(CHAX
TONICUM
NOURY
TOM AT BW
NIEUW ONTWERP VOOR
WONINGWET
STADSNIEUWS
De Maansteen
Bedrijfsleven
G. G. Veenendaal Jr.
BURGERLIJKE STAND
Luchtbeschermings
dienst
De Radiodistributie
moet vannacht
geopend blijven
X COGNAC
HARDY
Staatscommissie voor de herziening der
wet brengt verslag uit
EEN NATIONAAL
PLAN
Bij
moeheid en slapte,^
zenuwachtigheid en
overspanning:
Valt filiaalhouder
onder de Arbeidswet?
KUNSTHANDEL
HOF 7
A. A. HU MME Jr.
2e BLAD PAG. 3
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
VRIJDAG 10 MEI 1940
Dc slijterij Jan Roos bestaat
25 jaar
De slijterij en wijnhandel van den
heer Jan Roos, Zevenhuizen 57 be
slaat 25 jaar Hoewel eerst in 1928 te
Amersfoort gevestigd, had de heex
Roos voor dien tijd zijn zaak te Dor
drecht.
De winkel welke aansluit op de om
geving van de St. Joriskerk, is door
zijn typische ligging en bouw een be
kend aanknoopingspunt voor hen die
de Hof bezoeken, maar vooral ook de
speciale wijze waarop het ect.tpaai
Roos de klanten voorziet van gedistil
leerd en wijnen is oorzaak dat de zaak
steeds in bloei en groei toeneemt.
Nu is er feest wegens het 25 jarig
zakonjubileum Veel bloemen een veel
belangstelling, terwijl wij voor de re
clame naar de advertentie in dit num
mer verwijzen.
Geboren: Emmy, d. v. Johan Pot en
Metje van Wijland; Ellen Emmy Mar-
jolijntje, d. v. Pieter Wegkamp en Ca-
tharina Romeijn.
Ondertrouwd: Klaas van Dellen en
kleintje van Hien; Willem Stoorvogel
en Cornelia Gerritje de Goede: Jan Gijs-
bertus Post en Francina Renes; Adria-
nus Martinus Jacobus Bosch en Geer-
truida Glavimans; Petrus Gerardus
Versteeg en Theodora Johanna Maria
Damen; Jan Dijksma en Alida van den
Heuvel; Johannes Hendrikus van Sloo-
ten en Johanna Gijtenbeek; Peter Hoe
gen en Jannetje van 't Veld: Jacob Hui-
zinga en Maria Aleida van 't End; Sjarel
Phielix en Aleida Tommei: Willem van
Oven en Aartie Jansen; Johannes Arlar
en Sonhia van Essen.
Gehuwd: Gerardus Franciscus Johan
nes Bnijs en Alijda Werij.
Overleden: Gijsbertus van Barneveld,
oud 76 iaar. weduwnaar van Sara Ger
ritsen; Gerrit van der Veer, oud 22 jaar,
ongehuwd; Cornelia Wilhelmina Cul-
verhouse. oud 85 jaar, weduwe van Jo
han Engelhert Desson.
DISTRIBUTIE-BONBOEKJES.
Wij verwijzen naar een publicatie in
dit nummer, waarin medegedeeld
wordt, dat de houders van stamkaar
ten met nummers van 31001 tot en mat
'40.000 as. week hun bonboekjes moeten
afhalen.
WlöM&n:
en
AARDAPPELSLA
met
De oefeningen voor de komende week
zijn als volgt vastgesteld:
Vak I Soesterkwartier:
Dinsdag 14 Mei, 8 uur n.m.: wijkbrand-
weer Wijk c, opslagplaats OVV., Ane
moonstraat,
Woensdag 15 Mei, 8 uur n.m.: wijk-
brandweer wijken a en b, opslagplaats
OW., Anemoonstraat.
Vrijdag 17 Mei. 8 uur n.m. Vakbrand
weer in de Brandweerkazerne.
Vak II Berg- en Leusderkwartier
Woensdag 15 Mei, 8.30 n.m. Wijk-
brandweer wijken b en c, verzamelen
Timor- hoek Bankastraat.
Vrijdag 17 Mei, 8 uur nam. wijkbrand-
weer wijken a en d, verzamelen opslag
plaats OVV., Vondel plein.
