15
HUISMOEDERS
AMERSF00RTSCH
DAGBLAD
SEIK®
BAKKERIJ ,,'T SMULHUIS"
Charlie Chaplin komt
AMERSFOORTSCHE FRATERS
MET GRATIS
ONGEVALLENVERZEKERING
MODERN TIMES
filmacteur?
Over boeken en schrijvers
HULSKO
KOFFIE
DROGISTERIJ ..DE GAPER"
Hun tijd vooruit
Brood is hel belangrijkste voedse
Vraagt daarom het beste
uit het beste en be
trek Uw brood uit de
Soesterweg
Telefoon 890
THANS
CENT PER WEEK
FILMNIEVWS
Een film, die het conflict der
arbeiders in het groot»
bedrijf behandelt
Russische invloed?
Gharlie Chaplin heeft de werk
zaamheden aan zijn nieuwe film
de eenige in de laatste vier jaren
beëindigd en binnen eenige weken
zal de première in Tivoli te Lon
den gegeven worden.
Deze „productie 110. 5" heeft tot
titel „Modern times", en vele fan
tastische geruchten hebben er reeds
de ronde over gedaan. In geen
geval heeft het werk echter een
communistische strekking,- doch het
brengt het conflict van den arbei
der in het grootbedrijf naar voren,
zonder er een sociale tendcnz aan
te geven.
Een bijzondere correspondent schrijft
ons over deze film uit Hollywood:
De geschiedenis vangt als volgt aan:
Charlie Chaplin wandelt op een weg en
vindt daar een roode vlag, die verloren
is door een machinist van een walsma-
chine. Hij rent de wals achterna om de
de vlag terug te geven, doch wordt dan
onmiddellijk gearresteerd, verdacht van
opruiing van de massa door middel van
revolutionnair socialisme.
Als hij na ecnigcii tijd ontslagen wordt
'uit. de gevangenis waar hij zijn straf
tijd doorgebracht heeft, krijgt hij ecu
betrekking bij een groote maatschappij,
w*ar hij een der kleine raderwerken
van het geheel wordt „a cog in the
machine", zooals men in Amerika zeer
terecht zegt letterlijk dus wordt hij
het mechanische werk-wezen in het
groote bedrijf, dat door één enkele han
deling het ganschc leven der fabrieks-
machinerie gaande houdt.
Hoe de verdere geschiedenis der film
zich ontwikkelt, wordt in verschillende
berichten tegengesproken en Chaplin
zelf wil er zich ook niet over uitlaten.
„Waarom zal ik het vertellen", zei hij
onlangs, „het is de geschiedenis van
twee jonge menschen in een industrieele
gemeenschap omstreeks het jaar 1934 la
vend. Het is natuurlijk geen sociolo
gische of economische studie en zij zin
speelt. ook niet op dc harde kanten
van het leven, doch zij zijn een natuur
lijke, vrijwel onvermijdelijke achter
grond voor mijn verhaal. Steeds heb ik
getracht om er meer van te maken dan
een grap, want in een grap alleen zit
toch wel zeer weinig fond en dat geldi
voor een film ook."
Er wordt wederom niet in de film
gesproken, noch door mij, noch door
oen der andere mcdcspelcnden, maai
de film is nagesynchroniseerd voor het
geluid, de muziek en speciale effecten.
Het geluid is door mij niet alleen ge
bruikt ter ondersteuning van dc han
deling, doch ook in den vorm van vo
caal accompagnement, hetwelk een ver
dere ontwikkeling is van de klank-ef
fecten, die ik reeds toepaste in mijn
vorige film City ligliis; evenwel spreekt
«r niemand ia de film".
De medewerkers
Chaplin zelf heeft het leeuwenaan
deel in de filmproductie verricht en dit
mede in verband mot de groote lengte
der film, was oorzaak dat men niet
snel vorderde aan de werkzaamheden.
Wie Chaplin kent, kan dit trouwens be
Paulette Goddard in „Modern times"
grijpen, want hij verandert maar al te
vaak van idee.
Chaplin schreef zelf het verhaal en
scenario, leidde de opnamen als regis
seur en producer, en vervulde tenslot
te de hoofdrol, die natuurlijk het gan-
sche middelpunt der rolprent vormt.
