TWEEDE KAMER OVER HET BEZUINIGINGSONTWERP
DE CRITIEK NIET GESPAARD
DE OMVANG DER BEZUINIGING
Van Katholieke zijde wordt een schema
van aan het regeeringsbeleid te
stellen eischen gepubliceerd
STEMMEN VOOR EN TEGEN DEVALUATIE
CONCENTRATIE VAN
LEIDING
VOOR OPTIMISME
GEEN REDEN
DE BEZUINIGING OP
DEFENSIE
DE OPHEFFING DER
ARMENRADEN
2» BLAD PAG. 2.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
VRIJDAG 14 JUNI 1935
Verscheidene leden vinden, u'at
dc plannen der regeering
te ver gaan
Aan het Voorloopig Verslag over het wets
ontwerp tot verlaging van dc openbare uit
gaven wordt het volgende ontleend.
Bij hun beschouwingen over het beleid
der regcering stelden verscheidene leden
voorop, dat het, voorzoover dc huidige eco
nomische en financlccle toestand van ons
land het gevolg is van de wereldcrisis, uiter
aard dwaasheid zou zijn. dc regcering met
eenige schuld te willen belasten. Die crisis
en haar funeste werking op een land van
Nederland's positie onttrekken zich aan
haar macht. Wol echter mag naar de mee
ning dezer leden de vraag gesteld worden,
of hot Nedcrlandsche volk door de wereld
crisis en haar gevolgen niet zwaarder ge
drukt is dan het geval geweest zou zijn, in
dien door de Regcering een ander beleid
gevoerd ware dan thans is geschied. Deze
vraag beantwoordden zij met volle overtui
ging bevestigend.
Eenzijdig aldus de hierbedoclde leden
was de gevolgde aanpassingspolitiek, wijl
zij de vaste lasten, welke op dc volksmassa
drukken voor het grootste deel onaangetast
liet.
Gezien de slechte resultaten, waartoe deze
eenzijdige aanpassingspolitiek tot dusver
heeft geleid, kan het tiaar het oordeel der
hier aan het woord zijnde leden niet dan
verwondering haren, dat de Regcering haar
blijkens dit wetsontwerp in versterkte mate
wenscht voort te zetten. Opnieuw doet zij
oen aanslag op het levenspeil der groote
massa. Wederom wordt loonsverlaging
thans zelfs ook pensioen verlaging in uit
zicht gesteld. Nogmaals wordt het volkson
derwijs in hevige mate getroffen. Door de
biiitenwerkingstclling van dc Warenwet
wordt de volksgezondheid met ernstige ge
varen bedreigd. Links on rechts worden tak
ken van dienst, wier arbeid de volkskracht
verhoogt, zwaar besnoeid of geheel afgekapt.
Nergens treedt de geest, waardoor de Re
geering wordt geleid, wellicht treffender
aan den dag dan op blz. 12 der Memorie van
Toelichting, waar zij zich beklaagt, dat haar
invloed op de loonen in het particuliere be
drijfsleven slechts beperkt is, en de indirec
te middelen aangeeft, waardoor zij dien in
vloed kan doen gelden. Tegen het gebruik
maken van die middelen meenden dc hier-
bcdoeldc leden ernstig te moeien waarschu
wen.
Het is, naar deze leden opmerkten, op de
gebieden van bezuiniging en van druk op in
komsten der loontrekkenden, dat de Regce
ring haar grootste activiteit heeft ontwik
keld en blijkbaar wenscht te blijven ontwik
kelen.
Positieve maatregelen ter bevordering der
bedrijvigheid heeft zij slechts bij uitzonde
ring willen nemen of bevorderen. Herhaal
delijk is aangedrongen op bevordering van
industrialisatie. De Regeering hoeft aanvan
kelijk weerstand geboden en is daarna pas
sief gebleven.
Deze leden herinnerden voorts aan de be
schouwingen, op het laatstgehouden Paasch-
congres der S.D.A.P. aan de posiLieve crisis-
best rijding gewijd bij de inleiding van het
eerste deel van bet Plan van den Arbeid,
dat voor die partij wordt uitgewerkt.
Een constructieve politiek van dit karak
ter roet kracht geleid aldus de hierbedocl
de leden zal niet alleen het economisch
leven van ons land versterken, maar ook
den toestand der openbare financiën verbe
teren.