Vak III Stadskwartier.
Woensdag 15 Mei, 8.30 uur n.m. Wijk-
brandweer wijk b vanaf wijkpost Kop
pelpoort.
EINDEXAMENS KWEEKSCHOLEN.
Bij de eindexamens der kweekscho
len voor onderwijzers en onderwijzeres
sen zijn als gecommitteerden voor het
vak handenarbeid aangewezen in
groep 18, de heer B. J. Grocnevelt en
in groep 19 de heer A. B. van der
Klein.
Beide heeren zijn tevens benoemd
tot leden der examen-commissie voor
dit vak in de commissie, die zitting
houdt te Haarlem.
WIJDINGSAVOND IN DE REM. KERK
Aan den Wijdingsavond in de Rem.
Kerk, Vrijdag 17 Mei a.s., wordt mede
werking verleend door het U.S.O.
Strijkkwartet, bestaande uit Wouter
Punt, le viool, Rie Hendriks v. d. Bon,
2e viool, Nico Holthuizen, altviool en
René Honderlo, cello.
B.K BLIKJE BEV1NOÊN ZICH VELERLEI KNAX RECEPTEN
UKM-OTJ
VERKRIJGBAAR IN BUKJtS VAN b *N 10 STUKb
üqsmda
GRAND THé&TRE. Van Vrijdag 10 Mei
t.m. Maandag 13 Mei vertooning van de
film „Stan Laurel en Oliver Hardy in het
Vreemdelingen Legioen".
Voorstellingen: Zondag 1.45. 4.00. 6.16
en 8.30 uur doorloopend. Andere dagen
8.15 uur. Zaterdags 6 en 8.15 uur. Zater-
dag- en Woensdagmiddag 2.30 uur ma-
tinée.
CITY-THEATER. Vrijdag 10 Mei t.m.
Maandag 13 Mei vertooning der film
Geronimo, de verdelger.
Voorstellingen: Zondag 1.45, 4.00, 6.16
en 8.30 uur doorloopend. Andere dagen
8.10 uur. Zaterdag 6.15 en 8.30 doorloo
pend. Zaterdag en Woensdagmiddag 2.30
uur matinée
REMBRANDT THEATER Vertooning der
films ,,De jonge politieheld" en „De ex-
kampioen".
KORPS VROUWELIJKE VRIJWILLIGERS
Aanmelding aan het gebouw Plant-
soen West 2. den eersten Woensdag v.
d. maand, 8—5 uur; dagelijks per tel
onder no. 6613
OPENBARE LEESZAAL MET JEUGDLEES
ZAAL. Muurhuizen 9.
MUSEUM FLEH1TE. Westsingel. Geopend
dagelijks van 1012 en 14 uur, uitge
zonderd Zondag; 's Zaterdags 1012 en
1.303 uur. (Stadgenooten hebben 's Za
terdags vrijen toegang)
GILDEHUIS. - 17 April—16 Mei. Affiches-
tentoonstelling Amersfoortsche Kunste
naars Gilde.
BELLAMY-BIBLIOTHEEK (kosteloos).
Appelweg 6
STERHUIS. Korte Beekstraat 4. Vooralle
meisjes iederen avond geopend, des Zon.
dags van 2 uur.
DE VALK. 13 Mei Dansavond Bert Kam
perman. 8 uur.
BERG HOTEL. 14 Mei. KindernMddag
Korps Vrouwel. Vrijwilligers. 2.15 uur.
REMONSTRANTSCHE KERK. 17 Mei Wij
dingsavond m.m.v. het U.S.O.-kwartet.
's-GRAVENHAGE. 10 Mei. -
De Regeeringspersdienst meldt:
Teneinde de bevolking in de gele
genheid te stellen ook des nachts
te luisteren naar de omroepzen-
ders, moeten de gemeentelijke en
particuliere radio-distributie-be
drijven vannacht doorloopend ge
opend worden gehouden.
KOSTELIJKE HUMOR
vindt ge ln de boeken van
Mr. Jaap Kunst.
Het levende lied v. Neder-
land en; Terschell. volks
leven.
Voorhanden bij:
Boekhandel G. G. Veenendaal
LANGESTRAAT 33. TEL. 3232.
WAT ETEN WIJ MORGEN?
