St. Emilion 1929
J. A. Schoterman Zn.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
THANS 20 JAAR GEEISCHT
Donderdag 21 Februari 1935
33e J'irgang No. 199
per flesch fl.45 per anker f 58.—
MOORD TEN LASTE
GELEGD
Mr. Roobol pleit vrijspraak
DERDE BLAD
DE MOORDAANSLAG
TE ELST
Tentoonstellingsgebouw
te Boskoop
VERTREK VAN KONINGIN
EN PRINSES
'MOORDZAAK OSS
Wijnhandel
Utr. straat 77 Gevestigd 1S7S Telefoon 145
Voorbedachten rade aanwezig
door lokken van slachtoffer
naar afgelegen plaats
DEN BOSCH, 20 Februari. Ons
der groote belangstelling van de zijde
van het publiek, dat in groote mes
nigte zich hedenmorgen voor het Pas
leis van Justitie had verzameld, werd
in hoogcr beroep behandeld do bes
kende zaak tegen den 19sjarigen fas
brieksarbcidcr P. W. de Bie uit Oss,
die door de Bossche rechtbank wes
gens doodslag op zijn neef G. de Bie,
gepleegd in den avond van 8 Aug.
1933 te Berchem, veroordeeld was tot
15 jaar gevangenisstraf.
Van dit vonnis waren zoowel de officier
van justitie, dio wegens moord lovenslango
gevangenisstraf had geëischt, als do ver
dachte in hooger beroep gegaan. Den ver
dachte was moord subs, doodslag en mis
handeling met doodelijkèn afloop ten laste
gelegd. De beestachtige mishandeling was
gepleegd met een mes en het ;lijk werd den
volgenden dag gevonden in een greppel
van het weiland te Gemcrt, tusschen
Bcrckem en Oss.
De verdediging van don verdachte was
thans in handen van mr. H. Roobol uit
Arnhem. Het hof was als volgt samenge
steld: President jhr. mr. E. van Meeuwen;
raadsheeren: rnrs. van Bortel en van der
Veen; griffier: jhr. mr. Verhcyon; advocaat-
generaal: Mr. Massink.
Op de publieke tribune zijn slechts een
20-tal personen toegelaten. Het blijkt dat
21 getuigen a charge zijn gedagvaard.
De verdachte werd ondervraagd door den
president.
„Waarom bont U in hooger beroep ge
komen?"
V erd.: „Omdat ik onschuldig ben. Ik heb
die jongen niet vermoord."
Als eerste getuige werd gehoord do arbei
der H. van üden uit Oss. Deze verklaardo
op het weiland te Gemert een lijk te heb
ben gevonden. Later heeft hij nog in do
Meer het rijwiel van het slachtoffer gevon
den.
Mr. Roobol vraagt of hij eens een jas
mag zien. welke het slachtoffer heeft aan
gehad, toen hij vermoord werd gevonden.
Deze jas wordt hem getoond.
Mr. Roobol vraagt dan of hot mogelijk
is, dat men iemand kan doodsteken zonder
dat de voering van de jas is doorstoken.
Getuige Ch. de Gier. wachtmeester der
maréchaussee te Oss, was na oj vondst
van het lijk onmiddellijk naar de woning
Van Ceelen gegaan. Daar trof hij P. de Bie
aan. Het gezicht van P. de Bie was vol
schrammen en deze waren nog versch.
P. de Bio had een pet op en deze is door
hem in beslag genomen. Getuige wist niet
te verklaren, welke kleeren aan het slacht
offer toebehoorden.
Mr. Roobol vraagt den wachtmeester
Wat er gebeurd is in den nacht van 3 Nov.,
toen do Rut wegens drankdiefstal werd ge
arresteerd. Dienzelfden nacht is Boeijen bij
den wachtmeester gekomen en heeft hem
gezegd, dat de Rut G. de Bie heeft vermoord.
