GARAGE MOTORHUIS
KAMP 36-38 TEL. 457
ST. NICOLAAS-CADEAU
ALLE OLIE IS BRUIKBAAR trektuw radiateur een fijne dikke
FEUILLETON
DE ONBUIGZAM^N
2c BLAD PAG. 2.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ZATERDAG 9 NOVEMBER 1935
REVUE VAN DE FILM
De nieuwe films in Grand
Theatre, Bioscoop Ami»
citia en City Theater
Een film, die den. titel „Kónigswal-
ierdraagt en waarin de hoofdrol ver
tolkt wordt door Willi Forst, typeert
daarmede al dadelijk haar karakter,
verplaatst ons naar een sfeer. die pret
tig aandoet door elegance cn onge
dwongenheid.
Met deze Beiersche film is dat in
heel sterko rnate het geval. Maar wat
hier do aantrekkelijkheid verhoogt, ia
de trekening van de kurukters. Immers,
wij leven bijna een eeuw terug aan
het hof van koning Max van Beieren,
toen in do hoogste kringen, naar aan
leiding van 's koning* levens wijze,
een puritanisme heerschte, een zucht
orn eikaar s gedrag na te gaan en pu
bliek te maken. Wanneer graaf Tetlen-
hach door den keizer van Oostenrijk
Fran* Jozef naar MQnchen gezonden
wordt, om maatregelen te treffen voor
het aangaan \an diens huwelijk met
Elisabeth, maakt hij kennis met een
eenvoudig burgermeisje, ccn toevallig
heid. waarvan de film ons een aardige
scène brengt. De grootc wereld heeft
deze ontmoeting echter ook geconsta
teerd en nu is er stof tot kwaadspre
kerij. Eenigo verwikkelingen doen zich
voor. maar de opsomming daarvan zou
alleen hier maar tot een verkeerden
indruk kunnen leiden en daarvoor zijn
ze in de film veel te charmant en vlot
In beeld gebracht Hoofdzaak is de
wijze, waarop het kleinburgerlijke van
de inwoner* van MQnchen uitgespeeld
wordt; heerlijk is die alles géloovende
gemoedelijkheid naar voren gebracht,
om plots hij liet hooren van een z.g.
schandaaltje tusschen een officier, nog
wel een Oostenrijker, en een zedig
Munchen's meisken. in vlam te gera
ken. In deze scènes heeft dc regisseur
Maiseh, die wol eenigszins onder in
vloed van Willi Forst' regie eigenschap
pen staat, getoond, waartoe hij in staat
was.
Goed en smaakvol als dit werk ge
filmd is, bracht dit genre film met
zich, dat er veel aandacht besteed werd
aan de personen en de luisterrijke om
geving. De film is dan ook grootseh
van opzet.
Over Willi Forst hoeven wij als spe
Ier weinig te zeggen; hij gnut er nu
eenmaal in op, de „Don Juan" te spe
len, een gevaar te zijn voor de vrou
wen en te charmeeren. Maar naast hem
willen wij onmiddellijk de vertolkster
van There noemen. Helt Finkenzeller.
Deze actrice beschikt over een pretti
ge, welluidende stem en bekoort in alle
opzichten wat haar spel en figuur be
treft. Zeer zeker beteekent zij een
goede vondst, die in „KOnigswalzer" een
rol van blijvende beteekenis speelt. Dan
is verder nog Paul llörbiger als de ko
ning van Beieren, gemoedelijk, een zui
vere typeering van zijn persoon.
Is in deze film veel zorg besteed naar
het uiterlijk, innerlijke vvuarde ontleent
zij aan de scènes, waarin men ons naar
de opera voert, waar eenigo gedeelten
van Mozart's „Don Giovanni" ten ge
hoore gebracht worden, de z.g. Regis
ter- en Champagne-aria. Als geheel een
zeer verdienstelijke amusementsfilm.
In het zeer uitgebreide voorprogram
ma werd een mooi natuurfilmpje ver
toond „Het leven in een mierenstaat".
