De parapl
loop der
uie in
den
PUZZLE-RUBRIEK
m
m
m
m
m
m*
m
m
eeuwen
B
Br
B
VERPOTTEN VAN KAMER-IFlensies ,ui' he
PLANTEN
B
B
B
B
Br
B
B
H
B
a
B
B
R56
EU
B
H
n
B
8
8
1
3 1
£l
Voor zomersche Regendagen
Orde en netheid
Raapstelen zooals
velen ze niet
kennen
fl
Vergeet de regen-
kleeding niet!
Voorname sieraden
met
kleurloozen glans
in
het kinderleven
VOOR" DE VROUW
PLANTENLIEFHEBBERS weten
steeds den geschikten tijd te vinden
om planten te verpotten. Wanneer de
ze weer uitloopen weten zij precies wat
zij voor hun pleegkind moeten doen om
dit zooveel mogelijk te doen gedijen.
Heeft de 'plant den pot geheel en al
doorgeworleld, dan kan zij niet genoeg
.voedsel vinden voor de nieuwe scheuten
en zal evenmin zelf kunnen gedijen. Zij
behoeft dus nieuwe voeding in den
vorm van versche aarde en moet tevens
verpot, worden. Voor de meeste planten
is verpotten in het voorjaar de meest
geschikte tijd, omdat de natuur zich
dan ook vernieuwt.
Moeten kamerplanten ieder jaar ver
pot worden? Zulks is zeer verschillend
en hangt af van de soort der planten.
Geraniums, fuchsia's, asparagus hor
tensia's, en dergelijke planten toonen
zich dankbaar, indien zij jaarlijks ver
sche aarde bekomen, omdat zij vcpI
krachten verbruiken door de nieuwe
blad vorming en zoodoende goede voe
ding behoeven. Palmen, kamerdenne
tjes oleanders ficus en soortgelijke
groeien langzamer, hebben voortdurend
bladeren, waarvan zij af en toe Je oude
verliezen. Zij vormen in het voorjaar
geen geheel nieuwen bladerenschat cn
behoeven slechts dan verpot te wor
den. indien blijkt dat zulks gewenscht
is.
Men merkt dit gauw genoeg aan de
aardkluit van dergelijke' planten, die
dan geheel doorworteld is. Wanneer
men een palm verpot, zal men in den
pot nagenoeg niets dan wortels zien.
Deze groeien zelfs vaak boven de aarde
uit. hetgeen een feeken is, dat de plant
gezond is. doch dat het tijd is om haar
te verpotten, hetgeen bij voorkeur in
het voorjaar gebeuren moet.
De pot wordt omgekeerd, zóó, dat de
plant naar beneden hangt, daarna stoot
men met den pot even tegen den tafel
rand, waardoor de wortelhal van don
binnenkant loslaat en men er den lee-
gen pot gemakkelijk af kan nemen. De
wortels worden goed nagezien, en even
tueel zieke plekken uitgesneden, het
geen te herkennen is aan een donkere,
soms zwarte kleur, ook de doode wor
tels worden afgesneden b.v. mei een
scheermesje.
De oude aarde wordt hoven uitge
spreide couranten uitgeschud De snij
vlakken worden met houtskoolpoeder
bestrooid om te voorkomen, dat. er te
veel sappen verloren gaan. De wortels
Van de sierasperge (asparagus) kunnen
zelfs voor een groot deel afgesneden
."worden.
De nieuwe pot mag slechts weinig
groot er zijn dan de oude en daarom is
Ehet beter planten meermalen te verpot
ten, indien zulks noodig blijkt. In te
groote potten verzuurt de aarde spoedig,
vooral wanneer men er te veel en te
vaak water op giet.
Op den bodem van den nieuwen pot,
boven het luchtgat, legt men eenige
potscherven, hierover komt een laag
grof zand bij weze van drainage en ten
slotte wordt de pot gevuld met goede
voedzame aarde, waarin men de wor
tels evenwel niet dieper plaatst, dan
.voordien het geval is geweest.
De ruimte tusschen wortels en pot
moet geheel met aarde aangevuld zijn,
bij palmen, hortensia's en agaven zellfs
stevig worden aangedrukt met duim en
wijsvinger. Planten met vaste structuur,
zooals palmen, oleanders, e.d. moeten
veel vaster in de aarde staan dan die,
welke meer lossen grond behoeven, zoo
als varens, begonia's geraniums ea.
