Dagblad Wanneer zal spanning Charles de Kosters' roman „Huwelijksreis" gefilmd tot ontlading komen? Karl Ritter in „sferische" moeilijkheden verward Internationaal bridge- tournooi Hoog rendement op aandeelen De wereld, van Prof. dr. J. H. Gunning tachtig jaar 2e BLAD PAG. 4 AMERSFOORTSCH DAGBLAD ZATERDAG 8 JULI 1939 Een teekening uit eert van de nieuwste teekenfilms, waarin de hond Pluto, zooals gewoonlijk in verrassende moeilijkheden komt CRK.0.5 Wenscht U een beschaafden toon? Het spant de kroon! 's-GRAVENHAGE, 7 Juli. Vijftiende ronde open-teams: Finland wint van België met 1 m.p. Noorwegen wint v. Duitschland 16 m.p. Hongarije wint van Zweden met 8 m.p. Nederland wint van Yougo Slavië 1 m.p. Engeland wint van Italië met 5 m.p. België wint totaal met 41 matchpunten, 1 victory-point. Noorwegen wint totaal met 29 match- punten, 1 victory-point. Zweden wint totaal 8 match-punten, 1 victory-point. Yougo-Slavië wint totaal met 3 match- punten. 1 victory-point. Engeland wint totaal met 18 match-pun ten, 1 victory-point. Zesde ronde dames-teams: Engeland wint v. Denemarken m. 6 m.p. Nederland wint van Frankrijk m. 2 m.p. Engeland wint totaal na 40 handen met 19 matchpunten. Nederland wint totaal na 40 handen met 31 match-punten. Zestiende ronde open-teams: België wint van Italië met 18 m.p. Denemarken wint v. Zweden m. 11 m.p. Yougo-Slavië wint v. Engeland 2 m.p. Hongarije wint v. Duitschland m. 9 m.p. België wint totaal met 18 match-punten, totaal 2 vict.-points. Zweden wint totaal met 13 match-pun ten, totaal 5 vict.-points. Yougo-Slavië wint totaal met 11 match punten, totaal 4 vict.-points. Hongarije wint totaal met 5 matcli-pnt. Het Nederlandsche ooen-team heeft in totaal 2 victory-points. Het Duitsche open-team heeft in totaal 3 victory-points. Het Hongaarsche open-team heeft in to taal 2 victory-points. Het Deensche open-team heeft in tótaal 2 victory-points. Het Engelsche open-team heeft in totaal 2 victory-points. FINANCIEEL OVERZICHT Scherpe koersfluctuaties bij beperkten handel. Risi co's van aandeelen- en obligatiebezit. Invloed der Amerikaansch-Engelsche ruiltransactie op rubber- markt. Tijdelijke verhooging van rubberexport? DE internationale fondsenmarkt wordt nog steeds volkomen beheerscht door de groote vraag, die de geheele we reld bezig houdt: zal de opgehoopte en wel haast tot in het ondraaglijke gestegen span ning in den eerstvolgende tijd tot ontlading komen? Met beklemming ziet men het kwik in den politieken thermometer hoe langer hoe hooger rijzen; het moment, waarop het kookpunt bereikt zal worden, kan niet meer vèr-af liggen. En toch, ondanks alles, blijft men hoop koesteren op een wending ten goe de; men speurt naarstig naar een zweem van verbetering; soms meent men die te zien in de grootere waarschijnlijkheid van het tot stand komen van het pact tusschen En geland en Rusland, dan weer geven de be richten uit Danzig aanleiding tot iets minder pessimisme. Waarna dan weer de onvermij delijke terugslag volgt. Zoo blijft de wereld tusschen hoop en vreeze zweven en. de beurs, als getrouw spiegelbeeld van wat de menschheid beroert, registreert de koortsachtige spanning in de ups en downs, die de koersen ondergaan. Aldus zün de betrekkelijk belangrijke koerswijzigingen in de afgeloopen week te verklaren. De omvang van den handel heeft met deze koersverschillen, die op sommige dagen 5 a 10% bedroegen, geen gelijken tred gehouden. Het zün nog slechts zeer weinigen, die onder de tegenwoordige onzekere, ver houdingen den moed vinden, naar