Een dergelijke afwisseling van de ge
bruikelijke Mickey-Mouse en teckcn-
filrnpjes kan slechts gewaardeerd wor
den. Vermelden wij tenslotte nog dat
onder actualiteiten dc winkelweek in
liet Leusderkvvartier ook op het doek
gebracht wordt.
Bioscoop Amicitia
Evenals met zoovele andere bekende
boeken, is het ook met den roman van
Florence Barclay. Eertijds toegejuicht
door het publiek, werd het voor het
tooneel bewerkt door Bisson; menigeen
zal zich hierbij waarschijnlijk het ge
zelschap Mols herinneren, dat het stuk
talloos vele malen in ons land en
ook hier met succes opgevoerd heeft.
Nu echter heeft men het boek ver-
Heli FirkenzcÜer in Königswalzer
filmd en deze week heeft de vertooning
hiervan in Amicitia plaats.
Wanneer men de moeilijkheden na
gaat, die de verfilming van een der
gelijk boek ontegenzeggelijk met' zich
brengt, dan kunnen wij slechts zeg
gen, dat de regisseur Ravel gcslaagil is
In een vrij zuivere weergave van den
inhoud. Wij zijn bespaard gebleven van
een onbelangrijk lange inleiding; inte
gendeel, regelrecht is liij afgegaan op
het csseniieelo, het ontstaan van de
liefde tusschen Jeanne de Champel en
Delaval met de gevolgen daarvan. Daar
door is de film boeiend en aangrijpend
geworden, treffen we geen onnoodige
sentimentaliteit en aan. Dit laatste voor
kwam liet spel van Louise de Mor-
nand en André Liquet; beiden voelden
zich één met hun dramatische rol en
uinukien niet den indruk van te wil
len forcearen. Wij meencn zelfs dat de
schrijfster zich don zie lest rijd van
Jeanne tegen het einde bij het voorle
zen van den brief, keurig naar hel
uiterlijk voorgesteld heeft, dan Louise
de Mornand uitbeeldde. Er zijn in deze
film onvolkomenheden, die echter lang
niet opwegen tegen de treffend schoone
scènes, die veelvuldig voorkomen.
Noemen wij het aangrijpende oogen-
blik in de kupeh wanneer dc kunste
naar zijn melodieus orgelspel beëindigd
heeft en gelaten de weigering op zijn
vraag van Jeanne aanvaardt. Immers,
hij is in haar oogefc slechts een kind.
Dan het beeld van de vrouw in het
herfstlandschap, wanneer hij haar ver
laat. Later, wanneer hij blind gewor
den is, die scène, waarin zij, als ver
pleegster. in het bijzijn van den dokter
zich tegenover den hulpelooze, die haar
stem herkent, bevindt. Prachtig is ook
het oogenblik dat hij haar op de piano
voorspeelt, daarmede een reeks van
droeve herinneringen oproepend. Danr-
tusschen door voerde de camera ons
naar de banale omgeving van de her
togin van Miremont, waardoor scherp
de verschillende levenswijzen gecontras
teerd werden.
In fotografisch opzicht valt er te ge
nieten van een reeks fraaie natuur
opnamen. Als geheel is het een film,
die waard is gezien te worden, daar dc
inhoud den toeschouwer boeit en tot
medeleven brengt.
