15 Vochtige muren? DAGBLAD ALS DICTATOR „Murolinefabriek Amersfoort" AMERSFGOilTSCH Gebruikt MUROLINE 'T EENIGE AFDOENDE MIDDEL WENDT U TOT DE BIJ PARAMOUNT LETTERKUNDIGE KRONIEK ZIJN EERSTE KANS DROGISTERIJ „DE GAPER" VARIA THANS CENT PER WEEK «VIET GRATIS ONGEVALLENVERZEKERING Algemeene Utrechtschc Verkoop straat 38 Centrale Tel. 1825 Uw huizen gaan langer mee FILMNIEUWS Dc levensloop en de successen van den nieuwen nlgemeenen leider De benoeming van Ernst Lubitsch tot al gemeen productieleider der Paramount, beeft deze typische, welbekende figuur uit de filmwereld weer eens in het bjaridpunt der publieke belangstelling gebracht. Deze kleine, donkere man met zijn eeuwige si gaar is wél een unieke figuur. Hij toch is dc eerste Europcescho regisseur, die in Hol- Ernst Lubitsch lywood een dergelijke machtspositie heeft weten te veroveren. Nog nimmer was in Amerika een Europeesch regisseur werk zaam met zulk een groot, onafgebroken en steeds stijgend succes als Lubitsch. Zijn films waren bijna zonder uitzondering een publiek èn een artistiek succes en hij be hoort tot de weinige Europeanen, die ginds hun wil hebben weten door te zetten cn die in liet Amerikaansche milieu hun eigen stijl hebben weten te bewaren. Zoo'n man kan als opperste productielei der van een der grootste Amerikaansche filmmaatschappijen prachtig werk doen. Bij de Paramount zal nu in het vervolg geen scenario meer verfilmd, geen artist geën gageerd, geen regisseur meer aan het werk gezet worden zonder dc toestemming van Ernst Lubitsch. Dit is voor het karakter der komende Paramount films van groote beteekenis en voor ieder Europeesch, voor ieder Nederlandsch filmliefhebber, een zeer .verheugend feit. Zijn levensgeschiedenis. Lubitsch werd in Berlijn geboren en viel reeds als jongen op door zijn groote ver beeldingskracht, zijn levendige fantasie en zijn talent voor comediespel. Op zesjarigen leeftijd verraste hij zijn familie al met de mededeeling dat hij acteur wilde worden, maar zijn vader, een wilskrachtig en zake lijk man, besliste anders. De oude Lubitsch was eigenaar van een confectiemagazijn in Berlijn cn toen Ernst van school kwam kreeg hij een onderge schikt baantje op het kantoor van zijn vader, met den raad zijn artistiekerige nei gingen te onderdrukken on zich geheel aan den stoffenhandel te wijden. Overdag hield dc jonge Ernst zich welis waar aan dit consigne, maar des avonds en dikwijls 's nachts verdiepte hij zich ijverig in tooneelproblemen. En het duurde niet lang of hij kwam openlijk in opstand tegen het vaderlijk beleid, gaf zijn baantje er aan en ging in do leer bij Victor Arnold, één der vooraanstaande tooneelspelcrs van dien tijd. Arnold zag, dat Lubitsch eigenschap pen had, die hem in de theaterwereld groot zouden kunnen maken en hij was het die den jongen man bij Max Rcinhardt intro duceerde. Lubitsch werkte daarna verschei dene jaren onder Rcinhardt, toonde zich een ijverig cn talentvol leerlyig cn wist als ac teur eon vrij groote populariteit-le verwer ven. Maar Lubitsch was 01* de man niet naar om met dit voorloopig succes tevreden te zijn: hij wilde het tooneel door cn door leeren kennen cn bestudeerde de hoogerc techniek van liet vak. In 1013 begon de film zich als concurront van het tooneel in Europa te doen gelden en in dat jaar leerde Lubitsch voor het eerst dit nieuwe kunstmedium vau nabij kennen. Het pakte hem zoo, dat hij reeds na in één film gespeeld te hebben, het tooneel eraan gaf cn zich geheel wijdde aan bet werk in de studio's. Van acteur werd hij nl spoedig regisseur en pas in die functie kwamen Lu bitsch