den eenen of den anderen kant iets te onderriemen. Mocht een oorlog uitbreken, dan zün de gevolgen hiervan voor de ondernemingen, welker aandeelen ter beurze genoteerd wor den, in het geheel niet te overzien, z'ü het ook, dat in kringen van den fondsenhandel velen, gezien de vroeger opgedane ervaring, van meening zün, dat behoudens een scherpe reactie na den eersten schok de uitwerking op het koerspeil nog wel eens zou kunnen meevallen. Daarbü wordt dan rekening ge houden met de omstandigheid, dat de no teeringen der meeste aandeelen reeds thans op een „noodpeil" zün aangeland, hetwelk in geen verhouding meer staat tot 't rendement op basis van de dividenduitkeeringen. Het lage niveau, waarop de aandeelenkoersen zich thans bewegen, geeft daartegenover alle aan leiding, een krachtig herstel te verwachten voor het geval een politieke ontspanning van meer dan tüdeljjken aard mocht intreden. Wanneer men de rendementsberekening voor de leidende fondsen der Amsterdam- sche beurs baseert op de uitkeeringen in de laatste twee jaar, dan komt men zonder uit zondering bü de tegenwoordige koersen tot een opbrengst van meer dan 5, meestal ech ter van dicht bü de 6 Op basis van de dividenden in de laatste tien jaar wordt het rendement wat minder hoog; bü de Han delsver. „Amsterdam" is het gemiddelde rendement van 1929/38, blü'kens onderstaand staatje, zelfs vrü laag, waarbij echter opge merkt moet worden, dal in deze tienjarige periode de voor de suiker- en andere cultu res büzonder ongunstige jaren vielen, waar in slechts een klein dividendje kon worden betaald, wat het gemiddelde natuurlük sterk drukt. Rendement Rendement op op basis basis div. div. 1937 gemiddelde en 1938 1929/38 Philips' GloéilamjSen ca. 5% ca. 5% Unilever 5.8 5.1 Kon. Petroleum 5.7 4.2 Handelsver. „Amsterdam" 5.2 3.2 Vergeleken met het rendement, dat op obligatiën kan worden gemaakt, zün de bo venstaande gemiddelden alleszins aantrek- kelü'k. Natuurlük dient er rekening mede te worden gehouden, dat in het niveau van aandeelenkoersen niet slechts goede, maar ook kwade kansen voor de bedrp'ven verdis conteerd worden en het spreekt van zelf, dat juist deze kwade mogelp'khedcn onder de tegenwoordige omstandigheden zeer hoog worden aangeslagen. Het is echter de vraag, of men door het bezit van aandeelen nu wer- kelük zooveel meer risico loopt dan wan neer men obligatiën bezit, waarop het ren dement tusschen de 3 en 3% schommelt, op basis der huidige beursnoteeringen. Het zou nl. nog te bezien staan welk soort fondsen in geval van oorlog het sterkst zou den worden getroffen: aandeelen van goede ondernemingen, die als „Sachwerte" toch een belangrüke productiekracht en „Goodwill" vertegenwoordigen, welke waarschü'nlü'k te eeniger tüd hun waarde zullen herkrijgen, of obligatiën, vorderingen op de overheid, welker basis volkomen illusoir zou worden wegens de monetaire en financiëele ont wrichting, die het onvermüdelüke gevolg van een wereldramp zou zpn. Maar ook als het ergste vermeden zal kun nen worden, levert het bezit van obligatiën een niet te onderschatten risico op, wegens de kans op een verdere koersdaling in ver band met de lagere waardeering van het overheidscrediet als gevolg van groote de fensie- en steun-uitgaven en de te verwach ten stjiging van den rentevoet. In een vorig overzicht hebben wü een en ander reeds na der in het licht gesteld. In de afgeloopen week is de koersafbrok- keling op de obligatiemarkt nog verder voortgeschreden, waarbü door ruilorders be paalde staatsleeningen een