15 l HUISMOEDERS 4, AMERSF00RTSCH DAGBLAD TEMPELFEEST IN MEDAN mm. m EEN FRATERHUIS TE AMERSFOORT «i BAKKERIJ ,,'T SMULHUIS" MET GRATIS ONGEVALLENVERZEKERING VLUCHTIGE ONTMOETINGEN Brood is het belangrijkste voedsel Vraagt daarom het bests uit het beste en be trek Uw brood uit de Soesterweg Telefoon 890 THANS CENT PER WEEK Zwarte priesters, helsche muziek en zware sigaren PHANTASMAGORIEEN MEDAN, hoofdplaats van het in weinige tientallen jaren tot groo- ten bloei en ontwikkeling geko men plantagegebied ter Oostkust van Sumatra, herbergt ee»e bevolking, die men in den meest letterlijken zin des woords cosmopolitisch mag noemen. Nederlanders, Britten, Denen, Duit- schers om dan slechts eenige der aanwezige Europeesche landaarden te vermelden Javanen, Maleiers, Ba takkers, Arabieren, Chineezen, Sikhs en andere Voor-Indiërs werken, leven en luieren er. Onder de Voor-Indiërs ne men een zeer aparte plaats in de C h e 11 ys. Een aparte plaats, niet slechts door hun uiterlijk zij zijn pik-zwart maar tevens door het be drijf, dat zij in hoofdzaak uitoefenen, te weten: den geldhandel. Saigon, Singapore, Rangoon en ook Medan her bergen vertegenwoordigers van dit bij zondere volkje, dat in Zuid-Oost-Azië eene niet onbelangrijke functie vervult in het credietverkeer. Zij vormen een kaste van geldschieters, die overal hare vertakkingen heeft en beschikt over bij uitstek goede informaties en gevulde beurzen, In vele gevallen, dat de Euro peesche banken, om welke redenen ook, een gevraagd crediet niet verantwoord achten, en dus' niét toestaan,, treedt 4e Chetty als helper in den nood op. Dat het geen zuiver philantropische motie ven zijn, die hem daar toe brengen en dat hij zich veelal dubbel en dwars laat betalen voor de verleende hulp, behoeft wel geen kijf. Maar wij willen het ditmaal niet heb ben over de economische functie, welke deze bijzondere groep in het bedrijfs leven van Sumatra's Oostkust vervult, doch over een godsdienstig feest van deze mannen, dat wij eenigen tijd ge leden te Medan medemaakten. De Klingaleezen, tot welk volk de Chetty's behooren, belijden een religie, die be staat uit een mengelmoes van Hindoe isme, Boeddhisme en primitieve gees ten- en demonenvereering. En hoewel verre van hun geboorteland, houden de Klingen ter Sumatra's Oostkust toch hunne godsdienstige gebruiken en ge woonten in hooge eere. Regelmatig worden de voorgeschreven feesten en plechtigheden gevierd. Met offeranden beladen mannen en vrouwen kan men dan in Medan's straten zien, waggelend van vermoeidheid of religieuze extase, dan wel tengevolge van overmatig al coholgebruik, op weg naar den tempel. In gezelschap van een der Nederland- sche ambtenaren gingen ook wij daar heen, ons een doorgang banend naar het heilige bouwwerk door de dichte drommen belangstellenden van allerlei kunne, huidskleur en leeftijd. Een met zwoelriekende oliën ingewreven, bijkans naakte opperpriester ontving ons aller vriendelijkst, met een breeden glimlach op zijn donker gelaat, waaruit zijn kool zwarte oogen ons' pienter en helder te- genbliktcn. Helsche muziek klonk ons tegemoet; monotoon, dof met fel-op- schreeuwende, snerpende tonen daar- tusschen door. Slingers bloemen, met exotische parfums besprenkeld, werden ÏL W 'jWj JÉ •j! ft ons omgehangen en zoo volgden wij den Priester... naar het heilige der hei ligen? Neen, naar een klein vertrek, waarin eenige afschuwelijke Europee sche meubelen prijkten en waar de gastheer ons o desillusie! een dikke, zware sigaar aanbood. Toen gingen wij verder. De aanwezi ge Klingaleezen, die meercndeels' in reeds niet al te beste conditie in de hei lige hallen waren gearriveerd, deden door uitbundige spring- en danspartijen in de met zwoel-zoete geuren bezwan gerde ruimte hun uiterste best nog hoogere stadia van de vereischte extase