In geen geval wil Chaplin echter de
uitbeelding der vrouwelijke hoofdrol
door Paulette Goddard in de schaduw
stellen hij zichzelf, want volgens zijn
eigen verklaringen zal deze rol haar
tot een eerste klasse artiste van het wit
te doek maken.
Naast dit tweetal worden eenige ko
mische rollen vermeld door personen,
die evenals Paulette reeds meerdere
malen met Chaplin samenwerkten en
waarvan wij noemen Carter de Haven,
die ook assisteerde bij de regie, Ches
ter Conklin, Hank Mann en Ilenry
Bergman.
Over de ganschc wereld word de ver
tooning van deze film met groote be
langstelling tegemoet gezien, want on
danks zijn 20-jarige filmloopbaan blijft
Gharlv. Chaplin een der meest vooraan
staande figuren uit dat deel der film
kolonie, dat in de film meer ziet dan
een onnuttig amusementsartikel.
(Nadruk verboden).
Aan deze beschouwing willen wij niet
nalaten een merkwaardig gerucht toe
te voegen, dat wij langs particulieren
weg uit Engeland ontvingen.
Een delegatie van vooraanstaande
personen uit net Russische filmcentrum
heeft dezer dagen een langdurig bezoek
gebracht aan Hollywood, waar tal van
filmzaken besproken zijn. De leider van
de Russische groep heeft toen ook een
besloten vertooning van „Modern times"
bijgewoond, en na deze voorstelling en
kele wijzigingen in de handeling aan
bevolen. Zij zouden aan het geheel
weinig verandering toebrengen, doch
een meer soeiale tendcnz aan liet film
werk schenken.
Chaplin, die hiernaar gevraagd werd,
wilde echter geen antwoord geven of
het gerucht al dan niet waar is.
Charlie Chaplin in een der indrukwekkende beelden van „Modern times".
Eenige feiten uit het leven
van Albrecht Schoenhals,
die in één jaar tijd een
snelle filmcarticre
maakte
Het komt meermalen voor, dat een
tooneelspeler aanvankelijk een ander
beroep heeft uitgeoefend, en da; hij via
dat vak tot het kunstenaarsleven komt.
Maar dat een dokter filmacteur wordt,
dat zal toch wel tot de zeldzaamheden
behooren.
Bij Albrecht Schocnhals, die eerst aan
de „Ivammerspielen" en aan het Thalia-
theater in Hamburg verhonden was en
na dien tal van hoofdrollen in dc film
heeft vervuld, is dit echter het geval.
„Eigenlijk", zoo vertelt hij ons, „zou
ik het liefst concert- of oratoriumzan
ger geworden zijn. Maar m'n vader wil
de per sé, dat ik, evenals hij zelf, dok
ter zou worden, om in dc maatschappij
vasten grond onder mijn voeten te
krijgen. Kort en goed: ik ging medicij
nen studeeren en promoveerde tot arts."
En heeft dat werk u zoo weinig
bevrediging gegeven, dat u er zoomaar
zonder meer van afgestapt bent?
„Ik bezat de gave, om goed niet zie
ken om te gaan. Alleen miste ik ten
eenen male den drang naar weten
schap. En noch het één, noch liet an
der kan gemist worden."
En hoe kwam u nu tot die wel
heel zeldzame, wat scnsationcele, ver
andering van beroep?
„Een kennis van me hoorde me eens
zingen en hield stokstijf vol, dat ik
veel talent had en op het tooneel moest
gaan. Hij heeft zijn bemiddeling daar
bij ook verleend."
En koesterde u voordien al bijzon
dere belangstelling voor het theater
leven? Hail u al eens den wensch te
Charlie Chaplin in „Modern times"
kennen gegeven tooneelspeler te willen
worden?
„Wat het eerste betreft: ja, zelfs in
sterke mate, het tweede eigenlijk niet.