VOOR DE KOFFIETAFEL
Roereieren.
VOOR DE MIDDAGTAFEL
Gebakken spek.
Aardappelen.
Sla.
Grutjes in karnemelk met stroop.
ZONDAG.
VOOR DE KOFFIETAFEL
Blaasham.
VOOR DE MIDDAGTAFEL
Koninginnesoep (Maggi).
Roastheef.
Aardappelen.
Doperwten.
Caramelvla.
2en PINKSTERDAG.
VOOR DE KOFFIETAFEL
Ommelet met vleeschragout.
VOOR DE MIDDAGTAFEL
Kopje soep.
Gehakt.
Postelein.
Aardappelen.
Vruchten.
Na ee/v cfeg
C, 'tv
7(2.80
P-fl-
AA A C C A HAVIK41
MA9 dA Tel. 4523
's-GDAVENHAGE, 9 Mei. -
De Staatscommissie voor de her
ziening van de Woningwet, inge
steld bij K B van 16 Februari 193S.
heeft thans haar verslag uitge
bracht Aan de commissie was op
gedragen: beantwoording van de
vraag, of, en zoo ja, in welke mate
de Woningwet op het stuk van
hare hoofdbeginselen wijziging
c.q. aanvulling behoeft: onderzoek
nopens moeilijkheden, waartoe
het systeem en de tekst van de
wet bij hare toepassing aanleiding
geven (dit onderzoek zou niet be
treffen de financieele paragrafen
der wet); indiening van een ont
werp tot wijziging, opnieuw vast
stellen van de wet met toelichting
Blijkens het verslag is de commissie
van oordeel, dat de huidige woningwet,
tot stand gekomen onder geheel ande
re omstandigheden ondanks eenige in
grijpende wijzigingen, de vele vraag-
tukken, welke zirh in het huidige tijd'
gewricht op hpt door de woninewPt he
streken terrein voordoen, onvoldoende
tot oplossing brengt.
De huidige wet. welker systematische
ophouw en eenheid in opzet door de
herhaalde wijzigingen reeds ernstig
heeft geleden, zou door het aanhrengpu
van nieuwe, ingriinende wijzigingen
nog onoverzichtelijker worden.
Derhalve zag de commissie zich se-
plaatst voor de noodzakelijkheid een
nieuwe wet te ontwerpen.
Na riipe overweging is de com
missie tot de conclusie gekomen,
dat het aanbeveling verdient in een
wet zoowel de volkshuisvesting in
engeren zin als den stedebouw te
verzorgen.
de vraag wat voorop moet gaan:
de stedebouw dan wel de volkshuis
vesting in engeren zin is een kwes
tie van de eerste orde.
Het verslag wijdt dan verder aan
dacht aan de wilde bebouwing en ver
klaart, dat zich hiertegen niet alleen
verkeersbelangen en de bescherming
van natuurschoon verzetten, doch ook
bepaalde voorzieningen, waarvan de
overheid de zorg tot zich heeft getrok
ken, komen daardoor of in gedrang of
worden minder doelmatig verzorgd dan
mogelijk zou zijn.
De ongewenschte bebouwingswijze
moet op meer afdoende wijze worden
voorkomen. Om hiertoe te geraken kan
een tweetal wegen worden bewandeld.
In het kader van het bestaande stel
sel zou aan alle gemeenten de verplich
ting kunnen worden opgelegd een uit
breidingsplan vast te stellen, waarin
het geheele grondgebied der gemeente
begrepen is.
Een andere weg, die tot het ge-
wenschte doel leidt, kan worden toege
staan, waar dit ingevolge een bebou
wingsregeling toelaatbaar moet worden
geacht. Voor allen nieuwbouw zou der
halve moeten gelden, dat de regeling
van de bestemming van den grond
moet voorafgaan aan het stichten van
bebouwing (voorrangsbeginsel).
De staatscommissie heeft de aan
beide systemen verbonden voor- en
nadeelen nauwkeurig tegen elkan
der afgewogen en is daarbij tot de
conclusie gekomen, dat aanvaarding
van het voorranesbeginsel noodza
kelijk is te achten.
