De parapl loop der uie in den PUZZLE-RUBRIEK m m m m m m* m m eeuwen B Br B VERPOTTEN VAN KAMER-IFlensies ,ui' he PLANTEN B B B B Br B B H B a B B R56 EU B H n B 8 8 1 3 1 £l Voor zomersche Regendagen Orde en netheid Raapstelen zooals velen ze niet kennen fl Vergeet de regen- kleeding niet! Voorname sieraden met kleurloozen glans in het kinderleven VOOR" DE VROUW PLANTENLIEFHEBBERS weten steeds den geschikten tijd te vinden om planten te verpotten. Wanneer de ze weer uitloopen weten zij precies wat zij voor hun pleegkind moeten doen om dit zooveel mogelijk te doen gedijen. Heeft de 'plant den pot geheel en al doorgeworleld, dan kan zij niet genoeg .voedsel vinden voor de nieuwe scheuten en zal evenmin zelf kunnen gedijen. Zij behoeft dus nieuwe voeding in den vorm van versche aarde en moet tevens verpot, worden. Voor de meeste planten is verpotten in het voorjaar de meest geschikte tijd, omdat de natuur zich dan ook vernieuwt. Moeten kamerplanten ieder jaar ver pot worden? Zulks is zeer verschillend en hangt af van de soort der planten. Geraniums, fuchsia's, asparagus hor tensia's, en dergelijke planten toonen zich dankbaar, indien zij jaarlijks ver sche aarde bekomen, omdat zij vcpI krachten verbruiken door de nieuwe blad vorming en zoodoende goede voe ding behoeven. Palmen, kamerdenne tjes oleanders ficus en soortgelijke groeien langzamer, hebben voortdurend bladeren, waarvan zij af en toe Je oude verliezen. Zij vormen in het voorjaar geen geheel nieuwen bladerenschat cn behoeven slechts dan verpot te wor den. indien blijkt dat zulks gewenscht is. Men merkt dit gauw genoeg aan de aardkluit van dergelijke' planten, die dan geheel doorworteld is. Wanneer men een palm verpot, zal men in den pot nagenoeg niets dan wortels zien. Deze groeien zelfs vaak boven de aarde uit. hetgeen een feeken is, dat de plant gezond is. doch dat het tijd is om haar te verpotten, hetgeen bij voorkeur in het voorjaar gebeuren moet. De pot wordt omgekeerd, zóó, dat de plant naar beneden hangt, daarna stoot men met den pot even tegen den tafel rand, waardoor de wortelhal van don binnenkant loslaat en men er den lee- gen pot gemakkelijk af kan nemen. De wortels worden goed nagezien, en even tueel zieke plekken uitgesneden, het geen te herkennen is aan een donkere, soms zwarte kleur, ook de doode wor tels worden afgesneden b.v. mei een scheermesje. De oude aarde wordt hoven uitge spreide couranten uitgeschud De snij vlakken worden met houtskoolpoeder bestrooid om te voorkomen, dat. er te veel sappen verloren gaan. De wortels Van de sierasperge (asparagus) kunnen zelfs voor een groot deel afgesneden ."worden. De nieuwe pot mag slechts weinig groot er zijn dan de oude en daarom is Ehet beter planten meermalen te verpot ten, indien zulks noodig blijkt. In te groote potten verzuurt de aarde spoedig, vooral wanneer men er te veel en te vaak water op giet. Op den bodem van den nieuwen pot, boven het luchtgat, legt men eenige potscherven, hierover komt een laag grof zand bij weze van drainage en ten slotte wordt de pot gevuld met goede voedzame aarde, waarin men de wor tels evenwel niet dieper plaatst, dan .voordien het geval is geweest. De ruimte tusschen wortels en pot moet geheel met aarde aangevuld zijn, bij palmen, hortensia's en agaven zellfs stevig worden aangedrukt met duim en wijsvinger. Planten met vaste structuur, zooals palmen, oleanders, e.d. moeten veel vaster in de aarde staan dan die, welke meer lossen grond behoeven, zoo als varens, begonia's geraniums ea. Naar gelang van de grootte van den pot moet de aarde 23 cm. onder den rand blijven, om te voorkomen, dat het water bij het gieten over