Een avontuur op de Noordelijke IJszee RUBRIEK VAN OOM BOB Om na te tekenen BRIEFWISSELING EEN VOERTUIG MET VERWARMING KINDERCOURANT door VIOLET CARR. In Namsos, een klein stad je in Noorwegen staat een klein hotel, dat bijna het ge hele jaar door verlaten is. Alleen als er vissers of jagers komen, wordt de rust van het stadje verstoord en komt er leven in het hotelletje. In de gelagkamer, waar 'n groot haardvuur brandt, ver tellen de mannen elkaar dan wat zij hebben meegemaakt, hetzij op de iacht op ijsberen of andere pelsdieren. hetzij op de walvisvangst, of op de minder gevaarlijke zeehon- denjacht. De mannen zijn nieuws gierig naar de verhalen van de mensen, die zij in het ho-» tel aantreffen en zij bemer ken zelfs niet, dat hun kle ren ontdooien en het water langs hun stoelen druipt. Op zekere dag kwamen er ook deel nemers van een jachtexpeditie in het hotel aan, die zo juist uit de Noorde lijke IJszee waren teruggekeerd. Zij deden opgewonden verhalen over ijsbe ren en rendierjachten; over de strijd met. de ijsbaaien, die hier even gehaat en gevreesd zijn als de haaien in de .warme zeestromen. „Nog zelden heb ik", zo begon de leider van de expeditie, „onze harpoe- nist zo nijdig gezien, als op een zekere morgen Ik kon niet in slaap komen, buiten gierde de storm terwijl de wacht met zware laarzen over het dek heen en weer liep. Ik besloot op te staan en deed een paar extra dikke jassen over elkaar aan. „Nauwelijks was ik aan het dek ge komen, of onze harpoenist kwam op mij toe met de woorden: „Eindelijk heb ben wij de misdadiger" en hieid mij een ijsberenvel onder de ogen, waarvan een groot stuk was afgebeten. Om de traan van het vel te weken, hingen wij name lijk de ijsbeervellen in het water ach ter het schip. Toen Johan 's morgens het vel weer binnenboord haalde, zag hij de schade, die er aan toegebracht was en vervolgde: „Mijn kop er af als dat geen ijshaaien zijn". Nauwelijks had hij dit gezegd, of on geveer vijftien meter van ins schip verwijderd werd een twee meter lange haai zichtbaar. Binnen enkele ogenblik ken had hij zijn harpoen in gereedheid gebracht. Hij liet nu een groot stuk spek, dat aan een lang, stevig touw bevestigd was, in 't water vallen. Toen het dier nu dit lokaas zag, kwam hij langzaam dichterbij. Bij het vooruit zicht van dit heerlijke hapje sperde de ijshaai zijn bek wijd open. zodat wij duidelijk de vlijmscherpe tanden kon den zien. Hoe dichter de haai bij het schip kwam, des te meer spanden zich de spieren van onze harpoenist. Steeds weer opende en sloot het dier zijn vree- selijke muil. Eindelijk was hij dicht genoeg bii ons gekomen. Hij probeerde zijn prooi te grijpen, maar Johan was op zijn hoede. Bliksemsnel trok hij het touw, waaraan het stuk spek zat, terug en liet 't daarna weer vieren. Dit ging zo enige keren achter elkaar, totdat de haai plotseling het spek te pakken had. Op datzelfde ogenblik schoot Johan het dier de scherpe harpoen in de rug. Om dit te bereiken, heeft een harpoenist veel ervaring nodig, want men moet ook rekening houden met de deining van het water. Zodra het dier de ijzeren weerhaken in zijn lichaam voelde, begon er 'n ver schrikkelijke worsteling. Onmiddellijk liet hij het stuk spek weer los en dook onder water. Maar Johan was zeker van zijn zaak. Hij kende zijn vak en wist, dat hij de lijn van de harpoen wel kon vertrouwen. Nog een paar keer werd de haai aan de oppervlakte van het water zichtbaar, een teken, dat hij met de laatste krach ten, die hij nog had, vocht voor zijn bevrijding. Even later begon de scheepsas te werken en het dier, dat zich zelfs nu nog niet geheel wilde overgeven, werd al "hoger en hoger getrokken- In wilde vertwijfeling sloeg het dier met zijn staart naar alle kanten, doch Johan schoot het, om het dier uit zijn lijden te verlossen een kogel door het hart. Nu duurde het niet lang meer of de haai hing strak aan de lijn en zo eindigde deze spannende en uiterst gevaarlijke haaienvangst. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiniiliijjiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Jullie hebben natuurlijk allemaal wel c ns het liedje van de „Lorelei" ge hoord. is het niet? Welnu, zo heet een rots in Duits land. Op het plaatje Is de ze rots afgebeeld. Je ziet het plaatje is verder heel eenvoudig pn gemakkelijk na te tekenen, probeer het maar eens. Wie een kleur- doos heeft kan de teke ning natuurlijk ook kleu ren. Eeste Nichten en Neven! Mijn voorwoord moet kort zijn, want ik heb een groote briefwisseling dit maal en verder komt het eerste opstel er in. Wat de opstellen betreft, heb ik jul lie nog iets te zeggen. Ik zal er zoo rnin mogelijk in schrappen of verbete ren. Ik zet er op veler verzoek de naam van het familielid niet onder, wel de leeftijd. Aangezien ik echter de leeftijd van allemaal niet weet, vraag ik jullie om mij zoo spoedig mogelijk jullie ouderdom op te geven. Het wordt geen bekeuring, hoor! Dus denken jullie daarom? Zet het in de brieven, die jullie mij komende week schrijven. Afgesproken. Verder weten jullie de afspraak, dat ik ook het cijfer voor het geplaatste opstel van jullie krijgen. Dan heb ik nog goed postzegel- nieuws, doordat een onbekende mii een enveloppe vol met postzegels van Ned. en Koloniën. Ik mag hem of haar wel hartelijk bedanken namens de heele familie nietwaar? Nu nog even de grooten afdeeling en dan het eerste opstel. De groeten doen: Kwikzilver aan alle nichten en neven: Madeliefje aan Ste phanie. Adnée. Babbeltje en Wolf; Paardebloem aan Pimpelmees, Politie agente, Nufje en Schooiertje; Klaproos aan Lpergraap. Madeliefje en Tompoes; de Wolf aan Wildzang. Trekvogel, Famke en Politieagent jp; Pinkster bloem aan Boefje, Ainée, Trekvogel en Zwartkopje; Pimpelmees aan Shlrlev Temple; Stephanie aan de heele fa milie. WERELD-JAMBOREE VOGELEN ZANG 1937 Maandag 2 Augustus 's middags 3 uur kwamen al de welpen, die mee zouden gaan naar het Jamboreefeest, voor het station te samen. De Bakska en de Bahira en Chil van onze horde zouden ons begeleiden. Eerst werd er voor het station door de vader van een der welpen een kiekje gemaakt, dat erg goed gelukt is. Daarna namen we afscheid van de familieleden die ons weggebracht hadden en gingen we, beladen met onze plunjezakken, naar het perron, waar de trein al klaar stond om ons naar Haarlem te bren gen. Na een prettige reis kwamen we in Haarlem aan en gingen daar de school opzoeken waar wij ingekwar tierd waren. Wij moesten op stroozak- ken slapen. Eerst werden er boterham men gegeten die wij in onze rugzak mede van huis genomen hadden en na ons verfrist te hebben werden de stroo- zakken opgezocht. Dat er de eerste uren niet aan sla pen gedacht werd is te begrijpen. De stroozakken waren nog nieuw, dus werden zoo heerlijk, dat we de verlei ding niet konden weerstaan om eens te probeeren wie het dichtst bij de zolde ring kwam. Het was een groot lokaal en er was ook een horde uit Zeist bij ons. We hebben braaf pret gemaakt en het was reeds laat in de avond voor we sliepen. De volgende morgen moetien we al om 7 uur opstaan. Na eerst gewassen en gekleed te zijn, gingen we ontbijten. We kregen allemaal een cartonnen doosje met broodjes en een beker melk. Toen gingen we in Haarlem naar een sportterrein waar voetbal wedstrijden werden gehouden door verklede padvinders. Na weer. in de school brood gegeten te hebben gingen we met de trein naar Vogelenzang. Wij gingen daar het Jamboree-terrein be zichtigen en kregen warm eten in het kamp. 