„MAATREGELEN WAREN NIET GERECHTVAARDIGD" Amsterdam heeft een „ijzeren long" ALLE STANDPUNTEN GEHANDHAAFD „Wij moeten vreemdeling- gezind worden" De conclusies van de commissie-Schouten zijn aanvaard GEEN NIEUWE ARGUMENTEN De eerste in ons land De vreemdeling is een goede klant Belgische oorlogs invaliden bezoeken ons land De automaat slikte vertinde cent 3e BLAD PAG. 1 AMERSFOORTSCH DAGBLAD DONDERDAG 29 JUNI 193» De Tweede Kamer concludeert: NA een vergadering van bijna zes uren heeft de Tweede Kamer met groote meerderheid de conclusie van het verslag der com missie-Schouten inzake Oss aanvaard. De eerste conclusie werd aangenomen met 62 tegen 28 stemmen; ide geheele Roomsch-Katholieke fractie stemde tegen. De Kamer heeft daardoor uitgesnroken. dat de feiten en omstandigheden, welke den minister van Justitie hebben geleid tot het nemen van den maatregel van 1 April 1938 ten aanzien van de brigade-Oss der Ko ninklijke Marechaussee, dien maatregel niet rechtvaardigen, terwijl aan hetgeen nadien is gebleken in elk geval geen motiveering voor dien maatregel kan worden ontleend. Naar men weet, bestond deze maatregel daarin, dat genoemde brigade gelast is zich tijdelijk van opsporingsdienst te onthouden. De tweede conclusie, waarbij de Kamer de nota van den minister voor kennisgeving aanneemt, werd zonder hoofdelijke stemming aangenomen met de N.S.B.-fractietegen. 's-GRAVENHAGE. 28 Juni In de he denmiddag onder voorzitterschap van mr. J. R. H. van Schaik voortgezette zitting van de Tweede Kamer constateerde de heer Schouten (A R.) dat het kort na de arrestatie van een groot-industrieel die van zedenmisdrijven verdacht werd. plotseling verkeerd is gegaan met de bri gade-Oss. Is er dan plotseling een fundamenteele wijziging in de werkmethode der brigade gekomen? Als over alle opsporingsambte naren zoo werd geoordeeld als over deze brigade in haar toenmalige samenstelling, dan zouden voor allen gelden de woorden van den psalmist„Wie zal bestand zijn?" Wat van den II. betreft, hier hebben drie rechterlijke ambtenaren onder eede verklaard, dat er naar hun oor deel reden was voor vervolging; dit kan men niet verwaarloozen. Men kan niet ontkennen, dat de P. G. Invloed uitgeoefend heeft op het slui ten van het onderzoek in de zaak van de beide geestelijken. Er zijn inderdaad fouten gemaakt door de marechaussee, doch hun chefs mogen niet buiten be schouwing worden gelaten. De P. G. heeft onder eede verklaard, dat hij in vloed op de stopzetting gehad kan heb ben. De commissie zegt hiermede niets over de strafbaarheid van de betrokken personen. Wanneer de Kamerleden allen bij de besprekingen der commissie aanwezig waren geweest, dan hadden allen aan de zijde der commissie gestaan. De minister: Het verschil is, dat nu achteraf wordt geoordeeld. De heer Schouten ontkent dit niet, doch verklaart, dat de commissie Reen oogenhlik uit het oog wil verlie zen, dat men vandaag anders oordee- len kan over het beleid dan op 1 April 1938. ITet stelt de commissie teleur, dat de minister sindsdien geen afstand heeft kunnen doen van zijn toenma lige opvattingen. Het is de grootste zore van de commissie geweest om den minister niet zwaarder te belasten dan noodzakelijk was. In haar eenigo materieele conclusie heeft de commissie zich alleen over het beleid van den minister uitgelaten. Het beleid van den P. G. en anderen moest geheel buiten beschouwing blij ven. De commissie meent, dat haar standpunt juist is. Tegen beschuldigingen als zou de mi nister bevorderen, dat katholieke gees telijken niet onder het gemeene recht vallen, moet de commissie ten sterkste opkomen. Spr. hoopt, dat het van nu af aan uit is met het hrengen van vreemde elementen in deze