City Theater
Ann Vickcrs, het boeiende verhaal
van den nobel prijswinnaar Sinclair Le
wis is verfilmd! Men heeft dit sterke
gegeven op het celluloidlint uitgewerkt,
zoodat bet groote publiek ook een in
druk kan krijgen van hetgeen er in de
ziel van deze sociale werkster, voor wie
haar werk nummer één is, maar bij wie
de natuur sterker is dan de leer, om
gaat, wordt een dergelijk goed gegeven
voor dc film „pasklaar" gemaakt voor
de massa, waarbij dan speculaties op
den slechten smaak van het groote pu
bliek veelal niet achterwege blijven. Wij
prijzen ons gelukkig van de film Ann
Vickers (Dc vrouw in de gevangenis)
niet te kunnen zeggen, daar deze rol
prent,. sterk van inhoud als zij is, boeit
zónder meer. Zij geeft ons een reëel
beeld van den strijd van deze sterke
vrouw, die wars is van alle courtoisie,
zoodat zij merkt dat deze een conven
tie is, deze vrouw, voor wie alleen een
innerlijk bestaat, dat zij met haar groote
kennis op sociaal gebied veelal op de
juiste waarde weet te schatten, zóó
zelfs, dat zij, door dit standpunt conse
quent te blijven innemen haar mooie
betrekking van directrice ecner gevan
genis verliest. Wat „men" een „verle
den" noemt, vindt zij haar grootste eer
en genoegen; Zij is moeder geworden
van het kind van hem, die ze liefheeft,
die, dank zij politieke tegenstanders in
de gevangenis zit, omdat zij hem als
rechter beschuldigd hebben van corrup
tie. Zijn gedrag in de gevangenis is uit
den aard der zaak voorbeeldig. Ann is
een goede moeder en Bamev, haar ge
liefde man (Walter Huston) zucht in de
Bing Cro-by
gevangenis, terwijl zijn vrouw nog di
rectrice van een andere gevangenis is.
Dat vindt hij vreeselijk.
Twee karakters, die in Ann Vickers
zeer goed worden uitgebeeld door Irene
Dunn en Walter Huston. De regie van
John Cromwell is, vooral in de gevan
genis-scènes, waar wij tumult zien ont
staan, heel goed te noemen.
Een werkelijk goede film met ster
ken inhoud, welke mijlen ver uitsteekt
boven het tweede hoofdnummer van
City Theater: „De dappere lafaard", dat
één groote aaneenschakeling is van
zotheden, waarin Bing Crosby de hoofd
rol vervult, zoodat er nogal eens in ge
zongen wordt Wanneer we den zang
van Bing Crosby als liet voornaamste
beschouwen is deze rolprent nog te
waardeeren, doch overigens is zij wel
een té groote tegenstelling met „Ann
Vickers".
Het bij programma geeft ons de jour
naals. alsmede een van de aardige
Micky Mouse-films, die nog nimmer
een bioscoopbezoeker hebben verveeld.
AMERSF. RADIO-CENTRALE
Wat zij uit het buiten-
land ueeft
Zondag cn Maandag a.s. geeft de
Amersfoortsche Radio Centrale behalve
de programma's der beide Hollandsche
zenders, die der volgende buitenland-
scho stations door:
Zondag 10 November
8.200.20 Hamburg
0.202.20 Brussel Vlaamsch
2.204.20 Droitwich
4258.05 London Regional
8.05-12.00 Wennen
Maandag 11 November
11.05—1220
12.20— 2.20
2.20— 5.35
5-35— 620
6206.50
7.008.00
S.no— 920
O-'JO—12.00
London Regional
Brussel Vlaamsch
London Regional
Droitwich
Hamburg
Gram. Uitz. A.R.C.
WOOMD
Boedapest
WIE MIST ZIJN HOND?
Bij den inspecteur van Dierenbescher
ming, St. Bonifaciusstraat 19 is een jon
ge herder van het mannelijk geslacht te
rug tc bekomen. Van wie is deze vonde-
ling?
