^Qjjzhjwksji
v. Ckhiohbsthqh m&ubiküdnq
GRATIS
JAPANSCHE KUNST
IN DE POTH
W. K. vanROSSUM
Agenda
gen
leder pak HONIG's VERMICELLI
FEUILLETON
De Verraderlijke Kleinigheid
2c BLAD PAG. 2.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
DINSDAG 24 DECEMBER 1935
KLEINMEUBELEN
PERZISCHE KLEEDJES
PERZISCHE KUSSENS
DELFTS-AARDEWERK
GROTE SORTERING
APARTE MODELLEN
LAGE PRIJZEN
Nog eenige bijzonderheden
over deze belangwek*
kende tentoon*
stelling
'China, met ook Indische invloeden,
is aanvankelijk de groote leermeester
geweest van Japan. Al van drie duizend
jaar voor Christus getuigen bronzen van
China's hooge kunstontwikkeling.
In Japan komt het kunstleven eerst
in onze jaartelling, na Japan's ver
overing van Korea, in do derde
eeuw na Christus. Van Korea en
óver Korea van China komen de in
vloeden. Maar wat d&ar ook de kunst
was, Japan heeft zich al vrij spoedig
op dit gebied zelfstandig ontwikkeld, en
wel zóó, dat men ter onderscheiding
zeggen kan, dat men steeds in de Ja-
panschc kunst meer het persoonlijk ka
rakter van den kunstenaar (met veel
fantasie en groote levendigheid) gevoelt,
dan in die andere landen, zeker dan in
China, waar meer methodisch
veel schijnt. In de 7e eeuw krijgt in
Japan het Boedhisme er vasten voet en
wordt daar naast het er bestaande
Shintoismc een overheerschende gods
dienst. Tengevolge daarvan komen er
Boedhistische voorstellingen in afbeel
ding cn ontstaat, wat de kunst betreft,
cr de Boedhistische school.
De eerste niet religieuse school, die
hierop volgt, is de Tosaschool.
Drie teekeningen op de tentoonstel
ling, ofschoon uit veel later tijd (de
Tos a school, evenals de eenige eeuwen
later gestichte K a n o-school heeft hare
aanhangers gehad tot in het begin van
de 19e eeuw), behooren hier toe.
De T o s a-moesters werkten in de
omgeving van den keizer. Zij gaven
van den adel het galante leven weer, de
tournooien, de jachten, den krijg, de
heldendaden, in fijne lijnen het land
schap. Hun werk voor zooverre niet
in zwart-wit. kenmerkt zich door een
diep harmonieus kleurgamma, vaak
verrijkt nog door goudglans. Van T
zwart-wit zijn de lijnen in alle kracht
steeds heel teer.
De stichter dezer school is Tsune-
taka, die in het begin van de dertiende
eeuw onder-gouverneur van de provin
cie To sa was.
In de tweede helft van de 15e eeuw
trekt de keizer zich in zijn paleis te
Kioto terug voor een geheel meditatief
leven. Hij laat de regecring ganschelijk
over aan zijn wereldlijken plaatsver»
vanger de „Shogun", die zich dan ves
tigt in Yedo, het tegenwoordige Tokio.
Dit toenmalige dorp breidt zich onder
het Shogunaat zeer spoedig uit tot de
aanzienlijkste stad van Japan.
Het hofleven van den keizer met de
Dames Modemagazijn
LANGESTRAAT 18
Wij ontvingen de nieuwe
VOORJAARSHOEDJES
T o s a-meesters komt geheel op den
achtergrond.
In het contact weer van Japan dooi
den Shogun met China, waar de sterke
Ming-dynastie regeerde deed de impres
sionistische Kunst van de Ming-kunste-
naars haar invloed gelden op de van
nieuw leven bezielde kunstenaars in de
omgeving van den Shogun. En zoo ont
stond de impressionistische Kano-
school, genoemd naar Kana Masonobo,
den grooten kunstenaar uit dien tijd.
Naast de uitbeeldingen van hot helden
leven komen meer en meer de onder
werpen van het dagelijksche leven in
beeld, zoo ook bloemen en planten en
dieren. Alle in forsche lijn, met rake
toets voor aanduiding.
Uit de Kano-school zijn hier op de
tentoonstelling aanwezig no. 73, n, 79,
80. 81, 82, 83, 87 en 88.
Onder invloed van de T o s a en
Kano-school zijn groote persoonlijk
heden ontstaan met geheel eigen karak
ter, waarvan als grootste genoemd dient
te worden Ogata Korin. (16601716).