Naar gelang van de grootte van den pot
moet de aarde 23 cm. onder den rand
blijven, om te voorkomen, dat het water
bij het gieten over dpn pof loopt. De
tuinman noemt dit ..cietrand".
Planten moeten regelmatig nagezien
worden of zich geen ongedierte op de
bladeren bevindt, zieke en verwelkte
takjes en bladeren worden verwijderd.
Wanneer de kamerplanten kwijnen en
de bladeren er flets uitzien, is dit veel
al toe te schrijven aan verzuurde aarde
en moet deze vernieuwd worden. Voor
dat rnen de wortels in nieuwe aarde zet,
moeten deze eerst goed uitgewasschen
worden, in een niet te grooten pot over
brengen in aarde, waaraan een hoeveel
heid grof zand is toegevoegd en vooral
matig gieten.
Hoewel men stamppotten gewoonlijk
tot de speciale wintergerechten rekent,
kan ook in het voorjaar, vooral in den
schoonmaaktijd, zoo'n gerecht nog wel
eens op tafel verschijnen. We zullen er
dan alleen andere groente voor gebrui
ken. Raapsteel tjes zijn zeer geschikt
om in stamppot te verwerken, mits we
er niets van verloren laten gaan. Dus:
opzetten met weinig water en de aard
appelen mee gaar koken in het kook
nat. van de groente, zoodat er niets af
gegoten behoeft te worden. Het spreekt
vanzelf,- dat we melk aan de stamppot
toevoegen, om de vereischte smeuïg
heid te verkrijgen. Minder vanzelf spre
kend is de toevoeging van kaas, die
toch inderdaad hier goed op zijn plaats
is.
Stamppot van raapstelen (4 personen).
2 k g. aardappelen. 4 of 5 bossen raap
stelen (tezamen 1 k.g.). 100 gram (1 ons)
boter; 200 gram (2 ons) belegen kaas; 1
eetlepel zout; Y\ liter melk.
Snijd de worteltjes van de raapstelen
en wasch ze tot het spoelwater helder
is. Laat ze op een vergiet uitlekken.
Houd een gedeelte apart en hak of maal
dit zeer fijn. Doe de rest in de pan en
zet ze zonder toevoeging van water op
het vuur. Hak de groente na plm. 10
minuten (als ze geslonken is). Vang
het uitlekkende nat zorgvuldig op in de
pan en breng hiermee de schoongeboen
de. in vieren gesneden aardappelen aan
de kook. Voeg het zout toe en leg de
voorgekookte raapstelen op de kokende
aardappelen. Laat alles zachtjes door
koken tot de aardappelen gaar zijn.
Stamp dan groente en aardappelen door
elkaar, onder toevoeging van den boter,
de gekookte melk en de rauwe fijn ge
hakte steeltjes. Maak den stamppot af
door toevoeging van de inmiddels ge
raspte, belegen kaas.
door
MARTINE WITTOP KONING
De Fransche kok stelt hooge eischen
aan zijn flensjes; en de Ilollandsche
huisvrouw, die hem in zijn kunst wil
nabij streven, zal zich in de keus van
haar ingrediënten en in de juiste sa
menvoeging ervan, geheel naar de
Fransche voorschriften moeten rege
len.
Reeds de opsomming van de benoo-
digdheden vertelt ons. dat deze flens
jes bepaald boven het gewone uitste
ken; zij luidt:
250 gram (Va pond) bloem, 60
gram (5 afgestreken eetlepels)
poedersuiker, 5 groote eieren, een
snuifje zout, Y liter melk en \Y>
d.L. dikke room, 1 theelepel ge
raspte citroen- of sinaasappel
schil.
Wat. de bereiding betreft: we begin
nen met de bloem in een kom te zeven,
iegelijk met het zout en de poedersui
ker; we doen er 4 van de ongeklopte
eieren bij en roeren er dan een volko
men glad deegje van, zoo luchtig en
zoo soepel mogelijk. Dan pas voegen
we er het vijfde ei bij en kloppen of
roeren er ook dat doorheen, tot alles
samen weer geheel effen is. Bij kleine
scheutjes tegelijk verdunnen we nu het
deeg met de mel'k en tenslotte met den
room; dan laten we het een uur rusten
en daarna volgt, het hakken.