Ik heb altijd heel veel interesse voor
het tooneel gehad, maar heb er nooit
bij gedacht, ook zelf nog eens op de
planken te komen staan. Ik heb toen
tertijd de bemiddeling ingeroepen van
Winterstcin, die me een soort examen
afnam. Na afloop zeidc hij mij: „U moet
beslist naar het tooneel."
En mist u, nu u filmt, het tooneel
niet erg? 't Is toch heel iets anders als
het geconcentreerde doorspelen van een
rol op de planken!
„Natuurlijk; maar ook op filmgebied
heb ik weer m'n wenschon en verlan
gens, die naar ik hoop, in vervulling
zullen gaan. Overigens heli ik verleden
jaar nog mot het spreekkoor van de
Berlijnschc Universiteit onder leiding
van Prof. Levhausen meegespeeld in
het Griekschc drama van Aischylos:
„Die Perser". Dat zijn onvergetelijke
oogenblikken voor me geweest.
Wat het filmen betreft, dit kan in
geen enkel opzicht met tooneelspel ver
geleken worden.
Eilm is heel moeilijk mozaïekwerk.
Dat is me weer eens duidelijk gewor
den hij mijn laatste Ufa-film Eén te
veel aan hoor d, waarin ik de rol
van kapitein Moltmann vervul.
Hoeveel duizenden steenen moeten
spelers, regisseur en alle andere mede
werkers bijdragen, om een film tot
stand te brengen! En toch, ondanks
alle voordeden film is veel ruimer,
veel grootscher, verlangt men er
steeds naar, weer eens op het tooneel
te komen."
Yo:r welke rollen interesseert u
zich in het bijzonder?
,,'t Meest voel ik me altijd tot het
klassieke werk aangetrokken. Maar
karakterrollen speel ik even graag. Om
kort te gaan: menschclijke rollen!"
En wat zijn uw plannen voor de
Aart van der Leeuw,
Vertellingen. (We#
reldbibliotheek, Am#
sterdam Sloterdijk
1935)
DEZE late vertellingen van Aart
van der Leeuw zijn een kostbare
gave. Zij vormen een kunst van
uitzonderlijk-lenige kracht, zii vormen
een samenstemming van rhythme en
beeld, die onovertroffen is in onze lite
ratuur.
Ieder dezer verhalen doet aan als
één enkelen volzin. Iedere periode
houdt een noodzakelijke fase in zich
van het proces van dit verhaal. Dit
proza is een afdruk van de volstrekte
schoonheid.
Vandaar de onmiddellijkheid der im
pressie. Ik zal u een fragment citecren
uit do eerste schets „Sneeuw", waar
Van der Leeuw den tocht beschrijft van
een vreemdeling, die door een sneeuw
landschap van den Haag uit naar
Delft liep. Lang was hij. mager, olijf
kleurig en met een gitzwarten baard.
Onder ziin mantel droeg hij een pistool
verborgen. Een van de vele sluipmoor
denaars door Paj-nia met een rijk hand
geld op Willem van Oranje afgezon
den. En nu gebeurt er iets merkwaar
digs. Hii wilde voort, geen talmen,
maar het leek verwonderlijk zoo wei
nig hii vorderde. Telkens bleef hij stil
staan met een hand boven de oogen.
Nooit had hii nog sneeuw gezien. En
de ontroering van die sneeuw brengt
hem de schemering van zelfverwijt. De
dramatische kern van het verhaal ligt
in dit ééne moment. „Hij lichtte zijn
mantel op. om de paar vlokken, die
daar bezig waren 1e smelten van dich
terbij to bekijken. Maar toen kwam de
kolf van ziin pistool bloot, en hii liet
den mantal haastig zakken. „Natuur
lijk dat het een opdracht vari God
was" mijmerde hii. terwijl hij zich
lmkte en sneeuw opraapte „om een
ketter naar het hellevuur te helpen"
Dan fronste hij zijn wenkbrauwen:
vlug. verder." Het intuïtieve van
deze schets ligt hierin, dat het. de arge
loosheid van het. even door de sneeuw
in hem aanwezig zelfverwijt is. welke
den voerman dien hii later ontmoet in
zijne houding ontdekt, en die dien
voerman beweegt, hem mee te nemen
naar Delft, waar hii ziin moord gaat
volbrengen.
