorveeërs blijven
Naar aanleiding van hetgeen tijdens de
behandeling van liet ontwerp-Pefensie-
bcgrooting voor het jaar 19.15 in de Tweede
Kamer der Stalcii-Gcneraal is naar voren
;ekomcn, heeft de Minister gemeend af to
moeten zien van zijn aanvar.koJijx voorne
men om dc diensten van een deel van do
burgercorveeërs to doen verrichten door
dienstplichtigen en, in verband daarmede,
do lichlingslcrkle gewone dienstplichtigen
te verhoogen met 2000 man, gepaard gaan-
do met verlenging van den eersten ocfc-
ningstijd voor een deel der dienstplichti
gen met ecu halve maand.
Wel ligt hel in het voornemen om in de
spoedig aanhangig tc maken wijziging van
de Dienstplichtwet een voorziening te tref
fen, welke het aanzienlijke verlies, dat do
lichtingsterkte eowono dienstplichtigen lijdt
door dc bijstelling van opkomst in geval
van mobilisatie te conipcnseercn.
Nu de besparing, welke een gevolg ge
weest zou zijn van afschaffing van een deel
der burgercorveeërs en die werd berekend
op een bedrag van f 377.000 per jaar, niet
lo' stand zal komen, zal cretraclit worden
op andere wijze een ongeveer gelijk bedrag
tc bezuinigen.
OucLadjuncUdircctcur van
het hoofdpostkantoor
tc 's=Gravcnhagc
VGRAVENIIAGE, G Febr. In den
ouderdom van 70 jaar is hier ter stede
overleden de lieer II. Coopmans, oud-ad-
junct-dircctcur van liet hoofdpostkantoor
alhier. 7
Gedurende 10 jaar, n.l. van 1913 lot 1923,
in welk laatstgenoemd jaar hij den dienst
met pensioen verliet, heeft de thans ont
slapene dc functie van adjunct-directeur he
kleed en hij heeft dit gedaan op een wijze,
dat hij bij het personeel in hoog aanzien
stond.
Do lieer Coopmans is ruim 1G jaar bij don
postdienst werkzaam geweest. Hij ving zijn
loopbaan aan in 1877 als surnumerair bij
liet postkantoor in zijn geboortcstand Leeu
warden. Drie jaar later, toen hij bevorderd
was tot den rang van commies, kreeg liij
Sneck als standplaats. Vervolgens was hij
werkzaam te Utrecht, Alkmaar, Amsterdam
en Delft, waarna in 1906 zijn promotic volg
de tot hoofdcommies, in welken rang hij te
vens 's-Gravenhage als standplaats kreeg.
Dc lieer Coopmans leefde mee mot zijn per
soneel en ten bewijze dat men dit op prijs
stelde kan blijken uit zijn benoeming tot
ccrc-lid van dc postale muzickvcreeniging
Dc Postfanfarc.
Dc teraardebestelling van liet stoffelijk
overschot zal plaats hebben Vrijdag a.s. des
middags te 2 uur op dc begraafplaats Oud-
Eik en Duinen.
DE OPVOLGER VAN ADATSJI
Naar aanleiding van dc berichten, dat do
overleden tapansche raadsman in het Per
manente Ilof van Internationale Justitie te
Den Haag, Adatsji, zal worden opgevolgd
door don Japanschcn ambassadeur te Ro
me, Soegimoora, wordt van Japansche zijde
gemeld, dat dit nog geenszins zeker is. Ten
eerste staat nog niet vast, op welke wijze
zal worden voorzien in de opvolging door
een Japanner in dc vacature-Adatsji, nu
Japan geen lid van den Volkenbond meer
is. Bovendien bestaat een groote kans, dat
Soegimoora om politieke redenen een be
noeming niet zou aanvaarden. In dc Ja
pansche pers wordt als eventucelc andere
op\olger dc naain van Nagoaka genoemd.
TECHNISCHE HOOGESCHOOL
Delft, 6 Febr. Hedenmiddag promoveer
de tot doctor in de technische wetenschap,
na verdediging van een proefschrift, geti
teld: „Schaduwvorming en herkenbaarheid"
en van stellingen, de heer M. Kruïjswijk,
doctorandus in de wis- en natuurkunde, ge-
horen te Kollum (gemeente Kollumcrland cn
Nieuw- Kruisland).