De Fransche kok geeft den raad om
daarbij meer dan één koekenpan te ge
bruiken (liefst drie!), dan .schiet het
werk vlug op, en de eerste flensjes dro
gen niet uit. omdat ze op de volgende
moeten wachten. In de practijk van de
huishouding zal die raad wel zelden
gevolgd kunnen worden, want... wie
bezit drie koekenpannen van hetzelfde
formaat? We kunnen ons echter ook
op een andere wijze helpen, n.l. door
den schotel niet de zich geleidelijk op
stapelende flensjes boven een pan met
kokend water te zetten, terwijl we er
ter beschutting een pan of een schaal
overheen keeren.
Het bakken zal wel aan iedereen be
kend zijn?
We maken de koekenpan beet, laten
er een klontje boter in smelten (vooral
niet te veel boter, want dan zijn de
flensjes moeilijk te keeren!), gieten er
een dun laagje beslag in en bakken dat
op een flink vuur aan beide zijden
mooi bruin. Daarna laten we liet flens
je öf recht uit de pan glijden en stape
len er de volgende exemplaren steeds
bovenop; öf wel, we rollen in de pan
het flensje op en schikken de rolletjes
successievelijk op den stotel, zóó, dat
de tweede iaag kruiselings over de
eerste komt te liggen. Is de schotel met
flensjes gevuld, dan zeven we over het
geheel nog wat poedersuiker.
Zonder verdere toevoeging zijn deze
pannekoekjes reeds bijzonder smake
lijk; het Fransche gebruik brengt ech
ter mede, dat vierdepartjes citroen
(ontdaan van de pitten) afzonderlijk er
bij worden gepresenteerd, zoodat ieder
zich van wat citroensap over de flens
jes kan bedienen.
7") E parapluie heeft zich in den loop der
U eeuwen ontwikkeld tot een onmisbaar
deel van de heeren- zoowel als van de da
mesgarderobe, zii het, dat zij in handen
van het mannelijk deel der schepping aan
populariteit heeft ingeboet, fntusschen
heeft zij zelden zoozeer de aandacht op
zich gevestigdals juist de laatste paar
jaar. waarin Chambe/lain, de Engelsche
premier, op den voorgrond trad en wel
nimmer buitenshuis gezien werd zonder
dit nuttige voorwerp. Mevrouw Mode werd
er zelfs door geïnspireerd om een ver
kleinde uitgave van dit vermaard model
met omgebogen handvat als nieuwste
snufje voor haar volgelingen te lancceren.
Vele doorluchte personen blijken
reeds eeuwen geleden groote waarde
gehecht te hebben aan het bezit van
een scherm, dat hen zoowel tegen den
regen als tegen de zon moest bescher
men. De Chineesche Keizers, die in de
elfde eeuw leefden, kenden deze scher
men reeds, die tegelijkertijd een bewijs
van waardigheid vormden. Koning Lo-
dewijk van Beieren voelde zich geluk
kig door het feit, 'dat hij het grootste
„regendak" van geheel zijn land be
zat.
Louis Philippe heeft eens verklaard:
„Een kroon is 's winters te koud en
's zomers te warm. De scepter is als
wapen te stomp en als steunpunt te
kort. Een ronde vilten hoed en een
VAN LINKS NAAR RECHTS:
1 serie
6 windstille plaats
10 kleedingstuk
15 tijdperk
16 voegwoord
17 Fransch schrijver
18 vlegel
20 rang
21 lid van de laagste kaste
in Hindostan
22 opplakbriefje
24 gedwee
25 kramp
26 uurwerk
28 strijdgewoel
30 rij
31 allerlei
33 kunst
35 deel van een divisie
36 schildersbehoefte
37 betoovering
39I vogel
41 zichtbaar geworden wa-
terdamp in de lucht
43 gebonden (muz.).
45 naam van een bekenden
Bordeauxwijn
47 vlaskam
49 bijwoord
50 bijwoord
52 hoeveelheid
54; dierenverblijf
55' toon
56 knaagdier
58' voorzetsel
60 ontkenning
61 biersoort
62 zintuig (dicht.)