Ogata is de geslachtsnaam die in
Japan den voornaam vooraf gaat. On
der den naam Korin alleen is hij alge
meen bekend. Naast groot schilder was
hij ook een groot lakmeester. Zijn lak
ken kenmerken zich door een breede
artistieke opvatting met inlegwerk van
metalen en perlemoer. De groote la li-
doos (op de tafel) met de afbeelding
van een schip, waar een breede golf
over slaat, is in Korin-stijl.
Japan heeft T oorspronkelijk werk van
dezen grooten meester steeds kramp
achtig vastgehouden. De grootste be
kendheid in Japan kreeg zijn schilder
werk door de houtsneden, die het zoo
meesterlijk interpreteerden, van een ge
lijk gestemd kunstenaar, die in het be
gin van 1800 leefde, met name Sakal
Hoïtsu. Korin zelf maakte geen hout
sneden, bovendien de houtsnede kreeg
eerst hare volmaking in 1765 door Ha-
runobu, de uitvinder van den veel-
kleurendruk.
Korin was een gefortuneerd man. Hij
had een mooi landhuis in de buurt van
Kioto. Hier ontving hij zijn vrienden,
edellieden en kunstenaars. Een hautain
man, die vaak zeer ironisch neerkeek
op do mcnschelijke ijdelheden en
dwaasheden. Maar daarnaast ging een
groote liefde van hem uit naar planten
en dieren.
Hoïtsu heeft zijn houtsneden naar
Korin voorzien van een van Korin's
signaturen (Korin had er verscheidene).
Van de eerstgenoemde voorstellingen
zien wij hier eenige op het beschot bij
den ingang, zeker een betere plaats
waardig, maar de plaatsruimte ontbrak
daarvoor. Kenmerkend is de brug, met
den slungeligen hofedelman gevolgd
door een bejaarden zwaarddrager en
daarachter twee straatvlegels. Dan het
bootje met de dichters, waarbij een
dichteres, die een groote schoonheid
heet te zijn geweest; hier wel als een
zeer ingebeelde vrouw en alles behalve
mooi. De gkromd figuur, die het bootje
voortstuwt, doet aan onzen grooten
Breughel denken.
Bijzondere aandacht vraagt het hert;
met de herfstbladen, tezamen het sym
bool van den helfst. Hoe het beestje
van leven trilt! En dan de oneindig
heid van den Fuji-Yama, den heiligen
berg van Japan.
Als een buitengewoon groote zeld
zaamheid komt op deze tentoonstelling
eene oorspronkelijke teeke-
ning van Hoïtsu voor, in waaiervorm:
waterplanten met een paar insecten
op vederdun papier.
Aan Hoïtsu toegeschreven is het
herfsthert in de vitrine.
Van ombekende meesters, maar die
als Hoïtsu's directe volgelingen zijn te
beschouwen zijn hier: do neerzwevende
vogel voor de zonneschijf en aan den
zelfden wand die dubbele reeks van
kleinere bladen met Japansche bloe
men, waarbij er zijn die niet onder doen
voor Albrecht Dürer.
Zooals reeds boven is gezegd: do Ja
pansche houtsnede kreeg hare perfectie
in 1765. De Japansche houtsnijkunst
vormt een school op zich zelf: de „Uki-
yoye", de school van het vliedende, het
voorbijgaande leven. Zij voldeed in een
behoefte van de menigte.
De meest in ons Westen bekende
meester hiervan is Ilokusai. (1760
1819). Uit zijn brieven blijkt, dat hij ge
hoopt had honderd en tien jaar te wor
den: dan zou volgens zijn zeggen, hij
alles voor uitbeelding in zijn macht
hebben gehad.
Vijf houtsneden zijn als zéér groote
zeldzaamheden van hem hier aanwe
zig, het zijn vijf uitbeeldingen (meer
heeft hij er niet gemaakt), van de
„Hiaku Monogatari", de honderd gruw
zame vertellingen.
Naast dc afbeelding van de heks
„Hannia", die de kinderen verslindt,
hangt hier op den wand haar Nó-
masker.
Op zijn feest is Hokusai hier verte
genwoordigd door zijn surimino. de
dubbele reeks op den wand tegenover
den haard, en die wondere surimono op
de tafel.