's Avonds was er kampvuur in de duinen wat erg mooi was en gin gen we weer heel laat naar Haarlem. We waren zoo moe. dat we gauw slie pen en geen zin meer hadden om pret te maken. Woensdag was de grootste dag voor ons, want wij moesten 's middags een demonstratie geven in de arena. Dien dag kwamen er nog weer 2500 welpen bij, zoo dat er een 5000 ongeveer wa ren. 's Morgens moesten we op een sportterrein in Haarlem oefenen voor de demonstratie van 's middags. Daar na gingen we weer per trein naar Vo gelenzang om daar een warme maal tijd in het kamp te gebruiken. En 's middags was het de grote middag. Welpen-demonstratie in tegenwoordig heid van de Koningin, Prins Bernhard en de Chief Scout. Het was een welge slaagde middag en het zou te lang du ren als ik daar alles van vertelde. On ze horde ging weer naar de trein om weer naar Amersfoort te gaan, maar ik mocht op verzoek van mijn ouders nog blijven om eenige dagen in Haar lem door te brengen. Het zijn voor ons dagen geweest om niet te vergeten en ik hoop dat ik nog epns een wereld jamboree mee matr maken, al zal het niet in ons land zijn. (Ik ben 9 jaar). Goudfazant is een nieuw neefje en daarom behoort hij als gast het eerst van allemaal aan de beurt te komen. Natuurlijk ben je hartelijk welkom met je mooie vogelnaam. Welke schuilnaam had je broer vroeger? Misschien herin ner ik me dien neef nog wel! Je bent goed begonnen met de raadsels en ik zeg maar zoo: een goed begin is het halve werk. Dus zal Vrouwe Fortuna je wel spoedig toelachen, Goudfazant. Blauwklokje heeft een boel ge kregen, maar Oom Bob kreeg maar een korte brief. Dat is niet aardig, hoor! Vertel me maar eens van dat witte poes je, dat zeker wel met de kluwenwinder zal spelen. Afgesproken. Kwikzilver is wat goeds van plan en zal me weer trouw schrijven. Ik ben blij, dat het op school goed gaat en vooral met rekenen. Je had wel graag herfstvacantie gehad, hè? Wat betreft de ruilhandel. Kwikzilver, ik weet niet of ik nieuwe boekenbonnen voor je heb, maar ik zal mijn best doen. Madeliefje, wat je bedoelt met de opstellen, had ik ook jui6t willen doen. Maar het bezwaar is. dat de meeste fa milieleden wat slordig zijn en dus de opstellen op den duur kwijtraken. Dat heeft de ervaring me geleerd. Daarom is het beter, dat jullie er onmiddellijk een cijfer voor geeft en aan mij doorstuurt. Je hebt me een goede raad gegeven, ik zal de namen er niet bij zetten! Post zegels kun je komen halen, het is voor een mooi doel, Madeliefje. Politieagent.je en Knabbel- t j e, uit jullie slordige krabbels kon ik geen wijs worden. Schrijven jullie me den volgenden keer maar eens keurig netjes, wie jullie eigenlijk zijn en hoe .jullie heeten. Bonnen zal ik klaar leggen hoor! Schooiertje vond de raadsels erg makkelijk, maar heeft toch geen oplos sing voor het tweede ingestuurd. Hoe komt dat? Natuurlijk mag je ook een cijfer geven voor je eigen opstel. Dat cijfer behoeft dan heelemaal geen tien of een negen te zijn! Jouw opstel was wel groot, maar ik heb er bij, die nog veel grooter