Regeeringsbeleid eenzijdig
ingesteld
Verscheidene andere leden stelden bij hun
beoordceling van het beleid der Regcering
voorop, dat het kenmerkende van dat beleid
daarin gelegen is, dat het allereerst gericht
is op het budgetairc evenwicht, de sluitende
begroeting; dat het eenzijdig is ingesteld op
de Staatshuishouding. Niet valt te ontken
nen aldus deze leden dat in do Memo
rie van Toelichting op enkele plaatsen het
verband wordt gelegd tusschen de Staats
huishouding en de volkshuishouding. De
taak van den Staat is daar gesteld, zooals
die duidelijk is omschreven in de encyclie
ken Rerum Novarum en Quadragcsimo
Anno en zooals die ook is weergegeven in
het Program 1933 der R.K. Staatspartij.
De leden hier aan het woord, achtten het
weinig nuttig, op dit oogenblik tot de Re
geering verwijten te richten over de poli
tiek, welke zij in bet verleden beeft gevoerd,
welke politiek trouwens verschillende ele
menten bevatte, welke hun instemming
hadden. Zij meenden echter wel nadrukke
lijk als hun oordeel te kennen te moeten ge
ven, dat het hun als een belangrijke fout
voorkomt, dat ook thans nog btj de overwe-
gingen, welke het Regeeringsbeleid bepalen,
dc Staatshuishouding de eerste plaats in
neemt. Men blijft steeds achter het even
wicht aardoopen. Het regeeringsbeleid wordt
een regi3tratie-poliljck; registratie van de
tekorten, welke door offers van het volk
moeten worden gedekt. Wil men in zulk een
politiek niet vervallon, dan zal men den gc-
schetsten fatalen kringloop aan de zijde der
volkshuishouding moeten doorbreken; dan
zal men onder erkenning, dat dto huis
houding primair is, het economisch
leven moeten stlrnulecron cn aldus ko
men tot een constructieve, actieve wel-
vaarlspolitick. Niet zonder bezorgdheid had
den de hierbcdoelde leden zich afgevraagd,
of de voor het inslaan van deze nieuwe
richting vercischtc homogene geestesgesteld
heid wel bij het kabinet aanwezig is. In de
Eerste Kamer heeft de leider van liet ka
binet verklaard, dat dit „solidair" is. Werd
hiermede iets anders bedoeld dan „homo
geen"?
Eert schema
Hun gedachten omtrent een zoodanige ac
tieve wclvanrtspolitjek nader uitwerkend, ga
ven deze leden een schema van de eischen
waaraan naar hun meening het Regeerings
beleid behoort te voldoen.
De overheid zal zich bij haar beleid niet
langer mogen beperken tot pogingen om
dreigende gevaren af te wenden, doch zal
een positieve welvaartsjxilitiek moeten voe
ren.
Die politiek zal gericht moeten zijn op
verhooging van de totale koopkracht van
ons volk en op de vermindering van de
werkloosheid.
Niet alleen behooren de bestaande bron
nen van volksbestaan in stand te worden
gehouden, doch daarnaast dienen nieuwe te
worden aangeboord.
Voor ons land met zijn betrekkelijke ar
moede aan grondstoffen, zijn dichte bevol
king cn in verband daarmede zijn groote be
hoefte aan voedingsmiddelen voor mensch
en dier, blijft dc uit\oer van agrarische en
industrieele producten van groot belang.
Daarom dient die uitvoer door do Overheid
te worden bevorderd.
1. Onze diplomatieke en consulaire dienst
behoort op moderne leest te worden ge
schoeid cn op onbekrompen wijze te wor
den uitgebreid. De propaganda voor het ver
bruik van Ncderlandsche producten in den
vreemde moet worden bevorderd.
2. Voorzoover de Nedcrlandsche bedrij
ven met internationale trusts en kartels in
aanraking komen, moet hun positie door de
Regeering krachtdadig worden gesteund,
opdat bij do verdeeling van do afzotgebie-
den voor ben een behoorlijk aandeel ver
zekerd worden.
3. De regeling der exportcredietgaranties
moet dusdanig gewijzigd worden, dat dc Ne
dcrlandsche producten op de wereldmark
ten niet bij vreemde producten achter ko
men te staan.
