LAATSTE BERICHTEN GENEVE'S STANDPUNT Heengaan van Hoare Wanneer de Parijsche vredesplannen geen instemming vinden, zal de Britsche regeering ze niet verder steunen VERKLARING VAN EDEN HOARE'S OPZIENBAREND AFTREDEN Het vredesplan dood Ie BLAD PAG. 3. AMERSFOORTSCH DAGBLAD DONDERDAG 19 DECEMBER 1935 (Gedeeltelijk gecorrigeerd) Laval blijft ijveren voor een verzoening De discussies verdaagd De Volkenbondsraad is Woensdag avond in openbare zitting bijeengeko men ter behandeling van het Britsch- Fransche voorstel tot bijlegging van het Italiaansch-Aibessijnsche geschil. Aanwezig waren Laval, Eden, de mi nisters van buitenlandsche zaken van Polen, Denemarken, Turkije en Portu gal. De sovjetunie was vertegenwoor digd door haar ambassadeur te Parijs Potemkin, Roemenië door zijn perma nenten vertegenwoordiger bij den Vol kenbond. De plaats van Italië aan de Raadstafel was leeg gebleven. Onder de deskundigen in de zaal van de ove rige delegaties bevond zich echter ook de Italiaansche waarnemer. De zitting begon met een geluk- wensch voor dr. Benesj, wegens diens verkiezing tot president der Tsjecho- Slowaaksche republiek. De raadsvoor zitter, de Argent ijnsche vertegenwoor diger Ruiz Guinazu, prees het werk, dat Benesj voor den Volkenbond heeft ver richt. De Fransche minister-president Laval verklaarde, dat de verkiezing tot president van een met Frankrijk be vriend land een symbolische beteeke- nis heeft. Eden namens de Britsche re geering, De Madariaga namens Spanje en de vertegenwoordigers van Roeme nië, Turkije, Portugal en de sovjetunie sloten zich bij deze gelukwenschen aan. Kort na 6 uur begon de Raad met de behandeling van het Italiaansch- Abessijnsche conflict. De voorzitter deed mededeeling van de bij den Raad ingekomen stukken, nl. de Fransch-Britsche voorstellen van 8 December en de Woensdag gepubli ceerde uiteenzetting van het Abessijn- sche standpunt. Vervolgens legde de Britsche Volken bondsminister Eden een verklaring af. Hij verzekerde, dat het altijd de bedoe ling der beide regeeringen is geweest, dat, alvorens men den partijen eenige regclingsvoorwaarden in definitieven vorm zou hebben voorgelegd, deze voorwaarden door den Volkenbond goedgekeurd zouden zijn. De Volken bondsleden zijn immers verplicht het pact te eerbiedigen en hun uiterste best te doen, het toe te passen. Ook al mocht de tegenwoordige poging van Engeland en Frankrijk niet slagen, dan blijft toch de poging tot. verzoening het voornaam ste, ook voor den Volkenbond. De grond slag voor deze verzoening is juist, ook al blijft de toepassing ervan in dit ge val zonder resultaat. De Parijsche voor stellen zijn niet opgesteld, om op elk punt ongewijzigd te worden aangeno men. Het is in de eerste plaats van be lang welk standpunt de drie partijen ertegenover aannemen en slechts daar om worden zij door de Britsche regee ring aanbevolen. Wanneer inderdaad blijkt, dat deze voorstellen niet vol* doende zijn om de instem# ming van den Volkenbond en der beide partijen te verkrij* gen, zal de Britsche regeering ze niet verder aanbevelen of steunen. De tegenwoordige verzoeningspoging moet dan als mislukt beschouwd wor* den en de Britsche regeering wenscht haar dan niet voort te zetten. Lava] verklaarde eveneens, dat voor elke regeling de goedkeuring van den Volkenbond noodig is. Hij wilde thans niet op het verleden ingaan, doch zoo lang de andere regeeringen hun hou ding niet hebben bepaald, zal de Raad het misschien juister achten, geen uit spraak te doen. De Raad zal echter waarschijnlijk geen gelegenheid voorbij laten gaan om zijn taak te vervullen, nl. het vinden van een eervolle, recht vaardige en