grooter koersver lies moesten boeken dan andere. Het stelde teleur, dat de belcggingsvraag, die zich ge- woonlük voor herbelegging van vrijgekomen middelen na 1 Juli doet gevoelen, ditmaal vrü'wel geheel achterwege is gebleven. Noch op de markt voor staatsleeningen, noch op die voor gemeente-leeningen en pandbrieven was eenige toeneming der kooplust te be speuren en daar het aanbod, zü het in be perkten omvang, aanhoudt, zün de noteerin- gen meerendeels nog verder teruggeloopen. DE Amsterdamsche aandeelenmarkt moest het in den aanvang der week buiten de „directieven" van Wallstreèt stellen, omdat de fondsen- en goederenmark ten in de Ver. Staten op den „Onafhankelük- heidsdag" gesloten waren Hoewel bü her vatting van den handel te New York bleek, dat men daar den internationalen toestand iets minder gespannen achtte, terwy'l men bovendien de vooruitzichten voor een her stel van het zakenleven in den herfst gun stig beoordeelt, kon de koersverbetering, welke van te voren op de Amsterdamsche beurs was ingezet, geen verderen voortgang maken. Aandeelen Koninklijke Petroleum werdan nog gunstig beinvloed door de berichten be treffende een voor de maatschapppen niet al te ongunstige oplossing van het petro- leumconflict in Mexico. Toch was ook voor dit fon'ds de handel niet in overeénstemming met de naar verhouding belangrüke koers- sprongen. Het was duidelü'k merkbaar, dat door het ontbreken van limites een betrekke- lük kleine vraag reeds aanleiding gaf tot een krachtige koersverbetering, een factor, die zich ook in de meeste andere afdeelingen deed gevoelen. Zelfs in den rubberhoek was eenige koers- beweging waar te nemen, hoewel de notee ring van het product voortdurend op het zelfde niveau van 8 1/8 a 8 3/16 d. per lb. gehandhaafd blü'ft. Het is duidelü'k dat deze prü's, die neerkomt op een opbrengst van ca. 33 cent per K.G. voor rubbermaat- schappü'en allesbehalve bevredigend is, zoo lang slechts op 50 pet. van de productie capaciteit mag worden gewerkt. Wel moet h'crbü in het oog worden gehouden, dat de standaard-productie, waarop 'de restrictie ge baseerd is, voor de Ned.-Indische onderne mingen in 1939 aanmerkelük hooger is ge steld dan in het voorafgaande jaar. Dit heeft het belangrüke gevolg, dat de export van Ned.-Indisöhe ondernemingsrubber in het derde kwartaal van dit jaar 44.400 ton zal mogen bedragen, tegen slechts 32.300 ton in de overeenkomstige periode van het vorige jaar. De mogelükheid bestaat dat de export, resp. de productie, in het laatste kwartaal van dit jaar nog aanmerkelük verder ver hoogd zal kunnen worden en dit niet alleen wegens de inmiddels ingetreden verbetering van de statistische ppsitie der rubbermarkt, maar ook door een bpzondere oorzaak, n.l. de tusschen de Ver. Staten en Groot-Brittan- nië gesloten ruil-overeenkomst, die vermoe- delpk op 1' October a.s. in werking zal tre den. De omvang van 'deze overeenkomst is weliswaar heel wat minder groot geworden dan aanvankelü'k was voorzien, maar toch zal zy' een zekeren invloed op de markt der desbetreffende artikelen kunnen uitoefenen. Speciaal de rubbermarkt, waar vraag en aan bod tot dusverre door de internationale pro ductie-regeling met elkander in evenwicht werden gehouden, zal de uitwerking ervan moeten ondervinden en een verhooging der productie zal noodzakelük worden. Tot een belangrüke prü'sverihooging zal de ruilovereenkomst vermoedelük niet leiden, al schünt het in de bedoeling van de Engel sche regeering te liggen, de benoodigde hoe veelheid rubber (80.000 ton, die