•I. Zoolang de productiekosten hier te lun-
de tengevolge van de monetaire en sociale
politiek van andere landen het concurrentie
vermogen van onze exportbedrijven verlam
men, behooren in daarvoor in aanmerking
komende gevallen, fn het bijzonder als daar
door nieuwe afzetgebieden kunnen worden
verkregen, exporttoeslagen te worden ver
leend. De gelden van hot Werkfonds dienen
mede aan dat doel dienstbaar tc worden ge
maakt.
p. De handelsbeweging tusschen do vcr-
'séftrtlfcfttie gebiedsdeelcn van het Rijk dient
worden gestimuleerd. De contin-
genteeripgs- cn tariefpolitiek van Nederland
erfincffé dient met het oog daarop tc wor-
den l$fcicn. Op geregelde tijden moeten con-
fe&mfes worden gehouden, teneinde dc ge
meenschappelijke economische belangen van
Nederland en Indie te bespreken en maat
regelen tot versterking van beider handels
politieke positie tc treffen. Tntusschen zal,
doordat alle landen der wereld streven naar
nationale zelfvoorziening en Nederland on
machtig is daarin verandering te brengen,
het Nedcrlandsche bedrijfsleven steeds'meer
aangewezen zijn op dc markt in het eigen
land cn de gebiedsdeelen ovorzcc.
Uitbreiding industrie
Mede daarom is behoud en uitbreiding
van den industrieelen arbeid in ons land
een cisch van de eerste orde. Verhooging
van de koopkracht der industrieele bevol
king, welke in de jaren na den oorlog sterk
In bcteekenis is toegenomen, is niet alleen
voor die groep, doch ook voor het agrarische
volksdeel cn voor den handeldrijvonden inid
denstand een levensbelang. Ter bevordering
daarvan zijn de volgende maatregelen on
misbaar:
1. Vaststelling van een tarief van invoer
rechten, dat aan de Nedcrlandsche bedrij
ven ongeveer dezelfde bescherming biedt als
dut van andere Wost-Europcesclie landen
aan de hunne, met vervanging op zoo ruim
mogelijke schaal van waarderechten door
specifieke rechten. Vele der. als tijdelijk be
doelde, contingontceringen, svelke een ver
starrende» invloed uitoefenen op den han
del, zullen daardoor kunnen vervallen. Het
instituut der contingonteering zal dan in
hoofdzaak nog nuttig werkzaam kunnen zijn
tot afweer van concurrentie uit de nieuwe
exporilanden als Rusland ón Japan.
2. Handhaving en verbetering van het
vakonderwijs, teneinde de hooge kwaliteit
van den Nodorlandschcn arbeid niet alleen
te behouden, doch dien ook nog op tc voe
ren.
3. Bevordering van het opsporen van in-
dustrieelfl projecten door de oprichting van
economisch-lochnoloeisehe instituten on in
het algemeen door het stlmuleeren van de
samenwerking van wetenschap en bedrijfs
leiders.
4. Verleening van steun aan do oprich
ting van regionale industricbanken rnet als
sluitstuk de stichting van een centrale
bank \oor crediet op langen termijn.
5. Het oefenen van aandrang op de par-
ticulicro banken tot verlaging van dc hooge
kosten van het crediet en tot het in ruime
re mate verlccnen van financieringsfacili
teiten.
6. Het verplicht stollen van het gebruik
van het Nedcrlandsche product door de or
ganen van de Overheid en door instellin
gen. welke van de Overheid afhankelijk
ziin.
Bijzondere aandacht zal voorts moeten
worden gewijd aan de instandhouding van
onze positie als scheepvaartnatie.
Gezorgd zal moeten worden voor uitbrei
ding van de bebouwbare oppervlakte door
verdere inpoldering, ontwatering, vervening
en ontginning.
Het vreemdelingen verkeer zal volgens
nieuwe methoden moeten worden bevorderd
waarbij men zich door de voorbeelden van
Italië en Zwitserland kan laten leiden.