zaak. De commissie heeft de zaak zakelijk be zien; de religieuze en- politieke richting van den bewindsman heeft geen rol Bespeeld. In haar conclusie heeft de commissie slechts uitgedrukt, dat zij den hewus- ten maatregel niet juist acht. Een po litieke bcteekenis heeft de commissie «r niet aan gegeven. Een consilium abeundi bevat de conclusie niet. De Kamer zal goed doen bij de aanvaarding van de conclusie er de beteekenis aan te hechten, welke de commissie eraan geeft en er geen ander karakter aan toe te kennen. Voor spr. persoonlijk is het zuiver menschelijk element het moeilijkste ge weest. De minister van justitie is een bekwaam en religieus man. Daarom spijt het spr. dat het beleid inzake Oss oiet juist geweest is. De heer Rost van Tonningen (N.S.B.) bestrijdt de woorden van den heer Schouten, tot hem gericht. Hij ont kent, dat de redevoeringen dienen om de zaak-Oss on te helderen. Hij brengt de zaak in verhand met de dreigende kabinetscrisis. Punt voor punt gaat spr. de rede van den heer Schouten na, waarbij hij wijst op de ondervonden tegenwerking. Spr. ontkent, dat hij on 28 Februari gevraagd heeft., of het rapport nog de zelfde week klaar zou zijn. Ook ontkent spr. inbreuk te hebben gepleegd op do geheimhouding der besprekingen. Als de Kamer haar plicht deed, zou de minister moeten terechtstaan .voor den Hoogen Raad. Deze minister springt met aangiften van strafbare fei ten om op een wijze, die elke rechts zekerheid tart. Deze minister laat strafzaken eerst sluiten om zich daarna te beroepen op de geheimhouding van de geseponeer de dossiers. De Kamer kan zoo niet controleeren, of terecht is geseponeerd. De minister denkt door een perscam pagne het volk te beïnvloeden. Dit is intellectueels hoogmoed. (De voorzitter hamert). Spr. houdt vol, dat de minister een deputatie uit Oss heeft ontvangen. Spr. geeft de namen, w.o. burgemeester Ploegmakers en notaris Bijvoet. Zij zijn naar het departement van justitie ge gaan. De minister: Zij zijn misschien aan de deur geweest. De heer Rost: U heeft ze ontvangen. De minister: Dat: is. onwaar. De heer Rost: De verklaringen van den minister kloppen niet. De Kamer mag deze zaak niet laten rusten. Als de minister en de Kamer hun plicht verzaken, dan deugen zij niet meer voor hun ambt. De minister en de P.-G. dienen te ver dwijnen. Spr. eischt eerherstel voor de marechaussee. De heer van Maarseveen (R.K.) bestrijdt de rede van den heer Schou ten. Zijn eigen betoog acht spr. niet ontzenuwd. De verdediging door mevrouw Mac kayKatz van de marechaussee gaat naar spr.'s oordeel wel wat ver. Wat den P.-G. betreft spr. had hem öf kunnen verdedigen öf aanvallen. Spr. beschikte niet over voldoende ge gevens en de P.-G. kon zich niet ver antwoorden. De heer De Geer (C.H.) is van oor deel, dat de minister gesproken heeft als eerlijk man, die zich vergist heeft. Het verheugt spr., dat de overgroote meerderheid der Kamer in 's ministers onkreukbaarheid gelooft. Spr. zal zijn stem voor de conclusie uitbrengen. Zoowel tegen de onwaar dige als tegen de nobele bestrijding handhaaft spr. zijn standpunt, dat aan neming van de conclusie niet beteo- kent, dat de minister moet aftreden. De heer Van der Goes van Na- ters (S.D.) meent, dat de minister zich vergist in de reactie van het volk, wanneer het meent, dat het niet veilig zal zijn bij de handhaving van het rechtsgezag. De minister heeft aan het drijven van een hoofdambtenaar geen weerstand kunnen bieden; aan zijn goede trouw wordt niet getwijfeld. 's Ministers betoog was bewust en consequent eenzijdig. Spr. moet zijn conclusie, ook ten aan zien van den P.-G. handhaven. Krach tige gezagsuitoefening in de leiding van den P.