Het merkwaardige van dezen Van
der Leeuw is. dat hij ieder ding. ieder
mensch. ieder motief toetst, aan zich
zelf. Het is een soort van dubbel zien.
wat hii doet. en dat hem zulke juwee-
len van volzinnen doet schrijven als
deze. over een vogel in de sneeuw:
„Vloog er een vogel uit. op, dan geloof
de je even dat het ziin eigen vecren
waren, die daar rond ie dwarrelden."
Telkens is er in Van der Leeuw weer
dat wonderlijk opengaan van de din
gen. doordat ze in dc fantasie van den
schrijver worden gesplitst. Ik geef u
thans het citaat, dat ik u beloofde,
waarin menschen worden beschreven
in de sneeuw:
„Langs den weg bii de hoeven gin
gen groene deuren open. en de boeren
met hun vrouwen en hun kinderen,
stapten voor den kerkgang naar buiten,
heelemaal in do wol gepakt, alleen het
gezicht bloot. Blozend en rond als een
perzik, met een golf goud boven het
voorhoofd, die uit de kaproen of de
klepmuts ontsnapt was. Ze stampten
met dc voeten, en van hun lippen steeg
de zichtbare beeltenis van hun adem
in de hoogte. Allemaal frisch als jonge
appelbloesem dacht de vreemdeling,
terwijl wij thuis (in Spanje) uit hard
bruin palmhout ziin gesneden. En hij
glimlachte.
Weer stond hii stil. want van beide
torens luidden de klokken, en de tonen
wandelden over de sneeuw heen. over
dc reine onbetreden vlakte, als met
voetstappen, waarover in legenden
staat te lezen. Plotseling werd hii (de
wandelaar) vele jaren jonger, en hij
zag de vlugge, witte klipgeit, die ziin
speelgenoot gewepst was. en hij herin
nerde zich do melodie van een lied.
dat hii sinds veertig iaren had verge
ten. Als «Ie tweelingbroer van het kind.
dat hij geweest was. voelde hii zich
hier in de sneeuw wachten."
Wat over ons komt, zonder dat wij
het weten, zoo zou men deze ziele-erva-
naastc toekomst?
„Met Heinrich George treed ik op in
de nieuwe Ufa-film Stützon der Ge
sel 1 scha ft, naar het bekende too-
ncclstuk van Henrik Ibsen. Een buiten
gewoon eervolle opdracht en een rol,
waarvan ik hooge verwachtingen koes
ter."
Albrecht Schoenhals, die in de Ufa-
film De Dubbelganger van Wo-
ron ze f f nauwelijks oen jaar geleden
voor de eerste maal voor de camera
stond, heeft zich, dank zij zijn capaci
teiten en groote vitaliteit, snel opge-
workt. De sprong van tooneelspeler tot
filmartist is hem even gemakkelijk ge
lukt als die van arts tot tooneelspeler.
En als men tegenover hem zit, als men
niet hom spreekt, dan krijgt men den
indruk, dat hij geheel zijn hart aan de
film heeft verpand, en dat hij zijn weg
zeker en doelbewust zal gaan.
ringen kunnen betitelen. Die strijd van
de eigenlijke, innerlijke natuur met de
aan een ander, concreet-nabijer ik
opgelegd, is het motief, dat wij
voortdurend opnieuw in deze schetsen
ontmoeten. In de schets „Sneeuw" is
liet de oorspronkelijke kinderlijkheid,
die in conflict komt met een wil. door
den persoon aan zichzelf opgelegd, in
de volgende schets. „Geboortestad" is
het, daartegenover, de wil ocner inner
lijke overtuiging, die contrasteert met
eene bedwelming, welke de hoofdper
soon in ziin verbeelding ondergaat.
Maar er is nog iets in Van der
Leeuw. Historische motieven en land
schappen ziin hii hem een clement
van de individueele menschenziel. Al
ler Verleden is Iks-vcrlcden. Zoo wordt
het den schrijver mogelijk oude gege
vens. nis het gebruik dat een ter dood
veroordeelde maagd in de middel
eeuwen vrijspraak kon ontvangen,
wanneer een jonge man zich aanbood
met haar te huwen, worden (in de
schets de Zoon van den Keizer) ver
vlochten met persoonlijke fantasie en
symboliek. Zelfs van het motief van een
oude vaas. weet dc schrijver, omdat de
voorstelling dvnamisch in hein gaat
leven, in „Dc Drie Gratiën" een diep
zinnig verhaal te maken.