in overeenstemming met het Volkenbondspact zijnde oplossing. Na een uitvoerige verklaring van den Abessijnschen vertegenwoordiger Wolde Mariam, gezant te Parijs, die den Vol kenbond verzocht A'bessynië niet in den steek te laten, stelde de raadspresi- dent vast, dat het standpunt der Itali aansche regeering nog niet bekend is en dat derhalve de Raad de discussie tot een later tijdstip wenscht. te verda gen. Stilzwijgend ging do Raad hiermee accoord en werd de zitting gesloten. Abessijnsche verklat ring aan den Volken bond De gezant van Abessynië te Pa rijs, Wolde Mariam, heeft den se cretaris-generaal van den Volken bond de aangekondigde verklaring inzake het standpunt van Abessynië overhandigd en daarbij met nadruk erop gewezen, dat deze verklaring niet als het antwoord van Abessynië op de Fransch-Britsche voorstellen moet worden beschouwd. Dit ant woord zal later worden overhan digd. In de Abessijnsche verklaring, die tien vellen machineschrift omvat, wordt scherpe critiek geoefend op de procedure, die bij de uitwei'king der Fransch-Britsche voorstellen is gevolgd en voorts op den inhoud der voorstel len zelf alsmede op het Engelsche wit boek. De Abessijnsche regeering wil openlijk verklaren, dat zij verbaasd was. Zij heeft zich afgevraagd, of deze „voorwaarden" werkelijk ten doel had den een einde te maken aan de ver dragsschendingen, of dat men aan de vijandelijkheden een einde wilde maken door het slachtoffer van den aanval tot capitulatie te dwingen. De Abessijnsche regeering heeft kun nen vaststellen, dat in de geheele we reld millioenen en millioenen men- sclien zich dezelfde vraag hebben ge steld. Uitvoerig citeert de verklaring uitlatingen uit den laatslen tijd van Britsche en Fransche staatslieden. Her innerd wordt aan het grondbeginsel van het rapport der commissie van vijf, waarvan de Britsch-Fransche voorstel len „de volledige en flagrante ontken ning zijn. Schending der poli- tieke onafhankelijkheid Tegen deze voorstellen werden de vol gende bezwaren geopperd: (1) Geen orgaan van den Volken bond is bevoegd een staat, die lid van den Bond is, gebiedsafstand of zelfs maar gebiedsruil op te leggen of aan te bevelen. Dit zou een schending van artikel 10 van het Volkenbondspact zijn. De Parijsche voorstellen trachten echter onder het mom van gebiedsruil Abessynië een gebiedsafstand op te leg gen of op gebiedende wijs aan te beve len. Dit is een schending van artikel 10. (2) Geen orgaan van den Volkenbond is bevoegd een staat, dia lid van den Bond is, het afstaan van economische voorrechten voor een deel van zijn ge bied aan een derden staat op te leggen of aante bevelen. De Parijsche voor stellen zijn erop gericht Abessynië te dwingen of op gebiedende wijze aan te bevelen, Italië economische voorrech ten, gepaard met politioneele bevoegd heden, toe te kennen. Dat beteckent een aantasting van de politieke ornafhan- kelijkiheid van Abessynië en is even eens een schending van artikel 10. (3) Geen orgaan van den Volkenbond is bevoegd een staat, die lid van den Bond is, buitenlanadsche controle op zijn bewind of de benoeming van advi seurs op te leggen. Slechts deze staat zelf heeft het recht den Volkenbond om deze contróle te verzoeken. De Volken bond heeft dan den plicht, deze toe te staan. Zij kan echter slechts den vorm van onbaatzuchtige medewerking heb ben. d. w. z. zij moet collectief en inter nationaal zijn en den staat, die eroin gevraagd heeft, volledige vrijheid bij de keuze van zijn adviseurs laten. Als deze voorwaarden niet vervuld worden, wordt artikel 10 eveneens geschonden. De Parijsche voorstellen willen Italië een overwegenden invloed op de