dramatisch talent en zijn bizondere verbeeldingskracht volledig tot uiting. En de snelle groei der filmindustrie gaf hem gelegenheid zijn gaven ten volle te ont plooien. Omstreeks 1918 legde Lubitsch de grond slagen voor zijn latere roem. Het was met zijn productie Carmen dat hij een inter nationale reputatie veroverde. En spoedig daarop volgde liet beroemde werk M a dame DuBarry, de eerste van de wer kelijke grootsche historische costuumfilms, waarin zoowel aan de eischen van het oog als van het. hart werd voldaan cn waarmee Emil .Tannings en Pola Negri bij het bios cooppubliek van de gchccle wereld werden geïntroduceerd. Andere succesfilms volgden, zooals Vlam, De vrouwvan Pharao on Mont m a r- t r e. Deze werden afgewisseld door geestige comedies als De Pop met Ossi Oswalda, waaruit zijn prachtige veelzijdigheid bleek. Amerika roept. Inziende, dat Amerika voor een filmregis seur grootere mogelijkheden bood, trok Lu bitsch over den oceaan cn regisseerde Mary Pickford in R 0 s i t a. Hierna zette een reeks successen in, die hun weerga nog moeien vinden. Daarbij waren zoowel fan tastische comedies als realistische drama's maar alles vervuld van de onnavolgbare Lubitsch-sfeer. Tot de „zwijgende" periode behoorden nog: The Marriage Circle, Verboden P a r a d ij s, Lady Winde- mere's Waaier, Al t-II e i d c 1 b c r g en De Patriot. Na de uitvinding der sprekende film be haalde Lubitsch zoo mogelijk nog grootere triomfen. De Liefdesparade leeft nog in ieders herinnering voort. Geheel in stijl hiermee waren M0nte Carlo cn De Lachende Luitenant. Met Ik lieb een mensch gedood bracht hij eens klaps een meesterlijke dramatische film, ge heel verschillend van alles wat hij nog ooit gemaakt had. Tenslotte registreerde hij Éen uur bij jou, De Fa. Adam cn Eva cn Liefde Engros. De naam Lubitsch heeft een tooverklank! Het groote publiek weet, dal deze naam op een film waarborg is voor vijf kwartier van het beste amusement. Vier Levens, door M. Sticnistedt, vertaald door N. en A. Bascnau (Uitgave J. M. Meulenhoff, Am sterdam). HET Zweedsche boek, waarvan dc titel hierboven staat, schijnt een der meest gelezen boeken te worden van de hui dige voorjaars-uitgavc. Het boek beschrijft het leven van vier menschen, twee mannen cn twee vrouwen, die geboortig zijn uit de zelfde plaats. Maar aan die levensbeschrij vingen gaat een algemeene beschrijving vooraf van do omstandigheden, waaronder zij groot geworden zijn. Die beschrijving treffen wij aan in het eerste der vier „boe ken" die het verhaal samenstellen. Het zijn twee gezinnen, waaruit dezo viei menschen stammen, het gezin Obitz en het gezin Pauwel. Het gezin Obitz is dat van den organist het gezin Pauwel dat van ccn verarmde adellijke familie, woonachtig op een land goed, Penningholm, nabij de kleine plaats, waar het verhaal begint. Zooals in de meeste Skandinavische ro mans (Sigrid Undset geeft ons daarvan wel het klassieke oorbeeld) zijn de vrouwen- Mariene Dietrich sloot in de afgeloopen week een contract af met Paramount, Zij verplicht zich daarbij twee films te spelen, waarvoor de maatschappij haar 350.CC0 per sink betaald. Joseph von. Sternberg zal ook thans niet meer de regie voeren Berkenlaan in het Voorjaar figuren zeer sterk, de mannenfiguren uiter mate zwak en wankel. Ik wil van de tvveo vrouwen- en mannenfiguren, die op den drempel van Stiernstedt's verhaal aan ons verschijnen, een korte kenschetsing geven. Do eerste vrouwenfiguur, met wie wij ken nis maken, is Augusta Obitz, do vrouw van den organist. Zij is een buitengewoon heerschzuchtige en ambitieuze persoonlijk