KAMERMUZIEK AVOND
IN GRAND THEATRE
Ethel Bartlctt cn Ray Robert; on
treden op voor de Concert'
vereeniging en den
Kunstkring
Premiere voor Holland van
Pijper's Sonate
Voor een pianisten-duo is de grootc en
steeds klemmender vraag: de littera
tuur. Er is voor twee piano's (alias c'a-
vecymbels) in den loop van dc geschie
denis maar héél weinig geschreven en
Ethel Bartlctt en Rav Robertson zijn
zoodoende gedwongen, steeds weer uit
deze beperkte stof te kiezen. Wanneer
zij zich bewogen op het terrein van de
jazz, nu, dan zouden zij voorloopig nog
niet zijn uitgepraut. Want er zijn ge
noeg van die amusements-melodiet jes,
v elke met wat fantasie, wat improvisa
tie-handigheid, met wat goede smaak en
goede sier heel aanlig op twee piano's
kunnen worden opgedischt. Dat hebben
Jean Wiener en Clement Doucet inder
tijd op .een pleizierige manier bewezen,
en er zijn tallooze pianisten, die hun
die kunst goed hebben afgekeken en er
in het gunstigste geval iets per
soonlijks aan hebben toegevoegd. Maar
Bartlctt en Robertson zijn zeer serieuze
musici, zij houden althans op het
podium niet van muzikale grapjes
en zij zouden met de lichte muze uiterst
moeilijk vriendschap kunnen sluiten.
Dus kost de samenstelling van een
nieuw programma hun iedere keer
waarschijnlijk heel wat hoofdbrekens.
F.en enkele keer zijn zij in de gelegen
heid een noviteit te lanceeren en het
spreekt vanzelf, dat zij met een nieuwe
compositie, welke hen uit de impasse
van het beperkte repertoire kan helpen,
met vreugde begroeten. Eenigen tijd ge
leden introduceerden zij een nieuwe
compositie van hun landgenoot Arnold
Bax, maar dit bleek helaas geen mees
terwerk te zijn. Gis ter axon d brachten
zij in het Grand Theatre een nieuwe
compositie van onzen landgenoot Wil
lem Pijper, en dit bleek wél een mees
terwerk tc zijn.
Op liet programma had werkelijk wel
even vermeld mogen worden, dat dit
de eerste uitvoering in ons land
was van Pijper's sonate, welke is op
gedragen aan dit beroemde pianisten-
paar! Dit is toch wel een gebeurtenis
in het kunstleven van een stad, temeer
daar van Amersfoort uit dit werk wel
op vele binnen- en buitcnlandsche podia
gespeeld zal worden* want Bartlctt en
Robertson zullen erg blij zijn met hun
aanwinst en niet. nalaten, dit belang
rijke Ncderlandscho werk te introdu
céoren, waar zij hiervoor gelegenheid
zullen krijgen. Het hoogtepunt bereikt
deze sonate rn.i. in het laatste deel, dat
in constructief opzicht buitengewoon
knap is: een thema, dat op fugabischc
wijze wordt verwerkt, behcerecht dit
doel en vanuit deze melodische gedachte
ontwikkelt zich een buitengewoon
boeiend stuk muziek, dat plotseling
abrupt een einde vindt. Het eerste deel
bezit een groote rhythmische vaart cn
tegelijkertijd een echt-speelsch karakter.
In het grave het middendeel be
reikte de componist suggestieve klank-
efiecten. Uit de sonatines weet men, dat
Pijper de piano op heel eigen wijze
behandelt, geheel vanuit het klank
karakter ven het instrument. Deze so
mite heeft een broeder allure dan de
Sonatines; toch maakt zij een beknop-
ton, gecoiupriineoixlen indruk: ook in
dit stuk drukt Willem Pij|>er Zijn muzi
kale gedachte op economische wijze uit,
zonder méér maten neer te schrijven,
dan beslist noodzakelijk is.
Het stuk werd in de zaal hartelijk
ontvangen. De componist, die vóór de
pauze reeds in de zaal zat, werd op het
podium geroepen. Hij complimenteerde
El hel Br.rtleth en Ray Robertson op de
wijze, waarop zijn instemming met de
vertolking duidelijk bleek.
Het was. misschien niet zc?r beleefd
tegenover de ro ïccrtiston, dit verslag le
beginnen met do Ncde landsche novi
teit te be:;p ■eken, terwijl met nog geen
ehkel woord over hun spel gerept was.