con tróle op Abessynië geven, met het uit gesproken doel 'Italië het bewind over iie hoofdstad en een groot gebiedsdeel te geven. Indien de Volkenbond hier mee accoord zou gaau, zou hij artikel 10 schenden. (4) Het volledig afstand doen van een strook land en van de haven Assab zou een zuivere schijnprestatie zijn. De situatie van dit gebied en van de ha ven is zoodanig, dat het slechts van Italië afhangt door een enkel gebaar Abessynië zijn eigendom en het vrije gebruik ervan te ontnemen. Bovendien zeggen Frankrijk en Engeland Italië controle over dit gebied toe. Geen or gaan van den Volkenbond is bevoegd een derden staat controlerecht over het gebied van een mede-lid te waarborgen, of zijn invloed in dit opzicht uit te oefenen. Ook dit zou schending van ar tikel 10 zijn. ITALIË'S STANDPUNT Het antwoord van Rome op het Parijsche vredesplan pas over cenigen tijd te ver# wachten Reuter meldt uitRome, dat Woens dag te 22 uur de groote raad der fascis tische partij bijeenkwam in het Vene- tiaansche paleis onder voorzitterschap van Mussolini. De partijstandaard, die van het Licto ren-paleis door een eere-escorte werd overgebracht, waait thans van het bal- con van het regeerings-paleis. Het laconieke communiqué van den grooten fascistischen raad heeft geen verwondering gewekt. Reeds de vorige week werd verklaard, dat. voor 18 Dec. geen antwoord zou worden gegeven op de Fransch-Britsche voorstellen, doch men liet reeds doorschemeren, dat de zitting van den raad eenige dagen in beslag zou nemen en dat de richtlijnen van de buitenlandsche politiek pas na het einde der zitting zouden worden be handeld. Daarna zou langs diplomatie- ken we& het antwoord worden gegeven op de Fransch-Britsche voorstellen. Het laatste communiqué van de zit ting zal een uitleg geven, bestemd voor de wereldopinie. In het bovenbedoelde korte officieel communiqué wordt verklaard, dat de zitting, die op den 31st.en dag der eco nomische belegering werd gehouden en waarbij Ba lbo. Bot t ai en Grandi afwe zig waren, tot 's nachts 1 uur duurde en zal worden voortgezet op den 20sten December van het jaar XIV der fascisti sche tijdrekening. Aangaande bet verloop der zilfing wordt slechts medegedeeld, dat Musso lini als tolk der gevoelens van den groo ten fascistischen raad een groet heeft gezonden aan maarschalk De Bono, wiens naam is verbonden aan de ver overing van Adoea en Markalle. Vervolgens heeft de groot e fascistische raad den politieke» toestand in verband met de I'ransch-Engelsche voorstellen aan een beschouwing onderworpen. Aan de besprekingen dienaangaande werd door elf leden van den Raad deel genomen. Uit de kwaliteit of functie van de sprekers bleek, dat de debatten voorna melijk betrekking hadden op de moge lijkheid van het land, om weerstand te bieden aan de économische sancties. Desniettemin zal hij in het Lagerhuis de Parijsche plannen toelichten De verscherpte sancties Niettegenstaande het aftreden van sir Iloare zal de zitting van het La gerhuis heden plaats vinden. Hoare had dc rede, die hij voornemens was te houden, reeds volledig voorbereid; zij was meer dan 4000 woorden lang. Het is nog niet zeker, of hij de rede alsnog zal uitspreken. Dit is niet het gebruik, maar het is mogelijk, dat voor dit geval een uitzondering zal worden gemaaki. Eenige uren vóór het aftreden van den minister waren reeds dergelijke geruchten in omloop, die echter niet bevestigd konden worden. Wel kon worden vastgesteld, dat zijn altreden van verschillende zijden werd ver langd. Het bericht van het aftreden baarde niettemin groot opzien, daar men op grond van de ontwikkeling van den toestand aannam, dat er