Een minderheid in de commissie,
heeft zich. hoewel ook zij doordrongen
is van de noodzakelijkheid van het koe
ren van de zoogenaamde wilde bebou
wing, met het voorrangsbeginsel niet
kunnen vereenigen
Teneinde hil invoering van het voor-
rangsheginsel ongewenschte stagnatie
te voorkomen worden eenige uitzonde
ringen daarop voorgesteld
Het voorranesheeinsel zal. althans
voorlonnie niet kunnen gelden voor de
bebouwde kom.
Voorts zal het voorrangsbeginsel niet
moeten eelden voor gebouwen ten be
hoeve van land- en tuinbouw, alsmede
voor andere hil algemeenen maatregel
van hesfuur aan te wijzen gehouwen.
In overweging wordt gegeven tot uni
ficatie van de stedehouwkundige mant
regelen over te gaan. waartoe in de
nipuwe wet een geheel van regelen
Lvordt neergelegd, hetwelk de verschil
lende thans geldende maatregelen om
vat
De vervanging van het begrip
plan van uibreiding door het begrip
ontwikkelingsplan brengt tot uit
drukking dat het plan slechts de
uitbreiding der bebouwde kom ten
doel heeft, doch tevens het middel
gpeft waardoor de ontwikkeling
van de bebouwde kom zelf en van
de gebieden buiten de sfeer van be
bouwing ruimtelijk kan worden
geregeld.
Tevens geeft deze naam aan. dat de
te leggen bestemmingen niet tot doel
einden van bebouwing beperkt zijn en
dat ook het gebruik van gronden en
gehouwen, dat tezamen met de bestem
ming de ontwikkelingsmogelijkheden
bepaalt, onderwerp van de regeling
vormt.
Zoolang en voor zoover voor het ge
bied van een gemeente nog geen ont
wikkelingsplan geldt, moet aan de ge
meenteraad de bevoegdheid worden toe
gestaan een rooilijnbesluit te nemen
dat de plaatsing van gehouwen ten op
zichte van den weg reeelt door vaststel
ling van voor- en achtergevelrooi'ijnen
Regionale stedehouw
kundige maatregelen
Het streekplan is in 1931 in de wo
ningwet opcenomen. Volgens deze re
geling komt het streekplan tot stand
langs den weg der Intercommunale sa
menwerking, waardoor de eigenlijke
streekplangedaehte niet voldoende tol
haar recht komt.
Aan de bpslaande regeling kleefl voor
al ook het bezwaar, dat het in de prao
tltk zoo moeilijk is een aantal gemeen
ten tot samenwerking te krijgen.
In de ter zake gedane voorstellen
wordt uitgegaan van de grondgedachte,
dat het streekplan de functie dient te
vervullen van een algemeen-richtlijnen
plan, in dier voege, dat het slechts de
lagere overheden, de gemeentebesturen
bindt, en niet rechtstreeks de justlcia
beien.
Een nationaal plan
Voorts is de vraag gesteld, of
naast de gemeentelijke en gewes
telijke plannen, ter overkoepeling
van het gebouw der stedebouw
kundige maatregelen, in de Wo
ningwet voorschriften moeten
worden gegeven, teneinde tot de
vaststelling van een nationaal plan
te geraken.
Het schijnt aanbeveling te ver
dienen onder nadere uitwerking
van de regeling voor het streek
plan, het nationale plan in de wet
te introduceeren.
m
verdubbelt Uw energie!
F. 1.50 PER FLACON - DUBBELE FLACON F. 2.25
Bij de nationale belangen, welker be
hartiging met de vaststelling van een
nationaal plan wordt beoogd, wordt on
der meer gedacht aan een juist en eco
nomisch gebruik van den bodem en aan
de bescherming van die gedeelten, wel
ke door ligging, samenstelling of ka
rakter van bijzondere waarde voor de
natie moeten worden geacht.
Belangen van landbouw, handel en
nijverheid, natuurschoon, recreatie, ves
tiging en verkeer te land, te water en
in de lucht, alsmede defensiehelangen
zullen daarbij uiteraard tegen elkander
moeten worden afgewogen.
De vraag of het nationale plan. dat
zulke uiteenloopende belangen, welke
verschillende departementen van alge
meen bestuur treffen, zou moeten be-
heerschen. in de Woningwet moet wor
den geregeld, dient ongetwijfeld beves
tigend te worden beantwoord.