tegen 600.000 balen Amerikaansche katoen worden „ge ruild") op de open markt aan te koopen en wel zooveel mogelü'k via de gewone handels kanalen. Er zullen evenwel maatregelen worden genomen om prp's-excessen te voor komen, die in strü'd met de belangen der beide landen worden geacht. Een van deze maatregelen zal het te dien aanzien te ple gen overleg met het Internationale Restric tie Comité zün tot het vaststellen van een extra export-quotum. Een extra quotum van 10 pet. voor zes maanden zou ongeveer 73 000 ton opleveren; het restant zou dan uit de aanwezige voorraden kunnen worden gedekt. Voor de rubberproducten zal zulk een export-verruiming met 10 pet., al zou deze slechts gedurende een (half jaar gelden, bui tengewoon welkom zün. Wel zullen zü eenige moeilü'kheden hebben te overwinnen in verband met gebrek aan geschoold personeel voor het tappen van de grootere hoeveel heid rubber, doch men neemt aan, dat dit geen onoverkomelijk bezwaar zal zün. Hieronder volgt een overzicht van het koersverloop: 3% pet. Nederland 1911 99%, 99%, 99%. 3 pet. Nederland 96/05, 85%, 848/1#. 3 pet. Nederland '37 91»/,., 89"/18. 3%—3 pet. Nederland 95%, 94%. 94%. 2% pet. N.W.S. 71%. 70 7/16. 4 pet. Kopenhagen 100 '08 81%, 78%. 81%. 4 pet. Kopenhagen '38 84, 86%. 4% pet. Dantzig 50—100 15, 11%. Bethlefhcm Steel 38%, 40%, 40. U.S. Steel 3335%. 34%. General Motors 31%, 32%. Aku 33%, 34, 33%. Lever Bros. 129%, 128. 130, 128%. Philips 198%, 208, 202%. 205%. Koninklüke Petroleum 296% cum div., 291% ex div., 302%, 301%. Amsterdam-Rubber 181, 186%, 185. 189, 188. Deli Batavia Rubber 127, 130, 128%. Hessa Rubber 80%, 88%. HollandAmerika Lp'n 96. 98. Ned. Scheepvaart Unie 104, 108. Handelsver. Amsterdam 390%, 387%, 399, 392. 394%. Koloniale Bank 161%, 165%, 162%. Deli Batavia Tabak 134, 136, 134;%. Deli M». 185%, 192%. HET EINDE VAN HET „HAPPY ENDING" Amper twee jaar geleden noemden de Amerikanen het een „box office mad ness" een commercieele dwaasheid, een film te vervaardigen met een ongeluk- kigen afloop. De held, de verpersoon lijking van de stralend gezondheid of misschien, in 't ergste geval, op een gebroken arm na placht de lieftalli ge heldin (eveneens met een blos van Max Factor) in zijn, eventueel gezwach- telden, arm te nemen, haar een klin kenden zoen te geven, waarop onmid dellijk het beeld overvloeide van geluk en in de letters, die het woord „einde" vormden. Overtuigd, dat het publiek „happy endings" verlangde, bewandelde de film vroeger de wonderlijkste wegen, om tot tevredenheid van de massa uit een di lemma te geraken, dat eigenlijk maar één eerlijken afloop had. En daar is opeens een heele zwerm films om te bewijzen, dat men eerlijk aan zijn einde wil komen. Daar is Sa muel Goldwyn's „Wuthering Heights", waarin beide hoofdpersonen in de laat ste acte sterven „Dark Victory" met den dood van Bette Davis aan het slot. In „Juarez" met Paul Muni en Bet te Davis, wordt laatstgenoemde in haar filmrol krankzinnig, na, een beroep ge daan te hebben op Napoleon III om het leven van haar echtgenoot, Maximiliaan Keizer van Mexico (Brian Aherne) te redden. De film eindigt met de fusil lade van Brian Aherne. In R.K.O.'s „The Story of Vernon and Irene Castle", de nieuwe Fred Astaire- Ginger Rogers film. vond Vernon Castle den dood in een vliegtuigbotsing tijdens legermanoeuvres in de slotscène van de film. Dit tragische einde kwam even eens voort uit de authenticiteit van het filmgegeven. Het befjin, met het doode en weer tot leven gewekte meisje, in een herberg vol roerig