te bereiken, zoo zelfs, dat menigeen be wusteloos ineenzakte en, na eenige trappen en duwen geïncasseerd te heb ben, werd weggedragen om bijgebracht te worden en dan opnieuw te kunnen deelnemen aan de fanatieke razernij in den tempel. Op een wenk van den pries ter-gastheer hadden eenige muziekma- kers muzikanten ware naar Wester- schen norm een te wijdsch woord zich voor ons opgesteld en dansende en hotsende liepen zij met ons mede onder het ten eehoore brengen van de wild- HET TAPPEN VAN RUBBER Een gelukkige lach ste en meest bizarre tonen en klanken. Zoo werden wij voortgestuwd, langs met kostbare edel- en lialf-edelstcenen versierde beelden, langs waggelende, fanatieke, ook door lang vasten uitge putte vrouwen en mannen; opgenomen thans in het geheel, wcg-zvvijmelend ook als' die fanatici onder den invloed van de opzweepende muziek, van de weëe geuren, van het dansen en hossen, ge grepen door het beeld van zichzelf pij nigende mcnschcn 1); gegrepen ook door de overdadige, bijkans demonische pracht in den tempel; geboeid door de grillige, wilde koppen van menschcn en beelden; een half uur levend in het Oosten, zooals dat gekend wordt uit de verhalen van „Duizend en Een Nacht" en uit do jongensboeken, die wij mot huivering lazen, lang voor wij ook maar konden droomon van Deli-tabak en Chetty's. Half bedwelmd verlieten wij den tempel en toen, in den vroegen avond, een auto ons in snelle vaart langs den prachtitron weg naar Bela- wan voerde en de geheimzinnige tro pennacht ons omsloot., en ook nog, toen wij, laat dien avond, ons ter ruste leg den in de eenvoudige cabine van hot- s.s. „Kedah" dreunden de echo's der helsche muziek in ons hoofd en dwar relden de beelden van dien middag in hot heiligdom als phantasinagoriecn voor ons geestesoog. Wel is dit door het Gouvernement verboden en komt het minder voor dan vroeger* maar geheel verdwenen is dit Een treinreis door Duitschland Twee vrouwen, verschillend van geaardheid, maar beider geaardheid was ons vreemd Het was dien Zondagochtend, toen we het Hollandsche laagland achter ons lieten, en met groote snelheid de Duitsche grens naderden, wel uitzon derlijk mooi zoraersch weer. Het scheen ons toe dat, lioewèl de kalender de 9de maand zoo juist had ingezet, de zomer van geen wijken wilde weten. In ieder geval het begin van de nog voor ons liggende vacantie liet niets te wenschen over. Zevenaar Elten Grensfor- maliteiten. Een nieuwigheid was voor ons de „Devisen-bescheinigungen". Iedereen verliet met pak en zak den trein, liet zijn bagage inspecteeren, en ging daarna den heeren precies vertel len hoe het met de financiën gesteld was. Het ging gelukkig alles heel ge makkelijk. De eenige buit die de doua ne dien ochtend maakte was een glim mend gouden Edammer, die in al zijn onschuld tusschen de kleeren van een der talrijke „Grctchen" gesluimerd had en klaarblijkelijk bedoeld was als wel kom thuis in de „Heimat". Het was heelemaal geen volle trein, we veroverden tenminste een coupé voor ons alleen in een spiksplinter nieuwe wagon van Werkspoor, die er best zijn mag. Het Duitsche industriegebied voorhij DusseldorfKeulen. De zon schitterde in het water van den Rijn „der Wun- derschöne", de wijnbergen lagen te pralen en wat de burchten betreft raakten we den tel kwijt. In Koblenz kregen we gezelschap. Een knappe forsclie jonge vrouw kwam als een stormwind binnen, met een jongetje van een jaar of vijf. Alles was even kordaat en beslist aan haar. Het was middag geworden en de zon had niet nagelaten een broeikasje te maken van de coupé. Moeder en zoon zetten zich tegenover elkaar. De Rijn werd dmk bevaren, het wemelde van plezier- booten, overvol beladen met zondags gasten. Het kind stond schoorvoetend op en wilde naar buiten kijken. Kortaf en bevelend klonk het: „Nicht auf- stchen!" „Setze