-G. ontbreekt geheel. Vol doende waarborgen voor de toekomst heeft de minister niet gegeven. Door het aannemen van de conclusie keurt de Kamer het beleid van den P.-G. af. Moge uit deze treurige zaak ten minste iets goeds voortkomen: krachtige rechtshandhaving. De heer B i e r e m a (Lib.) heeft de goede trouw van den minister niet in twijfel getrokken. De zakelijke inhoud van de rede heeft spr. echter niet kun nen bevredigen. Als algemeenen regel aanvaardt spr. gaarne, dat geen inzage van dossiers mag geschieden. In dit uitzonderlijke geval had een uitzonde ring gemaakt moeten worden. De minister heeft niet aannemelijk kunnen maken, dat de maatregel nood zakelijk was. Integendeel. De brigade- Oss heeft fouten gemaakt. Doch waar om dit sensationeele ingrijpen. Zou de minister dit ook gedaan hebben, als het niet twee pastoors betrof? De minister: Zonder den minsten twijfel. De heer Bierema trekt de goede trouw niet in twijfel, doch meent, dat het onderbewustzijn een rol kan heb ben gespeeld. Spr. heeft uit de rede begrepen, dat de minister zijn standpunt handhaaft en dat alles bij het oude zal blijven. Spr. vreest, dat dan den minister zal blijken, dat hij zich nogmaals in den weerslag op ons volk heeft vergist. Mevr. M a c k a yK a t z (C.H.) waar deert het betoog van den minister. Zij betreurt, dat de minister zijn standpunt heeft gehandhaafd. Dat de maatregel noodzakelijk was, is niet gebleken. Het belang van de marechaussee heeft de minister uit het oog verloren. De P.-G. heeft aanleiding gegeven tot de geruchten, waaruit anderen een roomsch zaakje konden maken. Als de minister aanblijft en geen maatregelen neemt, dan zal hij zich weer in den weerslag op het volk ver gissen. De heer Van Houten (C.D.U.) is van oordeel, dat de minister gepoogd heeft de beteekenis van het rapport te normaliseeren. De kwestie-Oss kan en zal niet afgeloopen zijn, als de minister zich neerlegt bij de conclusie van de meerderheid. Als de minister uit de aanvaarding van de conclusie niet de noodige con- WETENSCHAPPEN DE medische outillage van de hoofd- stad is dezer dagen verrijkt met een der nieuwste vindingen, waarover de wetenschap de beschikking gekregen heeft, namelijk de z.g. ijzeren long Dit is de populaire benaming van het toestel voor kunstmatige ademhaling, dat in den korten tijd van zijn bestaan, alom zoo sterk de aandacht heeft getrokken. Men herinnert zich. dat'dit apparaat tot dusverre het leven heeft weten te behou den van een zoon van een Amerikaan- schen millionnair, wiens ademhalingsor ganen niet meer functioneerden. Vooral in Engeland, waar de Jong" wordt ge fabriceerd. heeft het toestel grooten op gang gemaakt, mede dank zij het besluit van Lord Nuffield om het kosteloos aan alle ziekenhuizen van het Britsche Ko ninkrijk te verstrekken. Gistermiddag heeft dr. H. Kinderman, onder-directeur van het Wilhelminagast,- huis, de werking van den „ijzeren long" om deze niet fraaie en ook niet juiste betiteling van het nieuwe toestel, dat officieel als „both cabinet respirator" wordt aangeduid, maar te gehruiken voor vertegenwoordigers van de pers gedemonstreerd. Het. is ondergebracht in de isoleerafdeeling van het gebouw voor besmettelijke ziekten, omdat hel naar men verwacht in de eerste plaats nuttige diensten zal kunnen bewijzen hij gevallen van kinderverlamming. Ook hoopt men het apparaat met succes te cehruiken in bepaalde gevallen van diphterie. verstikking of electrische schok en in andere gevallen, waarbij de ademhalingsorganen gestoord zijn. Het toestel is eigenlijk een groote platte kist ter lengte van een men schelijk lichaam, dat de patiënt ge heel omsluit. In de kist rust een bed, dat gemakkelijk in- en uitge schoven kan worden. De patiënt