leven, temidden van ouder- wetscho zware •.leuren, steile trappen en betegelde muren (de het verhaal speelt lich omstreeks de zestiger jaren af) is mysterieus en spannend, vol van die troebele maar boeiende sfeer, die half griezelverhaal en half legende is. Een sfeer, die in menige specifiek Duitsche film goed getroffen werd en alle sujet ten in een betoovering gevangen houdt. Maar tamelijk snel verandert de stem ming geheel en al en wordt het naïeve realisme, dat zoo hier en daar al te proeven was, in de uitingen van gierig heid der herbergierster, tot hoofdzaak, ZIET, dat is wat te veel van het goede. Met alle waardeering voor bet goede inzicht van den regis seur, die deze drie sferen onderscheidde, Regisseur Karl Ritter en schildert Ritter de film-menschen ons van zoo nabij, dat er geen twijfel meer overblijft: de regisseur gelooft in deze figuren en doet al zijn best om ook ons er in te doen gelooven. Maar dan komt er weer een verande ring, want Ritter, die voelt, dat het egoïsme van deze moeder zoo ontaard is, dat ze geen reëele figuur kan blijven, zoekt zijn heil in humor, in de carica- tuur. En vooral in de scènes, waarin de moeder, naar de groote stad gekomen, zich poogt in te dringen in hoogere krin gen en daar aan het intrigueeren slaat tegen haar schoonzoon, zijn vervuld van die sfeer. En wanneer we na zooveel sprongen al niet goed meer weten, waar we aan toe zijn verandert Ritter nog weer eens en komt in de laatste navrante scènes, waarin het conflict tusschen de vrouw en het echtpaar tot ontploffing komt, weer volkomen terug in het realisme van zijn tweede episode. EEN SPECULATIE... TT ARL RITTER. die een verdienstelijk filmer is en bekend werd door verschil- JA lende films waarin hij een voorkeur aan den dag legde voor militaire motieven. heeft zijn nieuwste film gebaseerd op een roman van Charles de Coster „Hu welijksreis" en daarmee een onderwerp gekozen, dat sterk afwijkt van wat al lang zamerhand tot zün „genre" is geworden. Het is goed voor een regisseur, voor een kunstenaar in het algemeen trouwens, om zich niet toe te leggen op werken, die veel overeenkomst met elkaar verlootten. Variaties, nieuwe opgaven houden den geest lenig en kunnen allerlei onverwachte inspiratie opleveren. Bovendien is liet gegeven van dezen roman in de niet zoo erg groote hoeveelheid nieuwe vondsten, waar de filmliteratuur op kan bogen weer een origineel geluid en dat kan niet van alle nieuwe films worden gezegd. De geschiedenis die van fantasie getuigt is die van een herbergierster en haar dochter. De dochter is ziek en komt te sterven, tenminste de dorps dokter verklaart haar dood. En terwijl de moeder weeklaagt over haar verloren eenige kind en ondertusschen met alle hebzucht en zakelijkheid van een plattelandsvrouw haar herbergje verder drijft koint er een gast binnen, die ook dokter blijkt te zijn. Hij hoort toe vallig van het gestorven dochtertje en ontdekt, dat het meisje slechts schijn dood is. Onmiddellijk aangewende pogingen om haar weer tot leven te brengen hebben succes en hoewel de moeder tot het laatste oogenblik blijft twijfelen, krijgt ze haar doodgewaande kind weer terug. Voorwaar een bizon- dere gebeurtenis. Maar op een andere manier raakt ze haar kind weer kwijt. Want de dokter wordt verliefd op het meisje en aangezien zij die liefde beantwoordt volgt er al len tegenstand van de vrouw ten spijt een huwelijk, dat naar liet zich laat aanzien erg gelukkig zal worden. Maar de moeder heeft den arts nooit kunnen vergeven, dat hij haar dochter „stal" en ze verzint alle mogelijke intri gues om haar kind weer terug te vin den. Afwisselend aartsdomme en in-ge- meene pogingen van haar kant hebben echter weinig succes omdat èn de man èn zijn jonge vrouw het egoïsme en de kortzichtigheid van de moeder begrijpen en probeeren te vergoelijken. Maar met de koppigheid van alle ifomme menschen gaat deze vrouwelijke inquisiteur verder en ze weet zelfs een vrouw op te diepen, op wie de dokter vroeger nog eens verliefd is geweest. Die reeds lang verbroken relatie wordt met gretigheid gebruikten de Jonge echtgenoote die instinctief reeds iets gevoeld heeft van de hetee- kenis van die andere vrouw begint zich van haar man af te wenden. Maai de hom barst geheel anders dan de moeder gehoopt had, want inplaats van nu weer bij haar moeder terug te komen, voelt het jonge vrouwtje het hcele leven als een last en maar juist kan een catastrofale wanhoopsdaad ver meden worden. Daarmee en het is een even snelle als onwaarschijnlijke wending komen dan het einde en de verzoening. DRIE SFEREN TOEN Ritter aan deze film bezig was. heeft hij zich wel eens laten ont vallen. dat hü in de geschiedenis, drie verschillende sferen zag. Nu de film klaar is. blijkt, dat hü inderdaad ge tracht heeft drie sferen te scheppen, maar fs het duidclük. dat hü geen van de drie heeft weten te kiezen en zoodoende geen eenheid heeft weten te bereiken. EEN beeld uit Karl Rider's film „Mün kind behoort mü". welke melodramatische titel het pseu doniem is voor „De huwelüksreis". 'an links naar rechts: Angela Satto- ker. Mathias Wieman. Francoise Rosay en Car sta Löck. de vier voor naamste artisten (Foto U.F.A. Rotzinger) VJ ONDERWIJS Bekend paedagoog, adviseur van H.M. de Koningin en leeraar van Prinses Juliana hadden we toch maar liever gezien, dat hij zich er tot een beperkt had. Had hij de „grübelende" en wazige mystiek gekozen, goed. Een strakke regie zooals de zijne had ons mogelijk voor kitsch gespaard". Was hij bij puur realisme geble\&en, het had wellicht goed kunnen worden. En ook voor een comedie lagen de ingrediënten voor het opscheppen (een Frank Capra had er zeker een kostelijke geschiedenis uit ge- hrouwénj. Maar nu hebben we drie verschillende interpretaties in een film en het komt aan de begrijpelijkheid niet ten goede. Een werk met een tamelijk eenvoudig en doorzichtig gegeven moet het van de uitwerking hebben en niet speculeeren op de innerlijke hechtheid van het sce nario. Deze film leert, dat zoo'n specu latie gevaarlijk is. En nu spreken we maar niet, van de verhouding ten opzichte van het origi neel. Want het moet in de filmindustrie dat dit origineel is en dat maar gelegenheid krij gen om den geest van dit origineel weer te geven GOED WERK DAT deze film desniettegenstaande ■en zoo uitvoerige bespreking ver dient. komt doordat ze in ver schillende opzichten de talenten van Karl Ritter, waarover bü vroegere gelegenheden reeds is uitgeweid, vertoo- nen en bovendien een nog weinig opge merkte eigenschap van dezen Duitschen filmer aan den dag legt: zün vermogen om de schildering van een karakteristieke entourage tot in alle détails vol te houden. De picturale effecten, waarmee hij zijn film heeft getooid zijn voortreffelijk, zoowel de schilderachtige beelden uit het eerste gedeelte welke een Frans Hals geen schande zouden aandoen, als de burgerlijke milieus van later komen prachtig tot leven een enkele maal zelfs op een geestige manier, maar dat is zelden, want Ritter blijft strak en reëel. Zoo'n episode echter als de wan hopige