Pleiter vraagt waar dit verhaal van deze
aanklacht is gebleven.
Wachtmeester de Gier verklaart, dat
.van deze aanklacht geen verbaal bestaat.
Raadsheer mr. van der Veen vraagt
acte van deze verklaring.
Mr. van Bortel vraagt dan do ver
dachte hoe hij aan dio schrammen is go-
komen.
Verdachte zegt, dat hij de schrammen
heeft opgeloopen, toen hij in de braambes-
senstruiken was gevallen.
Als getuige deskundige werd vervolgens
gehoord dr. W. F. II e s s c 1 i n k. scheikun
dige to Arnhem. Deze heeft op het hemd
van het slachtoffer bloed aangetroffen. Het
bloed van G. de Bie behoort tot de bloed
groep A B. Op do pet van verdachte waren
ook spatjes bloed aangetroffen en dezo
spatjes bchooren ook tot den bloedgroep
A B. Hij heeft ook het bloed onderzocht
van den verdachte P. de Bie. Zijn bloed be
hoort tot de bloedgroep B.
De verdachte gaf toe, dat de bloedsporen,
welke op zijn pet waren aangetroffen, af
komstig waren van G. de Bie. Hii had li
dagen tevoren met G. de Bie gestoeid. Deze
kreeg toen een bloedneus en enkele spat
jes van het bloed zijn toen op verdachte's
pet gevallen. Getuige-deskundige kan niet
aannemen, dat die spatjes bloed, welke op
de pet van verdachte zaten, 11 dagen oud
konden zijn. Daarvoor waren zij te teer.
Op de zaklantaarn van den verdachte is
eveneens, aldus getuige deskundige, bloed
aangetroffen, dat behoort 'ot de bloedgroep
B. Hierna ontspon zich riisschen den des
kundige en den verdediger een vinnig
debat over het bloedonderzoek.
Mr. Roobol protesteert er tegen, dat
zonder permissie de jas van het slachtoffer
Is verbrand en beweert, dat bij het onder
zoek stukken zijn verduisterd, die voor do
verdediging van het grootste belang zijn.
Aan wachtmeester Curfs vroeg mr. Roobol,
waar het verbaal is gebleven, dat in den
nacht van 3 November is opgemaakt en
waarom de Rut van het huis van bewaring
te Don Bosch is overgebracht naar de maré
chaussee-kazerne te Oss.
De wachtmeester verklaarde, dat dit was
geschied naar aanleiding van een anoniem
schrijven.
Mr. Roobol vroeg aan bet hof den
wachtmeester te verplichten den naam van
'den schrijver te noemen.
Het hof zal daarover nader beslissen.
Do volgende getuige was H. A. van der
R u 11 e n uit Oss, bijgenaamd do Rut.
De Rut verklaarde, dat hij tot tweemaal
toe in de maréchausseckazerne tot bloedens
toe is geslagen. Hij moest en zou verklaren,
dat hij tezamen met P. do Bie G. de Bie
had vermoord. Indien hij dit verklaarde,
zou P. de Bio de gevangenis in gaan, ter
wijl getuige zou worden vrijgelaten.
De aclvocaat-gencraal wijst erop, dat in
de pers reeds was aangekondigd, dat de
Rut deze nieuwe houding zou aannemen.
Wachtmeester L. Curfs wordt hierna
weer als getuige gehoord. De president
vroeg hem, wat er in de marechaussee
kazerne was gebeurd.
Getuige zeide, dat er van het verhaal van
mishandeling niets waar is.
Mr. van der Veen: Is de Rut ooit
verdacht geweest van deze moord bedre
ven tc hebben?
Wachtmeester Curfs: Nooit, Ik heb
hem alleen maar voor do getuige aange
zien. Do wachtmeester ontkent de Rut ooit
tc hebben mishandold.