geen verschil van meening tusschen Hoare en Baldwin bestond. Een later bericht van Reuter be helst, dal sir Samuel Hoare Don derdag vanaf zijn zetel in het La gerhuis, dus niet van de ministers- bank, een persoonlijke toelichting zau geven op zijn jongste poging tot bijlegging van het Italiaansch Abessijnsche geschil. Een opvolger van Hoare is nog niet aangewezen en hoewel Anthony Eden, de tegenwoordige minister voor Vol kenbondsaangelegenheden waarschijn lijk in do eerste plaats in aanmerking komt voor de portefeuille van buiten landsche zaken, wordt van andere zijde, naar men weet, de naam genoemd van Chamberlain. Er zijn eveneens geruch ten in omloop, dat de permanente on- derstaatsseertearis van buitenlandsche zaken, sir Robert Vansittart, voorne mens zou zijn af te treden. Op een in het Lagerhuis gestelde vraag heeft Baldwin schriftelijk geant woord, dat Laval en Hoare tijdens de jongste besprekingen te Parijs het er over eens waren, dat het niet redelijk zou zijn ovep. uitbreiding der sancties te spreken, zoolang de vredesvoorstel len het onderwerp van een actieve bcsludeering door Italië. Abessynië en den Volkenbond uitmaken. DE LUCHTMACHT DER BRITTEN De onderstaatssecretaris van het Britsche ministerie van luchtvaart, Sir Phillip Sassoon. heeft in antwoord op een vraag in het Lagerhuis medege deeld. dat de Britsche luchtmacht op het oogenblik bestaat uit 1180 gevechts vliegtuigen, tegen 1015 in Mei van dit jaar. Bovendien zijn op het oogenblik nog eenige toestellen in aanbouw. WERELDGEBEUREN PARIJSCH VREDESPLAN DE AANLEIDING De gewezen minister niet bereid toe te ge ven, dat hij fouten zou hebben begaan HET is ongetwijfeld een verrassend bericht, dat de Engelsche minis ter van buitenlandsche zaken, sir Samuel Iloare, gisteravond zijn por tefeuille ter beschikking heeft gesteld, zoodat zijn ministerschap ditmaal van wel zeer korten duur is geweest, aan gezien hij zijn ambt aanvaardde op 7 Juni j.l., toen het. ministerie, aan welks hoofd Macdonald stond, werd vervah- gen door een kabinet, dat geleid werd door Baldwin. Dat Hoare zijn opzienbarend besluit nam, wettigt buiten kijf de gevolgtrek king, dat er tusschen de ministers, dio de Engelsche regeering vormen, ver deeldheid heerschte ten aanzien van de houding, met betrekking tot het Oost- Afrikaansche geschil. Wanneer men mag afgaan op de berichten, welke in dc Britsche ochtendbladen van heden worden gepubliceerd, is Hoare's beleid, zooals dat tot uiting kwam in het aan vaarden van het vredesplan ten aan zien van Abessynië, waarin de Fran sche zienswijze zoo duidelijk was be lichaamd, in de Woensdagochtendzit ting van het Britsche kabinet op zeer felle wijze gekritiseerd. IToare had hlijkbaar reeds een verweer opgesteld in den vorm cener rede. die hij he den van zins was in liet Lagerhuis te houden ter motivcering van zijn zoo zeer gelaakte houding, doch velen zij ner ambtgenooten konden zich blijk baar niet vereenigen met hetgeen Hoare's exposé behelsde. Met een ver wijzing naar de zwakheden van het collectieve systeem en naar de bizonde- rö omstandigheden, waarvoor Engeland zich ziet geplaatst, had hij zijn toena dering tot het Fransche standpunt op een uiterst vrijmoedige wijze willen verdedigen. Hij zou daarbij, naar veler gevoelen, de aandacht hebl>en willen vestigen op de zwakte van den .Vol kenbond en onder meer hebben willen betoogen, dat Engeland feitelijk de eenige staat was, die maatregelen had getroffen om zich te verweren tegen eventueele contra-maatregelen van Ita liaansche zijde, die den vorm zouden kunnen aannemen van een oorlog, die Engeland alleen zou moeten voeren. Aangezien het blijkbaar