EXTRA
per kruik f3.25
FEUILLETON
SCHOTERMAN'S OUDE GENEVER
UTRECHTSCHESTRAAT 17 TELEFOON 145
CONGRES POSTPERSONEEL
SIGARETTENINDUSTRIE
BEDREIGD
Dr. Mignot adresseert aan
de Tweede Kamer
VOORJAAR IN ARTIS
Toekenning der Grotius-
medaille
Per fj| voor VIJF wajschen t6
U .•.v.v.sv.v-''
HET 60 MILLIOEN PLAN
VERLAGING VAN
LOODSGELDEN
EEN EERESCHULD
2e BLAD PAG. 2.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
DONDERDAG 23 MEI 1935
99
99
Behandeling van het onderwerp
Postaal en Plaatselijk
overleg
AMSTERDAM, 22 Mei. Tijdens den
tweeden zittingsdag van het Congres van
den C.B.P.T.T. lichtte de heer D. Stoffels het
prae-advies van hot H.B. over het onderwerp
reorganisatie Postaal en Plaatselijk overleg
toe.
Spr. deed uitkomen, dat de postale com
missie van tijd tot tijd goed werk heeft ge
daan, doch dat haar samenstelling niet
ideaal is wat betreft de vertegenwoordiging
der administratie. Deze vertegenwoordiging
bestaande uit hoofdambtenaren is nagenoeg
vrij in het formuleeren van haar meening,
die echter het karakter van een de bedrijfs
leiding niet bindend advies draagt.
De administratie-vertegenwoordigers zijn
geen rechtstreeksche onderhandelaars met
de afgezanten van het personeel. In de Cen
trale Commissie daarentegen is het contact
iusschen de wederzijdsche vertegenwoordi
gers meer vruchtbaar. I-Iet overleg getuigt
er meer van werkelijkheidszin. Het eindre
sultaat pleegt bevredigender te zijn en tij
dens de onderhandelingen worden geen on
verwezenlijkbare verwachtingen gewekt.
Voor het staatsbedrijf van de P.T.T. is nog
niet voldoende profijt getrokken van de
door de gewijzigde artikelen 78 en 19-1 der
Grondwet geboden mogelijkheid om colleges
in het leven tc roepen, die de te omvang
rijke taak van de Staten Generaal kunnen
verlichten. De Postraad is slechts een eerste
stap geweest die voor het personeel recht
streeks weinig beteekenis heeft.
Op P.T.T.-gebied is leniger overleg moge
lijk door de postale commissie to reorgani-
seeren op den voet van de Centrale Com
missie, waarbij, aldus spr., onze wensch om
den directeur-generaal of den hoogsten
ambtenaar van do afdeeling porsoneel als
voorzitter aan to wijzen, onverkort gehand
haafd blijft.
De practijk van de bestaaude regeling van
het plaatselijk overleg heeft geen algemeene
bevrediging gegeven. Op de formatie, de
vaststelling der normen en de rapporten be
treffende de controle der diensten heeft het
personeel nog geen invloed. Een afdoende
verbetering is hoogst gewenscht. Te Schie
dam past men voor de bestellers-dienstrege
lingen overleg toe, dat bevredigt. Er is daar
een commissie van vertrouwenslieden ge
vormd uit de vier bestaande organisaties,
welker leden een keuze doen uit de door de
besturen voorgestelde candidaten. De „kern"
behandelt alleen dienstaangelegenheden.
Het Bondsbestuur beveelt alle afdoelingen
van eenigen omvang aan om het plaatse
lijk overleg op een ongeveer dergelijke leest
te schoeien.
De afdeeling Rotterdam wcnscht plaatse
lijke dienstcommissies in de grootste steden
en heeft een daartoe strekkend amendement
op de conclusies van het prae-advies inge
diend, waarbij het H.B. zich vereenigen kan
mits gebruik worde gemaakt van het artikel
van het algemeen rijksambtenarenreglement
krachtens hetwelke bij de behandeling van
bepaalde aangelegenheden deskundigen in
dc vergadering kunnen worden toegelaten.