Verdachte P. de Bic: Ik heb de Rut
om hulp hooren roepen, toen hij in de
marcchausséekazerne was. Dezelfde wacht
meester heeft mij tot bloedens toe geslagen.
Mr. Roobol vraagt aan het hof een
vervolging wegens meineed in te stellen
tegen wachtmeester Curfs.
Wachtmeester do Gier verklaart ver
volgens onder eecle, dat de Rut en dc Bie
niet zijn mishandeld.
Do Rut: Hij liegt. Ilij heeft mij ook
geslagen en gezegd „Nou, heb jo ze gekre
gen, maar dc volgende keer krijg je nog
meer."
De wachtmeester verklaart vervolgens,
dat de Rut tegen hem gezeed heeftAls de
zaak voor het Ilof voorkomt, dan ben ik in
staat om wel drie mei needen te doen of ik
hou me gek.
Do Rut: Dat is niet waar.
Mr. Roobol verzoekt dan het Hof ook
dezen wachtmeester wegens meineed te
vervolgen.
Dc P r e s i do n t vindt daarvoor nog geen
termen aanwezig.
Mr. Roobol vraagt aan het Hof of hij aan
„de Rut" nog eenigc vragen mag stellen.
President: „Jawel, maar maak het niet tc
lang".
Mr. Roobol vraagt aan „de Rut": „Zou je
dc verklaringen, afgelegd voor dc mare
chaussee hebben onderteekend, indien je
niet door de marechaussee was mishan
deld?"
De Rut: „Neen".
Mr. Roobol vraagt acte van deze verkla
ring.
De kistenmaker J. de Bie, vader van het
slachtoffer en oom van den verdachte, ver
klaart o.a., dat dc Rut hem verteld had:
„Pietje heeft mij hekend, dat hij Gcrrit ver
moord heeft. De Rut drukte hem vervolgens
de hand en betuigde zijn spijt dat hij dit
niet eerder had verklaard. De Rut was toen
zeer kalm en zag er niet uit als iemand dio
mishandeld was.
Mr. Roobol wil aan dezen getuige eenige
vragen stellen.
Getuige zegt tot mr. Roobol: „Ik wil met
jou niets to maken hebben. Het is rotzooi,
alles wat je in Oss hebt opgezocht en ik
vind het schandalig dat er nog iemand kan
gevonden worden, die dezen verdachte wil
verdedigen".
De president verzocht dezen getuige zich
netjes uit te drukken en dc vragen van mr.
Roobol te beantwoorden.
Uit de gestelde vragen en de gegeven ant
woorden blijkt, dat de getuige ook wel iets
op zijn kerfstok kan hebben.
Er volgt dan een debat tusschen „dc Rut",
den vader van het slachtoffer en don ver
dachte. Verdachte zeide: deze man heeft al
les gedaan om mij in de gevangenis te hel
pen."
Getuige: „Jo bent een groote deugniet, jo
bent niet waard dat je nog een minuut
leeft."
Nadat om 1 uur was gepauzeerd, werd te
circa half drie dc geschorste zitting hervat.
Wachtmeester de Gier verklaart, dat bet
lijk nog was aangekleed, toen de dokter do
sectie moest verrichten.
Getuigenis van L. Boeyen
De volgende getuige was de koopman L.
Boeyen uit Nijmegen. Deze verklaardo bij
zijn vorig afgelogde verklaringen te blijven
volharden. Getuige had tot zeer laat in den
nacht in een café vertoefd. Omstreeks half
een was getuige op het Schauksche-veld en
zat hij op zijn rijwiel. Plotseling hoorde hij
eenig gerucht. Hij sprong van zijn fiets en
meteen werd hij in het gezicht door het licht
van een electrischen lantaarn beschenen.
Daarop kwam P. de Bic naar voren. „Waar
kom je zoo laat vandaan?" vroeg getuige.
