Brussels „Poorters" ontvangen
Koningin Wilhelmina
Het eene Wilhelmus
na het andere
De Koningin spreekt
aan het gala-banket
Burgemeester Max
begroet de Vorstinne
BLACK CAP
H'
EN OPNIEUW
JUICHT
DE MENIGTE
OLD SCOTCH WHISKY p. fl: 3.75
J. A. SCHOTERMAN Zn.
UTRECHTSCHESTR. 17- Ao. 1878 Tel: 145
OVERWELDIGEND
ENTHOUSIASME
Licht op:
9 uur 30 min.
Ie BLAD PAG. 2
AMEKSFOORTSCH DAGBLAD
WOENSDAG 24 MEI 1939
BRUSSEL24 Mei.
AND A AG is Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden
op de meest luisterrijke wijze door de gemeente Brussel
ontvangenwaarbij de Poortersgelegenheid kregen deze
Vorstin toe te juichen op het groote plein voor het prachtige stad
huis, terwijl binnen in de antieke Gothische zaal de leden van het
gemeentebestuur aan de Koningin teerden voorgesteld.
Daar heerschte binnen in deze oude zalen, welke eeuwen heb
ben gekendeen serene stilte. Men durfde bijna niet te spreken
om de sfeer van deze plaats niet te storen. Maar indrukwekkend
was het oogenbliktoen de Koningin, vergezeld van Koning
Leopold, deze zaal binnentrad en daar werd toegesproken door
den burgemeester van Brussel, minister van staat MaxHier was
het volk in nauwe aanraking met een vorstinne
OM ongeveer kwart over elf begaf Koningin Wilhelmina zich, ver
gezeld van den Koning der Belgen, naar het stadhuis. De open
calèche was la daumont bespannen en evenals gisteren fungeerden
de cavaleristen in hun rijke uniformen als eere-escorte. In het gevolg
van Hare Majesteit bevonden zich de minister van bultenlandsche
zaken, mr. J. A. N. Patijn, en de gezant der Nederlanden en baronesse
van Harinxma thoe Slooten.
Via de Paleizenplaats, reden de rijtuigen onder frenetieke toejuichin
gen van de menschenmassa naar de Koningsplaats. Daarna leidde de
route langs den berg van 't Hof, Ravenstein, Kanselarijstraat, Sinter-
Goedeleplein en straat. Bergstraat, Heuvelstraat, om zoo op de
Groote Markt te komen, waar hedenmorgen het middelpunt der
ceremonieën was gelegen.
MEVROUW,
ET is de tweede maal dat mij de
eer te beurt valt Uwe Majesteit in
dit aloude stadhuis te verwelko
men.
Reeds op 27 Juli 1911 had ik dit on
gemeen voorrecht in een onvergetelijke
omstandigheid.
Zeven en twintig Jaar te voren,
mijne kinderjaren, was ik, van op het
halkon van ons stedelijk paleis, getuige
van het geestdriftig onthaal dat op de
Groote Markt, vanwege de bevolking
van Brussel, Koning Willem drie en
Koningin Emma ton deel viel.
De ontroerende herinnering aan deze
luisterrijke dagen zal nooit uit mijn ge
hengen worden gewischt
Do gevoelens welke toen zoo krachtig
tot uiting kwamen, worden thans met
een nog hartelijker ontboezeming be
vcstigd.
Het is omdat wij nooit beter dan thans
de diepe oorzaak hobhen gevoeld van
de banden welko onze beide naties ver
eenigen, naties die zoo dicht naast
eikaar staan door hun gemcenschappc
lilkcn oorsprong en door zooveel ge
schiedkundige verwantschappen.
Bestemd om elkaar te verstaan en te
beminnen, houden zij evenzeer vooruit
gang, orde en vrijheid in eere. en hunne
lotsbestemming, hunne belangen, hunne
verwachtingen volgen gelykloopende
banen.
Op het gebied der gemeentelijkebe
drijvigheid ls die gelijkenis bijzonder
aangrijpend.