zijn. Altijd baas boven baas! Ik zal de opstellen zoo vlug mogelijk plaat sen, anders duurt het te lang, vind je ook niet? Ik groet je hartelijk, kleine schooier en dank je nog wel voor het raadsel, dat je ingezonden hebt. Paardebloem stelt vragen, omdat hij iets niet begrijpt. Daar heeft hij groot gelijk aan, want nu kan ik hem helpen. Je leest het opstel in de krant, niet waar. Goed. Dan zeg je tegen jezelf: „Paardebloem, hoe vind je het opstel? Mooi, prachtig, minder mooi. matig, slecht, etc. Al naar je erover denkt, geef je een cijfer. Heel eenvoudig. Je hoefi de opstellen heelemaal niet met elkaar te vergelijken. Vergeet niet, er zijn er bij van kinderen van 7 en 8 jaar en van 14, 15, ja. zelfs ouder. Maar dat doet aan de waarde van het opstel naar den leef tijd niets af! Zooveel mogelijk zet ik den leeftijd erbij. Verder, wanneer er in de ruilrubriek staat, dat jii iets vraagt, dan kun je het komen halen ook. Ik varieer graag, want anders krijg ik steeds het zelfde zinnetje en dat zou erg vervelend worden. Begrepen? Dan groet ik je. Leergraag, ik ben alweer tevre den, hoor, nu je me een verzorgd briefje gestuurd hebt en niet van die onleesbare krabbels op een stukje papier. Het leek net alsof de vorige keer de poes, waar je zoo'n schik mee hebt, de brief ge schreven had... Ja, in dat raadsel stond een zetfout, maar jullie hebben geluk kig de bedoeling wel begrepen. Sigaren bandjes heb ik genoeg, daar bof je bij! Klaproos, met die cijferkwestie heb je gelijk, daar had ik nog niet eens aan gedacht. Zoo is het nog beter, hè? Inderdaad, de bladeren vallen van de boomen, we gaan de winter in met zijn St. Nicolaas, Kerstmis. Oude- en Nieuwe- jaar, etc. Toch ook wel heel prettige da gen, vind je ook niet? Je groeten heb ik doorgegeven. Neefje schrijft reuze groote, duide lijke letters. Die kan ik goed lezen, hoor! Wat jammer, dat je de raadsels niet kon oplossen. Toch blijven probee ren en doorzetten, kleine neef! Boefje, ja, wat jullie voor cijfers geven, dat weet ik niet. Maar strooi niet teveel uit goedertierendheid met negens en tienen! Dat is mooi werk van „De helpende hand", nicht- Geef daar maar je beste krachten aan. Oefen maar flink met zwemmen, want 12 Meter is nog te weinig. Maar het begin is er en dat is veel waard. Onder water zwem men is heel moeilijk, Boefje en dat is van later belang! Shirley Temple, neen. boos op zoon aardig nichtje word ik niet gauw, vooral wanneer ze beterschap belooft! Zeg, wat zullen je vriendin en jij nu goed met gymnastiek worden, wanneer de ringen en rekstok er zijn. Wat voor cijfers heb je voor de repetities gekre gen? Je best doen, hoor. Breng je mijn groeten over aan Pimpelmees? Mocht je bonnen hard noodig hebben, dan help ik graag. De Wolf heeft in Beverwijk in de weide geloopen tusschen koeien, scha pen en veulens, zonder dat ze bang voor hem werden. Dat viel dus mee. „Sjoe len" heb ik ook wel gedaan, ik vond Op de buffeljacht Het is heel gevaarlijk om op buffels te jasen, want als de dieren aangeschoten worden, gaan ze bruliend van woede hun aanvaller te lijf. Hier is een knipprent af gebeeld, Vaarvan de atukjes, netjes uitgeknipt en in elkaar ge legd, zo'n buf feljacht laten zien. A «m Dat oude uithangbord brengt mij op een goed idee! Ik maak vlug een touw aan een van de hoeken vast! En nu laat ik mij door Frits voort trekken. O wee! Ik geloof, dat mijn broek in brand is geraakt! het altijd een aardig spel, vooral des avonds bij de lamp gezellig bij elkaar om een handvol apenoten of