Van der Leeuw kan men niet kriti-
seeren. Men moethem alleen bewon
deren. Een macht van verbeelding, zoo
zonder eenige romantischen uitwas, zoo
gaaf en zoo harmonisch, is er nergens
elders in onze literatuur to vinden. En
ik geloof, dat dit werk van Van der
Leeuw als een dauwdrup glinstert tus-
schen het bonte loof der huidige over- j
stelpende naiaarsuitgaven.
P. H. BITTER Jr.
MEER BETALEN
ZOU DWAASHEID ZIJN!
De beste koffie. Hulsko"»
Seinkoffiekost nu 25 ct.
per pond I Hulsko heeft
één soorti het bestel la
gepatenteerde, luchtdicht»
vetp?kking. - Vraagt Uv
Winkelier l
OE KOFFIE WAAR PIT IN ZITI
JULIAN APLEIN 3, Amersfoort,
naast Apotheek Haan.
Gebruikt onze „GAPERTJES".
De snelle en succesvolle Pijnstil
lers voor hoofdijn, kiespijn, spier
pijn, zenuwpijn, periodieke pijnon.
Per buisje van 12 cachets f 0.45
met gebruiksaanwijzing.
Het Fraterhuis speelde in de
geschiedenis van stad en
gewest een niet onbe.
langrijke rol
IN het Zondagsblad van het A. D. van
19 Oct. j.l. hebben wij eenige bijzon
derheden medegedeeld omtrent de
geschiedenis van het Fraterhuis te
Amersfoort. Enkele fraters verwierven
beroemdheid, waarvan het volgende te
vermelden valt:
Christophorus Vladerack is
in het begin van de zestiende eeuw ge
boren in Noord-Brabant en was de
natuurlijke zoon van den heer van Gif
fen. Hij zelf deelt in een van zijn boeken
een en ander omtrent het onderwijs
mede, in een opdrachtsclirijvcn aan de
Stadsregeering van Amersfoort Dit
boek verscheen in 1597. De Stad onder
hield toen zes onderwijzers, welke van
alle lasten werden vrijgesteld opdat zij
zich geregeld en onbezorgd aan de
school konden wijden. Zelfs gedurende
een beleg van de stad werd Vladerack
en zijn leerlingen vrijgesteld van wacht
diensten. „Plak cn roede" zoo meende
hij, waren zijn wapenen. Wij spraken er
reeds over dat in 1550 de Latijnsche taal
zeer druk beoefend werd in Amersfoort,
in verschillende lagen van dc bevolking.
Dit was grootendeels het gevolg van de
school van Vladerack. die dc studie er
van door het uitreiken van prijzen ten
zeerste bevorderde. Vladerack deelt nog
mede dat de ouders zoo gesteld waren
op de tegenwoordigheid van hunne kin
deren op de school, dat, toen er eens
hulp noodig was om hij een overstroo
ming het vee te redden, zij liever ver
schillende personen hiervoor tegen loon
aannamen, dan de hulp van hun kinde
ren in te roepen, die op dc school ver
toefden. Hoewel reeds Gerard Zcrbolt
van Zutph^n een verhandeling over „het
Nut van het lezen der H. Schrift in dc
landstaal" had geschreven en Geert
Groote zelf ook gaarne in de landstaal
predikte en zelf enkele godsdienstige ge
schriften uit het Latijn had vertaald,
had Vladerack toch veel succes met ziin
onderwijs. Bovendien hielp hij de stads
boekerij vergrooten en mede door zijn.
toedoen kwam er een eind aan de bede
larij. die tevoren in en om Amersfoort
veel last veroorzaakte. Vladerack is in
1601 te 's-Hertogenhosch overleden, nis
opvolger van Georcius van Lange veld.
dien hij daar in 1558 als onderwijzer
opvolgde.