De organen der Overheid, die zich met
de economische problemen bezig houden,
dienen zich geheel los te maken van bu
reaucratische onvattineen. Zii moeten be
zield ziin van de gedachte, dat dc welvaart
moet worden verdedigd, maar meer nog
constructief bevorderd. .Steun moet worden
geboden niet eerst en alleen wanneer het
water aan de lippen staat en een bedrijf
met verlies werkt, doch ook aan nog ren
dabele bedrijven. Tusschen de organen der
Overheid en die van het maatschappelijk
leven moet een nauwe en op vertrouwen
gefundeerde samenwerking tot stand ko
men.
De werkwijze van het werkfonds dient
zoodanig te worden herzien, dat deskundi
ge opsporing van weikobjccten gepaard
gaat met do snelheid van beslissing.
De samenwerking van bedriifsgenooten
moet krachtig worden bevorderd. Zij. die
zich daarbij onwillig toonen. behooren tot
rede le worde** gebracht.
Door het stellen van wettelijke eischen
voor de vestiging van nieuwe bedrijven, in
lift. bijzonder door buitenlanders, dient er
tegen to worden gowaakt. dat con bestaan
de overproductie noodeloos wordt vergroot.
Na dit schema to hebben ontwik
keld brachlon dc hier aan het woord
zijnde leden nog de werkwijze ter
•sprake, welke de regeering naar
hun meening zou bobben te volgen,
wanneer zii haar arbeid scherp op
liet stlmuleeren van de volkshuis
houding zou instellen. Concentratie
van leiding met een zoo groot moge
lijke decentralisatie van uitvoering
achten zii daartoe den aangewezen
weg. Om de noodigo concentratie
van leiding tc bereiken zouden dc
Voorzitter van den Ministerraad en
de Minister van Econonugche Za
ken van de gewone departementale
zorgen moeten worden ontlast.
Tenslotte gaven enkele der hierbedoclde
leden als hun meening to kennen, dat de
deflütlenolitirk. welke de Regeering voort
een veel te trage aanpassing vormt en het
cesleldo 'loei nimmer geheel tot verwezen
lijking zal kunnen brengen. Naar hun oor
deel zal aan devaluatie niet ziin te ontko
men. Daarmede worde dan echter ook niet
langer gewacht.
Steun aan de regeering
Sommige leden meenden hun beschou
wingen over het beleid der Regcering te
moeten aanvangen met er op tc wijzen, dal
dit beleid moet worden bezien in het licht
van de harde waarheid, dat de aleemoene
economische toestand voor ons knul nood
wendig achteruitgang met zich brengt.
Ook deze leden keurden niet al huteQ^n
de Regcering in do afgeloonen iaren deed.
™oed. En ook hli hem bestond tegen moer
dan één onderdeel van dit ontwerp beden
king. Zii waren echter dien overtuigd van
do noodzakelijkheid, de Regeering zoovee!
als mogelijk te steunen. Meer dan ooit be
hooren in deze dagen zii. die een gezonden
volksinvloed op het Staatsbestuur voor-
daan. zic.h bewust te ziin van hun mede
verantwoordelijkheid van hun plicht om
met volkomen behoud van hun recht tot
het oefenen van crltie.k met de Regee
ring tezamen dc moeilijkheden, waarin het
land verkeert, te bezien en binnen zoo eng
mogelijke grenzen te beperken.
IntuHschon betreurden ook deze leden.
dat van een aleemoene vermindering der
voste lasten tot dusver geen sprake was.
Is liet vraagstuk der vaste lasten he'
eerste probleem, dat de hier aan het woord
ziin de leden door de Regcering krachtig
wilden zien aangevat, als tweede punt.
waarop naar hun meening alle krachten
behooren te worden ingesnanrwn. noemden
zii de bestrijding der werkloosheid.
Zeer in het bijzonder zouden 'le hlerno-
doekle leden aandacht besteed willen *.ien
aan de bestriiding der jeugdwerkloosheid
Ook snmken deze loden met betrekking tot
•te werkloofeheldsbostriiding den wenscb ui'
dat de Regcering meer dan lot dusver hei
volk in daartoe geëigende» vorm zal in
richten ove" heigecn in dit opzicht geschied
is en geschiedt.
De devaluatie
Wat het vraagstuk der devaluatie
betreft merkten deze leden op. dat
dit van zeer verstrekkende bcteeke
nis en uiterst moeilijk is. al wordt
daarover door velen met onmisken
baar gemak gesnroken. Zii konden
de devaluatie als vrijwillig toege
past, redmiddel niet aanvaarden.