dpn pof loopt. De tuinman noemt dit ..cietrand". Planten moeten regelmatig nagezien worden of zich geen ongedierte op de bladeren bevindt, zieke en verwelkte takjes en bladeren worden verwijderd. Wanneer de kamerplanten kwijnen en de bladeren er flets uitzien, is dit veel al toe te schrijven aan verzuurde aarde en moet deze vernieuwd worden. Voor dat rnen de wortels in nieuwe aarde zet, moeten deze eerst goed uitgewasschen worden, in een niet te grooten pot over brengen in aarde, waaraan een hoeveel heid grof zand is toegevoegd en vooral matig gieten. Hoewel men stamppotten gewoonlijk tot de speciale wintergerechten rekent, kan ook in het voorjaar, vooral in den schoonmaaktijd, zoo'n gerecht nog wel eens op tafel verschijnen. We zullen er dan alleen andere groente voor gebrui ken. Raapsteel tjes zijn zeer geschikt om in stamppot te verwerken, mits we er niets van verloren laten gaan. Dus: opzetten met weinig water en de aard appelen mee gaar koken in het kook nat. van de groente, zoodat er niets af gegoten behoeft te worden. Het spreekt vanzelf,- dat we melk aan de stamppot toevoegen, om de vereischte smeuïg heid te verkrijgen. Minder vanzelf spre kend is de toevoeging van kaas, die toch inderdaad hier goed op zijn plaats is. Stamppot van raapstelen (4 personen). 2 k g. aardappelen. 4 of 5 bossen raap stelen (tezamen 1 k.g.). 100 gram (1 ons) boter; 200 gram (2 ons) belegen kaas; 1 eetlepel zout; Y\ liter melk. Snijd de worteltjes van de raapstelen en wasch ze tot het spoelwater helder is. Laat ze op een vergiet uitlekken. Houd een gedeelte apart en hak of maal dit zeer fijn. Doe de rest in de pan en zet ze zonder toevoeging van water op het vuur. Hak de groente na plm. 10 minuten (als ze geslonken is). Vang het uitlekkende nat zorgvuldig op in de pan en breng hiermee de schoongeboen de. in vieren gesneden aardappelen aan de kook. Voeg het zout toe en leg de voorgekookte raapstelen op de kokende aardappelen. Laat alles zachtjes door koken tot de aardappelen gaar zijn. Stamp dan groente en aardappelen door elkaar, onder toevoeging van den boter, de gekookte melk en de rauwe fijn ge hakte steeltjes. Maak den stamppot af door toevoeging van de inmiddels ge raspte, belegen kaas. door MARTINE WITTOP KONING De Fransche kok stelt hooge eischen aan zijn flensjes; en de Ilollandsche huisvrouw, die hem in zijn kunst wil nabij streven, zal zich in de keus van haar ingrediënten en in de juiste sa menvoeging ervan, geheel naar de Fransche voorschriften moeten rege len. Reeds de opsomming van de benoo- digdheden vertelt ons. dat deze flens jes bepaald boven het gewone uitste ken; zij luidt: 250 gram (Va pond) bloem, 60 gram (5 afgestreken eetlepels) poedersuiker, 5 groote eieren, een snuifje zout, Y liter melk en \Y> d.L. dikke room, 1 theelepel ge raspte citroen- of sinaasappel schil. Wat. de bereiding betreft: we begin nen met de bloem in een kom te zeven, iegelijk met het zout en de poedersui ker; we doen er 4 van de ongeklopte eieren bij en roeren er dan een volko men glad deegje van, zoo luchtig en zoo soepel mogelijk. Dan pas voegen we er het vijfde ei bij en kloppen of roeren er ook dat doorheen, tot alles samen weer geheel effen is. Bij kleine scheutjes tegelijk verdunnen we nu het deeg met de mel'k en tenslotte met den room; dan laten we het een uur rusten en daarna volgt, het hakken. De Fransche kok geeft den raad om daarbij meer dan één koekenpan te ge bruiken (liefst drie!), dan .schiet het werk vlug op, en de eerste flensjes dro gen niet uit. omdat ze op de volgende moeten wachten. In de practijk van de huishouding zal die raad wel zelden gevolgd kunnen worden, want... wie