Tijdens de besprekingen werd dezen dag
nog een voorstel van het hoofdbestuur tot
stichting van een centraal vacantieoord te
Kootwijk-radio in behandeling genomen.
Gevolg van de accijnspolitiek
der regeering
Aan de leden der Eerste en Tweede Ka
mer heeft dr. Johan Mignot, te Eindhoven
een adres gezonden in verband met de siga-
gettenindustrie.
Deze industrie dreigt, aldus adressant,
voorzoover het de midden-industrie, welke
met inheemsch kapitaal werkt, betreft, ten
gronde te gaan tengevolge van de accijns-
politiek van den Staat.
De Staat werkt op de tweede plaats
met deze politiek een monopolie van een
groot buitcnlandsch concern in de hand.
Deze conclusies worden nader locgeilcht.
Aan het eind van adres worden enkele
maatregelen naar voren gebracht, waar
mede de middenindustrie op korten ter
mijn zou kunnen worden geholpen.
Het feit, dat de accijnspolitiek de dood
steek is voor orize sigarettenindustrie,
welke dien accijns voor de volle 100 pet. te
dragen heeft, is een sterk billiikheidsargu
ment om de mogelijkheid tc scheppen den
consument althans met eeh gering percen
tage van den accijns te belasten. De accijns
van 50 pet. van den kleinhandelsprijs
maakt dc middenindustrie het leven onmo
gelijk.
Laat men daarom door de vaststelling
van een niinirnumbanderolle \an 5 per
1000 sigaretten, waardoor het dus onmoge
lijk wordt sigaretten van beneden 1 cent te
verkoopen (men denke ook aan de nood
zakelijke kwalitcitsverslechtering) de mid
denindustrie in zooverre op adem laten
komen, dat een verdere verschuiving van
prijsklasse naar beneden wordt voorko
men. Deze maatregel heeft ook een fiscale
strekking.
Indien de middenindustrie moet worden
geholpen en indien men middenstander en
consument tegen een monopolie in bescher-
mig wenscht te nemen, indien men werk
loosheid wil voorkomen cn onder voorwaar
den preferentie wil geven aan inheemsch
kapitaal, dan achten wij zeer verdedig
baar orn aan ondernemingen, die minder
dan een nader te bepalen aantal sigaretten
per kwartaal fabriceeren of in den handel
brengen, banderolles te verstrekken tegen
betaling van -10 in plaats van 50 pet. van
den kleinhandelsprijs.
OPENING VAN HET HAAGSCHE
GEMEENTEMUSEUM
's-GRAYENHAGE. H. M. de Koningin
zal zich bij de plechtige opening van het
nieuwe gemeentemuseum aan de Stadhou
derslaan te Den Haag op Woensdag 26 Mei
a.s., des namiddags te drie uur. doen ver
tegenwoordigen door H. M. kamerheer jhr.
A. G. Sickinghc.
VIERJARIG MEISJE OVERREDEN
SOMMELSDIJK, 22 Mei. Gisteravond
is het -Harig dochtertje van den landbou
wer v. d. Brockc op den weg van Dirks-
land naar Sommelsdijk toen het trachtte
juist voor een motor den weg over te ste
ken door het windscherm van de motor
geraakt. Het kind werd ernstig gewond cn
overleed spoedig.
Merkwaardige dingen in het
inscctarium
De planten- en de inscctenkweeker be
wandelen dezelfde wegen ten opzichte van
dc winteiTust hunner kweekelingcn. Soorten
uit ons klimaat blijven 's winters op een
koele plaats. Wil men zc „trekken", insec
ten zoowel als planten, dan worden ze in
een warme omgeving gebracht. Bij verschei
dene soorten gelukt, dit eerst dan, nadat zc
aan de vorst zijn blootgesteld geweest.