„Ik ben bij mijn grootvader gaan kaartspe
len." Getuige vroeg toen: „En waar is je
neef Gcrrit?" Piet antwoordde toen: „Die
hebben ze vermoord." Onmiddellijk daarop
zei Piet: „Zeg nooit, dat je mij hier gezien
hebt, anders snij ik je nek af". Op dit oogen-
blik passeerde een persoon met twee rijwie
len. Aan dc houding en hot postuur van
dien man dacht getuige, dat het „De Rut"
was. Pertinent heeft hij hem echter niet her
kend. P. de Bie had geen rijwiel bij zich. Ge
tuige verklaarde nog, dat hij om deze ge
tuigenverklaring Oss heeft moeten verlaten.
Getuigo zegt dan verder, dat de arbeider H.
van Heesch, die thans wegens meineed in
de gevangenis zit, hem heeft verklaard, dat
hij op den avond van den moord P. en G. de
Bio tezamen in het Steegsko heeft gezien.
Mr. Roobol stelt dan aan deze getuige
eenige vragen.
„Bent u van Oss naar Nijmegen gegaan
met een taxi?"
Getuige: „Ja.n
Mr. Roobol: „U bad toen 100 gulden bij u.
Van wicn hebt u dit geld gehad?"
Getuige: „Van den burgemeester van Oss".
De verdachte zegt, dat deze getuige alles
stond te liegen. Hij heeft alles uit zijn duim
gezogen, omdat mijn broer iets tegenover
zijn familie heeft misdaan, zooals zij zegt.
Hierna werd de vrouw van getuige Boeven
gehoord. Zij zou dien avond uitgaan om
haar man te zoeken. Zij' had iemand vreese-
1 ijk hooren gillen. Omdat haar man zoo met
slijk besmeurd was dacht zij, dat hij iets
had uitgehaald. Later vernam zij, dat haar
man op den grond gelegen had met „Toon
dc Soep". Haar man had dien avond veel
gedronken.
De volgende getuige was mejuffrouw M.
van Berkel tc Oss. Deze getuige heeft aan
wachtmeester Curfs eenige verklaringen af
gelegd. Wachtmeester Curfs heeft hiervan
een verbaai opgemaakt.
Mr. Roobol: „Ik heb dit verbaal niet in
de stukken gezien. Is dit er dan later hei
melijk in gestopt?"
Getuige deelde mee, dat op 2 November
wachtmeester Curfs en wachtmeester de
Gier bij haar zijn gekomen. Curfs zeide: „Je
krijgt geld als je iets weet van P. dc Bic
en van der Pas".
Mr. Boobol: „Mijnheer dc president, dc
wachtmeester..
Dc advocaat-generaal: „Hooft dc wacht
meester het weer gedaan? U komt met in
sinuaties voor den dag".
Een meineedige
De volgende getuige was J. W. van Heesch
arbeider, thans als verdacht van meineed
gedetineerd.
Mr. Roobol: Mijnbeer de president, mag ik
aan dezen getuige, vragen of hij voor de
Rechtbank de waarheid beeft gesproken?"
Dc president: „Dc rechtbank heeft nog
geen uitspraak gedaan in deze zaak. Ik kan
daarom niet toeslaan dat deze zaak wordt
aangeroerd. Er moest eens een nieuwe mein
eed worden gedaan."
Mr. Roobol: „Ik ben overtuigd dat hij dc
waarheid heeft gesproken".
Vrouw Ceelen gehoord
Ilierna werd als getuige gehoord mcj. C.
II. CeelenUlijn. Deze verklaart dat Piotjo
en Gcrrit de Bie des avonds voor den moord
bij haar zijn geweest. Pietje heeft dien
avond bij haar booncn gerciigd. Getuigo
heeft hem daarvoor een mesje gegeven.
President: „Bestond er tusschen u en Gcr
rit en Piet de Bie een liefdesverhouding?"
Getuige: „Neen. Ze waren kameraden van
mijn man en niet van mij."