Principieele kwestie voor
den kantonrechter
AMSTERDAM, 9 Mei. Vandaag
stond voor het kantongerecht do eige
naar van een groot sigarenbedrijf te
recht wegens overtreding der arbeids
wet. De man, die te Amsterdam vijf
filialen heeft en nog eenige te Haarlem
stelde zich naar de meening van do
arbeidsinspectie volkomen ten onrechte
op het standpunt, dat de filiaalhou
ders, die in deze zaken werkzaam zijn,
zelfstandige winkeliers of pachters zijn
en derhalve niet onder de bepalingen
der sociale wetten vallen.
Hem is nu overtreding van de ar
beidswet in eenige gevallen ten last«»
gelegd, o.m. omdat een zijner filiaalhou
ders op Zondag arbeid verrichtte.
De ambtenaar van het O.M. achtte
de overtredingen bewezen, daar de
gezagsverhouding tusschen arbeider
en werkgever inderdaad in dit ge
val bestaat. Spr. eischte wegens elk
der overtredingen 6.— boete.
Verd. voerde aan, dat de filiaalhouders
zelfstandig zijn en van hem slechts rook
artikelen ten verkoop betrekken.
De kantonrechter zal 16 Mei schrifte
lijk vonnis wijzen.
VOOR MOEDERDAG, 12 MEI NAAR
Aardige GESCHENKEN in speciale
verpakking.
FEUILLETON
Door
WILKIE COLLINS
Nederlandsche bewerking
van
8)
Links van haar zat dokter Candy,
een vriendelijke, gezellige man, wiens
eenig gebrek was. dat hij altijd grap
pen maakte, ook als dit in het geheel,
niet te pas kwam, en te openhartig
was, zelfs tegenover vreemden.
De andere gast was mijnheer Murth
waite, de bekende ontdekkingsreiziger
uif Voor-Indiè, die, vermomd en met
levensgevaar, in plaatsen was geweest,
waar geen Europeaan ooit had kunnen
doordringen. Hij was een lange, mage
re, gespierde en door de zon gebruinde
man. met een doordringenden blik en
een verveelde uitdrukking op zijn ge
zicht. Men vertelde, dat hij genoeg had
van het sleurleven in Engeland en weer
terugverlangde naar het verre Oosten.
Behalve de opmerking, die hii tegen
juffrouw Rachel maakte over haar dia
mant. geloof ik niet, dat hij meer dan
zes woorden sprak gedurende het diner
of meer dan een enkel glas wijn dronk.
De Maansteen bleek hem echter belang
ln te boezemen en do geschiedenis er
van scheen hem in Indié reeds ter oore
te zijn gekomen.
Nadat hii er zoo lang naar bad ge
keken, dat zijn buurdame er verlegen
onder werd. merkte hij laconiek op:
„Als u ooit naar Britsch-Indië mocht
gaan, juffrouw Verinder, moet u het
geschenk van uw oom maar niet mee
nemen. Een Hindoe-diamant is dikwijls
hef voorwerp van Hindoe-godsdienstig
eerbetoon. Ik weet een tempel in een
zekere stad. waar. getooid als u nu is,
uw leven geen cent waard zou zijn".
Een mededeeling die juffrouw Rachel,
veilig en wel in Engeland, heel interes
sant vond.
De diamant scheen echter een ongun-
stigen invloed op het gezelschap te heb
ben. De conversatie stokte ieder oogen-
blik en om haar gaande te houden wer
den de mee6t dwaze opmerkingen ge
maakt. Dokter Candv praatte meer dan
gewoonlijk zijn mond voorbij en mijn
heer Franklin, die weer opgemonterd
was, blijkbaar door een mededeeling
van Penelope, dreef dusdanig den spot
met doktoren in het algemeen, dat dok
ter Candy zijn zelfbeheersching ver
loor en mijn meesteres tenslotte ver
bood het onderwerp weer aan te roeren.
Dit zette volkomen den domper op de
stemming der aanwezigen en het was
een opluchting voor iedereen, toen de
gastvrouw opstond en den dames het
sein gaf de heeren met hun wijn alleen
te laten.