dich!" Hij pruilde. De moeder had intusschen papier en schrijftuig te voorschijn gehaald en ging zitten schrijven. Boppard voorbij. De Rijn was leven dig, de omgeving prachtig. Weer waag de het kind een poging, het was im mers warm in de coupé en het keurig geklcede ventje verveelde zich. Een blik van de „moederlijke" overzij was echter voldoende om hem weer op zijn plaats te krijgen. Drie, vier maal misschien heeft hij het gepro beerd, toen gaf hij het op, keek gela ten rond, de moeder schreef, terwijl buiten de prachtige wereld voorbij schoof. Baby Jungvolk Hitlerjugend Arbeitsdienst het zou voor hem geen verschil meer uitmaken: disci pline! Onwillekeurig moest ik denken aan mijn eigen wildebras, die vrijbuiter, die het me vaak danig las tig maakt in den trein, maar die door enthousiaste opmerkingen over alles en nog wat: hoe verrukt kan ze zijn van lammetjes in de wei, kano's in de rivier, een paard met veulens zoo'n treinreis tbch tot een feestje voor beiden doet zijn Toen de brief klaar was werd er een boek opgediept, het kind zweeg en keek stil naar buiten. De atmosfeer was inmid dels bepaald loom en een tikje afmat tend geworden. Den Rijn lieten we achter ons; Wiesbaden—Frankfort De trein was aardig vol geloopen in tusschen. Het schemerde. „Sind hier noch zwei Platze?" Inderdaad: er waren er nog juist twee. Een slank vrouwtje met groote donkere oogen en een levendig gezicht. Ze had een meisje bij zich met donkere krullen. Nauwelijks had ze zich verzekerd van de plaatsen, of ze gaf in een stortvloed van woorden haar bewon dering te kennen over do cpupé. Maar is di-t werkelijk derde klas? Niet te gc- looven. Wat een prachtige banken met zittingen en zoo ruim, en zoo keurig, al dat wit metaal, ze kon er niet over uit. Ineens schrok ze: maar waar blijft de bagage? Zenuwen, gerèn door de zijgan gen, geschreeuw. De laatste minuut oen hijgende kruier: daar kwamen ze binnen, een stuk of vier koffers, een paar hocden- doozen. De trein reed weer. De bagage in het net, en alsof dit intermezzo niet had be- KLINGALEESCHE VROUW De Broederschap des Gemeenen Levens Een centrum van discipline en beschaving in de 14e en de 15de eeuw OMSTREEKS 1350 werd te Leer dam, als zoon van Radewijn, die aanzienlijk en welvarend burger was, een knaap geboren, die als Florentius of Floris Radewijnszoon voortaan bekend zou worden en de stichter werd van het Fraterhuis te Amersfoort in 1388. Floris onU ving zijn opleiding aan de Hoogc- school te Fraag en werd er Meester in de Vrije Kunsten. In zijn vaderland te ruggekeerd, werd hij weldra kanunnik aan de SL Pieterskerk te Utrecht, ter wijl het erfdeel zijner ouders hem in staat stelde een rijk leven te lijden. Echter had hij andere idealen! Verne mende omtrent den boeteprediker Geert Groote, vestigt hij zich weldra te Deven ter en wordt hem het vicariaat van de Lebuinis-kerk te Deventer opgedragen, terwijl er een groote vriendschap en samenwerking tusschen hem en Geert Groote ontstaat. Op voorstel van Floris gaat Groote er toe over tezamen met hem een fraterhuis te Deventer te stich ten in het woonhuis van Floris, waarin een aantal klerken (scholieren, die zich bezighielden met het overschrijven van boeken) voor wat zij verdienden, ge meenschappelijk zouden wonen. Dit was in 1383, doch een jaar later overleed Geert Groote aan de pest, wel ke toen in hevige mate in Deventer woedde en Floris Radcwijnsz. werd zijn opvolger. Inmiddels was de stichting van een tweede fraterhuis te Deventer reeds noodïg gebleken en Radcwijnsz. achtte het noodig, dat ook op andere plaatsen dergelijke huizen zouden wor den gesticht. Toen viel zijn oog op Amersfoort. Achter het Kamp, dicht bij de stadsmuur (als men de Kamperbin nenpoort uittreedt, aan de rechterhand) lag het ltonvent of klooster van Sint Jan. Daarin