wordt op het bed gelegd met het hoofd uitstekend door een gat In het einde daarvan. Vervolgens wordt het bed in de kist geschoven, die luchtdicht gemaakt wordt. Een rubberkraag gaat om den nek van den patiënt, zoodat zijn geheele lichaam in een afgesloten kamer rust, terwijl zijn hoofd eruit steekt. Het einde van de „kist" is met een slang verbonden met een „pulsator", een blaasbalg, welke door een electromotor in beweging wordt gebracht. Deze balg, die dus longdiensten verricht, trekt de lucht uit het cabinet, geeft daarmee de longen van den patiënt gelegenheid uit te zetten en veroorzaakt, dat hij door neus en mond, die geheel vrij zijn, in ademt.. De ademhaling kan worden ge regeld in tempo's van 18, 24 en 32 per minuut. Afwisselend is de luchtdruk positief en negatief, zoodat de natuur lijke ademhaling wordt geïmiteerd. Is de luchtdruk positief, dan wordt de borstkas van den patiënt ingedrukt, waarna hij lucht kan inademen, is de druk een oogenblik later negatief, dan heeft hij gelegenheid tot uitademing. In dien de motor mocht weigeren, kan de aandrijving onmiddellijk los gemaakt worden en kan de pulsatie geschieden door handbeweging. De ventilatie van het cabinet en de drukgraad kunnen eveneens worden geregeld door middel van. twee ventielen en de patiënt kan tot op zekere hoogte verzorgd worden zonder het cabinet te openen, dank zij twee armgaten. die zich aan weerszij den bevinden, ongeveer ter hoogte van de schouders van den patiënt. Door mid del hiervan kan ook de polsslag van don patiënt worden gecontroleerd. In sommige gevallen bleek het bij het op gang brengen der ademhaling moge lijk te zijn, dat deze gedurende een uur zonder het toestel kon geschieden, zoo dat er gelegenheid was tot verzorging van den patiënt. Overigens kan de patiënt gedurende zeer langen tijd in de cabine blijven, zoo noodig dagenlang. De ..ijzeren long" is thans gereed om zijn diensten te bewijzen. Ook hier hoopt men er zegenrijke resultaten mee te. bereiken. 3ÉÜ Broodkeurinig op de tentoonstelling, welke te Breda gehouden werd ter ge legenheid van het Bakkerscongres. sequenties trekt, zal de zaak bij de be grooting weer ter sprake komen. De heer W ij n k o o p (Comm.) acht een van de ergste dingen, die den mi nister moeten worden aangerekend, het weigeren van inzage en verbieden van verschijnen van ambtenaren. De minis ter mag de Kamer niet. als een derde beschouwen. Dit. is politiek opzet. Het is noodzakelijk, dat deze minister aftreedt. De heer Z a n d t(St Geref.) acht den indruk van de rede denzelfden als dien van de rede van het vorige jaar. Het was geen zakelijke rede. Aan de marechaussee is onrecht ge schied om de belangen van Rome te dienen. De minister heeft daardoor het recht gekrenkt. Het prestige van den minister is te zeer geschokt om den minister te doen aanblijven. De minister van justitie, de heer Goseling. is van oordeel, dat er rneer dan genoeg misverstanden zijn in deze zaak. Met het enquête-voorste^ heeft spr. niets te maken gehad. Eerst' op 6 Juli heeft spr. kunnen reageeren op de motie-Albarda-Oud. Daarin heeft spr. verklaard, gaarne zijn medewer king te zullen verleenen. Er is dus geen sprake geweest van een toezeg ging bij de behandeling van het en quête-voorstel. De grootste moeilijkheid is deze, dat het hier gaat om ambtenaren, waar voor spr. aansprakelijk is. Doch deze zijn werkzaam in strafzaken. Ook de marechaussee bedoelt spr. hiermede. De Kamer moet dus treden in waardeering van strafzaken. Dit is een onmogelijk heid. Nooit komt men tot een oplossing van deze zaak door den aard van de functie van dit college. Wat de weigering van inzake van stukken betreft, merkt spr. op, dat men niet mag riskeeren, dat