zooiets! Zeg, de postzegels liggen nog op je te wachten. Kom dus gauw! Pinksterbloem was ditmaal al spoedig uitgebloeid. Maar ze heeft het ook druk met huiswerk. Je zult na 6 jaar les wel behoorlijk piano kunnen spe len, hè? Je doet vele groeten, eigenlijk één te veel, maar ditmaal breng ik die ook over, omdat het voor mijn nicht Pinksterbloem is... Famke is ook kort van stof. Dat is niet prettig voor mii. want dan kan ik maar weinig antwoorden. Dan maar tot meer nieuws! P i n g u i n wil ik niet storen, want hij is op de paddenstoelenjacht en dan mag men zich niet vergissen! Robinson Crusoë vindt huis werk de grootste plaag voor de edele jeugd. Een beetje overdreven vind ik dat, neef! Maar daar houd de edele jeugd wel van. Ik eindig net als jij met „daaag"! yan de prijslijst hoor je nog wel. Wildzang heeft een avondwande ling gemaakt en de raadsels goed op gelost, twee dingen, die verheugend zijn. Pimpelmees, ik heb je al de groe ten laten doen door Shirley Temple. Je hebt „kleurig" geknoeid met inkt; ik denk, dat je moeder dat niet prettig vond. Eerlijk gezegd, heb ik aan die plaatjes niets, maar je bedoeling was goed. Ik ga binnenkort naar het Sport- fondsenbad. Ben jij er al veel geweest en heb je ook Alvata nog gezien? Je kunt natuurlijk de opstellen uitknippen en bewaren, maar het voornaamste is, dat je mij in je eerstvolgende brief je cijfer stuurt. Heerlijk, dat je weer heelemaal beter bent, Pimppl! S p e e n k r u i d j e, wel, vraag eens of die leuke vriendinnetjes al meedoen aan onze krant. Hoe meer zieltjes, hoe meer vreugd, vind je ook niet? Je hebt me een keurig briefje geschreven. Ik ben altijd blij met nichtjes, die haar werk zorgvuldig doen. Poppen moedert je heeft het o zoo druk met de poppenkinderen. Ja, nicht, dat komt er van, wanneer je zoo'n groot huishoudentje begonnen bent. Maar samen met Speenkruidje sla je je er zeker wel door, hè? Dag! Stephanie heeft me een gezellige brief geschreven, met goed nieuws voor Ainée. Ik begrijp de bedoeling en zal deze nicht wel inlichten. Naar die lezing ben ik niet geweest. Ik vind het niet leuk, dat je handteekeningen verzamelt, omdat die „sport" volgens mij volkomen zonder eenige beteekenis is. Wel hecht ik er veel waarde aan, dat je hard werkt voor je examen, hoewel het jammer is, dat je tooneel etc. daarvoor moet laten loopen. Maar werken gaat op het oogen- blik voor! Als dat goed gaat, heb je er reuze pleizier van; denk alleen b.v. maar aan die teekening. Gegroet, Ste phanie. Ainée, met je correspondentie komt het in orde, dank zij onze nicht Stepha nie. Onder den ruilhandel zal ik een briefje voor jou klaarleggen met de noo- dige gegevens, die ik nu niet allemaal in de krant zetten kan. Kom je dat briefje dan halen? Je leest mijn voorwoord zeker niet, want daarin stond de vorige week alles over de opstellen. In ieder geval mag het cijfer niet boven tien gaan. Zoo heel erg lastig is het geven van cijfers heusch niet, Ainée, als je rekening houdt met den leeftijd. Bruinvis wensch ik een spoedige volledige beterschap. Ik zal Paula-bon- nen voor je klaar leggen. Speelgraag heeft den derden prijs gewonnen met paddenstoelen zoeken. Bravo, nicht. Ik vind paddenstoelen heel mooi, maar verzamelen doe ik ze niet. Duinpieper groet me in een puike stemming. Waar dat aan te danken is. zal ik maar niet verklappen, want dan kon er wel eens een onweertje boven die puike stemming losbreken. Niet van mijn kant, nicht, maar ergens anders vandaan. Snappez-vous? Dit laatste is even