1-Iet woord surimono zegt niet anders
dan „gedrukt ding", ma'ar het zijn die
houtsneden, die door den kunstenaar
nooit gemaakt zijn voor handelsdoel
einden, zoodat men er nimmer een
uitgevers- of handelaars-stempel op
zal vinden, maar steeds om bii feeste
lijke gelegenheden elkaar ten ge
schenke te geven. Zij werden maar in
kleine oplagen gedrukt, een groote
zou om de vele zorg bij 't drukken
niet mogelijk geweest zijn. Goed beke
ken, schijnt het, of ook in dat tech
nisch kunnen de kunstenaars tegen
over elkaar hebben willen excelleeren.
Bijzondere vermelding verdient de
surimono met den draak. De draak in
het Oosten is steeds een gelukssvm-
bool. Het heet, dat in dagen van een
alles verschroeiende droogte, waar
door groot misgewas ontstaat, de
draak vanuit zee de wolken weder
naar het land stuwt, waarna de regen
als oen zegen daalt, waardoor het
land weder vruchtbaar wordt, er we
der oogst komt, voedsel en vrede voor
de menschen.
Op deze surimono komt hit door het
water heen, waarin aanduidingen nog
zijn van zeemonsters. Alleen zijn
rechter hoorn is zichtbaar die aan
doet als van bloedkoraal te zijn. De
witte Japansche schriftkarakters erop
vormen tezamen een vers; trouwens
het schrift op elke surimono behelst
een gedicht.
Even nog verwijlend bii de surimo
no. dient vermelding het hoogst
zeldzame, zéér precieuse. complete
stel van zes van Shinsai alle in ka
merscherm-formaat en voorzien van
verzen van zijn leermeester Shum-
man.
Wat de houtsneden betreft, wijzen
wij hier nog op Utamaro (17531797),
de uitbeelding in hoofdzaak van de
Japansche schoonen. Verder op twee
van Hiroshige, de groote man van het
landschap, met zijn beroemde land
schap hier, het dorp Kambara in de
6neeuw.
En dan op Kuniyoshi's beroemdste
houtsnede: de priester Nichircn be
klimt den berg bij het visschersdorp
Tsukuhara op het eiland Sado in de
sneeuw.
Japan vóór de invloeden van ons
westen (dus voor 1867, toen voor het
eerst de havens na 200 jaar van Ja
pan's isolement door den keizer weder
voor de vreemdelingen werden openge
steld) is steeds en zeer kunstzinnig
volk geweest. Algemeen een gevoel
voor hot schoonc, voor harmonie, voor
innerlijke aristoeralie. Zoo zijn de voor
werpen voor algemeen gebruik steeds
smaakvol geweest, do meeste zelfs vau
zeer hoogen kunstzin getuigend.
Het aardewerk: al zeer vroeg is
door Koreaansche pottenbakkers de
techniek van het pottenbakken naar
Japan overgebracht. De Japanners heb
ben in groote verscheidenheid, steeds
met eigen persoonlijk karakter er in,
hun aardewerk tot een uiterst raffine
ment weten op te voeren.
Eenige bakjes voor het aanmengen
van de thee. potjes met ivoren dek
seltjes voor het bewaren van de geur-
thee. cn een aarden kandelaar vindt
men in de vitrine.
Het lakwerk: dit werd op het
water, op de rivier gemaakt, opdat tij
dens de bewerking er geen stof bij kon
komen. Het relief in hout werd met
een couche lak overdekt. Deze lak werd
gedroogd in hcete vochtige lucht, want
alleen daarin droogde die lak, maar
dat drogen duurde eindeloos lang. Ten
slotte hard. werd de laag afgepuimd,
totdat er bijna niets meer opzat, en
dan kwam er de tweede laag op, die
de zelfde bewerking als de eerste on
derging. En zoo zijn er lakken, waar
twintig, dertig, ja veertig couches over
elkaar zijn aangebracht en toch maakt
men de doorsnede van cle laklaag,
dan is deze geen halve millimeter.
Deze lakmeesters stonden in dienst
van dc zeer bevoorrechten van de sa
menleving. in hoofdzaak van den adel.
Zij werden door hen gerespecteerd,
vaak vereerd, vanzelfsprekend goed
onderhouden.
Wat zij maakten, was natuurlijk
voor de adellijke families. Het werk
werd begrepen en als bij wijze van
spreken werd gezegd: „Kom jij er niet
mee klaar, dan maakt je zoon of je
kleinzoon het wel af." In 1867 is er een
einde gekomen aan den Japanschen
feodalen toestand, waardoor ook de
lakmeester in den strijd om het be
staan als hier gekomen is. en zoo kan
dat prachtwerk nu niet meer tot
stand komen.