Doch oni onze vreugde over deze nieuwe
compositie van Pijper moge dit vergeef
lijk zijn. Overigens: uitvoerig betracht
het spel van Brrtïctt en Robertson niet
geanalyseerd te worden, want zij zijn
hier oude bekenden: men weet hoe voor
treffelijk behee -Acht dit spel individueel
is en hoe het is samen vcgroeid tot een
onscheidbare, ja on-óndcrr heidbare een
heid. Het eenig werkelijk be angrljke
werk op het programma was de sonate
van Pijper, althans van de stukken voor
twee piano's. Voor piano-vierhandig
speelden de pianisten de sonate in F
van Mozart. Zij speelden dit stuk deli
caat, nauwgezet (geen staccato'tje viel
te lang uit, geen noot, of hij was raak)i
in één woord „keurig".
Maar met dit woord „keurig", dat in
derdaad de meest juiste (qualificatie
van deze wijze van pianospelen
is, wordt reeds dadelijk eenigs
zins de begrenzing ervan aangetipt. Dit
pianistenpaar b 1 ij 11 den geheelen
avond zoo onberispelijk in vorm. Zij let
ten minitieus op elknnder's spel, zij zijn
„wakker" tot in iedere gehoor- en be
wegingszenuw, maar er komt nim
mer iels verdroornds in hun spel, geen
vervoering, weinig spontane fantasie.
Nogmaals: het spel is keurig en deli
caat, 100 percent af, maar niet boven,
doch binnen deze 100 percent lieeft
de muziek nog andere, kostbaarder ge
heimen. Men heeft om een beeld te
gebruiken altijd het gevoel, dat men
bij Bartlctt en Robertson op receptie is,
en niet op visite is. Er blijft een distan
tie bestaan, tusschen podium en zaal.
Even, in de meest stormachtigste der
Haydn-variaties van Brahms leek het,
of liet ijs zou breken. Maar de gereser
veerde instelling keerde spoedig weer
terug en gedurende vrijwel den gchcc-
lcn avond was het spel zóó, dat er
n i e t s op aan tc merken was, in tegen
deel alles aan te bewonderen, maar
weinig ontroerends in te beleven was.
Behoudens wonderlijke gang van
zaken op het einde, tijdens de toe
gift: een bewerking van een orgcl-ko-
raalvoorspel, welke op indrukwekkende,
ingetogen en toch zéér bewogen wijzo
vertolkt werd. Hier ondergingen wij liet
onuitsprekelijke, dat nóch in Mozart,
nóch in de vlotte niemandalJen van
Tancicv, Rachmaninoff of Lccuona ge
geven was.
De zaal vyas prachtig bezet, de aan
dacht groot, cn EthelBartlctt werd
met bloemen gehuldigd.
WOUTER PAAP
,DE PAPAVER" het speciaal huis voor wol en handwerken
Een zelf gemaakt KantL.verl; is het meest gewaardeerde
Wij hebben een grote sorteering van diverse gezellige
UTRECHTSEWEG 85 handwerken, welke vlug klaar zijn, in onze zaak ten-
Tri rr/-\/-NM ie toongesteld en nodigen U uit deze zonder enige ver-
IhLtrOON Ij piichting te komen kijken
maar komt de winter slaat uw Motor WINTERJAS AAN en doe een bus Everf luid
moeilijk aan gebruik VALVOLINE en in uw Radiateur beide van de bekende Firma
hij start direct, geen slijtage, geen HAMSTRA uit WEESP en u kunt den ge-
Olie-verdunning door te veel Choken. heelen winter rijden zonder zorgen wat U
Geen uitputting van uw Batterij niet alleen veel kommer maar nog
VALVOLINE nog steeds de goedkoopste veel meer geld bespaart,
smering in geregeld gebruik.
Wil UW wagen op VALVOLINE niet meer Uw banden zijn nog goed all..n zijn d. z* glad? Laat
loopen laat ons dan de kosten eens op- on* deze voorzien van nl.uw, profielen,
geven van grondig reviseeren Pri** vana'1-00 p«r band-
Wij kunnen u zeer concurreerend aan alle wënterbe-
noodigdheden uit voorraad helpen.