bezit drie koekenpannen van hetzelfde formaat? We kunnen ons echter ook op een andere wijze helpen, n.l. door den schotel niet de zich geleidelijk op stapelende flensjes boven een pan met kokend water te zetten, terwijl we er ter beschutting een pan of een schaal overheen keeren. Het bakken zal wel aan iedereen be kend zijn? We maken de koekenpan beet, laten er een klontje boter in smelten (vooral niet te veel boter, want dan zijn de flensjes moeilijk te keeren!), gieten er een dun laagje beslag in en bakken dat op een flink vuur aan beide zijden mooi bruin. Daarna laten we liet flens je öf recht uit de pan glijden en stape len er de volgende exemplaren steeds bovenop; öf wel, we rollen in de pan het flensje op en schikken de rolletjes successievelijk op den stotel, zóó, dat de tweede iaag kruiselings over de eerste komt te liggen. Is de schotel met flensjes gevuld, dan zeven we over het geheel nog wat poedersuiker. Zonder verdere toevoeging zijn deze pannekoekjes reeds bijzonder smake lijk; het Fransche gebruik brengt ech ter mede, dat vierdepartjes citroen (ontdaan van de pitten) afzonderlijk er bij worden gepresenteerd, zoodat ieder zich van wat citroensap over de flens jes kan bedienen. 7") E parapluie heeft zich in den loop der U eeuwen ontwikkeld tot een onmisbaar deel van de heeren- zoowel als van de da mesgarderobe, zii het, dat zij in handen van het mannelijk deel der schepping aan populariteit heeft ingeboet, fntusschen heeft zij zelden zoozeer de aandacht op zich gevestigdals juist de laatste paar jaar. waarin Chambe/lain, de Engelsche premier, op den voorgrond trad en wel nimmer buitenshuis gezien werd zonder dit nuttige voorwerp. Mevrouw Mode werd er zelfs door geïnspireerd om een ver kleinde uitgave van dit vermaard model met omgebogen handvat als nieuwste snufje voor haar volgelingen te lancceren. Vele doorluchte personen blijken reeds eeuwen geleden groote waarde gehecht te hebben aan het bezit van een scherm, dat hen zoowel tegen den regen als tegen de zon moest bescher men. De Chineesche Keizers, die in de elfde eeuw leefden, kenden deze scher men reeds, die tegelijkertijd een bewijs van waardigheid vormden. Koning Lo- dewijk van Beieren voelde zich geluk kig door het feit, 'dat hij het grootste „regendak" van geheel zijn land be zat. Louis Philippe heeft eens verklaard: „Een kroon is 's winters te koud en 's zomers te warm. De scepter is als wapen te stomp en als steunpunt te kort. Een ronde vilten hoed en een VAN LINKS NAAR RECHTS: 1 serie 6 windstille plaats 10 kleedingstuk 15 tijdperk 16 voegwoord 17 Fransch schrijver 18 vlegel 20 rang 21 lid van de laagste kaste in Hindostan 22 opplakbriefje 24 gedwee 25 kramp 26 uurwerk 28 strijdgewoel 30 rij 31 allerlei 33 kunst 35 deel van een divisie 36 schildersbehoefte 37 betoovering 39I vogel 41 zichtbaar geworden wa- terdamp in de lucht 43 gebonden (muz.). 45 naam van een bekenden Bordeauxwijn 47 vlaskam 49 bijwoord 50 bijwoord 52 hoeveelheid 54; dierenverblijf 55' toon 56 knaagdier 58' voorzetsel 60 ontkenning 61 biersoort 62 zintuig (dicht.) 65 hoofddeksel 66j gunstig gezind 69 bijwoord 71 weg 72 Indische schrijver 74 veldgewas 75 ruw 77 insect 78 oplossing van alcali in 5 water 79 overeenkomst 80 draaistroom 81 deel v. Britsch-Indië 82 sterk oploopend 83 station van BOVEN naar BENEDEN: 1 Fransche componist 2 gevolg van veel handen arbeid 3 bijwoord 4 omwoeld dun koperdraad 5 zintuig 16 strekking 7 geklets 8 plaats in N. Holland 9 deel van een wagen 31 bloem 32 opening j .13 vloeistof 14 onbekleed I 19 insect 21 bewaarster der orde 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 25 26 27 28 29 30 31 