Mr. Roobol: „Mag ik haar vragen of zij
iets weet van dc steken die Gcrrit de Bie
10 dagen voor den moord'hoeft opgeloopen?"
Getuige: „Ja, dat heelt Gcrrit me verteld.
Hij dacht dat dc Mop-uil dit had gedaan.
Dit was ook een bijnaam van de Rut".
De moeder van „dc Rul", incj. v. d. Put
tenVos verklaarde, dat zij omstreeks twee
uur door dc marechaussees uit haar bed
werd gehaald en overgebracht naar dc ma
rechausseekazerne.
Dc wachtmeesters zeiden loon: „Booyen
heeft gezegd, dat do Rut Gcrrit dc Bie liceft
vermoord."
Getuige vertelt clan nog, dat haar zoon er
dikwijls over geklaagd heeft, dat hij door
de marechauseo is mishandeld.
Hierna werd dc moeder van het slacht
offer als getuige gehoord. Onder een vloed
van tranen vertelt zij dan, dat. haar zoon
Gerrit en Piet dc Bie een verhouding had
den rnet vrouw Ceelen. Zij heeft haar jon
gen daarvoor meermalen -gewaarschuwd.
Getuige zegt, dat dc verdachte een
groote deugniet is. Ilij heeft het
hoofd van haar zoon op hol ge
bracht.. Verdachte is een groote dief.
Ik wil alles niet zeggen. Maar liet is
gebeurd, dat Piet tegen Gerrit zei:
„Ga eerst naar bed cn sta een uur
later op, dan gaan wc samen op roof
uit."
Get. verklaart dan nog, dat Piet
erg jaloersch was op Gerrit, omdat
deze ook bij vrouw Ceelen kwam.
Haar zoon heeft ook verklaard,
dat Piet veertien dagen voor den
moord Gerrit met een mes in den
rug heeft gestoken. Get. zegt clan
nog, dat haar zoon tegen haar heeft
verklaard, dat hij met Pietje den
roofoverval heeft gepleegd bij dc
oude vrouw van Dijk tc Goffen.
Tegen den verdachte zes maanden
gevangenisstraf geëischt
Maria II. B., 30 jaar, huishoudster lo
Eist, gemeente Rhenen, stond te Arnhem
terecht inzake dat zij op 29 December 1934
te Eist opzettelijk haar zwager J. K., zwaar
lichamelijk letsel heeft toegebracht dooi
hem met een slagersmes in de borst te ste
ken, waardoor dc rechterlong werd geraakt
en levensgevaar ontstond.
Getuige, Dr. E„ assistent aan de Univer-
siteits-kliniek te Utrecht verklaarde, dat de
mishandelde inderdaad zooals dc dag
vaarding vermeldt levensgevaarlijk ge
wond was. Een zuster van de verdachte
verklaarde, dat deze het huis binnenkwam
onder den uitroep: „Ik steek jullie allemaal
kapot!" Getuige's man werd daarop door
verdachte in dc borst gestoken.
Na verder getuigenverhoor kwam dc of
ficier van justitie, mr. Lasonder, aan het
woord.
Spr. was van oordeel, dat het verdachte's
bedoeling was om haar zwager zwaai
lichamelijk letsel toe te brengen. Huiselijke
omstandigheden waren de oorzaak van dit
drama. Er zijn verschillende redenen vooi
clementie. Het gepleegde feit is echter to
ernstig clan dat verdachte voor een voor
waardelijke veroordeeling in aanmerking
zou dienen te komen. Spr. eischtc tegen
verdachte zes maanden gevangenisstraf.
De verdediger, mr. Koch, pleitte voor het
opleggen van een straf gelijk aan den cluur
van de preventieve hechtenis. Voorts drong
spr. aan op verdachte's onmiddellijke in-
vriiheidsstelling.