Het is dan ook met een volledige en
oprechte solidariteit. d-»t ik van vetjes
onzen hartelijken groet ricnt tot al die
oude sleden vnn de
on hun vc..edcn cn terecht trotsch op
hunne vrijheden, nond hunne he'lor-
ton, en onder de wijze en krachtige re
geering van Uwe Majesteit, leeft een
nijverig en vastberaden, wilskrachtig en
tnni volk. dat de kunst, de lettereni en
de wetenschap eert en dat, door de hoe'
danigheden van zijn ras en door zijn
IJver hii liet werk, weet te bewijzen
dat in hetzelve de deugden voortleven
dank zij welke landen als de onze de
moeilijkheden van dit uur zullen over-
*lnnGgeen ander tijdperk hebben de
kleine staten meer dan thans, voor de
bedreigingen van het ruwe geweld, do
noodzakelijkheid gevoeld n^der tot
elkaar te komen en elkaar te helpen.
Afzondering zou, voor hen, de dood zijn.
Een hoogstaand Hollandsch staats
man zpgde. enkele maanden geleden:
Het volstaat niet den vrede lief te heb
ben. men moet hem ook verwezenhj-
Het ia do dit manmoedig woord in
dachtig te ziin. door onze onderlinge
vriendschapshanden nauwer toe te
halen. oor onzen goeden wil en onze
krachtsinspanningen samen te voegen,
dat wij ertoe zullen bijdragen om mot
zekerheid den dngerand van de betere
daaen voor te bereiden.
Ik ben gelukkig voor Uwe Majesteit
onze gehechtheid ann oen Ideaal, dat
7,Ij op zoo edele wijze belichaamt, te
kunnen betuigen en ik dank onzen
Koning om. door ons de gunst van dit
hoog gewaardeerd bezoek te verschaf
fen. ons wel tc hebben willen toestaan
de geëerbiedigde vorstin te begroeten
REEDS vroeg was het Marktplein,
waar de prachtliovendheid van
voorbije eeuwen nog van alle zij
den spreekt uit «do rijke Gothische en
barokke gevels, het toonccl van een le
vendige drukte. Van de vergulde gevels
woeien vlaggen en wapendockcn der
gilden in het felle zonlicht. Alle vensters
waren geopend en gevuld met toeschou
wers. Beneden, als een kleurige rand
om het marktplein heen, stonden do do-
putaties van Brusselsche vcreenigingon.
hun vaandels en vlaggen omhoog ge
heven. Voor het stadhuis hadden de
oud-strijders met hun vaandels plaats
genomen. Het marktplein zelf was vrij
gelaten. Brussolsrhe schoolmeisjes, ge
kleed in witte jurkjes naar Griekschen
trant, vormden in het midden ervan een
carré. Tegenover het stadhuis, op het
hordes van het broodhuis, zaten de lo
den dor. Nedorlandsrho kolonie.
Later dan verwacht werd. n.l. te tien
voor twaalf, kondigde bazuingeschal de
komst van den Koninklijken stoet aan
Boven in het steenon kantwerk van het
Talais dn Boi rezen hnzutnb'a/.ers op cn
scherp en helder klonken de eerste to
nen van het plechtige Wilhelmus over
het plein, van de vier wanden tcruggo
kaatst.
Bazuinblazers op hot stadhuis namen
het Wilhelmus over. waarna gezamen
lijk, van twee kanten dan weer om
beurten, dan wepr tegelijk, de nationale
hymne van Nederland werd voortgezet.
TJIt de smalle Heuvelenstraat ver
scheen dan de eerste ruiter. Weder
om was het do in schilderachtig
gala gestoken gendarmerie, die den
•toet voorop ging, Het verschijnen
van den eersten gendarmerie was
het teeken voor klokgelui en her
nieuwd bazuingeschal. Daar draait
het rijtuig met de beide vorsten het
plein op. Hot witte carré op het mid
den van het plein wordt ineens
oranje. Juichend wuiven de meisjes
met plots te voorschiin gehaalde
oranje doekjes.
Hechts van Koning Leopold in de
open caleche gezeten, groette de Konin
gin glimlachend de juichende menigte
terug. De Koningin was gekleed in een
japon van goudbrokaat. waaHtlj zij
zwarte handschoenen droeg cn een zo
merhoed in dezelfde kleurencombinatie.
De stoet maakte een groote zwenking
om het plein heen en verdween dan
door de inrijpoort in het midden van
den stadhuisgevel. Op het binnenhof
van het stadhuis, waar do eeretrap uil-
mondt, werden de Vorsten opgewacht
door burgemeester Max.