33 33 34 36 37 88 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 63 54 55 57 68 59 60 61 62 63 64 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 83 23 groot gebouw 51 25 onguur persoon 53 27 rivier in Afrika 57 28 model 29 beklagenswaardig 59 31 bediende 61 32 vorm 62 33 nooddruft 63 34 zetel 64 36 specerij 65 37 voornaam heer 66 38 begrip 67 40 gereedschap voor de 68 vangst van mosselen 70 42 stoffer 71 44 schoorsteenkap 73 46 vermakelvjkheids- 75 inrichting 76 4S taal u rustplaats raampje bestanddeel van ons vOed- sel plaats op Java Russisch meer deel van Java koningin berg op IJsland schoeisel keurtroep voornaam oud deel van ons land Grieksche god deel kier kleedingstuk holte in gegoten ijzer OPlOSSING Oplossing van de puzzle van vorige week luidt: Wk'Sr a ga a a r db a n ke A RENdÖPALETBKLARE ABDBElANBPEE LËLHA slaapbsteelbqmf.ga PONTONBEERBBOEMEL ■LBAPISBGBGAPEBLB SLAPBCABARETBSTEL TI NBRERABOPENBREE AGGERBOKSELBt-iANG ABELA INEBDAAROMBE LEL 1EBGRIESBOPPER goede parapluie zijn te alle tijde veel rustiger." Een schitterende stoet, van vorsten en kerkelijke hoogwaardigheidsbekle ders en hun gevolg schreed in Novem ber 1414 de stad Constanz aan het Bo- denmeer binnen. Zulk een pracht en praal 'had men er nog nimmer gezien.. De reden van deze bijeenkomst was, dat. Keizer Sigismun'd Z. H. den Paus Johannes XXIII verzocht had een con cilie. in Constanz bijeen te willen roe pen, dat een einde zou maken aan tal- looze verwikkelingen. Het volk sloeg met bewondering het geschitter van goud en de kleurige gewaden gade, van 'de deelnemers aan den stoet, die de stad binnen trokken. Op een gegeven oogenblik werden twee groote regenschermen aangedra gen; het een was open, het andere ge sloten, het teeken, dat de Paus in aantocht was. DEZE beide schermen, werden ook in Rome steeds medegevoerd, wanneer het Hoofd der Kerk zich naar buiten begaf, onverschillig of het regende of mooi weer was. Zij hadden een symbolische beteeke- nis en wezen op de geestelijke en we reldlijke macht waarop de Paus aan spraak maakte. In China en Japan bestond het scherm uit een geraamte van bamboe 'dat licht, elastisch en sterk was; het geheel was bespannen met geolied pa pier, dat met spreuken en kleurige voorstellingen beschilderd werd. Dit materiaal was evenwel op den duur niet bestand tegen flinke regen buien, terwijl het geheele gevaarte niet bijzonder licht te noemen was. De Romein Plinius heeft vele ge bruiksvoorwerpen en handwerktuigen uit de grijze oudheid beschreven en hierdoor weet men, dat ook de Grie ken en Romeinen regenschermen ge bruikten, waarvan het geraamte van bamboe gemaakt en met palmblade ren bespannen was. De oude geschiedenis verhaalt ook nog van het met leer bespannen regen schermen, 'die ongetwijfeld niet, tot de lichtste behoord zullen hebben! Het ge wicht der regenschermen verminder de eerst belangrijk toen een Fransch- man op de gedachte kwam, om voor het geraamte hetzelfde materiaal te gebruiken, dat de wijde damesrokken deed uitstaan, n.l. vischbalein, dat buig zaam en sterk was. IN 1788 zwoer men bij witte para- pluies, die evenwel zeer onprac- tisch in het gebruik bleken te zijn, ter wijl men in 1789 in Parijs, zoodra de eerste druppels vielen, niets dan groe ne parapluies zag dragen. Ook deze kleur voldeed niet en de „eenheid"-parapluie werd al zeer spoe dig in acht verschillende kleuren ge zien. Men verhaalt als een curiositeit op modegebied, dat een zekere heer Dubourg zijn parapluie tevens als blik semafleider liet inrichten, n.l. met een stalen punt bovenaan vanwaar een me- talendraad geleid werd naar een meta- lenbol, die den grond raakte. Deze