De maskers die hier zijn, zijn al
len Nó-maskers. Het zijn tooncelmas-
kers voor spelen, die uit den dans voor
de goden zijn ontstaan. Geen vrouw
werd tot op deze eeuw od het tooneel
toegelaten. Maar wel de vrouwenrol.
Zoo waren er vrouwenmaskers noodig,
waarvan een drietal hier aanwezig.
Het vossenmasker is een bijzonder le
vendig stuk sculptuur uit 1600. Al deze
maskers zijn van hout en daarna met
tempera gepatineerd.
Voor het vossenmasker in de vitrine
liggen drie stootplaten van zwaarden,
(Japansch: Tsuba), de plaat waar de
vuist, tegen rust tussChen gevest en
kling. Van de oneindig vele zwaarden
die er geweest zijn. zijn geen twee
tsuba's aan te wijzen hetzelfde gedeco
reerd. Dit kleine vlak heeft het orna
ment van Japan het zuiverst bewaard
en heeft zoozeer de wisseling der tijden
meegemaakt, dat in de heldentijden dit
ornament steeds stoer en krachtig is, in
weelde-tijden vervallen kan tot bihelot-
versicring.
Het zwaard is altijd een vereerd hei
lig ding in het heele Oosten geweest.
De Japansche edelman draagt steeds
twee zwaarden, bij hem thuis heeft hij
nog een klein zwaard voor harakiri,
Japansche zelfmoord op hoog bevel,
voor het ophouden van de eer of zooals
wij gezien hebben, toen de grootvader
van den huldigen keizer kwam te
Grand Theatre. Vanaf Vrijdag 20
December vertooning van de film: „Het
leven is nog niet zoo kwaad."
Zondags en beide Kerstdagen 2 uur,
4.30 en 8 uur n.m.
Overige dagen 8 uur namiddag.
Zaterdag mutinée om 2.30 uur n.m.
Ctiv Theaaer. Vanaf 24 t.m. 26 De
cember vertooning van de films
„Stimme der Liebe" en „De Catacomben
van Parijs
Voorstellingen:
Zaterdag 2.30, 6.15 en 8.30 uur n.m.
Zondags en beide Kerstdagen door
loopend van 1.45 tot 8.30 uur n.m.
Andprp avni don 8 uur
Bioscoop Amicitia. Vertooning van de
films: „Zij en haar chauffeur" en „Voor
den Vrede." Van 22 t.m. 26 December.
Voorstellingen: 's avonds 8.10 n.m.
7ondae«j pnuinép ■'30 nur n tn
Museum Fléhite. Westsingel. (Uitge
zonderd des Zondags).
Theosofische Bibliotheek Gebouw
Theosofische Vereeniging. Regentesse
laan lederen dag van 6—8 uur.
Openbare leeszaal met Jeugdleeszaal
pn RibMntheek Muurbuizen 9
R.-K. Leeszaal Nieuwstraat 24.
13 t.m. 29 December. De Poth. Am.
Kunstkring. Tentoonstelling van Ja
pansche kunstvoorwerpen uit de col
lectie van Meurs te A'dam.
26 December. City Theater. Kerstver
gadering van de S. D. A. P. Ds. A. v. d
Heide spreekt over het onderwerp
„Van het duister toch naar het licht."
10 uur v.m.
28 December. De Valk. Oudejaars
avondbal van A.D.V.E.N.D.O. 8 uur
n.m.
28 December. Amicitia. Kindermiddag
van 't Nut. Goochelkunst door prof. A
W. Davola. 2.30 uur n.m.
29 December. De Valk. Zanguitvoe
ring van Bel Canto. 8 uur n.m.
29 December. Soc. Concordia. Joodsche
Vereen. „Nut en Genoegen." Lezing door
Dr. P. IJssel de Schepper uit 's-Graven-
hage over: „Karaktervorming." 8 uur
namiddags.
4 Januari. Markthal. Feestavond v. d.
Amersf. Bestuurdersbond ter herden
king van het 35-jarig bestaan. 7.30 uur
namiddags.
5 Januari Paviljoen Berghotel. Ned.
Kamermuziek Ensemble. Zondagmid
dagconcert
7 Januari. Volksgebouw. Inst. voor
Arbeidersontwikkeling. De beer C. J.
Vermeij over het onderwerp: „Vogel-
sport verheffend voor lichaam en geest"
8 uur n.m.
9 Januari. Grand Thé&tre. Kunst
kring voor Allen. Opvoering van: „Laat
Maupie maar loopen", door gezelschap
Jan Musch. 8.15 uur n.m.