Brengt men ze to vroeg binnen, voordat zc
de vorst hebben gevoeld, dan weigeren ze te
groeien.
Planten en dieren uit warme streken ver
dragen in den regel onze winterkoude niet.
Ze blijven bij ons in leven, als wc zc kunst
matige warmte geven. Zoo bijv. de wande
lende bladeren en takken. De insectenkwee-
ker heeft voor deze soorten te zorgen, dat
ze in den winter de in de warme kas „ge
trokken" bladeren van dc door hen verko
ren planten te eten krijgen.
Het is nu voor het Inscctarium een eigen-
aardigon tijd. De door de warmte vervroegde
insecten zijn er tegelijkertijd met die, welke
door het voorjaar op natuurlijke wijze ge
wekt zijn. De eersten zijn de anderen in ont
wikkeling een paar maanden vooruit. Van
de hcispinnen bijv. zijn er poppen cn vlin
ders, die buiten eerst midden in den zomer
verschijnen, terwijl dc rupsen, die bij na
tuurlijke winterkoude hebben overwinterd,
zich te goed doen aan dc jonge wilgenbla
deren.
De beruchte nonrupsen, die als eieren heb
ben overwinterd, zijn nu halfwassen. De
rupsen van de popuiierenvlinder, die in den
winter tegen de takken uitgestrekt hebben
geslapen, zijn nu al tot bijna vingerlengte
gegroeid. Ze worden nog grooter, en toch
zijn ze moeilijk in het oog te krijgen, als ze
uitgestrekt tegen de takken zitten. Zoo sterk
komt haar uiterlijk ermee overeen.
Tal van reusachtige, prachtige exotische
vlinders zijn uit de poppen gekomen. Ook
inheemsche soorten, zooals de wapendrager,
die in den ruststand een afgebroken berken
takje lijkt.
Van de kleine vlindertjes, die als rupsjes
de „dansende boonpn" jioar mysterieuse
capriolen deden maken,- zijn reeds enkele
door een rond gaatje in de; vrucht naar bui
ten gekomen.
Do winterrust der honingbijen is lang niet
zoo vast als die van veel andere insocten
Den heelen winter door bleven ze min of
meer in beweging. Op zachte zonnige dagen
ondernamen ze zelfs uitvluchten. Nu, in
Mei, zijn de kolonies met tal van jonge
bijen versterkt. Men zie eens naar het
reuzenvolk in de glazen toonkast. Daar kan
men getuige ziin van de enorme werklust
van deze nijvere diertjes.. Als op deze gure
vooriaarsdagen het zonnetje maar even
doorbreekt, ziet men ze uitvliegen en terug-
keeren met klom nies stuifmeel aan de poo
len, die ze van bloeiende kastanies, vrucht-
boomen en heesters hebben verzameld.
Aloisi met dit cerc^mctaal
vereerd
Het hoofdbestuur van dc Ycreeniging voor
Volkenbond cn Vrede beeft in zijn laatst
gehouden vergadering besloten dc Grotius-
medaille voor 1935 toe te kennen aan ba
ron Aloisi, vertegenwoordiger van Italië in
den Baad van den Volkenbond, als blijk
van waardeering voor dé.' vele diensten, die
deze aan den Volkenbond in het algemeen
heeft verleend en in het bijzonder in zijn
kwaliteit van voorzitter van het Comité
van Drie voor de regeling van aangelegen
heden betreffende het Saarvraagstuk.
De Grotius-medaillo is, ter gelegenheid
van het 309-jarig verschijnen van Grotius'
standaardwerk: „Het recht van oorlog en
vrede", in 1935 door de Vereeniging voor
Volkenbond en Vrede ingesteld. Zij wordt
jaarlijks toegekend aan een of meer per
sonen of instellingen, die zich verdienste
lijk hebben gemaakt op het gebied van vol
kenrecht, vredesbeweging of Volkenbond,
of zich hebben onderscheiden door de stu
die van Grotius' persoon en werken.