Naar hun mceninc zal daartoe niet
moeten worden overgegaan, zoolang
niet de loon der gebeurtenissen on
monetair gebied het onmogelijk
Huidige cieflatiepolitiek wordt
een te trage aanpassing
genoemd
Bii verscheidene leden, aldus lezen wij
in liet Voorloopig Verslag, was Ue vraag
gerezen, of niet een verder gaando bezulni
ging noodzakelijk is. Deze leden waarschuw
den tegen d« optimistische onderstelling
dat mot de totstandkoming van de bij het
ontwerp voorgestelde en aangekondigde
maatregelen een sluitend budget zou wor
den verkregen. Zii lichtten deze waarschu
wing met de volgende becijfering toe;
Het ingediende plan moet 77 millioen be
sparing brengen. Daarbij komt nog een be
sparing van 20 millioen 10 millioen op
hot ondenviis cn 10 millioen wegens ver
mindering van het spoorwegtekort welk»
reeds in het dekkingsplan-1935 aangekon
died. doch. als zijnde perspectief besparing
nog niet verwezenlijkt Werd. Tezamen al
zoo thans een hesparing van 97 mi)Hoorn
Van die 97 millioen zal blijkens de Mem
van Toelichting G3 millioen in 1930 cffoc-
tlof ziin. terwijl het restant van 34 mil
Hoen nerspectiefbcspnrine is.
Onder deze 34 millioen zit een groot
bedrag, waarvan het twijfelachtig is. of het
binnen afzienbaren tijd reëel zal worden.
Men donke vooral aan de vermindering
van het spoorwegtekort en aan de beson
ringen op defensie en onderwijs.
De vermindering van het sno^-we"-,r,kort
draagt in de bovengenoemde 97 millioen
voor 20 millioen bij. Een bedrag van 10
millioen daarvan zal in J93G gevonden wor
den. Dc rcstcercndc 10 millioen blijft pers-
oectiefbesparing. Gf deze inderdaad verkre
gen zal worden, dient tc worden afgewacht.
Dc defensiebèspnrjng ad 5.5 millioen is
geheel perspectief. Verreweg liet grootste
gedeelte daarvan, n.l. 5 millioen, zal moe
ten komen uit de invoering van het rani-
lulantcnstelsel. Uit de op dit onderdeel van
hei ontwerp gegeven toelichting blijkt, dat.
ook zoo dit doel ten slotte bereikt mocht
worden, daarmede toch in elk geval cn
aanmerkelijk aantal iaren zal ziin gemoeid
Voor rekening van de onderwiisbespiri»0
komt 24 millioen van de meergenoemde 97
millioen. Daarvan wordt 3 millioen be
schouwd als effectief in 1936. zoodat een
bedrag van 16 millioen als perspectief be
sparing overblijft. Wanneer men bedenkt,
dat van dit laatste bedrog 3 a 9 milliom
moet worden gevonden uit dc vervanging
van onderwijzers door kwekelingen, wel
kc pas. nadat alle wachtgelders herolaalst
zijn. d.w.7, eerst na zeer geruime» fild, za'
kunnen aanvangen, kan rncn reeds om
deze reden, afgezien van liet onzekere van
sommige andere verwachtingen, copstntee
ren. dat op een volledig doorwerken in de
naaste toekomst van de perspecticfliespa
ring op het onderwijs bezwaarlijk kan wor
den gerekend.
Geldt dit alles de 34 milhaen. welke de
Memorie van Toelichting als perspectief-
besparingen aankondigt cn waartoe de drie
genoemde onderdeden voor 31.5 millioen
hiidragon, van de 63 millioen. welke in 1933
effectief besnaard zullen worden, wordt on-
"•eveer de belft verkregen niet door bespa
ringen in den eie-enliike» zin. maar door
een gewijzigde boekhoud inuitstel of over-
bren^in" nam* den kar>itaaldi*nst.
Aan den anderen kant is het zeer <1°
vraag, of dc opbrengst der middelen, gelijk
die in dc geraamde tekorten ziin verwerkt
wel zal worden bereikt.