hliksemafleider-parapluie heeft evenwel niet voldaan en geen navolging gevon den. In 1806 moet het gewicht van een pa rapluie minstens 10 pond hebben be dragen, alhoewel men als materiaal katoen bezigde. In 1826 gingen enkele fabrikanten er toe over om de geraam ten van baleinen mei zijde te bespan nen, waardoor de parapluie heel wat gemakkelijker te hanteere.n werd Kort daarna ging men zeer dunne reepjes staal gebruiken om de volants der da mesrokken uit te doen staan. Nu ging men opnieuw gebruik ma ken van een materiaal dat uitstekend bleek te voldoen en geschikt was om ook de paraoluie don «rewënschten vorm te verschaffen. Niet alleen in Frank rijk paste men in het vervolg do sta len geraamten voor de vervaardiging van parapluies toe, doch ook de En- gelschman Samuel Tox deed er zijn voordeel mep on construeerde in 1*52 de eerste modellen Een" uitvinding, die een geweldige industrie in het loven heeft geroepen en waardoor Samuel Tox millionnair is geworden. P\E zomer i6 op komst en de étalages met alle zomersche kleeren vormen een verleiding voor iedere vrouw, die zich graag goed kleedt. Zelden heeft men zooveel behoefte aan eens iets nieuws, iets fleurigs als'juist tegen den zomer; want wie zou er met dit mooie weer niet graag-'n vroolijk voorjaarshoedje willen hebben, of een vlotte lidhte mantel of een gebloemd of effen zomerjaponnetje? Toch moet men niet te veel geld be steden aan al dat. moois, want vast en zeker zal de zon den heelen zomer niet schijnen. Er zullen ook koude regenach tige dagen komen en dan willen we er toch ook netjes uitzien, 's Winters kan een oude mantel met. een vilten hoedje of gummi-mutsje heel goede diensten doen als beschutting tegen hagel-, sneeuw- en regenbuien. Maar de zomer sche plensbuien vragen goed waterdichte kleeren en daarbij verandert de regen dag vaak zoo gauw in een zonnigen zo merdag en wie loopt er dan graag in een oud afgedragen Jasje? Er is veel veranderd op 't gebied van regenkleeding de laatste jaren, nu men bijna alle stoffen waterdióht kan maken, is men niet meer aan gummi en gabar dine gebonden, al blijven dit voor wie veel door regen en wind moet, toch wel de meest practische stoffen. Regenkleeding wordt de laatste jaren ook veel gecombineerd met reis- of sport' kleeding en men gebruikt dan meest de waterproof-tweed stoffen. Op onze afbeelding toonen we u ver schillende modellen. Geheel rechts een kort jasje met waterprooMweedrok. Practisch is de sluiting van de jas, die goed beschut tegen inregenen. Men kan bij zoo'n pakje aardige combinaties ma ken, door b.v. paraplu en lintje van de hoed in de kleur van de rok te kiezen. De paraplu gaat meer cn meer de kant van de heerenparaplu uit; op de mode shows zag men zelfs in navolging van Chamberlain lange zwarte paraplu's met ronde haken. In 't midden een mantel voor storm en regen met riempje om de mouwen, ihoef- ijzer-vormige zakken en een capuchon. De capuchon en de slippen hebben een helkleurige voering, die 't geheel een zomersch cachet geeft. En dan tenslotte de cape, die hier een wat gecompliceerder en ook flatteuser model heeft rlan de groote gummi-capes, waar vele Hollandsche vrouwen verle den jaar een voorkeur voor hadden. Op de afbeelding is de rok donker blauw, de cape donkerrood, terwijl het dichtgeknoopte geruite middenstuk in dezelfde tinten donkerrood en donker blauw is gehouden. Men kan zich oen dergelijke combinatie ook denken in licht en donker bruin of licht en donker blauw. Goed gekozen regenkleeding is iets waarvan men in ons klimaat veel ple zier beleeft Koopt men goed materiaal en niet te modieuze snit, dan heeft re genkleeding 't voordeel dat men er een