10 Januari. Toonzaal Sierkunst. Soefi-
oyerlijden. hoe diens eerste minister en
zijn vrouw er toe overgingen in de
overtuiging dat hun zielen dan hun
heer zouden volgen.
De helmen hier zijn statiehelmen,
die tegen het einde van 1700 bij feeste
lijke gelegenheden in de omgeving van
den keizer gedragen werden. Te groot
en te zwaar voor het hoofd rustten zij
op een ijzeren halskraag, die zelf
weder rust op het ijzeren harnas. Het
gelaat was bedekt met een ijzeren mas
ker. Zij zijn ijzerdrijfwerk. In Japan
zijn groote meesters op dit gebied ge
weest. Bekend is de. familie Myochin,
iizerdrijvers van vader on zoon.
AMERSFOORT
2 Januari. Concordia. Verkooping van
9 woningen,' drie woonhuizen, winkel
huis en ccn perceel grond. 8 uur n.m.
BAARN
16 Januari, 't Kasteel van Antwerpen.
Verkooping woonhuis Laanstraat 47.
S uur n.m.
Beweging. Concert Musharoff Khan.
8 uur n.m.
11 Januari. Dc Valk. Feestavondj I.O.
G.T. 8 uur n.m.
17 Januari. Toonzaal Sierkunst. Soefi-
Beweging. Openbare lezing door den
heer L. Hoyack. Onderwerp: „De betee-
kenis v. h. Voorzienigheidsbegrip voor
onzen tijd." 8 uur n.m.
22 Januari. Amicitia. Pijpercorps „Ju
liana." Uitvoering t.g.v. het 10-jarig be
staan. 7.30 uur n.m.
UTRECHT
25 t/m. 29 December. Tivoli. Henrietta
Davids Revue „Lachen is troef." 8 uur
n.m.
25 December. Stadsschouwburg. De
Boer van Rijk ensemble voert op: „Veel
Heil en Zegen." 8 uur n.m.
26 December. Stadsschouwburg. Ver
een. Rotterd. Hofstad Tooneel voert op:
„Een glas water." 8 uur n.m.
27 December. Stadsschouwburg. Opera
Italiana. Cavalleria Rusticana. 8 uur
AMERSF. RADIOCENTRALE
Morgen geeft de Amersfoortsche Ra
dio-centrale, behalve de programma'a
der beide Hollandsche zenders, die der
volgende buitenlandsche zendstations.
8.30—10.00 Keulen.
10.002.20 Brussel Vlaamsch.
2.203.25 Diversen.
3.25— 5.20 Weenen.
5.2012.00 Keulen.
OMREKENINGSKOERSEN
Off. Niet Off.
21 Deo. 23 Deo.
- 7.27*4 7.27 ft
- 0.59.37 y2 0.59.87
9.72% 9.72 ft
- 24.86 24.86
- 47.89 47.91
- 32.60 82.60
- 86.65 86.65
- 87.60 87.60
- 1.47% 1-47 ft
- 6.14 6.14
Medegpd. door de Rotterd. Bank vereen.
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Zürich
Kopenhagen
Oslo
Stockholm
New York
Praag
„Hij leert namelijk dansen per
correspondentie!"
(„Life");
txvat ter kennismaking een
HONIG's BOUILLONBLOKJE
De mensch is als de luchtschipper: hij
moet om te kunnen stijgen, heel wat
geestelijken ballast over boord werpen.
Naar hot Engelsch van L. F. Hartman,
door mr. H. J. H.
De geschiedenis van een detective, die
geroepen wordt om zijn eigen mis
daad te onderzoeken en aan het
licht te brengen en hoe ook hij
door een kleinigheid faalde.
Hij begon het vertrek gejaagd op en
neer te loopen. Zoo gingen een paar mi
nuten voorbij en nog steeds liep Legrand
te denken.
„We zouden misschien", onderbrak
Lane eindelijk de stilte, „onder een of
ander voorwendsel de vingerafdrukken
van alle gasten en bedienden kunnen
vragen. Bij wijze van spelletje, ziet u,
om den avond door te komen".
„Daaraan heb ik ook al gedacht", zei
Legrand afwerend, „maar dat kan zoo
gauw achterdocht wekken. Onze lange
afwezigheid zal al wel opgemerkt
en besproken. In den salon heerscht
toch al een stemming een meening,
dat er iets aan de hand is. Ik voelde het
al, voordat mijnheer Graham me kwam
roepen".
Crawford Lane wierp zijn sigaar met
een besliste beweging in den haard,
zoodat Bridges hem angstig aankeek,
als vreesde hij een onberaden stap. Maar
hij ging naar dc tafel toe en haalde zijn
notitieboekje te voorschijn, waarin hij
ging zitten bladeren.