Nadat men de siatlezaal had betre
den sprak burgemeester Max de volgen
de rede uit:
99
99
Sole Importers:
van een broedervolk, voor het geluk en
den voorspoed van hetwelk alle Belgen
de vurigste wenschen koesteren.
Rede jff. M. de Koningin
Hierop antwoordde H. M. de Koningin
sla volgt:
MIJNHEER DE BURGEMEESTER.
AI OG onder den verschtn Indruk van
de onvergetelijke ontvangst MIJ
door de burgerij van Brussel bereid ls
het Mij een behoefte daarvoor tegenover
de vroedschap Mijn groote erkentelijk
heid te betuigen en Ik voeg daaraan Mijn
oprechten dank toe voor de welspre
kende woorden waarmede u MIJ hebt
welkom geheeten.
In het blonder verheugt het MIJ daar-
bij ten tweeden male dit trotsche stad
huis te mogen betreden. In het hart der
stad gelegen aan de historische Groote
Markt, wijd en zijd terecht vermaard als
een van de schoonste pleinen der we
reld.
Gij hebt er op geweten, dat wij, Bel
gen en Nederlanders, door een eeuwen
oude geschiedenis en door dezelfde
idealen zoo nauw verwant, van nature
bestemd zijn om elkander te verstaan.
Inderdaad behooren wij niet alleen in
wederzijdsche achting en vriendschap
samen te leven, maar ook en vooral In
bewogen tijd als thans, eendrachtig, zoo
ver het in ons vermogen ligt. alles te
bevorderen wat tot het algemeen wel
zijn der menschheid kan bijdragen en
zooals de Koning het tegenover uw
ambtgenoot in Amsterdam uitdrukte
met alle middelen te ijveren voor de
vrede onder alle volkeren."
Immers aldus handelende sullen wij
Belgen en Nederlanders van heden, de
beste traditiën handhaven onzer voor
vaderen, dia met de taaie vasthoudend
heid, die hen kenmerkte, gepaurd aan
een nuchterheid, die geestdrift voor een
goede zaak niet uitsluit, hun streven ge
richt hielden op vrijheid, vrede en wel
vaart.
Dat deze aloude stad, sedert eeuwen
reeds beroemd als een middelpunt van
kunst en beschaving, daarbij niet achter
zal blijven ls uit uw woorden wel dui
delijk gebleken.
Moge het haar gegeven zUn daarvan
In ruime mate de vruchten te plukken
en hare zoo eervolle plaats onder de
groote hoofdsteden tot heil harer bur
gers te bevestigen en te versterken
(Vervolg van pag. 1).
DE KONINGIN ARRIVEERT
PRECIES om half vijf hijgt de
enorme locomotief, welke den
koninklijken trein trekt, langzaam
het station binnen. Het duurt
lang naar de meening van de men
schen en zij heffen nu reeds een
gejuich aa. dat onder de overkap
ping tot ver wegkaatst en in echo
weer terugkomt als een dubbele
hulde.
Dan klinkt het Wilhelmus.
Hare Majesteit Koningin Wil
helmina betreedt den Brusselschen
grond. Onmiddellijk treedt koning
Leopold op Haar toe en de begroe
ting tusschen beide vorsten is al
lerhartelijkst.
De kinderen der Nederlanders, op het
station aanwezig, kunnen zich niet lan
ger bedwingen en zij heffen tegen de
maat van de muziek in opnieuw het
Wilhelmus aan: frissche stemmen, wel
ker zonnigheid verrast en ontroert.
De Koning der Belgen stelt daarna
de commissie van ontvangst aan de
Koningin voor. Deze commissie bestaat
uit generaal Vanderveken. commandant
van het eerste militaire district, den
heer Iloutart. gouverneur van de pro
vincie Brabant, den burgemeester van
Brussel, den heer Max. den burgemees
ter van fit. Joost-ten-Noode. don heer
Petre, den president der Belgische
spoorwegen, den heer Rulot. Voorgesteld
worden ook de leden van het Belgische
gevolg van Hare Majesteit.
De daverende saluutschoten, ge
lost uit 75 mm-vuurmnnden, welke
staan opgesteld in het park Cin-
quantenalre, dringen door tot het
station, maar het gedreun gnat go-
heel op in het enthousiasme, dat
uit de menigte nnstiigt. wanneer de
Koningin en dp Koning der Rplgen
tezamen de eerewacht lnspecteeren.