Ai eo s?®a
Hondthcnd. „Emki" Aptldoom
Uit te voeren werken
Naar Vooruit verneemt, is thans tusschen
(lc bouw-arbcidersbonden en 't Werkfonds
overeenstemming verkregen over dc volgen
de objecten:
lc. De bouw van de Vechtbrug en omleg
ging weg tc Ommen. Raming 46.500.
2e. Wcgomlegging te Rozendaal. Raming
678.500.
3e. Aanleg van een weg in Zeeuwsch-
Vlaanderen van Koewacht naar Sint Jan
steen. Raming 143.543.
4e. Verbetering van den rijksweg van
Borne naar Hengelo. Raming 50.450.
5e. Verbetering van den rijksweg in de
gemeenten Naaldwijk, Maasland cn De
Lier. Raming 535.000.
6e. liet maken van Walbcschoeiïngen in
de gemeente Gaasteriand. Raming j 20.000.
De ministeriëele commissie heeft de over
eengekomen loonen en arbeidsvoorwaarden
voor deze werken goedgekeurd, zoodat de
aanbesteding van deze werken tot een to
taal bedrag van 1.473.993 binnenkort te
gemoet is tc zien.
VELSEN, 22 Mei. Burgemeester en Wet
houders der gemeente Velsen hebben van
den minister van Financiën bericht ontvan
gen, dat de Regeering in beginsel bereid is,
gevolg tc geven aan het door het college
tot 't werkfonds gerichte verzoek, de uitvoe
ring van 't rioleerlingsplan voor de gemeente
mogelijk te maken door middel van een
aan de gemeente te verstrokken voorschot.
Het bedrag van dat voorschot is voorloopig
bepaald op 737.000. De totale kosten van
het werk, dat in hoofdzaak omvat het aan
leggen van hoofdrioleeringen van Sant
poort e.n IJmuiden naar en in Velsen nabij
liet Noordzeekanaal te bouwen zuiverings
installatie, bedragen ruim een millioen gul
den.
Hoe de regeering hulp denkt te
bieden aan onze havens
'S GRAVENHAGEN Mei. De RcgcorlnR
heeft overwogen op welke wijze aan dc
Ncderlandsche havens hulp geboden kan
worden in verband met dc moeilijkheden,
welke door dc devaluatie van dc Belgische
munt zijn ontstaan.
Zij is tot de overtuiging gekomen, dat het
niet mogelijk zal zijn, door maatregelen der
Centrale Overheid de moeilijkheden geheel
te overbruggen.
Zulks is inzonderheid niet mogelijk bij
de haven- en kadegeldcn en dc verdere
plaatskostcn.
Anders staat het echter met de loodsta-
rieven. Het kabinet bevordert dat op kor
ten termijn een wetsontwerp bij de Staten-
Generaal wordt ingediend, strekkende tot
een aanzienlijke verlaging der loodstarie-
ven voor zeeschepen, waardoor het moge
lijk zal zijn dc Nederlandsche loodstarie-
ven te brengen op het peil der Belgische.
NOODLANDING VAN EEN MILITAIR
VLIEGTUIG
ARNHEM, 22 Mei. Hedenmiddag om
streeks een uur heeft een militair vliegtuig
de Z. 16, afkomstig uit het vliegkamp dc
Kooi bij Den Helder, een noodlanding ge
maakt wegens een motordefect op een ter
rein aan den Apeldoornschestraatweg bij
Arnhem. Inzittenden van het vliegtuig wa
ren de officier-vlieger W. van Prooyen en de
luitenant ter zee D. B. van Heuvel, die bei
den ongedeerd hieven. Het vliegtuig, dat
licht beschadigd is, zal ter plaatse worden
gedemonteerd.
HET KONINKLIJK BEZOEK AAN
DEN HELDER
's-GRAVENHAGE. 22 Mei. Bi? het be
zoek aan Den Helder zullen de Koningin
en de Prinses zich o.a. inschepen aan boord
van het pantserschip „Hertog Hendrik".