„Hebt u op Iemand een bepaalde ver
denking?" vropg I-egrnnd, van Lane
naar Bridges kijkend. „Ik zou het liever
niet opperen maar u kent uw gasten
beter dan ik is cr misschien niet een
of nnder, die
En al deden we dat?" onderbrak
Bridges hem op geprlkkeldcn toon.
„Nemen we nu maar eens Stacy Gra
ham. Als we hem verzochten zijn zak
ken binnenste buiten te keeren
„O, met alle genoegen", lachte Stacy
„Fouilleer me maar!"
Legrand schonk cr geen aandacht aan
en bleef tegenover Lane staan.
Zitten we dan werkelijk op een dood
punt? Maar waarom moet alles van
avond al gebeuren. We hebben morgen
en overmorgen immers nog? We kun
nen alle gasten noch heimelijk laten be
waken, totdat we eenige zekerheid krij
gen?"
„We hebben zekerheid genoeg!" gooi
de Lane er brutaalweg uit. „Badding-
ton heeft afdrukken gevonden op de
wijnglazen, die volkomen overeenstem
men met die op dat doosje in de safe!"
„Lane toe alsjeblieft begon
Bridges.
„Zoo?" onderbrak Legrand hem met
groote verwondering. „Waarom hebt u
me dat dan niet eerder gezegd?"
„De afdrukken zaten op uw wijn
glas", zei Lane en hij legde zijn notitie
boekje neer en keek Legrand strak aan.
„En mijnheer?" vroeg de Fransch-
man scherp en keek Lane, die koel en
strak bleef zitten, venijnig aan. „Einde
lijk beginnen we elkaar dan te begrij
pen! U beschuldigt mij dus de smarag
den van die mithra gestolen te heb
ben?"
„U bent een beetje te vlug, mfjnheei
Legrand De glazen kunnen verwis
seld zijn
„Ja, er moet een dergelijke vereissim
hebben plaats gehad begon Bridges
weer.
„Mnar die zoudt u geipakkelijk kun
nen herstellen, mijnheer Legrand, door
Baddington een afdruk van uw vingers
te laten nemen!" zei Lane.
„Dat weiger ik beslist!"
Er volgde een doodelijke stilte op de
ze woorden.
„Dus u wilt niet medewerken om
„Dat weiger ik!"
Bridges deed een stap voorwaarts en
Legrand wendde zich tot hem en sprak
snol en gejaagd, maar als volkomen
zeker van zijn zaak:
„Mijnheer, u bent zoo edelmoedig ge
weest ons de verzekering te geven, dal
de dief zou gespaard worden, indien de
steepen werden ontdekt. Ik heb me niet
aan een zoo afschuwelilke Inbreuk op
uwe gastvrijheid schuldig gemaakt!"
Hij had snel een zakmesje te voor
schijn gehaald en geopend.
„Tk verzoek u mijn onschuld te mogen
bewijzen door u op dit oogenhlik zelf de
««feenon terug te bezorgen. Neemt li me
niet kwalijk, mijnheer!
Met een snelle beweging had hij zich
meester gemaakt van het potlood, dat
met een koordje aan het notitieboekje
van Lane bevestigd was en dat koordje
doorgesneden.
„De steenen zitten hierin!" vervo'
hij, en met een vlugge beweging sneed
hij het potlood middendoor en de stee
nen rolden over de tafel heen.
„Zooals u ziet, is dit potlood hol en
vormt op die wijze een vernuftige berg
plaats!"
Hij had het potlood op tafel geworpen
en keek Lane strak in het gelaat. Deze
was overeind gesprongen en eenige
oogenblikken keken beide mannen el
kaar recht in de oogen Legrand stond
rechtop met de armen over elkaar ge
slagen in een houding van hooghartige
afwachting. Lane klemde zich met beide
handen aan tafel vast Hij slikte een
paar malen met groote moeite, scheen
er geen woord uit te kunnen brengen,
draaide zich om en verliet het vertrek.
„Ik begrijp heel goed. hoe pijnlijk
dit geval voor u zijn moet. mijnheer
Bridges zei Legrand, toen Lane. door
Baddington gevolgd, verdwenen was
..en het spijt me ten zeerste, dat Craw
ford Lane me hiertoe gedwongen heeft
in uw huis".
„Maar., ik begrijp er niets van!
Het is toch niet., aan te nemen., dat
Lane die steenenmet opzetgesto
len heeft?" stotterde Bridges. „Dat is
te afschuwelijk., dat kan ik me., van
een., vriend., niet voorstellen!"