Langzaam schrijden dp heide vorsten
langs de eerewacht. De Koningin ter
linkerzijde van den Koning. Eerbiedig
groet Koningin Wilhelmina den stan
daard van het regiment.
Eenige oogenblikken vertoeven de
vorsten in den wachtkamer, waar Ko
ning Leopold zijn Koninklijke gaste
eenige woorden van welkom toespreekt.
Inmiddels zwellen de toejuichingen
van het publiek buiten het station ann.
Men ziet aan de voorbereidingen van
het eere-escorte. dat het oogenblik na
dert, waarop Koningin Wilhelmina op
het plein zal verschijnen. De onon
calèche, getrokken door bereden paar
den de jockeys in felroode tunieken
gekleed rijdt voor.
Om twaalf minuten over half vier
«taan koning Leopold en Neerland»
landsvrouwe in de zon, buiten op het
enorme plein, dat in deining is van
mensehen. die wuiven en z^vaaien, van
vlaggen, die groeten...
Wederom klinkt bet oude Wilhelmus
en stram salueeren rIIp officieren, de
soldaten presenteeren het geweer.
Wanneer de vorsten ziin ingestegen
zet de stoet zich onmiddellijk in bewe
ging. Rechts naast de calèche rt»dt oenp-
raal de Henin de Boussu Walcourt
links kolonel Dethise. commandant van
het escorte Onmiddelliik daaraan aan
sluitend volgt de standaard met vaan-
1el wacht.
Dan begint de zegetocht, waarbij
de toejuichingen zwellen en zwel
len ftlsnf er tenslotte geen fortissimo
bestaat.
Langs het Rogierpleln zwenken
de carossen de Kruidtuinlaan op,
waar het letterlijk zwart staat van
de menschen, waar de hoofden niet
meer afzonderlijk te onderscheiden
zijn. Uit de ramen hangen honder
den, op de daken staan zij en zij
zijn geklommen in de lantaarnpalen.
Prachtig is het in de verte de Konink
lijke stoet naar boven te zien rijden,
want de Kruidtulnlaan stijgt sterk. On
ophoudelijk wuift Hare Majesteit met
de hand. Koning Leopold salueert nu
eens, maar meestal ziet hij gelukkig
rondom zich heen.
Op alle straathoeken staan militaire
muziekcorpsen en nauwelijks is het
eene Wilhelmus weggestorven of een
ander klinkt al weer op...
Is het een wonder, dat de Hollanders
langs de route telkens uit volle borst
meezingen.
TOEJUICHINGEN OP HET
PALEIZENPLEIN
Teruggetrokken uit het gewoel van
het Palcizenplein, waar het publiek
achter de houten afzettingen staat ge
pakt, ligt. majesteitelijk en forsch. het Ko
ninklijk Paleis. Midden op het dak waait
de Belgische vlag. Geen versiering verder
dan een rood-lluweelcn. met goud gebor
duurde draperie, welke afhangt van de
balustrade der loggia.
Een kanonschot. De Koningin is thans
op het slation aangekomen. Meteen rijst
boven den rechtervleugel van het pa
leis de standaard van Koningin Wilhel
mina aan den mast, hot oranje doek
met het blauwe kruis en de Koninklijke
wapentcekens. Terwijl telkens de doffe
knal van eoii kanonschot weerklinkt en
er steeds moer bewoging in de menigte
komt. rijden auto's aan, waarin men
de gala-uniformen ontwaart. Het zijn
de Belgische ministers, die straks aan
de Koningin zullen worden voorgesteld.
Daar komt de kreet, waar de duizen
den zoo lang op hebben gewacht, do
kreet, die de komst der Koningin aan
kondigt. Burgemeester Max, die in zijn
auto terugkeert van hot station, waar
hij de Koningin reeds heeft begroet, is
het, die dezen kreet ontlokt. De'Konin
gin kan nu niet ver meer zijn. Comman
do's klinken, de wacht komt in de hou
ding. Dan komt een kleurige stoet het
Palcizenplein op: het bereden eore-os-
cote. Napoleontische ruiters, hoog te
paard niet hun enorme berenmutsen en
hun met. zwart-met-witte uniformen,
welke hier en daar een vuurroode on
derbreking hebben, In broede rijen dan
sen de martiale figuren op de draven
de paarden, de sabels getrokken, in
strak gelid. Daar zwenken zij en maken
frónt voor den ingang van het palcis
Daar zijn nu ook reeds de schar
laken livreien der voorrijders en
daarleve de Koningin, vive
la reine".