er een soort volksgericht ontstaat Wat het hooren van ambtenaren be treft, niet wenschelijk is, dat deze zelf standig inlichtingen geven. De commis sie had een regeling met spr. kunnen treffen. Geheel uitgesloten was niet, dat de ambtenaren zouden worden gehoord. Spr. kan zich niet voorstellen, hoo de heer Rost van Tonningen denkt met zijn rede iets te bereiken. De heer Rost van Tonningen: Gaat u maar liever weg. (De voorzitter roept hem tot de orde). De minister wijst er op, dat de heer Rost van Tonningen eerst een strafbare gedraging noemde en thans verklaard heeft, dat deze gedraging niet strafbaar was. Wat moet er van een volksgerecht terecht komen, als men de zaken zoo verdraait. Uitdrukkelijk ontkent spr., dat de P.-G. het onderzoek tegen pastoor B. heeft doen sluiten. Mogelijk is dit ten gevolge van een informatie van den bisschop geschied, misschien is dit van invloed geweest op de houding van den substituut-officier en den wachtmees ter. Naar spr.'s meening zijn de opspo ringsambtenaren door den maatregel tegenover geestelijken niet kopschuw geworden. Men blijft, vooral in het Zuiden, zeer streng tegen dergelijke gevallen. Het blijft, spr. verwonderen, dat men niet meer medegevoel heeft gehad voor de methode van onderzoek. In dit verband wijst spr. op het ver hoor van de misdienaren en van de Haagsche dame. Wat de haast betreft, deze was nood zakelijk om in de groeiende onrust in te grijpen. Spr. had wel gaarne gezien, dat het contact met het corpscomman do beter ware geweest Bij het onder houd ter departemente is geen sprake geweest van eenige controverse. Dit is een zakelijke bespreking van een zake lijk meeningsverschil. Er zijn tekortko mingen. Het gaat echter alleen om den graad van den ernst daarvan en over den genomen maatregel. Bij verbete ring van het contact met het comman do kan de zaak zeer goed in goede we gen geleid worden. De Kamer zal spr. niet vragen, tot welke conclusie hij zal komen. Spr. voelt zich gerust, en ook voldaan, omdat de onkreukbaarheid van zijn bedoelingen vastgesteld is. De eerste conclusie komt in stemming. Zij wordt aangenomen met 62 tegen 28 stemmen. Tegen stemde de R.K. fractie. De tweede conclusie wordt z. h. st. aangenomen met aanteekening, dat de N.S.B. wenscht geacht te worden te hebben tegengestemd. Om 18.50 uur wordt de vergade ring verdaagd tot Vrijdagmiddag 1 uur. DE DIRECTEUR VAN HET 'A.N.V.V.: Congresverg a dering van de Alg. Ned. Ver. voor Vreemdelin genverkeer te Leeuwarden LEEUWARDEN, 28 Juni. Na dat gisteravond de deelnemers aan het Congres der A.N.V.V. op het gemeentehuis te Leeuwarden waren ontvangen, waar de burgemeester der gemeente jhr. mr. J. M. van Beyma, een welkomstwoord sprak, dat door den voorzitter der vereeni- ging C. R. T. baron Krayenhoff werd beantwoord, begon vanoch tend in de zalen Schaaf de ochtend vergadering. Na een kort openingswoord van den voorzitter, die er zich over verheugde dat de belangstelling zoo groot was, was aan de orde het jaarverslag, waar aan het volgende wordt ontleend: De vrije stroom van reizigers en toe risten wordt door belemmerende bepa lingen, welke in verscheidene landen bestaan cn nog steeds worden uitge breid, meer en meer binnen zeer nauwe oevers ingedijkt. Wat den arbeid in het binnenland betreft: dit is nog steeds het zorgenkind van de verceniging. Het streven zal er in de toekomst op gericht zijn, deze organisatie tot een hechtere te maken, door een nauwen band te leggen tusschen de plaatselijke, streek- en provinciale organisaties". Bij de bespreking van het verslag sprak de heer D. A. Klomp te Bergen (N.H.) er zijn vreugde over uit, dat thans ook de regeering het nut van vreemdelingenverkeer heeft ingezien