65 hoofddeksel
66j gunstig gezind
69 bijwoord
71 weg
72 Indische schrijver
74 veldgewas
75 ruw
77 insect
78 oplossing van alcali in
5 water
79 overeenkomst
80 draaistroom
81 deel v. Britsch-Indië
82 sterk oploopend
83 station
van BOVEN naar BENEDEN:
1 Fransche componist
2 gevolg van veel handen
arbeid
3 bijwoord
4 omwoeld dun koperdraad
5 zintuig
16 strekking
7 geklets
8 plaats in N. Holland
9 deel van een wagen
31 bloem
32 opening
j .13 vloeistof
14 onbekleed
I 19 insect
21 bewaarster der orde
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
25
26
27
28
29
30
31
33
33
34
36
37
88
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
63
54
55
57
68
59
60
61
62
63
64
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
83
23
groot gebouw
51
25
onguur persoon
53
27
rivier in Afrika
57
28
model
29
beklagenswaardig
59
31
bediende
61
32
vorm
62
33
nooddruft
63
34
zetel
64
36
specerij
65
37
voornaam heer
66
38
begrip
67
40
gereedschap voor de
68
vangst van mosselen
70
42
stoffer
71
44
schoorsteenkap
73
46
vermakelvjkheids-
75
inrichting
76
4S
taal
u
rustplaats
raampje
bestanddeel van ons vOed-
sel
plaats op Java
Russisch meer
deel van Java
koningin
berg op IJsland
schoeisel
keurtroep
voornaam
oud deel van ons land
Grieksche god
deel
kier
kleedingstuk
holte in gegoten ijzer
OPlOSSING
Oplossing van de puzzle van vorige week
luidt:
Wk'Sr a ga a a r db a n ke
A RENdÖPALETBKLARE
ABDBElANBPEE LËLHA
slaapbsteelbqmf.ga
PONTONBEERBBOEMEL
■LBAPISBGBGAPEBLB
SLAPBCABARETBSTEL
TI NBRERABOPENBREE
AGGERBOKSELBt-iANG
ABELA INEBDAAROMBE
LEL 1EBGRIESBOPPER
goede parapluie zijn te alle tijde veel
rustiger."
Een schitterende stoet, van vorsten
en kerkelijke hoogwaardigheidsbekle
ders en hun gevolg schreed in Novem
ber 1414 de stad Constanz aan het Bo-
denmeer binnen. Zulk een pracht en
praal 'had men er nog nimmer gezien..
De reden van deze bijeenkomst was,
dat. Keizer Sigismun'd Z. H. den Paus
Johannes XXIII verzocht had een con
cilie. in Constanz bijeen te willen roe
pen, dat een einde zou maken aan tal-
looze verwikkelingen. Het volk sloeg
met bewondering het geschitter van
goud en de kleurige gewaden gade,
van 'de deelnemers aan den stoet, die
de stad binnen trokken.
Op een gegeven oogenblik werden
twee groote regenschermen aangedra
gen; het een was open, het andere ge
sloten, het teeken, dat de Paus in
aantocht was.
DEZE beide schermen, werden ook in
Rome steeds medegevoerd, wanneer
het Hoofd der Kerk zich naar buiten
begaf, onverschillig of het regende of
mooi weer was.
Zij hadden een symbolische beteeke-
nis en wezen op de geestelijke en we
reldlijke macht waarop de Paus aan
spraak maakte.
In China en Japan bestond het
scherm uit een geraamte van bamboe
'dat licht, elastisch en sterk was; het
geheel was bespannen met geolied pa
pier, dat met spreuken en kleurige
voorstellingen beschilderd werd.
Dit materiaal was evenwel op den
duur niet bestand tegen flinke regen
buien, terwijl het geheele gevaarte niet
bijzonder licht te noemen was.
De Romein Plinius heeft vele ge
bruiksvoorwerpen en handwerktuigen
uit de grijze oudheid beschreven en
hierdoor weet men, dat ook de Grie
ken en Romeinen regenschermen ge
bruikten, waarvan het geraamte van
bamboe gemaakt en met palmblade
ren bespannen was.
De oude geschiedenis verhaalt ook
nog van het met leer bespannen regen
schermen, 'die ongetwijfeld niet, tot de
lichtste behoord zullen hebben! Het ge
wicht der regenschermen verminder
de eerst belangrijk toen een Fransch-
man op de gedachte kwam, om voor
het geraamte hetzelfde materiaal te
gebruiken, dat de wijde damesrokken
deed uitstaan, n.l. vischbalein, dat buig
zaam en sterk was.
IN 1788 zwoer men bij witte para-
pluies, die evenwel zeer onprac-
tisch in het gebruik bleken te zijn, ter
wijl men in 1789 in Parijs, zoodra de
eerste druppels vielen, niets dan groe
ne parapluies zag dragen.