heid inet nukken en grillen, die zij behen dig aanwendt, een ordinaire vrouw, inaai die een zekere wulpschc bekoring oefent, op menigen man. Haar echtgenoot is vol komen aan haar onderworpen, en zij kan, terwijl zij hem voortdurend lot slavendienst en slavenwerk en slaven houding bereid vindt, haar spelen bedrijven niet iederen man, dien het lot haar in de armen voert. Eigenlijk zijn al die flirtations alleen maar verstrooiingen, waarmede de altijd slechts niet zichzelvc bezig zijnde vrouw dc gren- zcnlooze verveling tracht af te wenden, dio telkens haar toegrijns!. Maar van verstrooi ing wordt haar overspelig gedrag tot een doel-berckendc bezigheid, wanneer zij Ka pitein Pauwel, den verarmden landedelman weet te veroveren. Augusta Obitz is verlei delijk, en zij heeft bovendien wat geld, terwijl de Pauwelsen zich voortdurend min of meer aan den rand bevinden van het fail lissement. En zoo wordt dc verhouding tus- schen Olga en kapitein Pauwels tevens een middel, om Pauwels financieel op dc heen te houden. Met artikelen, welke haar door een rondtrekkend handelsreiziger, den heer Kurolien worden geleverd, beginnen Pau wels en Augusta Obitz een zaakje, dat, dank zij de commercieele hoedanigheden van Augusta gaat florceren. En nu volgt de uit voering van het met sluwe berekening be raamde plan van Olga; zij zal niet rusten, eer ze de echtgenoot is van Pauwels, en zij schroomt niet voor het manifesteeren van haar samenleven met hem, zelfs al zou het gaan grenzen aan één openbaar schandaal. Toch verliest-zij het; want haar tegen speelster in dit wanstaltig drama, mevrouw Pauwels is sterker dan zij. Vertegenwoordigt mevrouw Obitz de berekening, mevrouw Pauwels vertegenwoordigt hel. decorum. E11 terwijl zij met een niets ontwijkende koel bloedigheid de smaad, die haar door haren echtgenootwordt aangedaan, weet te dul den, redt. zij, telkens opnieuw, dé situatie, zoodat ondanks de- sluwste listen die Augus ta aanwendt, om zich de adellijke kroon op het hoofd te zetten als echtgenoote van kapitein Pauwels, toch altijd opnieuw door de wecrgalooze handigheid \an me vrouw Pauwels, dc praatjes verstommen, en de eer der familie blijft gered. Zooals het wezen van mevrouw Obitz wulpsch is, vulgair cn op zichzelf gericht, zoo is het wezen van mevrouw Pauwels •oligieus, voornaam en zelfverloochenend. Het slechtste type \an dc bourgeoise legt hot in dit. pijnlijk duel af, tegen het beste type van de aristocrate. Het eind van de geschiedenis wordt aldus: dat kapitein Pauwels sterft in het gezel schap van Augusta Obitz, rnct zijn vinger geknepen in een van haar haarlokken. Ed- vard Grieg Obitz, de zoon vindt hen zoo samen. Maar na dit uiterst navrante oogen- blik wijkt het decorum der familie Pauwels, dat mevrouw Pauwels met haar leven ver dedigd heeft, geenszins. Kapitein Pauwels wordt met alle statie begraven, en Augus ta Obitz heeft voorgoed het spel verloren. Tntusschen heeft het gif. dat van Augus ta's persoonlijkheid uitgaat, de levens die in haar en om haar hun oorsprong vinden, verdorven. De scène in do sterfkamer van Pauwels heeft een onverzoenlijke haat gewekt tus- schen mevrouw Obitz en haar eerstgeboren zoon Edvard Grieg, die door een onnaspeur lijk gegroeide genegenheid aan Jenny, het dochtertje van kapitein Pauwels is verbon den. Ook. Hendrik, de broer van Jenny, do vriend en kameraad van Edvard is indirect in het drama betrokken, en terzijde van hen groeit het veel jongere zusje Toria op, het bceldschoone kind van Augusta Obitz, dat. zij niet had gewenscht. Al deze levens zijn in den aanvang vergiftigd en tot tra gische