en dat zij een bedrag van een ton voor dit doel heeft beschik baar gesteld. Inzake zijn voorgenomen aftreden zeide de voorzitter op een desbetreffen de vraag, dat hij wel heengaat, maai het voornemen heeft alle vergaderingen te bezoeken. Er komt. nu eenmaal een einde aan alles en dit jaar acht spreket het juiste oogenblik om uit eigen vrijen wil heen te gaan. De rekening werd goedgekeurd met aan ontvangsten een bedrag van 210.610.24 en uitgaven 207.750.29. Het resteerende bedrag 2.859,59 is bestemd voor bestelde drukwerken. Tot leden van het hoofdbestuur wer den vervolgens door de leden benoemd overeenkomstig de artikelen 5a en 5b (V.V.V.'s prov. en fed. V.V.V.'s) mr. H Vlugt te Rotterdam; C. A. van Woelde- ren, burgemeester van Vlissingen en L. C. A. van de Kasteele, gepension- neerd generaal-majoor te 's-Gravenhage Tot leden van het hoofdbestuur wer den door de leden genoemd in artikel-5c (zedelijke lichamen) gekozen de heeren P. L. M. van Wayenburg, secretaris der V.V.V. te Nijmegen; L. J. P. N. A. Bouwman, chef van de afdeeling pas* sage der maatschappij „Nederland" ta Amsterdam en jhr. P. J. Six, secretaris der Nederlandsche Kamer van Koop handel. In de contróle-commissie namen zit ting de heeren J. van Alferen. te Zand- voort.; J. Bleeker, burgemeester van Dordrecht en E. G. Wassenaar, Leiden. Na een uitgebreide discussie werd be sloten het congres in 1940 te Den Hel der te houden, zulks in verband met het vijftigjarig bestaan der V.V.V. al daar. De directeur van de A.N.V.V., de heer De Waal, hield vervolgens een causerie over propaganda-activiteit en propagan- da-materiaal der A.N.V.V. Spreker be gon met voorbeelden te geven, waaruit het groote belang voor een land bleek van een goed vreemdelingenverkeer. Do Nederlander moet „vreemdeling-gezind" gemaakt, worden en hij moet den vreemdelingen leeren zien als een goede klant. Naast deze economische zijde wees spreker op den ideeelen kant van het vraagstuk, naar aanleiding waar van hij de propaganda besprak. Hij ver deelde deze in drie groepen: over Ne derland iets laten lezen, zien en hooren. Vervolgens gaf hij een overzicht van al het door de A,N.V.V. uitgegeven mate riaal. Behalve het verspreiden hiervan verzorgt de A.N.V.V. ook het toezenden van artikelen over ons land aan buiten- landsche bladen. Om den menschen iets te laten zien wordt gebruik gemaakt van jaarbeurzen, tentoonstellingen en dergelijke. Voorts wees spr. er op. dat op 5 Augustus e.k. ook de radio voor het eerst in de propaganda zal worden ingeschakeld. Op dien dag zal via een ultra kortegolfzendcr iets over Neder land worden verteld. Na deze inleiding werd tot twee uui gepauzeerd. De dames maakten vandaag een uitstapje naar Warga, waar het melkbedrijf van de Frico in oogen- 6chouw genomen werd. AMSTERDAM. 28 Juni. Daartoe in staat gesteld door Prinses Jean de Mérode maakt een aantal Belgische oor logsinvaliden, aangesloten hij het Natio naal Instituut voor Oorlogsinvaliden, jaarlijks kleine uitstapjes, welke zich soms tot het buitenland uitstrekken. Ditmaal was Amsterdam uitgekozen en zoo gebeurde het, dat vanmorgen een ruime autobus met ongeveer 35 oorlogs invaliden, welke allen zonder familie zijn. uit Brussel vertrok met bestem ming naar het Noorden. Via Breda en Utrecht bereikte men het Prinselijk paleis te Soestdijk, dat van buiten be keken werd en daarna vervolgde het gezelschap zijn reis naar de Nederland sche hoofdstad. Men arriveerde alhier tegen lunchtijd en men begon in de hoofdstad mol het verorberen van een uitgebreiden koffiemaaltijd. Om onge veer drie uur brak het gezelschap op en begaf zich naar de reederij Berg- mann op het Damrak, vanwaar met een watertram een tocht door de