Ook deze kleur voldeed niet en de
„eenheid"-parapluie werd al zeer spoe
dig in acht verschillende kleuren ge
zien. Men verhaalt als een curiositeit
op modegebied, dat een zekere heer
Dubourg zijn parapluie tevens als blik
semafleider liet inrichten, n.l. met een
stalen punt bovenaan vanwaar een me-
talendraad geleid werd naar een meta-
lenbol, die den grond raakte. Deze
hliksemafleider-parapluie heeft evenwel
niet voldaan en geen navolging gevon
den.
In 1806 moet het gewicht van een pa
rapluie minstens 10 pond hebben be
dragen, alhoewel men als materiaal
katoen bezigde. In 1826 gingen enkele
fabrikanten er toe over om de geraam
ten van baleinen mei zijde te bespan
nen, waardoor de parapluie heel wat
gemakkelijker te hanteere.n werd Kort
daarna ging men zeer dunne reepjes
staal gebruiken om de volants der da
mesrokken uit te doen staan.
Nu ging men opnieuw gebruik ma
ken van een materiaal dat uitstekend
bleek te voldoen en geschikt was om
ook de paraoluie don «rewënschten vorm
te verschaffen. Niet alleen in Frank
rijk paste men in het vervolg do sta
len geraamten voor de vervaardiging
van parapluies toe, doch ook de En-
gelschman Samuel Tox deed er zijn
voordeel mep on construeerde in 1*52
de eerste modellen Een" uitvinding, die
een geweldige industrie in het loven
heeft geroepen en waardoor Samuel
Tox millionnair is geworden.
P\E zomer i6 op komst en de étalages
met alle zomersche kleeren vormen
een verleiding voor iedere vrouw, die
zich graag goed kleedt. Zelden heeft men
zooveel behoefte aan eens iets nieuws,
iets fleurigs als'juist tegen den zomer;
want wie zou er met dit mooie weer niet
graag-'n vroolijk voorjaarshoedje willen
hebben, of een vlotte lidhte mantel of
een gebloemd of effen zomerjaponnetje?
Toch moet men niet te veel geld be
steden aan al dat. moois, want vast en
zeker zal de zon den heelen zomer niet
schijnen. Er zullen ook koude regenach
tige dagen komen en dan willen we er
toch ook netjes uitzien, 's Winters kan
een oude mantel met. een vilten hoedje
of gummi-mutsje heel goede diensten
doen als beschutting tegen hagel-,
sneeuw- en regenbuien. Maar de zomer
sche plensbuien vragen goed waterdichte
kleeren en daarbij verandert de regen
dag vaak zoo gauw in een zonnigen zo
merdag en wie loopt er dan graag in een
oud afgedragen Jasje?
Er is veel veranderd op 't gebied van
regenkleeding de laatste jaren, nu men
bijna alle stoffen waterdióht kan maken,
is men niet meer aan gummi en gabar
dine gebonden, al blijven dit voor wie
veel door regen en wind moet, toch wel
de meest practische stoffen.
Regenkleeding wordt de laatste jaren
ook veel gecombineerd met reis- of sport'
kleeding en men gebruikt dan meest de
waterproof-tweed stoffen.
Op onze afbeelding toonen we u ver
schillende modellen. Geheel rechts een
kort jasje met waterprooMweedrok.
Practisch is de sluiting van de jas, die
goed beschut tegen inregenen. Men kan
bij zoo'n pakje aardige combinaties ma
ken, door b.v. paraplu en lintje van de
hoed in de kleur van de rok te kiezen.
De paraplu gaat meer cn meer de kant
van de heerenparaplu uit; op de mode
shows zag men zelfs in navolging van
Chamberlain lange zwarte paraplu's
met ronde haken.
In 't midden een mantel voor storm en
regen met riempje om de mouwen, ihoef-
ijzer-vormige zakken en een capuchon.
De capuchon en de slippen hebben een
helkleurige voering, die 't geheel een
zomersch cachet geeft.
En dan tenslotte de cape, die hier een
wat gecompliceerder en ook flatteuser
model heeft rlan de groote gummi-capes,
waar vele Hollandsche vrouwen verle
den jaar een voorkeur voor hadden.
Op de afbeelding is de rok donker
blauw, de cape donkerrood, terwijl het
dichtgeknoopte geruite middenstuk in
dezelfde tinten donkerrood en donker
blauw is gehouden. Men kan zich oen
dergelijke combinatie ook denken in
licht en donker bruin of licht en donker
blauw.