Ik had juist de karaffen in een rij
voor den ouden heer Ablewhite opge
steld, toen ik het geluid van een trom
mel van het terras hoorde komen, het
geen mij met mijnheer Franklin em
blik van verstandhouding deed wisse
len. Hier kwamen warempel de Indi
sche goochelaars weer terug, direct na
dat de Maansteen in het huis was ge
bracht!
Zoodra ik ze in het oog kreeg, liep
Ik naar buiten om hen weg te sturen,
maar het ongeluk wilde, dat de twee
druktemaaksters mij voor waren. Als
een duiveltje uit een doosje sprongen ze
op het terras en wildm met alle ge
weld die goocheltrucjes zien. De andere
dames kwamen nu ook buiten, gevolgd
door de heeren. Voordat ik iets had kun
nen zeggen, werden de schavuiten ver
zocht te beginnen en daar stond nu ook
juffrouw Rachel, de diamant op haar
japon bevestigd, die hun em aanblik
bood van het juweel, dat zij, als onze
vermoedens juist waren, wilden be
machtigen.
Ik weet. niet meer wat voor kunsten
zij vertoonden. Door de onaangename
stemming tijdens het diner en de over
rompeling door de Indiërs daarna, was
ik de kluts kwijt geraakt. Ik herinner
mij echter, dat mijnheer Murthwaite, de
ontdekkingsreiziger, plotseling te voor
schijn kwam, oru het gezelschap heen
liep en de Indiërs van achteren nader
de, waarop hij hen in hun eigen taal
aansprak.
Als men een kanon achter hen had af
geschoten, hadden zij niet heviger kun
nen schrikken. Gelijk tijgers keerden zij
zich naar den spreker, doch het vol
gende oogenblik maakten zij voor hem
een diepe buiging. Na een korte woor
denwisseling, waarvan ik niets ver
stond, verdween mijnheer Murthwaite
even rustig als hij gekomen was. De
leider van het troepje, blijkbaar zeer
van streek, maakte hierop een buiging
voor mijn meesteres en deelde haar me
de. dat de voorstelling ten einde was.
Toen ik later door den tuin liep, rook
ik de lucht van een sigaar en vond
mijnheer Franklin in gezelschap van
mijnheer Murthwaite, die esn manilla
sigaar rookte. Zij liepen tusschen het
geboomte en mijnheer Franklin wenkte
mij bij hen te komen.
„Dit is Gabriël Betteredge", stelde hij
mij voor, „de oude en getrouwe dienaar
van onze familie, waarover ik u net ge
sproken heb. Wilt u hem vertellen, wat
u mij juist heeft gezegd?"
Mijnheer Murthwaite nam de sigaar
uit zijn mond sn leunde tegen een
boom. „Mijnheer Betteredge", begon hij,
„die drie Indiërs zijn net zoo min goo
chelaars als u of ik."
Dit was een nieuwe verrassing. Ik
vroeg hem natuurlijk, of hij die men-
schen ai eerder ontmoet had.
„Nooit", antwoordde hij, „maar ik
weet wat Indische goocheltoeren zijn.
Wat u vanavond gezien heeft, is er een
zielige nabootsing van. Tenzij ik mij, na
jarenlange ervaring, toch nog zou ver
gissen, zijn die drie mannsn Brahma
nen van hooge kaête. Ik beschuldigde
hen er van, dat zij zich vermomd had
den en u heeft wel opgemerkt welke uit
werking mijn woorden hadden. Zij heb
ben tweemaal inbreuk gemaakt op de
voorschriften van hun kaste, namelijk
door zich over zee te begeven 2n zich
als goochelaars te vermommen.
Een stilte viel na deze woorden, waar
na mijnheer Franklin den ontdekkings
reiziger mededeelde, wat hij mij hij hel
Beefzand verteld had. „Wat dunkt u
hiervan?" besloot hij zijn relaas.
„Ik zou zeggen, dat u aan grooter ge
varen blootgesteld bent geweest, dan ik
ooit gedurende mijn reizrn onder de
oogen heb moeten zien" antwoordde
mijnheer Murthwaite, „en da'* wil heel
wat zeggen."
„Is het werkelijk zoo ernsJg?" vroeg
mijnheer Franklin verbaasd.