in Hoare's bedoeling lag in geenerlei vorm zijn excuses aan te bieden en hij er niet toe te bewegen was openlijk toe te ge ven, dat zijn beleid niet door den beu gel kon, was de positie van den minis ter van buitenlandsche zaken eigenlijk onhoudbaar geworden; wel schaarden zich enkele ministers aan zijn zijde, maar toen, naar verluidt, enkele jon gere elementen onder de kabinetsleden dreigden hun portefeuille ter beschik king te stellen, wanneer een poging werd gedaan het door Laval en Hoare opgestelde „vredesplan" goed te keu ren. ontstond een kritieke toestand. Bovenaangcduid dreigement had ef fect: liever dan te erkennen, dat hij fouten had begaan, diende sir Samuel zijn ontslag in, een oplossing, die mis schien het meest aanbevelenswaardig was, aangezien anders een aftreden van het geheele kabinet zeer wel tot de mogelijkheden zou hebben behoord. Het Engelsche kabinet is op deze wij ze behoed voor een prestigeverlies, dat onvermijdelijk zou zijn geweest, wan neer men Hoare niet alleen had ge handhaafd, maar tevens in bescher ming genomen; immers: het Parijsche vredesplan, dat Engeland in liet Fran sche vaarwater bracht, heeft alom ter wereld. Engeland niet uitgesloten, groote deining veroorzaakt, omdat, te- een de beginselen van den Volkenbond in en voorts in strijd met Engelands oorspronkelijke politiek ten aanzien van het Oost-Afrikaansche conflict, de aanvaller, i.e. Italië, voor zijn agressie ve handelingen nog werd beloond, o.a. in den vorm van gebiedsafstand, waar toe men Abessynië. het. slachtoffer van het Italiaansche imperialisme, wilde bewegen. Door Hoare's heengaan, on vermijdelijk, toen deze zich zelf niet wilde desavoueeren, is dc atmosfeer, zoo niet. volkomen opgehelderd, dan toch iets vriendelijker geworden. On- dertusschen mag men benieuwd zijn, wat Hoare. niet van de ministersbank, maar van zijn Lagerhuis zetel af, heden eventueel te berde zal brengen ter rechtvaardiging van de houding, door hem in het geschil tusschen Abessynië en Italië aangenomen. Afgewacht moet nu eveneens worden, of de Engelsche regeering, nu Hoare niet meer deel uit maakt van het kabinet, de politiek van den cx-minister van buitenlandsche zaken in den vervolge volkomen zal verloochenen en weer terugkeeren tot de staatkunde, die gekenmerkt werd door een zelfbewuste houding tegen over Italië. Onuitgemaakt is vooralsnog wie Hoa re. die er niet in is vermogen te sla gen in het begin van het conflict tus schen Italië en Abessynië een schik king naderbij te brengen en die ook niet heeft kunnen verhoeden, dat Italië ten aanzien van Ethiopië zijn agressie ve voornemens in daden omzette, zal opvolgen. Te dezen aanzien heeft men voorshands nog slechts met o n-d i t s te maken; zoo is er sprake van, dat Baldwin, de premier, de portefeuille van buitenlandsche zaken er bij zal nemen; van andere zijde verluidt, dat lord Halifax, de lord-grootzegelbcwaar- der, Hoare's plaats zal innemen, waar door. naar men verwacht, een princi- pieele wijziging in de oriëntatie der buitenlandsche politiek zou intreden. Ook wordt het niet onmogelijk geacht, dat Eden, de minister voor Volken- pondsaangclegenheden. de leider van het Foreign Office zal worden, terwijl tevens, in verband met dc partieele kabinetscrisis, de naam van Austen Chamberlain op veler lippen is, doch laatstgenoemde schijnt Hoare's ambt voorloopig niet te ambteeren, zoodat nog een volkomen onzekerheid om trent de opvolging bestaat. Hoe dit zij. de berichten uit Genève stemmen hierin overeen, dat het af treden van Hoare. die, terloops opge merkt. als minister van buitenlandsche zaken ook wel successen heeft geboekt men denke aan de vlootovcrecn- komst tusschen Londen en Berlijn in de Volkenbondsstad groote beroering heeft gewekt, 's Ministers heengaan, een uitvloeisel van dc openbare mce- ning. die het „vredesplan" beschouw de als een summum van onrechtvaar digheid. zal niet. nalaten op misschien beslissende wijze de onderhandelingen te beïnvloeden, die thans te Genève met betrekking tot, het Oost-Afrikaan sche geschil worden gevoerd. Vooral is zulks aannemelijk, wanneer ïtalië's antwoord op het „vredesplan" feitelijk neerkomt op een afwijzing. 