Spreek eens met ons over Een BETERE verlichting;
Ook leveren wij u een BETEREN band voor minder geld.
Wij geven U gaarne een voordeelige raad door onze
26 jarige ervaring op Automobielgebied.
Het opvocdings-vrnagstuk is voor do
hcdendaugsche maatschappij een vraag
van leven of dood een vraag van wel
ke de toekomst afhangt.
Rcnan.
Naar t Engelsch van J. S. FLETCHER
door mr. IL J. P. H.
11
Maar Oliver gromde alleen wat voor
zich heen. Hij voelde er niets voor zich
in dc stemming te laten brengen van
den vos, die de druiven te zuur vond.
„Dat beteekent allemaal niets, beste
meid", zei hij. „Dat is met een beetje
grid to verhelpen. Aan oude buiten
plaatsen moet altijd geld ten koste ge
leed worden. F.n al* het daar alleen op
aankomt, dan kan ik een poud besteden
tegen Birkerdyke een penny! Ik ben
onnoemelijk veel rijker dan hij is
of ooit worden zal!"
„Tja, als Jo je zinnen er zoo erg op
gezet had, dan is het wel een hittere
teleurstelling voor je", zei Benia. „En
verschrikkelijk Jammer, dat hij Jo zoo n
poets heeft kunnen bakken, zooals dc
zaken nu staan, Oliver. Want Je
moet toch ook om de jongelui den
ken over Louis en Margaret. Dat
komt er ook nog hij!"
„Maar die krijgen van mij nooit of
nimmer toestemming'*, zei Oliver beslist.
„Ik wil me er niet over uitlaten, wat ik
gezégd of niet gezegd zou hebben, als
dit niet was voorgevallen Ihaar
nu het eenmaal gebeurd is, zal ik nooit
toestemmen, dat mijn zoon met een van
dat tuig trouwen gaat! En dat hot een
slecht soort is, wel, dat heeft Joe Bic-
kerdyke toch wel zelf bewezen! Op zulk
een verceniging geef ik nooit mijn
zegen!"
Benia vond het maar verstandig, daar
niet» op te zeggen. Ze kende haar broer
en ze had genoeg geleerd, dat hij geen
man was om tegen te spreken of mee
te redeneeren. Ze bleef maar wat met
haar handwerkje zitten prutsen, terwijl
Oliver zijn sigaar rookte en over den
tuin zat uit te kijken naar dc purperen
heide en de blauwe heuvels ver weg.
Opeens begon hij te lachen, hard en
schor.
„Ik hen met Louis aan het praten ge
weest!" zei hij. JüH is echt een tak van
den ouden boom. Net zoo koppig als ik.
Ik heb hem ronduit gezegd hoe ik er
over dacht. En hij dood dat ook. Ik wil
niet zeggen, dat ik het niet flink van
hem vind en dat ik het hier en
daar zelfs met hem eens ben. Maar
als hij met dat meisje trouwt dan
is het uit tqsschen ons. Eerst Lionel
Arthur nu Louis John! Allebei
d'r eigen weg gegaan! Maar Ik heb nu
eenmaal mijn eigen principes cn daar
blijf ik me aan vasthouden, tot het niet
meer gaaL Als Louis zijn eigen weg wil
gaan nou. dan moet hij weten,
wat hij doet. Maar dan gaat het niet
meer tusschen ons. Geen familie van
Bickerdyke in mijn huis!"
..Hij is anders al wat je nog over hebt,
Oliver", bemerkte Benia zachtjes. „En
vleesch en bloed blijft op slot van zaken
toch altijd vleesch en bloed!"
Een poosje bleef Oliver stil voor zich
uit zitten staren, als in gedachten ver
zonken. Eindelijk bewoog hij zich even
tjes en koek terluiks naar zijn zuster.