Legrand lachte grimmig,
„Hebt u Lane al lang gekend? Den
kelijk slechts sedert hij zijp beroep er
aan gaf en zich in New-York vestigde,
nietwaar?"
...Ta., dat is wel zoo., maar als ver
zamelaars hebben wii altlid heel., ver-
(rouwe)iiksamengewerkt", zei Brid
ges langzaam en nadenkend.
„Ik ben." vervolgde Legrand, „toeval
lig bijzonder goed op de hoogte van
wat er op veiling van de collectie Wev*
land twee jaar geleden in Londen is
voorgevallen. U weet natuurlijk niet.
dat degene die toen tegen u heeft op
geboden on deze smaragden, een agent
van Lane was. En denkelijk hebben uw
gemachtigden u nimmer verteld, dat
die steenen een week lane na de ver
kooping on een geheimzinnige manier
zoek ziin geweest en dat ze eerst te
recht ziin gekomen na een snnnnend
onderzoek door detectives. Wat er van
avond gebeurd is. doet mij vermoeden,
dat het Lane niet onhekend was dat
ik toen aan dat onderzoek deelgenomen
heb Hedenavond bent u getuige ge
weest van een wanhopige poging om
weer in het bezit te komen van die
steenen. waarnaar door Lane met de
waanzinnige begeerte van een echten
verzamelaar wordt verlangd. En het
was werkelijk hoogst vernuftig be
dacht. De omstandigheden waren zoo
geregeld, dat de verdenking en de
schuld bijna noodzakelijk op mij moes
ten vallen. En intusschen kon hij de
steenen veilig wegbrengen."
„Maar. neemt u me niet kwalijk,
dat is nu juist zoo oubegriipelijk voor
me., hoe uw vingerafdrukken op dat
doosie kwamen." zei Stacy.
„Och. dat is heel eenvoudig. Die
doosjes zijn alle precies hetzelfde. Vóór
tafel heeft mijnheer Bridges mij ver
schillende er van in handen gegeven.
Lane moet goed toegekeken hebben
welk9 ik in handen heb gehad en een
daarvan in de plaats gezet hebben van
het doosje, waarin de smaragden had
den gelegen."
„U vermoedde dus."
„Dat de afdrukken op dat doosje de
mijne waren? Ja. en ik herkende ze
terstond onder het vergrootglas, even
gemakkelijk als ik een foto van mezoi'
zou herkend hebben. Toen begreep ik,
dat het een listig nlan van T.ane was
om mii er in te betrekken. Tk verzeker
u. dat het een paar hoogst onaangena
me minuten voor me ziin geweest,
waarin ik heb moeten uitdenken, wat
Lane met die steenen kon gedaan heb
ben. die hij. daar was ik zeker van,
bad weggenomen. Maar dat stukje
watten zei me veel. Lane moest het
bovenstuk van dat potlood hebben af
geschroefd en. nadat hii de sleenen er
in gedaan had. hemerkt hebben, dat ze
rammelden in de te groote ruimte. Hii
nam-toen wat het eerst voor de hand
lag om die ruimte on te stoppen, dat
stukje watten en.. Maar we worden
gestoord!"
Legrand hield on. want de deur werd
onen gedaan en de gasten kwamen af
scheid nemen.
Stacv Graham liep met groote schre
den Legrand achterna, die iets eerder
dan hil vertrokken was. Iliï wilde
graag noe wat meer uitleg hooren van
het voor hem onbeeriineliike geval der
ontmaskering van Lane. Legrand keer
de zich om. toen hii ziin snelle schre
den achter zich hoorde.
„Ah. bent u het. mijnheer Graham?
Ook loopende?"
,Mag ik een eindje met u meegaan.
Tk ben nog even op weg naar mijn
club."
„Met alle genoegen," antwoordde
Legrand en zwijgend liepen ze een
Iraat verder Voor den ingang van de
Patriciansclub hield Stacy zijn metge
zel staande. „Gaat u even mee naar
binnen? Het is nog niet te laat voor
een sigaret en een glas whiskv, wel?"
Legrand stemde na eenige aarzeling
toe. En spoedig zaten ze in den rooksa-
Ion. met een glas voor zich. te praten.
„Dat was een gevaarlijk waagstuk
vanavond." zei Stacv eindelijk.
.Jk vond het erg onprettig." ant
woordde Legrand met gefronste wenk
brauwen. ..Maar ik had geen andere
keus!"