Een zoon van Vladerack, Petrus Vla
derack, werd later leeraar In de oude
talen, ook in het Hebreeusch, te 's-Her-
togenbosch.
^P i et e r van A ff c rd e n was van
1540 tot 1556 verhonden aan het Frater
huis te Harderwijk. Later is hij Onder-
Bector aan de Latijnsche .School te Am
sterdam geworden. Hij schreef een La
tijnsche Spraakkunst, maakte Latijn-
srhe gedichten en een Beschrijving van
de Stad Amsterdam is nog van hem
bewaard.
Gerard Lister of Lig tri us
werd geboren te Rhenen. Hij was een
leerling van de School te Deventer on
der Alexander Hegius, en bekleedde het
Rectoraat van de School te Zwolle. Over
die school heeft hij een rede gehouden*
welke bewaard is gebleven. In 1517 over
leed te Zwolle zijn mede onderwijzer Jo
hannes Murmellius en dHar het bekend
was, dat Lister de geneeskunde beoefen
de cn zeer naijverig was op Murmellius,
meende inen, dat Lister zijn collega ver
giftigd had. Door een leerling van Mum
mellius, word dit zelfs openlijk te Mun
ster en Rostock medegedeeld. Lister werd
van Zwolle naar Amersfoort overge
plaatst en gaf daar les in de oude talen
cn het Hcbrceuwsch.
Ook hij schreef een Latijnsche Spraak
kunst, verder een Geographic van het
Sticht Utrecht en hij voorzag een
nieuwe uitgave van Erasmus" „Lof
der Zot hei d", met aanteekeningen.
Ook Petrus van den Berg. ge
boren to 's-Heerenberg, was een leerling
van Alexander Hegius te Deventer, die
daar Rector was.
Hij was bevriend met Erasmus en zijn
omgang met dezen, evenals die met
Hegius, droegen veel bij tot zijn ontwik
keling. Door dc Amersfoortsche Stads
rand werd hij op voorstel van de Broe
ders aldaar, benoemd tot Rector van de
Amersfoortsche School. In 1500 roemde
men hem om zijp kennis van de Latijn
sche taal, waarin hij enkele hekeldich
ten vervaardigde tegen slechte gonces-
heeren en tegen slechte dichters, welke
bewaard gebleven zijn.
Ten slotte zij hier nog gewezen Op de
verdiensten van Godefridus van
H e in e r t, ook genoemd Godefri
dus Me gen. Deze overleed in 1453 in
het Fraterhuis te Hulsbergen en In het
dood en register aldaar vernemen wij
„Dat in 't jaar 1453, den tweeden dog
na St. Benedicius, overleden is den
Priester Godefridus Megen, die zeer tref
felijk kost preeken, een goede klerk,
gansrh liefdadig en Godvrugtlg: die met
den Raad der Vaderen aangesteld is tot
Overste over d e Vergadering van het
Huis der Klerken te Amersfoort. Dezo
klerken die lange tyd agter het Nieuwe
Gasthuis gewoond hadden, heeft hy eyn-
delijk verplaatst daar ze tegenwoordig
woonen, te weten In St. Jans Knpelle op
de Kamp. Ilier heeft hy vooreerst een
groot Huys getimmert voor de F.etzanle
der Broederen, en meer andere gemak
ken, zoo verre als zyn vermoge strekte.
Hy wierdt in St. Jans Kerke begraven,
des welke in 't jaar 1156 den derde
Maart, door Paus Calixtus tot een Col
legiale Kerk opgericht is.""
Al met al is de rol, die het Fraterhui»
te Amersfoort in de geschiedenis van
Stad en Gewest gespeeld heeft, dus niet
onbelangrijk geweest en een cn ander
rftrekt tot roemvolle eer van die Stad.
J. RASC.H
ALLERLEI
VAN OVERAL
Een groote. niet Engelsch kapitaal
aangelegde waterleiding heeft het oude
wntergebreksproblcem van Jeruznlpm
voor eens en altijd opgelost.
Om de waterbronnen van Jeruzalem
zijn In den loop der eeuwen vele oorlo
gen gevoerd.