Ter reede zullen eenige oefeningen worden
bijgewoond, tc houden door schepen en
vliegtuigen van de Koninklijke Marine. Op
een nader tc bepalen tijdstip zal een bezoek
worden gebracht aan de tentoonstelling van
het Reddingswezen.
In den loop van den namiddag op nog
nader vast te stellen tijdstip vertrekt H.M.
wederom naar Het Loo.
DE AMSTERDAMSCHE KARABIJN
BRIGADE
AMSTERDAM, 22 Mei. Op de achter
plaats van de Oranje Nassau Kazerne trad
hedenmorgen de karabijnbrigade van het
Amsterdamsche Politiecorps aan, om gepre
senteerd te worden aan den Burgemeester
Dr. VV. de Vlugt. Daarbij waren tegenwoor
dig de Hoofdcommissaris van Politie, de
beer II. J. Vcrsteegh en de Commissarissen
Haarman en Mouwen, de Garnizoenscom
mandant Majoor Boswijk zoomede eenige
officieren der legerpolitietroepen.
De commandant van de Karabijnbrigade
Inspecteur Kruine, liet daarop de brigade,
die honderd man sterk is en zal optreden
bij ernstige onlusten, eenige oefeningen uit
voeren. Behalve oefeningen rnet de klewang
en de karabijn, werd een voorstelling gege
ven, hoe een straat zal worden ontruimd.
De burgemeester dankte tenslotte inspec
teur Kruine voor hetgeen hij dc troep had
laten uitvoeren.
Dc inspecteur en manschappen keeren
heden naar hun verschillende secties terug
voor den gewonen dienst.
DE POSTRAAD OP SCHIPHOL
AMSTERDAM, 22 Mei. Ir. Dammo, direc
teur-generaal van P.T.T. en de leden van
den Postraad hebben vanmorgen onder lei
ding van de heeren A. Plcsman, directeur
en de Vries, chef van dc afdeeling Buiten
land der Koninklijke Luchtvaart Maat
schappij de vlieghaven Schiphol bezichtigd.
Na afloop van het bezoek werd het gezel
schap in het restaurant een lunch aange
boden.
„Kom Doven, Karei. Ilct uitzicht is
prachtig
„Is het hetzelfde als op die briefkaart in
het hotel
„Ja zeker!"
„Nou, dan vind ik er niet veel aan."
Humorist)
Bit de opvoeding hoort de liefde voortaan
1e staan in de slagorde en de strengheid in
de reserve.
Dr. J. B. Kan
naar het Engelsch
van
DOROTHEA GERARD
43
Dit hadden wij al vermoed; dus dit offi-
cieele benent baarde zélfs madame Zielins-
ka geen groote verbazing.
„Ik vrees, dat wij van dien kant niet veel
verder zullen komen", merkte zij op. „Ge
lukkig dat Krysztof nog andere wegen
kent!"
En dit was waarlijk een uitkomst Zonder
de geregelde briefwisseling van Malewicz
met Parijs, zou ik niet geweten hebben hoe
madame Zielinska die lange weken van
wachten zou zijn doorgekomen, want Pan
Lewicki was nog niet thuis. Hij en zijn zoon
waren op oen tocht door de Oostenrijkscho
Alpen, misschien met de bedoeling om wat
gras te laten groeien over het verbroken en
gagement. Een paar malen merkte m»daro*
Zielinska op, dat de rentmeester op Krasno
toch zeker wel een brief zou kunnen over
sturen. Maar, op raad van Malewicz, die on
der haar aandacht bracht hoe moeilijk het
immers zou zijn dit onderwerp schriftelijk
te behandelen, zag zij altijd weer van dit
.voornemen af.
HOOFDSTUK XVII.
Begin Augustus nam ik een verandering
waar in de houding van Malewicz. Daar ik
zijn vurigheid van gevoelen kende, had ik
mij met recht verwonderd over zijn geduld,
maar nu scheen dit ineens uitgeput.