lotgevallen l estemd, hetgeen uitvoe rig blijkt uit dc ontwikkeling hunner ge schiedenis. Ik wil het voor ditmaal laten bij dé weer gave van dc op zichzelf voor het begrip van dit bock onontbeerlijke grondgeschiedenis, maar ik wil deze kroniek eindigen met het neerschrijven van eenige gedachten, waar toe de lectuur van dit boek mij heeft opge wekt. Een vergelijking tusschen dezen nieuwen voortreffelijken vertegenwoordiger der Skan dinavische lectuur en dc thans overal ter rein winnende Hongaarsche boeken ligt voor dc hand. En dan treft vóór alles dit: dat de Hon gaarsche literatuur, eerlijker, realistischer is. Do figuren van Stiernstedt spreken alle met den schijn. Er ligt ecne neiging tot liet abstracte in deze figuren, die alle persoon lijke karakters tot leugen-karakters verdoe zelt. Men speelt hier zijn theaterstukken, en de groote tragische breuk komt in deze le vens niet door de belijdenis, maar door het ingrijpen van het Lot. Ik zou bijna de para doxale stelling neerschrijven, dat deze Skan dinavische schrijfster de letterkundige tra ditie van haar volk getrouw is, en ons reli gie geeft, zonder zedelijkheid. Dit hoek is eenc kenschetsing, geen ver wijt. Want als kunstwerk is dit boek met zijn kleine, rake volzinnen en zijn onmid dellijk treffende typeeringen een arbeid van gi'oote beteekenis. Maar het eghisme, dat tusschen elke letter stekelt, 'is het egnisme, niet van een teleurgesteld, maar van een vergiftigd hart. In deze- aapteekeningen ligt. de kiem voor verdere beschouwingen over Skandinavische boeken van het oogen- blik, waarin ik' mij' een vólgend maal ga begeven naar aanleiding van de verhalen over de bizondere figuren uit dit boek. P. H. RITTER Jr. Hugo was niet alleen een eerlijk, maar ook een ridderlijk mensch. Ilij ontvreemde geen tandenstokers en stond in de tram ook voor ouders dames op. Met dat al was Hugo een pechvogel. Als hij in de loterij speel de, viel er strijk en zet een flinke prijs op het lot, dat op een na liet nummer van het zijne had of juist een nummer hooger. En als hij eens, wonder boven wonder, een onbezette telefoonautomaat snapte, dan was er beslist storing op de lijn. Op een mooicn Zondagmiddag in Mei zat Hugo in een klein door bosch omgeven tuin- restaurant aan de Spree en verheugde zich in een goede bui. Het scheen hem toe, alsof met de warme voorjaarszon een eind aan zijn pechtranen gekomen was. Hij had een prettig zonnig tafeltje aan den rand van den helderen vijver ontdekt, er was geen regen- wolkje aan den hemel er geen vlieg was er in Hugo's bier gevallen. JULIANAPLEIN 3. Amexsloort. EEN UITKOMST VOOR IEDERE VROUW. Oriënt Henna Shampooing. Verft door gewoon wasschen elk haar in elke gewenschte tint. Onschadelijk t 0.60. „Donnerwetter", dacht hij ondememings- lustig", als je nu vandaag nog eens een aar dig meisje leerde kennen, dan was de zaak compleet!" Daarmeo stond hij op, om aan den sigarettenstand een pakje van zijn licvclingsmcrk te koopen. En o, wonder, het merk was niet uitverkocht! Toen Hugo naar zijn tafeltje terugkeerde, moest hij tot dc verheugende ontdekking komen, dat in- tusschcn een aardig jong meisje daaraan plaats genomen had. Zij was hoclcmaal Hugo's type, aschblond, klein en een beetje gevuld en schoen daarbij geheel zonder man nelijke begeleiding gekomen te zijn. Hugo nam met een beleefde buiging zijn plaats weer in. Dc kleine groette vriendelijk met ccn knikje terug en begon ongegeneerd een paar belegde broodjes op te peuzelen, die zij uit haar handtasch had gehaald. Haar zelfbewuste manier van doen waarschuwde Hugo de conversatio met een