Amster- damsche havens en grachten werd ge maakt. Het gezelschap dat onder leiding stond van een gepensiorrneerd hoofd officier van het Belgische leger, den heer G.'Jorissen, aanvaardde daarna via Den Haag en Scheveningen weer den terugtocht naar Brussel, waar het na een geslaagden dag binnen onze gren zen te hebben doorgehracht, in de late avonduren terug verwacht werd. Maar de eigenaar van de cigaretten niet Een mild vonnis AMSTERDAM, 28 Juni. Drie jaren geleden had de man. die van middag voor het hekje van den poli tierechter verscheen, zich schuldig gemaakt aan diefstal uit een ciga- rettenautomaat. Een veel voorko mend misdrijf, doch de omstandig heden waaronder deze man tot zijn daad was gekomen, rechtvaardigen het milde vonnis, dat over dezen „misdadiger'* werd uitgesproken, volkomen. Zooals zijn verdediger hem schetste, was de verdachte een absoluut eerlijk mensch, die gedurende zijn geheele le ven geen wandaad heeft gepleegd, inte gendeel. steeds van zijn verschillende werkgevers uitstekende getuigschriften ontving. De crisis, welke enkele jaren geleden begon met de wereld te teiste ren, deed ook zijn invloed geweien in het hotelbedrijf, waarin verdachte werk zaam is, en daardoor had de man eeni- gen tijd in zeer behoeftige omstandig heden geleefd. In die periode had hij enkele boodschappen gedaan op de markt op het Waterlooplein, hij had daarbij een gulden besteed en naar zijn meening een kwartje terugontvangen. Voor dit kwartje wilde hij uit een auto maat cigaretten koopen. Maar op het moment, dat hij het muntstukje in de gleuf wilde werpen, ontdekte hij, dat het een vertinde cent was. Het duiveltje van de rookers speelde hém parten. Mo gelijk was het ook de veronderstelling, dat het een toch onopgemerkte wan daad zou zijn. Na een korte aarzeling wierp verdachte de cent in de automaat en nam zijn doosje cigaretten in ont vangst. Helaas of misschien geluk kig? de eenige oneerlijkheid, welke deze man. voor zoover is na te gaan, in zijn leven pleegde, bleef niet onopge merkt. Twee weken gevangenisstraf, eischte de officier van Justitie. Zijn blanco strafblad, de gunstige indruk van 's mans persoonlijkheid, welke zijn ver dediger wist, te scheppen en het feit, dat het misdrijf jaren geleden was ge pleegd, redde verdachte van zulk een straf. Het vonnis luidde twintig gulden boete. Demografisch laboratorium in wording 's-GRAVENHAGE, 28 Juni. Bij hst intieme afscheid van prof. Methorst als directeur van het Centraal Bureau voor de Statistiek hebben de ambtenaren van dit bureau den scheidenden directeur medegedeeld, een som gelds te hebben gedeponeerd als eerste bijdrage voor een „prof. dr. Methorst-fonds", dat moet die nen voor de tot standkoming en in standhouding van een demografisch la boratorium. Deze stichting zal zijn een centraal punt voor verzameling en be studeering van gegevens van physi- schen, psychischen en sociologischen aard betreffende de Nederlandsche be volking. VERLENGING VAN DEN TERMIJN DER TARIEFMACHTIGINGSWET 's-GRAVENHAGE. 28 Juni. In af wijking van het reglement van orde kwam hedenmiddag het wetsontwerp afwijking van den in art. 1 der Tarief machtigingswet 1934 opgenomen termijn, hoewel het niet op de agenda stond, dadelijk in openbare behandeling. Er was blanco eindverslag uitgebracht. Het ontwerp werd zonder debat en z. h. st. aangenomen. Deze wijziging der Tariefmachtigings wet heeft ten doel de termijn, binnen welke de Staten-Generaal de inmiddels bij voorbaat ingevoerde wijziging der tariefwet moeten goedkeuren, te verlen gen, daar de behandeling der Tariefwet binnen den gestelden termijn van 6 maanden niet meer mogelijk-was.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1939 | | pagina 9