„Naar mijn meening, na hetgeen u
mij verteld heeft, is het de bedoeling
van die menschm den Maansteen weer
op zijn plaats, in het voorhoofd van het
afgodsbeeld, terug te brengen en dat i9
tevens de reden, waarom zij hun kaste
hebben opgeofferd. Geduldig zullen zij
hun kans afwachten en die, desnoods
met de wreedheid van tijgers, bsnut-
ten."
Mijnheer Franklin wendde zich thanö
tot mij. „Er blijft ons dan niets anders
over dan lady Verinder in te lichten
Wij zullen haar morgen alles vertellen."
„Maar wat moeten wij vannachl
doen?" vroeg ik. „Veronderstel dat zij
terugkomen?"
Mijnheer Murthwaite antwoordde,
voor mijnheer Franklin iets kon zeggen.
„Die kerels zullen het niet wagen,
vannacht terug te komen", zei hij. „Zij
nemen nooit den kortsten weg naar hun
doel. zeker niet in dit geval, waar de
kleinste vergissing hun plan zou kun
nen doen mislukken."
Na besloten te hebben, voor alle ze
kerheid de honden los te laten, keerden
wij naar het huis terug, van waaruit het
geluid van pianospel tot ons doordrong.
De hemel was intusschen geheel be
wolkt an toen de rijtuigen voorreden,
om de gasten naar huis te brengen,
barstte de bui los.
HOOFDSTUK X
Nadat de laatste gast vertrokken was,
begaf ik mij naar de eetkamer, waar
Samuel mijn plaats aan de dientafel
had ingenomen en nu voor de brandy en
sari/», zorgde. Mijn meesteres an juf-
frou.v Rachel kwamen uit de zitkamer,
gevolgd door de beide heeren. Mijnheer
Godfrey nam een brandy-soda, doch
mijnheer Franklin scheen zoo vermoeid,
dat hij nergens trek in had.
T ady Verinder wenschte hen goeden
nacht en keek nogmaals doordringend
naar haar broeders geschenk, dat op
het kleed van haar dochter schitterde.
„Rachel", vroeg zij, „waar bij je van
plan je diamant vannacht op te ber
gen?"
„O", zei Rachel onverschillig „op mijn
toilettafel, bij mijn andere bijouterieën."
Zij bedacht echter, dat zij een mooi In
disch kastje had en besloot den steen
daarin te leggen.
„Maar er zit geen slot op dat kastje",
merkte haar moeder op.
„Goede help, mama!" riep juffrouw
Rachel uit. „Dit is toch geen hotel. We
hebben immers geen dieven in huis!"
Haar moeder gaf hier geen antwoord
op sn verliet de kamer, waarop juffrouw
Rachel haar voorbeeld volgde, na de
heeren met een handdruk een goeden
nacht te hebben gewenscht. Ik zag in
den spiegel, dat zij, voor mijnheer
Franklin staande, het hangertje, dat hij
haar gegeven had, te voorschijn haalde
en hem dat met esn beteekenisvollen
glimlach liet zien.
Toen zij de kamer verlaten had, zei
mijnheer Franklin, die nogal eens van
meening veranderde: „Betteredge, ik ge
loof, dat ik de waarschuwing van mijn
heer Murthwaite te ernstig heb opge.vat
en dat hij ons maar wat op de mouw
heeft willen spelden. Ben je werkelijk
van plan de honden los te latsn?"
„Zeker", antwoordde ik. „Ze kunnen
dan vrij rondsnuffelen en zullen ons
waarschuwen, als ze onraad bespeuren."
„Goed", zei hij. „We zullen morgen
wel zien, wat ons te dom staat. Ik voel
er niets voor, mijn tante noodeloos on
gerust te maken. Wel te rusten."
Hij zag er zoo bleek en vermoeid uit,
toen hij mij toeknikte, dat ik hem aan
raadde een glas brandy met water te
nemen, waar mijnheer Godfrey mee in
stemde. Mijnheer Franklin weigerde
echter, nam Oen kandelaar en verliet
het vertrek, gevolgd door zijn neef,
wiens kamer naast de zijne lag. To?n hij
echter de trap op was, riep hij mij toe,
toch maar een glas brandy met w
voor hem boven te brengen, dus hij
was blijkbaar weer eens van inzicht
veranderd of was bezweken voor den
aandrang van mijnheer Godfrey.
(Wordt vervolgd).