Sommige leden merkten in dit veroand
nog on. dat niet mac -worden voorbil ge
zien. dat onder de vroegere dekkingsmid
delen ook verschuivingen naar de toekomst
voorkomen.
De tot dusver over de voorziening in het
begrootingstekort gehouden, weinig bemoe
digende beschouwingen, brachten oen aan
tal leden tot de vraag waarom de rctrec
ring niet eenzelfde mothodo heeft gevolgd
als in Indié is toegepast, waar een bepaald
bedrag is aangegeven, tot hetwelk de uit
gaven zouden moeten worden gedrukt.
Andere leden meenden, dat op dit punt
een vergelijking met In die niet kan v;qp
den gemaakt.
Een der leden achtte den omvang der
ontworpen bezuiniging in verhouding tol
hetgeen in dit opzicht naar zijn oordeel
noodzakelijk is. zóó gering, dat hii meende
Ie moeten vorklaren, dat de regeering beter
geep voorstellen van dezen aard had kun
nen doen dan on deze wiize van iaar on
macht doen blijken.
Verscheidene leden hadden tegen de
plannen dor regcering het hozwaur. dat ciie
plannen in zeker opzicht tc ver gaan. Do
voornemens, welke dc rogeoring met be
trekking tot dc ruim 20 millioen, welke
voor belastingverlaging beschikbaar blijven,
koestert, ziin naar dc mooning deze loden
zeer onvoldoende toegelicht. Of de vermin
dering van dc opcenten op do grondbelas
ting huurvorlr.ging ton gevolge zal napb-m
is 'in «conen dcclo zeker, als daarvoor g- on
bijzondere waarborgen worden geschapen
Van de verlaging van de accijnzen op go-
dering dan vermindering van de opbrengst
distillecrd cn on bier moet veeleer vermoer-
worden verwacht. Wat mot oen 'crlugin°-
van de Omzetbelasting, voorzoover Pelrcft
gas en eloc.trise.hc c..orgie, wordt bedoeld
is niet duidelijk.
Naar het gevoelen dezer leden zou moe
ten worden volstnon met maatregelen tot
voorziening hl lwt tekort van ongeveer ?5
millioen. zoodat 20 millioen minder uit be
zuinigingen zouden behoeven te worden ver
kregen.
maakt den tegenstand tegen dezen
maatregel vol te houden.
In hetgeen met botrekking tot de deva
luatie js opgemerkt, vonden ccnige leden,
reden, cr op te wijzen, dat hii dc beoordee
ling van een bepaalde economische of mo
netaire politiek niet do vraag gesteld be
hoort tc worden, of door die politiek oe-
paalde groepen benadeeld en andere bo-
voordeeld worden, dat liet daarhii niet ma*
gaan om persoonlijke belangen, collectief
of individueel bezien, doch dat daarbij al
leen de vraag aan do orde behoort te ko
men of het productie apparaat of het totale
bedrijfsleven, en daarmede de volkshuis
houding in haar geheel, daardoor wordt ge
baat of geschaad.
Eenige andere leden stelden in dit ver
band nog dc vraag, of dc -cgeering o'i
voortduring bedacht is op do handhaving
van de voor de doorvoering van haar mo
netaire politiek benoodigdc goud positie. Bij
den vorigen aanval op den gulden ziin we
derom 100 millioen aan goud uit ons laud
verdwenen. Op deze wijze zal men toch
niet kunnen voortgaan.
Is het iuist, vroegen dezelfde leden, dat
de aanval op den gulden, die thans weder
om in Londen is gepleegd cn die zooge
naamd uit Parijs wordt gevoord. in wer
kelijkheid door eenige tc Amsterdam g«-
vcstigdo banken is opgezet, en is dc rpee
ring niet voornemens tegen bon. die in of
van uit ons land een zoodanige actie on
dernemen of beguustigen. strenge maatre
gelen tc nemen?
Sonnnige leden, die de behandeling van
dit ontwerp niet de aangewezen gelegenheid
achtten voor hot voeren van een principieel
debut over liet defensiebeleid, verklaarden,
hlijkons liet Voorloopig verslag, het te be
treuren, dat in het ontwerp op de defensie
geen bezuinigingen van grootcre bcteekenis
worden voorgesteld dan de relatief geringe
besparingen, welke het nu bevat.