99 99 In het Lagerhuis is opnieuw een voorpostengevecht geleverd In het Lagerhuis heeft men tijdens het vragenuurtje Woensdag opnieuw een voorpostengevecht geleverd, dat vooruit loopt op het groote uebat over de Britsch-Fransche voorstellen, het welk hedenmiddag zal beginnen. Een der afgevaardigden wilde van den mi nister van buitenlandsche zakeq we ten. of de Volkenbond thans tegen Italië de in artikel 16 omschreven sanctie- maatregelen'toepast en welke verdere maatregelen eventueel nog in aanmer king komen. In de plaats van den wegens ziekte nog afwezigen minister van buiten landsche zaken sir Samuel Hoare ant woordde ministerprecident Baldwin met een opsomming der thans in wer king zijnde economische en financi- eele sanctiemaatrogelen. Het is de taak der coördinatiecommissie den leden van den Volkenbond eventueel nog an dere maatregelen voor te stellen, die op de eerste alinea van artikel 16 be rusten. Op. de vraag, of dc Fransche regee ring had medegedeeld, dat de Fransche admiraliteit bij een Italiaanschen aan val op de Britsche vloot onmiddellijk eu actief hulp zou kunnen verleenen, antwoordde Baldwin, dat de Fransche regeering voor een dergelijk noodgeval een toezegging had gedaan. De onderstaatssecretaris voor buiten landsche zaken, lord Cranbornc, deelde één der vragenstellers mede, dat in het Lagerhuis een kaart van Abessynië is opgehangen, zoodat de afgevaardigden gemakkelijker de vredesvoorstellen kunnen bestudeeren. De ironische vraag van één der Labour-argevaardigden, of in de vcrgadrrzaal van het kabinet in Dowiningstreet ook een dergelijke kaart hing, bleef onbeantwoord. Baldwin deelde mede, dat de Abes sijnsche regeering den Volkenhond een verklaring over de voorstellen had doen toekomen. Het antwoord der Itali aansche regeering is tot nog toe niet ont vangen, doch op 16 December heeft dc Italiaansche ambassadeur te Londen een bezoek gebracht aan het Foreign Office om opheldering over bepaalde punten te verkrijgen. De Woensdag gehouden zitting van het Engelsche kabinet duurde ongeveer 2 uur. Omtrent het resultaat is niets bekend, dat eenige aanwijzing geeft omtrent de houding, die de regeering heden bij het Lagerhuisdebat zal aan nemen. Behalve de rede van Mussolini vindt in de Britsche pers ook een bericht uit Genève groote belangstelling, waar in gemeld wordt, dat als resultaat van de besprekingen der verschillende dele gaties het Fransch-Britsche vredesplan als dood beschouwd kan worden. Het gaat thans nog slechts om de vraag, op welke wijze men zich van het lijk kan ontdoen. De besprekingen te Genève Uit Genève wordt nader gemeld: De Raadszitting Ie Genève heeft tot nog toe weinig opheldering gebracht en de toestand is nog niet veel duidelijker geworden. Algemeen is men echter van nieening, dat na de verklaringen van Laval cn Eden het Parijsche vredes voorstel als van de baan beschouwd kan worden. In Fransche kringen is men van meening, dat de toestand, zoo als die was voor het opduiken van het Fransch-Britsche voorstel, weer is her steld; van Engelsche zijde wordt dat nadrukkelijk bevestigd door de mede deeling, dat Vrijdag