paar seizoenen achter elkaar droog en netjes mee is. MADELEINE. "LJ ET bijgeloof zegt, dat paarlen tra nen beteekenen, 'doch merkwaar dig is het feit, dat dit geen enkele vrouw zal weerhouden om deze als sieraad te dragen. Voornaam en weinig opvallend werken paarlen met hun matten, kleur loozen glans en menige vrouw toont voor deze bijoux een groote voorliefde geeft er zelfs de voorkeur aan boven schitterende steenen en gouden siera den. Paarlen pirulae peertjes. Blijkt hieruit wellicht, dat de Latiinsche wereld de voorkeur geeft aan de peer vormige exemplaren, die niet aan snoe ren gereegen worden, doch als druppels afhangen van een diadeem of een kost bare speld? In de grijze oudheid werden reeds paarlen gedragen, hetgeen geble ken is uit de resten, die in oude graven gevonden zijn in den vorm van koolzure kalk. Paarlen bestaan n.l. uit koolzure kalk en een organische afscheiding der schelpdieren en ziin daarom veel ver gankelijker dan edelsteenen. Na eenige eeuwen verliezen ze haar glans en gaal er veel van den mooien vorm verloren, om ten slotte geheel uit elkander te vallen. Algemeen bekend is, dat ver schillende soorten van schelpdieren, die in de Zuidelijke zeeën voorkomen, paar len vormen. Minder bekend is evenwel, dat zij ontstaan, doordat stof of uiterst kleine deelen van algen, soms ook para sieten in het binnenste der schelp drin gen. Wanneer het dier niet in staat is deze door het openen zijner schelp te verwijderen, dan wordt het vreemde voorwerp hoe langer hoe meer ingekap seld, laag over laag vormt zich en de paarl ontstaat. De schaal dezer dieren, althans het inwendige, levert het zacht gekleurde perlemoer. Bekend is, dat niet alle paarlen echt zijn en ook niet even kostbaar zijn en dat er ook vele kunstmatig gefabriceerd worden. De eersten, die zich hierop toelegden waren de Chineezèn en de imitaties zijn vaak zoo kunstig, dat men een kenner moet zijn om ze van. echte paarlen te kunnen onderscheiden. Daarbij is de prijs veelal hoog. TV/T ENIGE moeder vraagt zich wan- hopig af, waarom haar kinderen toch zoo weinig zin voor orde en net heid hebben. Zij zelf is een voorbeeld van netheid en haar kinderen hebben er niet het minste begrip van. De fout is niet ver te zoeken, en ligt meestal in het feit, dat de moeders beide begrippen niet van de vroegste jeugd weten aan te kweeken hii haar kinderen. Met slaan en standjes geven krijgt men er geen slordigheid uit, doch alleen met veel geduld, door ze telken male weer te wijzen op hun gebrek aan zin voor orde. Het jonge kind moet. naarmate ziin verstand zich meer ontwikkelt, immers alles van den beginne af aan leeren? Waarom zou het gevoel van netheid en voor orde een uitzondering maken? Zoodra de kinderen loopen en hun speelgoed overal heen dragen moeten ze leeren om alles weer op zijn plaats terug te leggen, wanneer het niet meer gebruikt wordt. Kinderen van twee jaar kunnen spe lenderwijze leeren hun speelgoed op een plank of kist of wat ook tot berging moge dienen, op te bergen. De groote fout van veel moeders is, dat zij dit pas later doen voordat de kleintjes naar bed gaan. Heel begrijpe lijk zijn ze dan te moe, zeuren en hui len en in minder dan geen tijd heeft moeder het zelf gedaan! Komt dit niet al te vaak' voor? Het poppenmoedertje moet leeren, dat haar kinderen vroeg in bed moeten liggen en de kleine jongens zetten hun paard voor het eten op stal! Inderdaad, wanneer de kleintjes spelenderwijze leeren oprui men, is het hun geen last, maar een lust, vooral als moeder haar kleintjes prijst of nu en dan een bemoedigend woord laat hooren.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1940 | | pagina 11