bevond zich een vereeni- ging van wereldlijke personen, waarbij zich enkele geestelijken hadden ge voegd, die tezamen met hen een kapel gebouwd hadden. Dit gezelschap nu werd door Radc wijnsz. geheel in een geestelijk gezel schap omgezet en de regel der Broeder schap des Gemeenen Levens werd daar ingevoerd, welke wijziging in een open brief van den Utrcchtschen Bis schop, gedateerd 8 Mei 1388, werd be vestigd. Bij de kapel werd later een kerk gebouwd en de vereeniging door het Kapittel van de Amcrsfoortsche Sint Joriskerk, alsmede door „Burge- meesteren. Schepenen, Raad en gansche Gemeente" aangenomen onder den naam van „Conventualen van Sint Jan de Dooper en Sint Jan d' Evangelist." De oorspronkelijke wereldsche Ver eeniging van Sint Jan schijnt niet ge heel opgeheven te zijn toen, daar er in 1739 bij het afbreken der kerk nog Sint Jansbroeders aanwezig waren. Zij schij nen het opzicht over de Kerk zoolang behouden te hebben. Ongeveer 20 broeders woonden in het huis inet elkander, waaronder 4 pries ter en de overigen droegen den naam van klerken, leeken of novitii. De no- vitius moest een proefjaar doormaken, voor dat hij in de broederschap werd opgenomen. Gedurende dien tijd mocht hij het ouderlijk huis niet bezoeken. Was hij opgenomen dan was hij klerk. Een onverbreekbare gelofte werd niet afgelegd, alleen de wet der liefde ver bond hen. Het hoofd van het huis was de rector, prior of praepositus, die door een on der-rector geassisteerd werd. Verder waren cr verschillende ambten als: rentmeester of prokurator, bibliotheca ris of librarius, een lees- en schrijfmees ter of scriptuarius, een novitimeostcr, een ziekenoppasser of infirmarius, een hospitiarius" etc. Zij waren gekleed in een linnen mantel van grijze, kleur, rok en beenkleeding en een grijzen kap. De leerlingen hadden tonsuur! Er waren vastgestelde uren voor ge bed, schrijven en handenarbeid. Het eten was eenvoudig. Onder den maal tijd werd voorgelezen. Zij beoefenden het schoenmaken, wollen en linnen weven, het vlechten van manden en het maken van gereedschappen en benoo- digdheden voor de inrichting. Zij bak ten eigen brood en brouwden eigen bier. Ieder ook de prior deed geduren de een weck het keukenwerk. Verder hielden zij zich hoofdzakelijk bezig met het afschrijven van boeken. De deugden, welke zij beoefenden, waren ootmoed, gehoorzaamheid, verza king van eigen wil en wereld verzaking, zonder nochtans door een kloosterregel gebonden te zijn. Zij hadden veel over eenkomst met de Benedictijnen. Daar zij zich meer en meer op do opvoeding en het onderwijs van de jeugd gingen toeleggen, ontvingen zü den naam van fratres scholares. Op sommige plaatsen hadden zij eigen scholen met internaat, op andere plaatsen waren er van hen onderwijzer in reeds bestaande scholen. Dit laatste was ook in Amersfoort het geval. In 1398 woedde in hevige mate de pest in Deventer en dit was aanlei ding dat Radewijnsz., die steeds in De venter was gebleven, vluchtte voor de ziekte en zich in Amersfoort kwam ves tigen. In 1395 waren reeds drie Deven ter broeders naar Amersfoort vertrok ken, namelijk: Andreas van Attendoorn, Johannes de Lemego, die in Praag op 30 Sept. 1368 een graad behaalde, en Ni kol a as van Erpel. Op initiatief van Radewijnsz. werd een vaste onderwijzer aangesteld en zij hielden sedert meer voeling met de stadsraad. Daar het huis buiten de wallen lag, werd het meermalen belegerd en ge plunderd door rondzwervend krijgsvolk, zoodat de stadsregeering het advies gaf om zich binnen de wallen te gaan be geven. In 1403 werd dan ook een nieuw tehuis gebouwd en het oude in 1442 af gebroken. Prior van het nieuwe huis werd- een vriend van Radewijnsz. een zekere Willem Hendriksen. Deze werd beroemd om zijn kennis in het wereld lijk en kerkelijk recht! Tot aan zijn dood in 