as. de commissie van achttien, die verleden week haar besluit inzake de verscherping van de sancties door afkondiging van den pe- troleumboycot van Italië voor onbc- paalden tijd heeft uitgesteld, weer bij eenkomt en dat do deskundige voor de petroleum-, steenkool- en ijzervoorzie ning van de Board of Trade, Sterling, met Eden naar Genève is gekomen. Men zegt niet, dat Engeland thans ver scherping der sancties zal voorstellen, doch men geeft te verstaan, dat een dergelijk voorstel bij Engeland niet op verzet zal stuiten. Hoewel Woensdag niet officieel be sloten is tot behandeling van het Fransch-Britsche plan door de commis sie van dertien, d.w.z. den Volken bondsraad zonder Italië, zal dat in feite toch hedenochtend in een geheime zit ting gebeuren. In deze zitting verwacht men ook een openlijke gedachtenwisse- ling van die Raadsleden, die daartoe in de openbare zitting van Woensdag niet wilden overgaan. De toestand wordt uiterst verward, als men nagaat, dat de Fransche en Britsche initiatiefnemers hun voorstel len noch hebben aanbevolen, noch te ruggetrokken, terwijl de Abessijnsche regeering slechts haar antwoord wil geven, nadat de Raad zijn houding hoeft vastgesteld. Buitenlandsch Weerovcrzicht De depressie, welke gistermorgen nog in het Westen op den Oceaan was ge legen. heeft zich in Oost-Zuid-Oostelijke richting bewogen en bevindt zich nu over Midden- en Zuid-Frankrijk, waar zij matige neerslag bracht (Toulouse had 13, Biarritz 12 mtb). Het lage drukgebied over Duitschland trok naar Zuid-Scnndinavië, waar het thans nog regent en sneeuwt. Over IJsland ver sterkte zich het hooge drukgebied. ter wijl het over Noord-Scandinavië aan be- tcekonis verloor. De vorst is over het algemeen weer toegenomen. Over Lap land wordt zij weer streng, over Zuid- Duitschland en Zwitserland matig. Lichte vorst heerscht over Finland, Po len, het overige Duitschland. Oost- I'rankrijk, Schotland en Engeland. Het karakter van het weer blijft, in onze omgeving vrij somber. De drukverdee- ling en haar veranderingen wijzen er op, dat de Scandinavische depressie Noord-Westwaarts en de Fransche Zuid oostwaarts zal trekken. Hoogstwaar schijnlijk gaat de wind naar het Oosten, waarbjj dc vorst weer wat zal toenemen BINNENLAND EEN ROOFOVERVAL IN 1927 Voortzetting der Ossche zaken voor de Bossche rechtbank Zaak voor nader onderzoek DEN" BOSC1I, 19 Dcc. Vandaag werd door de rechtbank te Den Bosch wederom een aantal strafzaken behan deld. Begonnen werd met dc berech ting van een roofoverval in Oss, ge pleegd in 1927. De 37-jarige J. C- van Geenen had zich te verantwoorden voor de in den nacht van 19 od 20 April 1927 gepleegde inbraak, vergezeld gaan de van geweldpleging en bedreiging in de te Oss gelegen woning \an de thans 64-jarigen arbeider J. Huismans. In deze woning hebben volgens de dag vaarding verdachte en zijn mededaders na zich toegang te hebben verschaft door ecu deur open te breken een be drag aan geld van ongeveer 1 8 bene vens een geweer weggenomen. Tegen de bewoner hebben zij geweld gepleegd door hem krachtdadig vast te grijpen en op den grond te drukken, terwijl zij hem hebben bedreigd door het ge weer op hem te richten, zeggende dat zij hem zouden neerschieten indien hij zijn geld niet gaf. De verdachte ont kende het misdrijf te hebben gepleegd. Hij is er niet geweest. De andere verdachte in deze zaak de arbeider J. A. van Schaijk uit Eind hoven. legde als getuige verklaringen af. Hij zeide met den verdachte cn Koosje van Bernc de inbraak te zijn gaan plegen. Zij troffen J. Huismans in bed. Wat er precies is gebeurd, weet get. niet meer. Ilij herinnert zich wel, dat er geld