Naast Koning Leopold zit daar
Koningin Wilhelmina, in blauwen
mantel inet blauwen hoed, welko
kleur prachtig past bij het paars
van het grootkruis der Leopoldsor
de, Lachend wuift zij het publiek
toe. dat geestdriftig juichen blijft
Aan den ingang van het paleis is in
tusschen de figuur van den grootmaur-
Schalk van den Koning, graaf Cornet de
Ways Huart verschenen, die de Konin
gin, wanneer zij zich een oogenblik
met den commandant der eerewacht
heeft onderhouden, in het paleis ge
leidt, waarin ook, op een afstand het
gevolg der belde vorsten binnentreedt.
Het duurt nu even.
Er blijven telkens kreten opstijgen
uit het publiek, telkens als iemand
meent gordijnen ie hebben zien bewe
gen in de zaal achter de loggia, waar
de kronen branden en waar straks de
beide vorsten zullen verschijnen. Maar
bet ceremonieel binnen neemt eenigert
tijd in beslag.
Na een kwartier wordt dan het wach
ten beloond: de. Koningin, door haar
gastheer gevolgd, verschijnt op het bai-
con.
Het publiek is buiten zich zelve.
Men wuift alsof ieder een speciale
persoonlijke groet over te brengen heeft
aan de vorstin.
Zij, rechtop, Wuift. De Koning staat
stram terzijde.
Het Wilhelmus klinkt, terwijl de
wacht het geweer presenteert.
Dan is het uit. De chaos eener weg-
stroomendê menigte ia het einde.
Wederzijds begrijpen leide tot een duurzame
eensgezindheid
BRUSSEL, 23 Mei (A.N.P.)
NADAT Hare Majesteit de
Koningin te half acht in het
Koninklijk Paleis het corps diplo
matique, bij het Belgische hof ge
accrediteerd, had ontvangen, is te
half negen een galadiner gehou
den, dat Koning Leopold aan onze
Koningin aanbood.
Het monu bestond uit:
Consommé Isabella; truite saumonée
au coulis d'ecrevisses; selle de pre sale
hussard; pommes nouvellcs, Poulardes
de Bruxelles rotloa, salade, paté de foio
«ras, asperges do Malinos, glacé aux
fraiaes, fruits, dessert.
Tijdens hot diner worden uitgevoerd:
Zoelandla van Koeberg, Serenado de Mi-
lenka van J. Blockx, de volksliederen:
„Als ls ons landje nog zoo kloin" en
„Vlaggolled". Petite suite van J. Jon
gen cn Rythmea de valses van Wage
naar.
Koning Leopold heeft ln de Neder-
landsche taal een rede uitgesproken,
waarin Z.M. o.m. zeide:
„Het Belgische volk, evenals ik zelf,
begroet de Koningin der Nederlanden
met diepe en eerbiedige genegenheid.
Ik ben er Uwe Majesteit ln het bij
zonder dnnkbaar voor, dot Zij mijn on
vergetelijk bezoek aan Holland zoo spoe
dig mot een tegenbezoek heeft willen
beantwoorden.
WIJ zien cr een nieuw en kostbaar
blijk ln van Hare hartelijke gevoelens
Jegens ons. en van do levendige vriend
schap die noord en zuid vereenlgt.
Onze natiën gaan helde trotsch op een
roemrijk verleden. Bcldo vertrouwen in
de vrije instellingen die zij voor zich
zelf hebhen uitgebouwd. Beide Ijveren
bovenal met geestdrift voor den vrede.
Maar beide elschen dat hun lotsbestem
ming ln eigen handen behouden blijft.
Onlangs heeft Uwe Majesteit tot
haar volk een krachtlgcn oproep
gericht^ in verband met de moreele
en geestelijke herbewapening.
Ook bij ons hebben de Koninklijke
woorden weerklank gevonden.
Ware het niet wenschelljk dat het
edel Initiatief van Uwe Majesteit, uit
een zoo helder inzicht van onze
monschelijke plichten geboren, ook
op het Internationaal plan zou wor
den beoroefd?
De kleine staten tellen in Europa
meer dan honderd millioen inwoners.