Den eersten keer, dat mij dit opviel, was
op een middag, toen hij zich in den tuin
bij Jadwiga en mij voegde. Zijn blik rustte
meer dan eens op Jadwiga, op een manier,
zooals hij dit te voren niet had durven
doen. De conversatie wilde niet vlotten; er
waren verscheidene pauzes en telkens be
gonnen wij over een ander onderwerp te
spreken. In het bijzonder herinner ik mij
één opmerking van Malewicz.
„Die bloemen daar zijn leliën, is 't niet?"
vroeg hij, met den blik duidend op een
ovaal per* tegenover de bank, waar wij
zaten.
„Juist, dat zijn leliën", antwoordde Jad
wiga eenifeszins verrast.
„En hoe worden leliën gekweekt? Wat
hebben ze noodig om zoo schoon rechtop
te groeien?"
„Allereerst veel water", zei Jadwiga, die
waarschijnlijk dacht dat hij maar het eer
ste het beste onderwerp had aangeroerd.
„En mest, heb ik ook wel eens gehoord?"
„Ja, mest is goed voor de meeste bloe
men".
„Is het niet. vreemd", peinsde Malewicz,
„dat een bloem, zoo schoon als een lelie,
opgroeit uit iets zoo minderwaardig als
mest? Hebt u daar ooit wel eens over ge
dacht? Is nu die lelie minder smetteloos
of minder schoon, omdat zoovele van haar
hestanddeelen afkomstig zijn van een mest
hoop? Zou iemand ooit aarzelen ze te pluk
ken met het oog daarop? Ik althans niet
Wat kan het mij nu schelen waar ze van
daan komt, of waar ze uit opgebouwd is!
Een lelie is voor mij een lelie en ik zou er
onmiddellijk de hand naar uitstrekken, als
de schoone bloem zich door mijn vingers
wilde laten plukken".
Hij keek van het bloemperk naar Jad
wiga en die blik was nog welsprekender
dan zijn woorden. Maar zij zat recht voor
zich uit te staren en aan de tint van haar
gelaat viel geen aandoening waar te ne
men; het leek eerder of ze er niets van
gehoord had.
Toen hij vertrokken was, wendde zij zich
tot mij:
„Ik weet, wat hij bedoelt", zei ze. strak
den blik op mij gericht houdend. „Het was
een eigenaardige wijze van voorst-ellen,
maar ik begrijp ze zeer goed".
„En is het onmogelijk dat de lelie zich
ooit door die hand zou laten plukken?" op
perde ik, niet zonder oenige weifeling, of
ik wel goed deed aan die vraag, daar ik
haar oogenblikkelijkcn gemoedstoestand
niet begreep.
Langzaam schudde zij het hoofd.
„Noch door die, noch door eenige andere
hand! U denkt dat, omdat ik zijn tegen
woordigheid duld, ik misschien voor hem
zal gaan voelen, want ik weet, dat hij voor
mij voelt. Ik tracht enkel iets goed te ma
ken van mijn schuld jegens hem. Ik heb
hem wreed beoordeeld en wreedaardig be
handeld ook. daar voel ik mij diep be
schaamd over en dus wil ik hem toonen
dat hij al mijn achting bezit. Maar liefde
die heb ik niet meer te geven... niet de
liefde, die mannen vorlangen; mannen zel
ve hebben die gedood in den persoon van
dien eenen man, in wien ik mijn vertrou
wen had gesteld en die dit beschaamd
heeft".
Die openhartige erkenning was juist wat
ik verwacht had van haar oprecht-edelmoe
dige natuur, maar de hopeloosheid van
haar toon trof mij diep.
„Maar als je je liefde nu nog te vergeven
had, zou je er dan aan twijfelen, dat dit
de juiste man was?"
„Neen", zei ze langzaam- „Hij kan ze
waard zijn geweest ik geloof zelfs, dat
hij ze waard is".