1414 voerde hij het bestuur van de inrichting, alom geacht en bemind. Een ander gedeelte van de leden van het Oude buis trok naar Soest als re guliere kanunniken van Mariënhof. Zij namen wel den kloosterregel aan. Het ging hen zeer voorspoedig, immers in den strijd tusschen Maximiliaan van Oostenrijk en de stad Utrecht in 1481 werden aan dit klooster niet minder dan 1500 koeien geroofd! Deze kanunniken ondersteunden de broeders te Amersfoort door er 2 leeken, 2 kostgangers en 10 priesters te onder houden. Een moeilijke tijd kwam nu aan voor de Amcrsfoortsche stichting tot een ze kere Godefridus van Hemert, ook ge noemd Godcfridus Megen, in liet jaar 1444 een verdrag sloot met de eigenaars van de Kapel en de wereldlijke en gees telijke broederschap werd vcreenigd, de Kapel werd vernieuwd en het Gebouw en de Kerk verbeterd. Op Sint Maartens Avond van hetzelfde jaar werd een en ander door het Kapittel geadmitteerd en bevestigd. In 1456 ontfermde Paus Cnlixtus III zich over het Fraterhuis te Amersfoort. Hij bevestigde de inrich ting bij een bul van dat jaar en schreef hen voor den regel te volgen van de broeders te Munster en te Keulen. Deze voorspoed duurde echter niet lang. Ilct fraterhuis kwam in ongenade bij den Utrcchtschen kerkvoogd, de broeders werden verdacht van ketterij en op 4 Mei 1529 werden zij uit het klooster ver jaagd. De verdere geschiedenis van het Ge bouw is in het kort te verhalen: Het on bewoonde klooster werd spoedig inge nomen door eenige geestelijken uit het. klooster Vreedendaal, dat gestaan heeft buiten de Wittenvrouwenpoort te Utrecht. Dit waren de „Canoniken Re gulieren der Ordre van Sint Augustijn en Suppoosten des Cnpittels van Win- desem." Door het volk werden zij Je- ronimusbroeders of Broeders van de Goede Wille genoemd, liet eerste naar het Convent Hyronimusdal te Delft van waar zij afkomstig waren. Door het Kapittel van Sint Joris wer den zij den 10 Mei 1529 in bet bezit be vestigd, terwijl kerk en klooster voor de stadsjeugd geopend bleven. Door d? bewegingen in de Nederlanden werd hen echter spoedig het wonen daar ont zegd. Bij de invoering der Hervorming gingen velen over tot de Protestanten en de rijke inkomsten van Mariënhof vervielen aan de Stad. Onder deze in komsten behoorde ook tic opbrengst van een Vicarie in de Kloosterkerk te Rhenen, waarvan de bewoners van St. Jans-kloosler en Mariënhof te Amers foort met de Vaders van St. Cecilia's Klooster te Utrecht, het recht van be noeming hadden. In 1569 hij kerkelijke oorkonde den 10 Januari, door den pau selijken legaat Honorius te Brussel ge geven, krijgen de bewoners van het fra terhuis het recht tot het afnemen van de biecht en het leven in gemeenschap van goederen. In 1599 werden kerk en toren voltooid. Volgens beschrijvingen was de kerk een tamelijk gebouw, groo- tcr dan andere kloosterkerken, daar het koor veel hoogor getimmerd was dan de kerk. Het gewelf rustte op fraaie ronde pilaren. De toren droeg een open koepel met een omgang. In den toren was een uurwerk aangebracht. In de kosten werd door de omwoners bijgedra gen door een gulden te storten. Het fraterhuis werd later weeshuis. De Kapel werd in het Leicestersche Tijdvak aan de F.ngelschcn afgestaan voor het houden hunner godsdienstige bijeenkomsten. Daarna kwamen de Waalsch-Hervormden er hun bijeen komsten houden van 1687 tot 1710. toen hun leeraar Louis Benion overleed. De kerk bleef aan de Stad tot 1739, toen zij wegens bouwvalligheid werd afge broken. De gebouwen met tuinen waren in 1634 (met uitzondeirng van kerk en kerkhof) verkocht aan Baron vnn Gendt, (die dit reeds in huur had) voor 6000 Gulden. Veel goeds heeft het fraterhuis voor het onderwijs gedaan, waaraan ver bonden blijven de namen van rectoren en priors als: Godefridus van Hemert, Petrus van den Bergh (Montanus), Ge