Waarom zouden zij niet op zedelijk en
economisch gebied tot een duurzame
eensgezindheid besluiten? Waarom zou
den zij niet, naar de wijze woorden van
Uwe Majesteit, „deze eensgezindheid in
toepassing brengen bij de bestrijding
van den hooggestegen nood. en de hin
derpalen wegnemen, die don woreld
opbouw tegenhouden?"
Een dusdanige medewerking zou doe!
matig het verhoven vredesldeaal die
nen, dat uw volk evenals hot mijne be
zielt. Zij zou een gemeenschappelijk en
sereen onderzoek mogelijk maken van
de talrijke vraagstukken, die. thans on
opgelost, ons aller levensbelangen be
dreigen.
Op deze rede heeft H.M. de Koningin
als volgt geantwoord:
Diep getroffen door de woorden van
Uwe Majesteit breng ik Haar daarvoor
mijn hartgrondlgen dank.
Het Nedorlandscho volk heeft zich ee-
lukkig geacht den Koning tegen wiens
persoon het zoo hoog opziPt te begroeten
en een uit het hart komend welkom toe
tc roepen en daarbij tevens uiting te
geven aan zijn gevoelens van diepge
meende vriendschap voor het broeder
volk.
Tc meer prijs ik mij gelukkig dat be
zoek thans te kunnen beahtwoorden en
de gcestrlrlftvollo vvilze waarop het Bel
sischè volk mij heeft verwelkomd heeft
een onvergetelljken indruk op mij ge
maakt.
Wij Nederlanders weten hoezeer uw
volk u op de handen draagt cn terecht
in alles op u vertrouwt ook voor de
handhaving dier eigen vrijheden welke
in den loop der eeuwen niet zonder
moeite en strijd werden verkregen. Vrij
heden wanrop ons beider volken gelij
kelijk naijverig blijven, wier streven
naar buiten is waar mogelijk hij te dra
een tot bevordering van hetgeen ons
allen gelijkelijk en bovenal ter harte
gaat: de vrede,
Gedenkend dat Luik het begin heeft
Bezien van een steeds hechter wordende
vriendschap tussrhpn onze hulzen en
onze volken verheugt het mij oprecht
met l we Maiesteit naar die roemruchte
stad aan de Maas te gaan. hij ons wel
bekend en geëerd om de grnole werk
kracht en nimmer falende energip ha
rer burgers, die hen tot groote dingen
in staaf stellen, waarvan de rinnr uwe
Tiaiostpif zon luist «rennende tentoon
''piling een treffend bewijs ts.
De svrnnathlèke woorden door Uwp
Majesteit gewijd aan de gedachte
der moreele en geestelijke herbewa
pening zullen warmen weerklank
vinden ln het hart van mijn volk.
De gedachte neergelegd ln dat per
soonlijke, tot mijn landgenooten ge
richte woord behoeft niet aan staat
kundige grenzen gebonden te zijn
en ik zal er mij oprecht over ver
beugen. wanneer het mogelijk zou
blijken haar in ruimeren kring een
concreten vorm te geven.
Evenals uwe Majesteit acht lk dit
gcenzina uitgesloten. In het huidig ern
stig tijdsgewricht mag tusschen natiën
als waar onze beide volken toe behooren
niets worden verzuimd, wat. langs den
weg van wederzijds elkander begrijpen,
zou kunnen leiden tot een duurzame
eensgezindheid, op zedelijk en op eco
nomisch gebied. Eene ernstige poging
óm tot dien opbouw te geraken kan bij
voorbaat van Nederland's medewerking
verzekerd zijn. Ik vraag mij af. of hier
met zoowel voor Nederland als voor
België een belangrijke taak gplegen kan
zijn ln verband met den sodaal-econo-
mlschen nood, waarin de wereld steeds
dieper dreigt te verzinken.
Ik besluit dit woord van innlgen dnnk
voor het grootsch onthaal dat Uwe Ma
jesteit mij heeft bereid met te drinken
op de gezondheid en het welzijn van
Uwe Majesteit, van Uw Huls en van
gansch het Belgische land en volk hier
en overzee voor wier duurzaam geluk
ik mijn beste cn hartelijkste wenschen
uitspreek.
Om 10.30 uur hebben do beide vorsten
en hun gasten van het balcon van het
paleis de verrichting van de Gilles, der
fakkeloptocht cn het vuurwerk gade
geslagen.