„Neen niet alles, beste meid",
zei hij. „Die kleine jongen van Lionel
Is er ook nog die moet nu zoo wat
vijf of zes jaar zijn!"
Voor zoover ze zich herinneren kon,
had Benia haar broer nog nooit te
voren over zijn kleinzoontje, het kind
van zijn gestorven zoon. hooren spre
ken. Zijzelf wist van dat kind alles
af zij bleef in het geheim omgang
met hem en zijn moeder houden. Ze
wist, dat Oliver hen een toelage van
zeven pond in de week liet sturen
ze wist ook, dat re nergens gebrek aan
haddenze wist ook, dat de jongen
een heel knap kind was. het evenbeeld
van zijn vader op dien leeftijd en dat
niets haar zoo gelukkig zou maken, als
wanneer ze dien jongen bij zijn grootva
der brengen mocht. Maar ze wilde niet
alles zeggen, wat ze wist.
„Alles goed en wel, Oliver", zei ze,
„maar op slot van zaken is een klein
kind Je toch niet zoo na als een zoon
Een zoon gaat voor!"
„Ik heb nooit gezegd, dat hij niet voor
ging", antwoordde Oliver. „Wat ik wil
de zeggen was, dat Louis niet alles
was, wat ik bezat. Die jongen is in elk
geval een rechtstreeksche afstammeling
van me een echte Carsdale!"
„Ja, dat is zoo", gaf Benia toe. Ze
vroeg zich af wat hij er mee bedoelde,
want ze was overtuigd, dat hij met dat
gezegde iets vóór moest hebben. „Je
bent beter af dan Joe Bickerdyke
die heeft geen zoon!"
Oliver wondde het hoofd om en keek
zijn zuster ietwat spottend en toch wel
vriendelijk aan.
„Ik geloof, dat ik jou gedachten wel
raden kan. oude tante!" zei hij plagend.
„Jij denkt, dat nu Joe Bickerdyke mij
de loef heeft afgestoken, ik mijn trot-
schen kop maar moest buigen cn weer
vrienden worden ter wille van de
jongelui. Kom nou is dat nu niet
een beetje je bedoeling?*
„Ik vind, dat Joseph Bickerdyke zich
schandalig godragen heeft", zei Benia.
„Als ik maar een kansje krijg, dan zal
ik hom dat wel in zijn gezicht zeggen.
Maar ik zie niet in, waarom zich dat
nu moet wreken op zijn dochter of
op jouw zoon. Wat hebben zij gedaan
om dat te verdienen?"
Oliver lachte gemoedelijk.
„Ja, ja, daar zit wel wat in, Benia",
gaf hij toe. „Jullie vrouwen hebben er
slag van 0111 je zin te krijgen. Maar....
het is nu eenmaal een feit, dat kinde
ren moeten boeten voor dc fouten van
hun ouders. Dat is al een heel oude
waarheid!"
„Er zijn wel meer van die oude waar
heden, die niet waar mochten zijn", zei
Benia. „Ik z.eg alleen maar doe
niets, waar je later spijt van zou kun
nen hebben! Zeg. het wordt me te kil,
ik ga maar naar binnen".
Ze trok haar sjaal wat dichter om
zich heen cn ging naar binnen, terwijl
Oliver een sigaar opstak en wat rond
ging wandelen om over de gebeurtenis
sen van den dag na te denken. Hij wist
maar al te goed, hoe zijn zuster, die
toch een verstandige cn praktische
vrouw was. er over dacht. Volgens haar
opvatting behoorde hij grootmoedig, ver
gevingsgezind en ruimhartig te zijn ter-
wille van Louis en Margaret Mary. Hij
wist ook, dat do oude juffrouw gelijk
had, maar toen hij op het punt stond
het met haar eens te worden, kwam
hem plotseling het gezicht van Joe Bic
kerdyke, zooals hij het in de club voor
zich gezien had, voor den geest en
zijn woede vlamde weer heftig op.