De rechtbank vond geen termen aanwe
zig om verdachte onmiddellijk in vrijheid
te stellen.
Uitspraak over li dagen.
PONT BIJ TIEL UIT DE VAART
De K.N.A.C. bericht, dat ten gevolge van
den hoogen waterstand bij het veer Tiel—
Wamel een pont uit de vaart is genomen,
waardoor de overtocht vertraging onder
vindt.
Hierna werden de getuigen £t décharge
gehoord.
Get. M. de Bie, de vader van den ver
dachte. verklaarde, dat hij op den avond
van 8 Augustus 1933 tegen half elf, naar
bed was gegaan. Even later kwam zijn zoon
Piet binnen. Get. heeft hem duidelijk zien
bin nenkomen.
Get. verklaarde ook, dat hij nog twee uren
wakker heeft gelegen cn niet heeft gezien,
dat Piet dc woning verlaten heeft.
Toen dc vader naar de getuigenbank ging,
passeerde hij zijn zoon. Hij drukte hem har
telijk en stevig do hand cn zei: „Jongen,
tot ziens".
Dit lokken naar een afgelegen
plaats duidt aan, dat er bij den ver
dachte voorbedachten raad aanwe
zig was.
Dc rechtbank heeft hem voroor-
dceld wegens doodslag, doch spr.
legt hem moord ten laste. Gezien
zijn jeudigen leeftijd wil dc advo
caat-generaal geen lovenslango ge
vangenisstraf eischcn, doch een ge
vangenisstraf rcquirccren van twin
tig jaren.
Dc zitting, die om zes uur was geschorst,
werd om kwart over acht hervat. Als ge
tuige werd nu gehoord II. J. van Micrlo,
rijksveldwachter-brigadier Ie Roosmalen. I)e
ze verklaarde, dat hij op 22 Januari van dit
jaar de Rut naar Roermond heeft overge
bracht. Tijdens het transport zei dc Rut te
gen getuige: „Piet de Bie heeft mo bekend,
dat hij Gerrit de Bie had doodgestoken." Ilij
zou dit niet hebben verklaard, indien hij
zelf niet van den moord was verdacht. De
Rut bad aan getuige ook verklaard, dat hij
in de marechausseekazerne was mishandeld.
Dc Rut verklaarde nu, dat hij niet aan
den rijksveldwachter heeft verteld, dat Piet
de Bie hem een •bekentenis had afgelegd.
Wel heeft hij gesproken over dc marechaus
see cn de mishandeling in do kazerne.
Verdachte: „Mijnheer do president, vraagt
r eens aan dc But of ik hem een bekentenis
neb gedaan."
President: „Ilij weet niets meer."
Dc Rut: „Zij hebben me stuk geslagen."
Requisitoir
De advocaat-generaal, mr. Massink,
hield daarna zijn requisitoir. Bij liét onder
zoek is komen vast tc slaan, dat do schoe
nen en de kleeren van verdachte, wclko hij
voor den moord gedragen heeft, na den
moord gfcwüsschen zijn. Waarom zijn dozo
objecten gewasschen? Natuurlijk omdat er
iets gebeurd is, dat het daglicht niet mocht
zien. Was de verdachte in het bezit van een
mes? Dc verdachte en dc familie Ceelen zeg
gen van niet; maar het is onmogelijk, dat
een Osscnaar van deze reputatie zonder mes
in zijn zak loopt.
Do advocaat-generaal is van meening, dat
toen de Rut uit eigen beweging bij de mare
chaussee kwam om te verklaren dat Piet de
Bie hem bekend had, dat hij Gcrrit do Bie
had verhoord, hij dc vollo waarheid sprak.