Verscheidene leden, die eveneens princi-
plcelc beschouwingen over bet defensie-
vraagstuk op dit oogenblik ongcwcnscht
achtten, deelden dc opvatting, dat ook met
handhaving van de tegenwoordige doel
stelling van de weermacht bezuiniging op
defensiegebied mogelijk zou zijn op andere
punten, dan waarop die thans wordt voor
gesteld.
Den voornaamsten bezuinigingsmaatregel,
welke in dit opzicht is voorgesteld, de Invoe
ring van het eapitulantenstelscl. achtt'-n do
hierbedoclde leden zoo belangrijk, dat zij
dien reeds thans bij deze algcmecne be
schouwingen tot onderwerp van een eenigs-
zins breedere bespreking meenden le moe
ten maken. Met dit voorstel konden zij zich
in gecnen dccle vereenigen. Het capitulnn-
Icnstelsc! brengt de beslissing over de
vraag, welke personen voor de vervulling
van groote groepen betrekkingen bij liet
rijk bij de provinciën, bij dc gemeenten cn
bij de spoorwegen in aanmerking zullen
komen, naar de militaire autoriteiten over.
Het bezit van de geschiktheid om deel uit
te maken van het militaire kader sluit ech
ter geenszins in. dat de betrokkenen ook
geschikt zijn voor de burgerlijke betrekkin
gen, waartoe zij bestemd zullen worden.
Des te bedenkelijker achtten de hiorbodoelde
leden deze constructie wegens het politieke
oordeel, dat thans hii do toelating tot. mili
taire betrekkingen een voorname rol speelt,
fntusschen achtten zij ook op zichzelf be
schouwd dc nadeelen, welke het capitulan-
tenstelsel oplevert, grootcr dan het voordeel
dat daarvan is tc verwachten.
Togen het hier voorgestelde hadden vele
Icoon ernstige bezwaren. De Armenraden
aldus deze leden verrichten zeer nut
tigen arbeid, omdat zij do dringende nood
zakelijke samenwerking tusschen de ver
schillende instellingen van weldadigheid te-
weegbrengon of althans bovorderen. Door
deze samenwerking wordt dubbele bedee
ling, welke tot vele misbruiken kan leiden,
voorkomen, wordt een betere verdeeling der
beschikbare middelen verkregen en wordt
het met die middelen te bereiken resultaat
vergroot. Gaal deze samenwerking waar
van het teweegbrengen ecu typische over
heidstaak is door het opheffen der Ar
menraden verloren, dan zal het moeilijk
zijn, een goed werkend contact tusschen de
verschillende instellingen opnieuw tot stand
te brengen.
Mochten inderdaad alle Armenraden
worden opgeheven, dan /.al, naar men
vreesde, het Centraal Archief cn Inlichtin
genbureau in zake niautscbappelijk hulp
betoon, een r chopping van dc Armenraden,
eveneens mceten verdwijnen. Het werk van
dit bureau, dat \oor het gehecle maat
schappelijk hulpbetoon van groote betcekc-
nis is, wordt immers slechts mogelijk ge
maakt door de voortdurende medewerking
van de secretarissen der Armenraden.
Voorts wees men er op, dat do Armenra
den. eveneens nuttig werk doen op het ge
bied van de woekerbestrijding cn do uit
voering der geldRchicterswet.
Verscheidene leden, die tegen ojihcfflng
der Armenraden ernstig bezwaar hadden,
wilden nog eens uitdrukkelijk verklaren,
dat zij zich tegen opheffing van énkele de
zer raden niet zouden verzetten, en dat zij
er evenmin bezwaar tegen zouden hebben,
indien dc organisatie van de Armenraden
gesteld dat dit mogelijk zou blijken
vereenvoudigd zou worden.
Enkele leden meenden, dat de gevraagde
machtiging tuin dc regeering een wapen in
de hand zal «even om do Armenraden .tc
dwingen tot uitorsto vereenvoudiging en
achterwege laten van alle werkzaamheden,
welke niet strikt noodzakelijk ziin. Dan be
hoort de regcering cch'er niet reeds te vo
ren iwv'e te dco'en. dat zij. o^epcht de
moeeliikhedon \nn vereenvoudiging der or
ganisatie, tot opheffing zal overgaan.