Het was eigenaardig om waar te nemen
hoe zelfs in haar vernedering haar vrou
welijke trots de waarde bleef erkennen van
de gave, die het in haar vermogen stond
om tc schenken.
Een paar minuten zat zij stil, zoo zeer
in gedachten verdiept, dat ik haar niet
durfde storen. Zonder van houding tc ver
anderen, sprak zij toen weer:
„Ik heb een gevoel of ik kans had gehad
liefde voor hem te koesteren, maar dat ik
die heb laten voorbij gaan. Herinner je jo
nog dien dag, verleden jaar, kort nadat je
hier gekomen was, dat ik je om raad vroeg
niet geheel in ernst, geioof ik om
trent de keuze van een geliefde? Als ik
toen jo raad had gevolgd, zou alles anders
zijn geweest, en ik kon dit hebben gedaan,
want, naar ik vast geloof, had ik geen van
beiden op dat oogenblik liet. Maar ik kon
den een even goed als den ander hebben
liefgekregen, want mijn hart was vol lee-
derheid, die ik te vergeven had. Het was
of ik bjj een kruispunt stond, niet wetend,
wat ik aan het eind van een van de we
gen zou vinden nu. en toen ben ik den
verkeerden weg ingeslagen, dat is alles".
„Maar je kunt nog terugkeeren op je
sclireden, daar ben je reeds mee begonnen".
Jadwiga schudde echter het hoofd en zei:
„Nu niet meer, nu kan ik niet meer te
rugkeeren".
Den eerstvolgenden keer, toen Malewicz
weer op Ludniki kwam, ving ik hem op.
„Wees nu vooral niet onvoorzichtig",
waarschuwde ik. „Zij is nog niet bereid om
naar u te luisteren. moet haar tijd laten".
Ongeduldig barstte hij uit:
„Tijd! Tijd! Altijd dat praten van „tijd-
geven", als iedere dag kostbaar is! Heb ik
haar al niet genoeg tijd gelaten? Zij is nu
wel gewend aan mijn tegenwoordigheid. Ik
kan maar niet steeds doorgaan met vriend
van den huize te spelen, zonder meer!"
Ik was te zeer verrast om veel te ant
woorden, en al heel gauw kwam ik tot de
ontdekking, dat mijn waarschuwing totaal
verspild was.
Ineens had Malewicz geheel opgegeven do
strengheid, waarmee hij zijn blikken en
zijn manier van spreken bewaakt had. Bin
nen eon paar dagen had hij het masker
afgeworpen, dat hij tot nog toe gedragen
had, en verscheen, zooals hij was: een on
stuimige, ongeduldigo geliefde. Jadwiga
kon het niet langer in twijfel trekken, dat
hij haar het hof maakte, cn, ofschoon ze
hem nooit met een enkelen blik o' met een
o;,kel woord aanmoedigde, was het al veel,
dat ze hem niet vermeed.
Ongetwijfeld voelde zij zich te gedrukt
van gemoed om over te gaan tot de mid
delen van ontmoediging, die zij te voren
gebruikt had, en wat nog waarschijnlijker
was: de balsem van zijn vriendschap zal
haar tc welkom zijn geweest om er afstan 1
van te kunnen doen.
Verrast, of liever ontsteld, sloeg ik Male
wicz gade in zijn nu rookeloos optreden,
dat mij niet alleen onverstandig, maar ook
zeer onkiesch leek. Herhaaldelijk waar
schuwde ik hem nog, maar hij lachte rmj
in mijn gezicht uit.
„Geduld? Praat toch niet van geduld!
Weet u wel wat een geduld het mij al heeft
gekost om mij zoo in te houden Maar nu
is de tijd voor geduld voorbij: als ze over
het geheel al te winnen is, dan moet dit
stormenderhand geschieden".
Zoo werden andermaal mijn raadgevin
gen in den wind geslagen en word hij nog
ééns zoo vurig in zijn optreden.
(Wordt vervolgd).