Het is komen vast te staan, door de verkla
ring van getuige Boeyen dat Piet de Bie niet
om half elf te bed lag. De overweging, dat
verdachte den moord heeft bedreven wordt
zeer versterkt door het rapport van dr. Hes-
selink. Er is nog een aanwijzing goweest
dat de verdachte diverso motieven had om
den moord te bedrijven, n.l. zijn verhouding
tot vrouw Ceelen cn zijn jaloezie, toen hij
merkte dat Gerrit dc favoriet was. Daarom
ook die 07 messteken, welke in dolle drift
zijn toegebracht. Alles wijst er op dat dezo
verdachte den moord heeft gedaan. Hij heeft
het slachtoffer naar een afgelegen plaats
gelokt en van achteren onverhoeds aange
vallen.
BOSKOOP. Heden heeft dc N.V. Flora
te Boskoop haar gebouw voor algemceno
doeleinden officieel geopend.
Het initiatief tot het stichten van dit ge
bouw, dat in dc allereerste plaats zal wor
den beschikbaar gesteld voor en dienstbaar
gemaakt aan tentoonstel lings- en andere
vakbelangen van het Boskoopschc kweek-
bedrijf, door den heer J. H. van Straaten
van Nes te Boskoop. De verwezenlijking
van het plan is mogelijk geworden, behalve
met den daadwcrkelijken steun van vele
Boskoopschc kweekers, door de medewer
king van het. Rijk cn de Ncderlandscho
Spoorwegen.
Ook het gemeentebestuur van Boskoop
heeft het belang van een dergelijk gebouw
te Boskoop erkend, door een bijdrage in de
stichtingskosten te vcrleenen. Het gebouw
bevat o. m. een groote tentoonstellingszaal
met podium, welke zaal tevens geschikt is
voor het geven van uitvoeringen en dcrgc-
lijken, een kleine tentoonstellingszaal, een
ontvangzaal met restauratie cn een verga
derzaal.
Dit fraaie gebouw, dat in zijn omgeving
volkomen past, ligt vlak bij het nieuwo
spoorwegstation en is dus voor hen, dio
voor tentoonstellingen of andere doeleinden
Boskoop bezoeken, gemakkelijk te bereiken.
Om drie uur namiddag vond onder groo
te belangstelling de in gebruikneming
plaats. Onder dc vele aanwezigen bevon
den zich het college van B. en W. van Bos
koop, alsmede afgevaardigden van het de
partement van Waterstaat, van de Nedcrl.
Spoorwegen en van de Kamer van Koop
handel te Gouda. Mede waren aanwezig de
heeren D. L. Landsman, de architect van
het gebouw en Ir. J. L. A. Cuperus, inge
nieur der Nederl. Spoorwegen, onder wiens
leiding het werk heeft plaats gevonden. De
heer J. II. van Straaten van Nes heette de
aanwezigen van harte welkom, hierna werd
bet woord gevoerd door den heer mr. dr.
G. van der Meulcn, secr.-generaal van het
departement van Waterstaat en door den
heer mr. E. P. Verkerk, burgemeester van
Boskoop, 's Avonds werd ter inwijding van
het gebouw een vroolijke cabaretavond ge
geven.
Daarna krijgt de verdediger, mr. Roobol
het woord.
De verdediging
Alvorens dc verdediger aan het woord
komt vraagt dc president hem of hij persis
teert bij zijn cisch tot vervolging van de
twee wachtmeesters wegens meineed.
Mr. Roobol: „Natuurlijk".
Dc verdediger begint zijn pleidooi met to
protesteeren tegen dc wijze, waarop het on
derzoek in deze zaak is gevoerd. Ilij acht
Let on menschel ijk getuigen met zweepsla
gen te dwingen tot het afleggen van verkla
ringen tegen hun wil. Hij hoopt dat door
middel van dc pers in het gcheelo land be
kend zal worden aan welk misdrijf do mare
chaussees zich hebben schuldig gemaakt.
Getuigo dc Rut heeft gelogen maar van
morgen heeft hij dc waarheid gesproken.
Het is vorder een schande, dat een proces
verbaal, dat ten gunste van den verdachte
is, wordt weg gemaakt.