was meegenomen. Get. J. J. van Berne (Koosje) had voor de rechter commissaris verklaard, dat hij met verdachte en van Schaijk in de woning van J. Iluisnians is ge weest. Thans echter trok get. deze ver klaring in. Hij kan niet niet zekerheid zeggen of verdachte is mee geweest. Hij weet het niet meer en ziin twijfel daaromtrent is ontstaan door de hard nekkige ontkentenis van verdachte. Aan de achterzijde van het huls werd ingeroken. Voor de rechter-commissaris had get. nog verklaard, dat Huismans door get. en van Schayk werd gegre pen, terwijl verd. in het huis ging zoe ken. Dat iiad ftet. ook verklaard, doch zeker weet hij het niet en daarom kan hij er geen eed op doen. Get. J. Huismans herinnert zich de inbraak in den nacht te omstreeks half 2. Er kwamen drie personen binnen, twee bleven buiten. Zij waren gemas kerd. zoodat hij niemand herkende. Get. lag te bed en daar werd hij over vallen en bij den keel eegrenen. Er ontstond een worsteling, waarbij de in brekers naar geld vroegen. Hij zeide, dat er niets in huis was. Zij vonden toch nog ongeveer f 8 en namen ook het geweer mee, waar mede getuige nog bedreigden, maar hij wist dat het niet geladen was. De officier van justitie, mr. van Ever- dingen, verzocht de rechtbank een na der onderzoek door den rechtercommis saris te laten instellen. De verdediger, mr. Gerrits. verzette zich daartegen. Spr. zou niet weten, welke middelen onbeproefd zijn geble ven om de zaak tot klaarheid te bren gen. Het bewijs is nu niet geleverd en een niauw onderzoek zal waarschijnlijk! niets opleveren en verd., die geruimen tijd in voorloopig arrest zit in tegen stelling met van Schayk. zou erdoop gedupeerd worden. Spr. vroeg in vrij heidstelling van den verdachte. Ge tuige van Schayk, opnieuw gehoord, verklaarde er niet eker van te zijn of verd. er bij was. De officier van justitie merkt op, dat bij het vooronderzoek het bewijs door twee getuigen is geleverd. Toen ging men niet naar verdere bewijzen zoe ken, wat nu wél kan worden gedaan nu deze getuigen hun verklaringen hebben ingetrokken. De rechtbank begaf zich in raadka mer om over^ het verzoek van den of ficier van justitie te beraadslagen. Daarna deelde de president mede, dat de rechtbank de stukken in handen van den rechtercommissaris stelde voor nader onderzoek en de gevraagde in vrijheidstelling weigerde. De zaak tegen J. A. van Schayk, 30 jaar en arbeider van beroep en de me dedaders van voormeld misdrijf werden om dezelfde reden voor nader onder# zoek uitgesteld. BOTSING TUSSCHEN TWEE AUTO'S DELFT. 19 December. Op den nieuwen rijksweg tusschen Delft en Rijswijk, is vanochtend te kwart over elf een ernstig ongeluk ge beurd waarbij vier dames ernstig werden 'gewond. Twee auto's, op wee naar Rotterdam, kwamen bij het passeeren in aanra king met elkaar, waardoor een der wa gens van den kant van den weg werd geworpen en werd vernield. Van de vier inzittenden werden da dames Mevr, Kuiper en mevr. Dc Man, beiden uit Rotterdam, ernstig gewond, Blen van hen bekwam een wervelfrac tuur. terwijl de andere een kaakfrac- tuur opliep. Van de vier inzittenden van dc andere auto werden eveneens twee dames gewond, wier namen nog onbekend zijn Ken van hen liep een ernstige schedelfractuur op en de an dere bekwam verschillende snijwonden on brak een pols. Nadat eerste hulp was verleend werden twee slachtoffers naar het ziekenhuis aan het Westeinde te Den Haag overgebracht en twee naar het gasthuis tc Delft. De toestand van de vrouw die oen wervelfractuur be kwam is zorgwekkend. De vier overige personen werden niaf gewond.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1935 | | pagina 3