.„Nooit, voordat ik dat heer een lesje
gelezen heb!" zei hij hardop tot zich
zelf. „Ik zal Joc Bickerdyke dan toch
eerst eens laten zien wat Carsdale doen
kan!"
Al wandelend door zijn tuin begon
hij plannen te vormen en hij ging daar
mede door, toen hij alleen op zijn ka
mer zat, nadat Benia ter ruste was ge-
gaan. En ofschoon hij een staf van ver
trouwde bedienden in huis had, hield
hij zich nog steeds aan zijn ouderwet-
sche gewoonte van lederen avond zelf
de ronde te doen, om zich er van te
vergewissen, dat deuren en ramen goed
gesloten waren; daarna dronk hij nog
een glas whisky, rookte één pijp «n
ging dan zelf naar bed. En toen hij dien
avond op het punt stond zijn voordeur
op de knip te doen, werd er hard tegen
getikt. Hij deed open en zag een man
staan, dien hij kende als een boodschap-
penlooper van „The Griffin", met een
brief in de hand.
„Van mijnheer Louis John, mijnheer
Carsdale. Ik hoef niet op antwoord te
wachten", zei de man.
Oliver sloot de deur en nam den brief
mee naar zijn kamer. Het was echt iets
voor hem om eerst zijn pijp te stoppen
en zijn whisky in tc schenken, voordat
hij den brief open scheurde. Eerst toen
zijn pijp goed brandde, ging hij den
brief van zijn zoon zitten lezen.
Beste Vader,
Vanavond heb ik met Margaret Bic
kerdyke gesproken, We vinden het hei
den heel erg jammer, dal onze vaders
oneenigheid hebben gekregen. We ho
pen van harte, dat het spoedig mag
worden bijgelegd. Maar zoolang het zoo
blijft, voelen we het als onzen plicht
om onze eigen weg te gaan. Ronduit
gesproken zijn we niet van plan onze
voornemens door iets, wat dan ook, in
de war tc laten sturen! We hebben el
kaar beloofd te gaan trouwen en dat
zullen we dan ook doen. En daarom
geloof ik. dat Ik beter doe met uit uw
huis te gaan. Dat is het verstandigste
voor u en mij. Ik zal morgen Bew stu
ren om mijn boeken en verdere zaakjes
te halen. Ik ben er van overtuigd, dat
u dit van me begrijpen zult en ik hoef
er verder niets aan toe (e voegen, dan
alleen dit, dat ik nog steeds uw lief
hebbende en voor zoover inijn geweten
het toelaat, uw plichtgetrouwe zoon
ben.
LOUIS JOHN CAfcSDALE.
Oliver las dit merkwaardige briefje
tweemaal over, voordat hij bet zorgvul
dig in zijn portefeuille stak. Hij begreep
liet volkomen, en toen hij tien minuten
later naar bed ging, verwenschte hij
Joe Bickerdyke hartgrondig als den
verwekker van al die narigheid.
HOOFDSTUK VII.
De Heide-Hoeve.
Oliver was heel zijn leven gewend ge
weest vroeg op te staan. Als kind en
jongeman was hij vroeg uit bed ge
baald. of hij zin had of niet, later was
hij tot de overtuiging gekomen, dat liet
tijd is om op tc staan zoodra het tijd
wordt zich' nog eens om te draaien. Hoe
ouder hij werd, des te vroeger werd zijn
opstaan. Hij was altijd op, voordat er
nog iemand van zijn huishouding bij do
hand was; de bedienden, die in den
zomer de luiken open deden, zagen hem
reeds in den tuin wandelen. In den
winter vonden zc hem voor den lesse
naar in het kamertje, waar den avond
te voren een houtvuur voor hem was
klaargelegd, zoodat hij niets anders te
doen had, dan het aan te steken met
de lucifers, die er naast lagen. Lang
voor zonsopgang kwam hij beneden,
stak het vuur en zijn lamp aan, zette
zelf een kop thee en schreef zijn zaken
brieven, voordat de dienstboden aan
den gang gingen.
(Werdt vervolgd)