mooi Fransch als jij me schreef. Erg aardige gedachte van ie zusje, maar zoo had ik het niet begrepen. Nou. pip per, ik laat je voor een week aan je lot over en ben benieuwd hoe het met je stemming gaat. Trekvogel neemt pianoles zonder eigenlijk van pianospelen te houden. Dat is niet goed. Ik merk wel. dat je liever een partijtje gaat zwemmen. On der de opstellen zet ik op veler verzoek geen namen, maar wel de leeftijd, wan neer ik die tenminste weet. Bruinoogje, dat was zeker een prettige verrassing, dat je Opa op be zoek kwam met goede tijding. Volgen de keer krijg ik een langer briefje van je, hè? Babbeltje, dat was een slechte korfbaldag, maar wanneer de tegenpar tij sterker is, doe je daar niets tegen. Daarentegen heb je Dinsdag op school victorie kunnen kraaien en dat. is nog I meer waard, vind ik. En nu de boeken- kwestie. Dat boek van Top Naeff ken ik niet. Ik begrijp echter, wat je bedoelt en ben het eens met je, wanneer je zegt, dat vele meisjesboeken meestal hetzelf de thema hebben en maar al te weinig beteekenen. Vooral de schooltoestanden laten daarin veel te wenschen over. Jammer is dan ook. dat juist, deze boe ken op de jeugd zoo'n invloed hebben. Ik kan hierover niet uitweiden, maar laat het je voldoende zijn, dat ik jouw standpunt deelen kan. Alleen moet je de letterkundige waarde van een boek niet verwarren met den inhoud. Gegroet Babbeltje. DE OPLOSSINGEN Afgezien van de foute opgave in een van de raadsels van de vorige week, waren de oplossingen resp. Kastan jeboom en Koetsier. Ik kreeg een stapel goede oplossingen en zal de namen maar niet opsommen^ Precies geteld waren het er 23. Toen heb ik het lot laten beslis sen. De gelukkige prijswinnares werd ons nichtje Madeliefje. Gefeliciteerd hoor! DE RAADSELS (Ingezonden) Mijn geehel is een bekend spreek woord van 26 letters. 5, 17, 2, 14, 12 is een vis. 3, 18, 8, 6 schil. 26, 15, 16, 9 geslepenheid. 24, 19, 22, 13 Ned. rivier. 10, 12, 23, vindt men in Hunnebed. 1, 7, 11, 20 straatliedje. 13, 4, 21 meisjesnaam. 25, 18, 15 liefkozing van dieren. II (Ingezonden) Mijn eerste is een kleur. Mijn tweede is een klinker. Mijn derde is een gebouw. Mijn geheel is een plaatsj'e In Gro ningen. RUILHANDEL Joh. Strausz voor jou zijn er oude boekenbonnen of D.E. punten. Blauwklokje vraagt Radion of Vimbonnen. Kwikzilver wil graag nieuwe boekenbonnen. Madeliefje kan postzegels komen halen. Knabbeltje help ik aan „Bloemen en haar vrienden." Paardebloem postzegels liggen voor je klaar. Woudlooper houdt zich aanbevo len voor van Nellemerken en kwattasol- daatjes. Leergraag krijgt een handvol sigarenbandjes. Klaproos voor jou zijn er postze gels. Mevr. P. het oude recept, Droste en Verkade bonnen. Nufje vraagt van Nellemerken en nieuwe boekenbonnen. De onbekende die mij Kwattasol- daatjes stuurde, hartelijk dank. Boefje spaart postzegels van Ned. en Koloniën en Drostebonnen. Pinksterbloem vraagt postzegels van Ned. en Koloniën of boekenbonnen. P i n g u i n kan postzegels komen halen. Ainée krijgt een briefje en mis schien postzegels van Ned. Kolomen. Bruinvis, voor jou zijn er Paula- honnen. Speelgraag vraagt oude of nieu we boekenbonnen en luxe bonnen. Trekvogel wil graag postzegels van Ned. en Koloniën De onbekende, die mij een enve lope met poetzegels van Ned en Kolo niën stuurde, ben ik dankbaar. Maandagmiddag na 3 uur kunnen jullie de bonnen etc. komen halen op de oude plaats Hartelijke groeten van OOM BOB-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1937 | | pagina 12