Tegen elf uur, toen de stoet reeds was
vertrokken en een deel dor menigte hem
reeds naar de binnenstad was gevolgd,
hoeft do óverhlijvondo menschenmassa,
welke van het Pal ei zen plein nog niet
kon scheiden, nogmaals do afzetting
verbroken. Onophoudelijk klonken kre
ten en men rustte niet, totdat de wensch
der menigte werd vervuld: do Koning
gcloiddo de Koningin naar het balcon,
Langdurig klonken de toejuichingen,
welke de Koningin met handgewuif be
antwoordde.
Te elf uur heeft de Koningin zich in
haar appartementen teruggetrokken.
(Vervolg van pagina 1)
Terwijl Hare Majesteit uitstijgt
klinkt evenals bij Maar aankomst op
het station hot Wilhelmus, dat echter
verloren gaat in de toejuichingen der
ontzagwekkende menigle welke zich
hier een plaats veroverde. Langs een
eerewacht vnn est.-officieren betreedt
Hare Majesteit het Koninklijk paleis
vnn welks tinnon fier de Nederlandsche
Koninklijke standaard wappert. De vor
stelijke personen worden ontvangen
door dpn graaf Cornet de Waijs Ruart,
Grootmanrschnlk van het Hof en den
luiienant-gencrnal Tllkons. chef van het
militaire huis dos Koning».
Doch buiten blijft de menigte wach
ten tot de breede balkondeuren boven
den hoofdingang geopend zullen wor
den. Het duurt vijf, tien, vijftien minu
ten. Men Iaat zich echter niet ontmoedi
gen. Niet een is er dié zijn plaats ver-'
laat en vrijwel onophoudelijk kaatst het
gejuich vari de wachtende menigte te
gen den grijzen gevel. Dan, legen half-
zes, voldoen de vorstelijke personen aan
den vox populi, en betreden het balkon.
Twoe figuurtjes, een in teer blauw en
een in Khaki, die haast verloren gaan
tegen den imposantcn achtergrond van
de loodgrijze paleisfacade, maar waar
omheen zich heel het eerlijke, uit den
grond des harten opwellende enthou
siasme dor Brusselaars concentreert.
Nog even toeven de Koningin en de
Koning op het balkon, men ziet dat zij
glimlachend iets tot elkaar zeggen en
dan trekken zij zich terug. Een onzicht
bare hand sluit achter hen de deuren...]
Reuzen dansen voor
het Paleis
Ayf AAR als de avond is gevallen trekt
[VJ opnieuw een geweldige menschen-
menigte naar de Brusselsche boven
stad. want twee attracties slaan er nog
voor dezen dag op het programma: een
vuurwerk in het Park en een folkloristi
sche optocht langs het Paleis. Fantastische
figuren trekken cr mee in den stoet waar
over het rosse schijnsel der fakkels bizarre
schaduwen werpt De Gilles met hun enor-
nieit pliiimentooi boven kleurrijke kleedij,
de Brusselsche reuzen, bekende figuren bij
elk volksfeest cn het ros Bayard met de
vier Heemskinderen op zijn torenlioogen
rug. vormen de hoofdmomenten uit deze
schilderachtige stoet die verder aangevuld
Wordt met fameuze muziekcorpsen, hon
derd man sterk en terwijl in het Park het
vuurwerk knalt en knettert, een ronkend
vliegtuig uit de lucht vuurpijlen omlaag
werpt, dansen op het Palcizenplein de Gil
les en de reuzen hun groteske figuren ter
cere van de vorstelijke personen die achter
een der ramen van het palels dit merk
waardige schouwspel gadeslaan.
De Brusselaar komt laat op bed dezen
avond. Terwijl wij deze regelen schrij
ven nadert reeds het middernachtelijk
uur. Maar nog steeds trekt de optocht
door de met een feestelijk gestemd pu
bliek gevulde straten waar het oranje
en rood-wit-blauw den boventoon voert
en de Brusselaars, die men spreekt op
straat, in dè clubs of rafé's. zij raken
niet uitgepraat over de beminnelijke
Koningin der Nederlanden dié óp dezen
straléndén zonnedag zulk een stralende
entrée in Belgisch hoofdstad maakte.
Weerverwachting
Voor het geheele land: Droog,
vrij warm weer, helder tot
licht bewolkt, Zwakke tot ma
tig® O. tot N. wind.