rard Listrius, Arnold Nuits (Noveslus). Pietor van Afferden en Christophorus Vladerack. De laatste was in het mid den van de 16de eeuw er rector en in dien tijd zoo zegt de geschiedenis verstonden zoowel ambachtsman als dienstmeisje te Amersfoort het Latvn en de jonge juffrouwen zongen in die taall J. RASCH MEER BETALEN ZOU DWAASHEID ZIJN! De beste koffie. Hulsko's Seinkoffiekost nu 25 ct. per */t pond I Hulsko heeft één soorti het beste! Ia gepatenteerde, luchtdichte verpakking. - Vraagt Uw Winkelier i KOFFIE DE KOFFIE WAAR PIT IN ZITI DROGISTERIJ „DE GAPER" JULIANAPLSIN 3, Amersfoort, naast Apotheek Haan. Gebruikt onze „GAPERTJES". De snelle en succesvolle Pijnstil lers voor hoofüijn, kiespijn, spier pijn, zenuwpijn, periodieke pijnen. Per bu'sje van 12 cachets f 0.45 met gebruiksaanwijzing. staan, ging ze onvermoeid door met den lof te zwaaien over onzen trein. Vlijtig informeerde ze verder of we óók naar Weenen gingen. Würzburg? O, daar bent u zoo. Zij zou er pas den volgenden mor gen zijn. Erg? Welnee. Zoo straks zouden vier menschen de coupé verlaten, dan zou het kind gelegenheid hebben op de bank te slapen Alles was even optimist en vlot aan haar. Bijna zorgeloos, en toch In korten tijd een ontmoeting met twee vrouwen, beide Duitsch sprekend, maar hemelsbreed verschillend van geaard heid. Ook de Weensche mentaliteit, hoe wel tienmaal sympathieker dan de an dere, is ons Hollanders vreemd Welke rechtgeaarde landgenoote zou haar ba gage vergeten in extase voor een mooie tieincoupé? Würzburg, de stad van Ricmenschnei- der was in 't zicht. Wij stapten uit Een typische ervaring rijker. Nieuwe Uitgaven Edgar Wallace, Het gouden af* godsbeeld. Uiig. Bruna en Zns., Uitg. Mij. N.V. Utrecht Een geheime bende van misdadiger» stempelt papiergeld met het geld Hodes, om later dal geld terug te kennen. Een rijkaard wordt voorgespiegeld, dat hij lid mag worden van de bende als hij maar veel geld geeft. Het wordt zooge naamd besteed aan liefdadigheid, doch geen misdaad is de bendeleden te groot en te laag, om zelf het geld in handen te krijgen. Natuurlijk loopt het zaakje vast, waarbij des rijkaards dochter een niet oivbcteekcnendc rol speelt en als de spanning het hoogst is en dus 't gevaar voor den rijkaard het grootst, is de ont knooping nabij. De bendeleden kunnen, behoudens een enkele uitzondering, worden ingerekend en het slot is be vredigend. Een prettig boek met veel spanning en vlot geschreven! Waldemar Brögger. eeuwige verlangen. A. W. Bruna's en Zn. Mij. N.V. Utrecht. Uitg. Waldemar Brögger teekent in dit boek in korte, rake trekken verschil lende personen, die hun vacantie teza men doorbrengen in een hotel bij één der fjorden in het Noorden. Hij schetst liet conflict tusschen de jeugd en hun oudere en daarnaast den innerlijken strijd, welke vooral de jongelui hebben te doorworstelen. Maar ook de moei lijkheden der oudere, die het evenmin met zichzelf, soms zelfs niet met elkaar kunnen vinden, als gevolg van de op vattingen en gedragingen der kinde ren, bet verschil in kijk en opvatting van het loven en in houding. De liefde, welke als de eeuwig be- heerschende hoofdfactor ook hier een rol speelt, weeft een tragische geschie denis als een trillende draad door dit verhaal. liet is de geschiedenis van een jonge vrouw, die veler belangstel ling trekt (en waard is) en de schok kende ontknooping van het levensdra ma is zulk een verrassing, dat deze liefdesroman tot de allerbeste kan ge rekend worden. Wat ieder enkele mensch zelf ziet en beleeft, is werkelijk en dichtbij. De rest van het leven is een roman, een bios coopvoorstelling, welke spoedig verge- ton is. Dit boek is zulk een roman en vele lezers zullen er een stuk uit hun leven in terugvinden.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1935 | | pagina 9