waardeerendo opmerking over het mooie weder te openen. „Je moet een gunstige gelegenheid af wachten", dacht hij. Daarbij gleed zijn blik verstolen over het tafcltjo en, of het ge luk het wilde! deed de gelegenheid zich reeds voor. Want een weinig ter zijde van haar slanke becnen van zijn van haar brood jes genietende blonde vis-è-vis ontdekte Hugo op het grind een zorgvuldig opgevou wen bankbiljet liggen, dat het meisje bij het uit de tasch halen van haar eetwaar moest hebben laten vallen. Hugo's hoofd ver dween voor een seconde onder tafel. Dan dook het rnet een stralend lachje om den mond weer op. „Bitteschón, Fraulein, dat hebt u zeker verloren." Geschrokken en verheugd dankte de kleine hem. Daarbij lachte zij Hugo zoo stralend toe, dat den pechvogel het bloed naar het hart steeg. Een geanimeerd ge sprek volgde, zij rookten een paar sigaretten, en tenslotte werd Hugo een man van de wereld en bestelde een flesch moezelwijn Zij heette Ilse en was niet ongenegen den weg naar huis in Hugo's geselschap te aan vaarden, „Ober, aannemen!" riep Hugo, gelukkig, in het vooruitzicht. „Bitteschón, zes mark zestig, meneer". Hugo greep in zijn linkervestzak. Dan in het rechtervestzak, in zijn broek- en jaszak kon, zijborst- en achterzakken. Meer cn meer stierf het lachje om zijn mond weg. En tenslotto werd Hugo officieel. Want Hugo was niet zoo ridderlijk om de eerlijkheid er onder te laten lijden. „Fraulein, het spijt mij, maar het biljet, dat ik u gegeven heb, is mijn eigen tien- markbiljet. Ik heb het uit mijn vestjeszak verloren. Ik moet zeggen, dat ik het bejam mer, dat u het aangenomen hebt." De klein0 werd zoo rood als vuur, doch zij verweerde zich. „Maar dat is toch ongehoord! Eerst speelt u den eerlijken vinder en dan wilt 11 mij de vertering laten betalen." Zij opende haar handtasch. „Bitte, Herr Ober, drie mark te rug." Eer Hugo nog tot recht besef was gekomen van wat er gebeurd was, was zij met de drie mark, die de ober haar teruggegeven had, reeds in het domm^Viide bosch'verdwe nen. Zou hij haar dien .tier maar zoo, zon der meer, laten behouden of zou hij haar achtervolgen? Zijn galanterie zegevierde. „Jammer", dacht hij, terwijl hij langzaam in tegenovergestelde richting den tuin ver liet, „eeuwig jammer! Zij was toch anders wel een heel aardig meisje. En aschblond, klein, zoo heclemaal mijn type. En intelli gent scheen zij ook wel to zijn, enMaar ja, hoe aardig ook, zij was toch oneerlijk." Hugo zocht zijn laatste paar centen bij elkaar en reed naar huis. Als een grimmig protest tegen de wereld en tegen alle vrou wen, liet hij zijn avondeten staan en ging meteen naar bed. Toen hij zijn vest uittrok, voelde hij iets in dc voering. Het was zijn tienmarkbiljet. E. F. EBERHARD. DE BOSCHSTAND DER AARDE Bijna een vierde van de oppervlakte der aarde is met bosch bedekt, maar in Europa zijn twee landen, die zelfs voor de helft be- boscht zijn, n.l. Finland, dat voor 64,9 pro cent, en Zweden, dat voor 54 procent met bosch begroeid is. Ook Rusland, Oostenrijk en Tsjecho-Slowakijo hebben nog ongeveer 35 procent bosch; Duitschland 26, Noorwe gen slechts 20 en Denemarken maar 7 pro cent. Groot-Brittannjë en Ierland ziin in dit opzicht het slechtste "bedacht, want ze heb ben slechts 4,3 procent boschgrond. De woudriikste streek der geheele wereld is de Fransche strafkolonie Guyana, in Zuid- Amcrika. waar 98 bosch is. Feiteliik is geheel Zuid-Amerika het dichtstheboschte werelddeel. Geheel woudloos ziin Mongolië, Irak. dc Sahara en dc binnenlanden van Australië.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1935 | | pagina 11