Goed gekozen regenkleeding is iets
waarvan men in ons klimaat veel ple
zier beleeft Koopt men goed materiaal
en niet te modieuze snit, dan heeft re
genkleeding 't voordeel dat men er een
paar seizoenen achter elkaar droog en
netjes mee is. MADELEINE.
"LJ ET bijgeloof zegt, dat paarlen tra
nen beteekenen, 'doch merkwaar
dig is het feit, dat dit geen enkele vrouw
zal weerhouden om deze als sieraad te
dragen. Voornaam en weinig opvallend
werken paarlen met hun matten, kleur
loozen glans en menige vrouw toont
voor deze bijoux een groote voorliefde
geeft er zelfs de voorkeur aan boven
schitterende steenen en gouden siera
den. Paarlen pirulae peertjes.
Blijkt hieruit wellicht, dat de Latiinsche
wereld de voorkeur geeft aan de peer
vormige exemplaren, die niet aan snoe
ren gereegen worden, doch als druppels
afhangen van een diadeem of een kost
bare speld? In de grijze oudheid werden
reeds paarlen gedragen, hetgeen geble
ken is uit de resten, die in oude graven
gevonden zijn in den vorm van koolzure
kalk. Paarlen bestaan n.l. uit koolzure
kalk en een organische afscheiding der
schelpdieren en ziin daarom veel ver
gankelijker dan edelsteenen. Na eenige
eeuwen verliezen ze haar glans en gaal
er veel van den mooien vorm verloren,
om ten slotte geheel uit elkander te
vallen. Algemeen bekend is, dat ver
schillende soorten van schelpdieren, die
in de Zuidelijke zeeën voorkomen, paar
len vormen. Minder bekend is evenwel,
dat zij ontstaan, doordat stof of uiterst
kleine deelen van algen, soms ook para
sieten in het binnenste der schelp drin
gen. Wanneer het dier niet in staat is
deze door het openen zijner schelp te
verwijderen, dan wordt het vreemde
voorwerp hoe langer hoe meer ingekap
seld, laag over laag vormt zich en de
paarl ontstaat. De schaal dezer dieren,
althans het inwendige, levert het zacht
gekleurde perlemoer. Bekend is, dat
niet alle paarlen echt zijn en ook niet
even kostbaar zijn en dat er ook vele
kunstmatig gefabriceerd worden. De
eersten, die zich hierop toelegden waren
de Chineezèn en de imitaties zijn vaak
zoo kunstig, dat men een kenner moet
zijn om ze van. echte paarlen te kunnen
onderscheiden. Daarbij is de prijs veelal
hoog.
TV/T ENIGE moeder vraagt zich wan-
hopig af, waarom haar kinderen
toch zoo weinig zin voor orde en net
heid hebben. Zij zelf is een voorbeeld
van netheid en haar kinderen hebben
er niet het minste begrip van.
De fout is niet ver te zoeken, en ligt
meestal in het feit, dat de moeders
beide begrippen niet van de vroegste
jeugd weten aan te kweeken hii haar
kinderen. Met slaan en standjes geven
krijgt men er geen slordigheid uit, doch
alleen met veel geduld, door ze telken
male weer te wijzen op hun gebrek aan
zin voor orde.
Het jonge kind moet. naarmate ziin
verstand zich meer ontwikkelt, immers
alles van den beginne af aan leeren?
Waarom zou het gevoel van netheid en
voor orde een uitzondering maken?
Zoodra de kinderen loopen en hun
speelgoed overal heen dragen moeten
ze leeren om alles weer op zijn plaats
terug te leggen, wanneer het niet meer
gebruikt wordt.
Kinderen van twee jaar kunnen spe
lenderwijze leeren hun speelgoed op een
plank of kist of wat ook tot berging
moge dienen, op te bergen.
De groote fout van veel moeders is,
dat zij dit pas later doen voordat de
kleintjes naar bed gaan. Heel begrijpe
lijk zijn ze dan te moe, zeuren en hui
len en in minder dan geen tijd heeft
moeder het zelf gedaan!
Komt dit niet al te vaak' voor? Het
poppenmoedertje moet leeren, dat haar
kinderen vroeg in bed moeten liggen en
de kleine jongens zetten hun paard voor
het eten op stal! Inderdaad, wanneer de
kleintjes spelenderwijze leeren oprui
men, is het hun geen last, maar een
lust, vooral als moeder haar kleintjes
prijst of nu en dan een bemoedigend
woord laat hooren.