Mr. Roobol breekt dan verder de verkla
ringen van verschillende gotuigen af. Het
is zeer goed mogelijk, dat er anderen waren
die de moord kunnen hebben gepleegd. Spr.
kan den moordenaar aanwijzen, doch daar
toe heeft hij dc hulp noodig van don procu
reur-generaal, doch deze wil zijn hulp niet
vcrleenen. Er zijn ovenwei personen, die
meer van deze zaak afweten. Ook do ver
klaringen van dr. IIcsselink valt do verde
diger aan, waarna hij concludeert tot vrij
spraak.
De advocaat-generaal becritiseert in zijn
dupliek het optreden van den verdediger,
dat hij schandelijk cn onbeschaamd noemt.
De president vraagt daarop den verdachte
of hij nog wat tc zeggen heeft.
Verdachte: „Ik ben onschuldig."
Het Hof zal over veertien, dagen uitspraak
doen.
tW
Een spontaan afscheid der
Haagschc bevolking
•S-GRAVENIIAGE, 20 Februari. He
denmiddag met den trein van 13.01 is H.M.
do Koiiiingin met H. K. H. Prinses Juliana
uit Den llaog vertrokken om zich naar
Zwitserland to begeven, ten einde aldaar
eenige weken te vertoeven. Er was veeL
belangstelling en toen de auto met do Ko
ningin en do Prinses eenige minuten voor
1 uur aan het S. S'. elation» aankwam
stond er reeds veel publiek.
De vorstclijko personen verbleven eenige
oogcnblikkcn in de koninklijko wachtka
mer en om 1 uur gingen de groote deuren
open en verscheen II. M. en achter haar
Prinses JuJiana op het perron. De Konii>
ging was gekleed in een witte bontmantel
met bruino bontkraag. De Prinses droeg
een bruine mantel. Voor do koninklijke
wachtkamer stond do Bazeler trein, waar
in een Mitropa rijtuig was waarmede de
reis naar Bazel gemaakt zal worden. Zoo
wel do Koningin als de Prinses werden zeer
hartelijk toegejuicht door het talrijke pu
bliek, dat zich aan weerszijden van het af-
gezetlo gedeelte van het perron bevond.
Een spontaan: „Gocdo reis, majesteit!"
werd er van vele kanten geroepen, toen de
Koningin en dc Prinses 'met eenige dames
en heeren van het gevolg in den trein»
plaats namen. Dc Koningin en do Prinses
vonden, het hartelijk en spontaan afscheid
blijkbaar zeer sympathiek en bleven in de
corridor van den trein staan tot deze ou
de de kap van het perron uit was. Harte
lijk toegewuifd door het publiek verdween
de trein in do richting Utrecht.
DE ONDERHANDELINGEN MET BELGIE
Do 'sedert cenigen tijd onderbroken Ne-
derlandsch Belgische onderhandelingen
worden thans te 'sGravenhago voortgezet.
Reeds hebben besprekingen plaats gevon
den tusschen de voorzitters der beide de
legaties, terwijl ook enkele sub-commissics
hare werkzaamheden hebben hervat. Naar
het zich laat aanzien zal morgen een vol
tallige zitting der beiclo delegaties plaats
vinden.
AANHOUDING
Tc Rotterdam is aangehouden en naar
Utrecht overgebracht een 48-jarig boekdruk*
kcr, verdacht van verduistering van 10.
ten nadeele van een bewoner dor Lijnmarkt.
Hij is tor beschikking van den commissaris
van politic in dc II afdeeling gesteld.
LEIDSCH DAGBLAD
LEIDEN, 19 Februari. Den lstcn Maart
a.s. bestaat het Lcidsch Dagblad 75 jaar. Dit
jubileum zal, met het oog op dc tijdsomstan
digheden op bescheiden wijze, feestelijk wor
den herdacht.