ren van de oude moeder door de stad op zoek naar haar dochter of het oogenblk, waarop de -dochter allerlei herinneringen plotseling combineert tot een verdenking tegen haar man, zijn fijne stukjes film, die met veel ander goed werk deze film temidden van haar Duitsche collega's doet opvallen. Ze is dus wel een drieluik, dat het bekijken waard is, maar daarom nog geen drie- eenheid P. Donderdag 13 Juli a.s. viert de be kende paedagoog, prof. dr. J. H. Gun ning Wzn., te Hilversum, zijn SOsten verjaardag. Johannes Hermanus Gunning werd 13 Juli 1859 te Utrecht geboren, waar zijn vader hoogleeraar in de scheikun de was. Zijn moeder was een zuster van de bekende Allard Pierson..De 80- jarige bezocht het gymnasium te Am sterdam en studeerde aan de Sted. Universiteit In 1882 werd hij leeraar ir; de oude talen aan het gymnasium te Utrecht, wat hij is geweest totdat hij in 1887 conrector werd van het gym nasium te Zwolle. In 1896 volgde zijn Lienoeming tot rector. Dat is prof. Gun ning geweest tot 1898 toen hij zijn ont slag nam teneinde zich geheel te kun nen wijden aan de 6tudie in de paeda- gogiek 'en daartoe naar Jena vertrok. Van 1900—1923 was prof. Gunning bij afwisseling privaat-docent in de pae- dagogiek aan de Amsterdamsche en aan de Utrechtsche Universiteit. Daar naast was hij van 19021917 werk zaam als schoolopziener in het dis trict Amsterdam. In die kwaliteit bracht hij een nieuwe geest in de school. In 1923 volgde zijn benoeming tot buitengewoon hoogleeraar in de paedagogiek aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, welk ambt hij aanvaardde met een inauguratie over: „Pro Domo". Prof. Gunning is ook door het curato rium van het Amsterdamsche gymna sium voorgedragen geweest tot rector. Maar de Raad besliste anders en het geheele curatorium trad af. De 80-jarige is een paedagoog van erkende autoriteit. Hij gaf o.m. les aan H.K.H. Prinses Juliana in de oude ta len en was paedagogisch adviseur van H.M. de Koningin. Hij is lid van 'het algemeen college van toezicht, bijstand en advies voor 's Rijks tucht- en op voedingswezen, en lid van den Onder wijsraad. Prof. Gunning was vroeger een be kend propagandist voor de geheelont houding. Hoewel afkomstig uit recht- sche kringen en religieus behoorend tot de ethische richting, koos Ihij in po- Uticis de richting der Liberalen. In Amsterdam was hij bestuurslid van de Liberale Unie. De Vrijheidsbond bracht hem in 1915 in de Prov. -Staten van Noord-Holland, waarvan hij tot 1918 deel heeft uitgemaakt en vaardigde hem in 1925 af naar den gemeenteraad van Hilversum, waarvan hij tot 1935 deel uitmaakte; We noemen voorts zijn werk voor de Ned. Bachvereeniging (namens welke hij voor de Bachfees- ten van 1935 mede de leiding had.) Vele geschriften zagen van de hond van prof. Gunning het licht. We noe men allereerst zijn 20 jaargangen van het door hem geredigeerde uitnemen oe tijdschrift „Het Kind", dat van 19071920 verscheen. Voorts zijn boek je over Montessori; zijn verzameling „Paedagogische Opstellen"; zijn ge schriften over „Paedagogische school reizen" en Staatsexamens cum effectu civili. Ook over zenuwachtige kinderen schreef hij een verhandeling. Prof. Gunning promoveerde aan de Utrecht sche Universiteit op een dissertatie ge titeld: „De Babylonis Aristophanis Fa- bula" in 1882, en aanvaardde zijn ambt van privaat-docent sprekende over: „De verantwoordelijkheid van den lee raar." Hij is commandeur in de Huisorde van Oranje en officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1939 | | pagina 8