„Natuurlijk niet!" gaf Stacy toe.
„Maar bleef het toch niet heel ere ge
waag. neemt u me niet kwalijk,
dat ik mijn meening zoo maar zeg.
om dat ootlood van Lane af te nemen
en het stuk te snijden? U kondt er toch
niet absoluut zeker van ziin. dat die
steenen er in zaten?"
Legrand blies nadenkend een wolk
sigarettenrook uit.
„Integendeelik was er volkomen
zeker van. dat ze er in zaten." zei hij.
dacht een oogenblik na en voegde er
dan aan toe: „Het Is teekenend voor
miin manier van werken!"
Stacv wachtte af. dat hii verder zou
gaan.
„In miin haastiee verklaring aan
mijnheer Bridges heb ik een belangrijk
Dunt overgeslagen, zoodat het me niets
verhaast, dat u het heele geval als een
soort goocheltoer beschouwt.. Hoe Im
mers kwam ik op het idee. dat ziin
potlood een bergplaats was? IJ zult u
wel herinneren; dat hel met een koord
ie vast zat aan het notitieboekje, dat
Lane ons voor het eten liet zien. En
toen mijnheer Bridees in dat boekje
bladerde, viel het me on. dat het hand
schrift zoo bijzonder neties en fijn was
Dat. is denkcliik dan ook een eigen
schap van Lane netheid en een ze
kere verfijning Toevallig viel mijn
blik op de aanteekoning betreffende
het diner van milnheer Bridees. die
eindigde met de vermelding: „T,e G. is
er ook". Maar toen mijnheer Rridges
verder bladerde, viel me nog iels an
ders op. dat me eigenaardig aandeed.
Het handschrift werd hoe langer hoe
grover en dikker. Bliikhaar had Lmr
ziin potlood in dc laatste weck erg
stomn laten worden Dat is natuurlijk
een heel onbelangrijk feit. maar toch
trof het mii en kwam me vreemd voor
Onder het diner kwam het me telkens
weer in de gedachten ï.ane. die ziin
aanteekeningen zoo fjjn en keurig
maakte, had ziin potlood stomn laten
worden. Wat voor reden kon hii heb
ben. om de nunt niet te slijpen. Juist
omdat ik daarvoor geen afdoende ver
klaring kon vinden, bleef het me bij.
Toen ik twee uur later gevangen zat
in den val. door Lane voor mè opgeze.t,
werkten miin gedachten natuurlijk
bliksemsnel. Dat nlukie watten was
slechts een heel zwak gegeven. Als ik
er maar een tweede bii kon vinden! En
toen oneens schoot, me dat dikke pot
lood van Lane te binnen. Oogenblikke-
liik doorzag ik de heele zaak. Die wat
ten wezen er op. dat de steenen in een
klein voorwerp geborgen waren., het
potlood! Immers van den dag af. dat
hii die uitnoodiging voor het diner ge
kregen had. had Lane ziin potlood niet
meer scherp gehouden, als voorberei
ding voor ziin diefstal. Hii had het, pot
lood zorgvuldig uitgehold tot dicht hii
de Dunt. om daarin die steenen te kun
nen bergen, als hii de gelegenheid
kreeg om ze te stelen. En uit angst
van het holle gedeelte aan te snijden,
had hii ziin punt niet meer geslepen.
Het stomp worden van een potlood
puntje is natuurlijk een onbelangrijke
kleinigheid. Maar d&t was nu juist,
waar het on aankwam. Het is opmer
kelijk. hoe slimme en verstandige men
schen. die een misdaad met de uiter
ste zorg en nauwlettendheid weten
voor te bereiden, zoodat het schijnt,
dat de ontdekking tot de onmogelijk
heden behoort, een of andere kleinig
heid over het hoofd zien. waardoor
toch op slot van zaken het geval aan
het licht komt en hun plan wordt ver
ijdeld. Het gebeurt telkens en telkens
weer. Om kort te gaan. als een groote
misdaad faalt, ligt de oorzaak daar
van eewoonliik in iets, dat misschien
lane ononeemerkt blijft, maar dat toch
ten langen leste bliikt te ziin de., hoe
zal ik het noemen., ie
..Verraderlijke kleinigheid!" vulde
Stacv aan.
„Juist. dat is het goede woord!"
beaamde I.eerand.
EINDE.
BESTUREN VAN
ORGANISATIES en CLUBS
DENKT AAN VITESSE
Vermenigvuldigingsinrichting
K. WILHELMINASTR. 10
HET VOORDEELIGSTE ADRES
PRIMA AFWERKING