Interpellatie van ds. Ekering
werd niet toegestaan
BETALING ABONNEMENT
De Maansteen
N.S.B.-fractie
verlaat de
vergadering
Bomaanvallen
op Nederland
MYRA. HET ELFJE EN DE BOOZE KABOUTER ZWARTVOET
spoedige terug
keer van de
vluchtelingen
villabranddoor
blikseminslag
AMSTERDAMSCHE RAAD
De eerste 5 jaar geen
nieuwe bedrijven in
Rotterdam
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
KINDERHOEKJE
2y2 millioen voor
de Textielstichting
Rotterdam
SCHOTËMJ
A.AN S per kruik f 3<25
OUDE GEN
EVER bjj 5 Jkr. a f 3.=
FXT1R
£99 bij 12 kr. a f 2.85
IJJJLL/SL JL JO
Utr.str. 17
Tel. ETEffl Ao 1878
A. A. HUMME Jr.
2e BLAD PAG. 2
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
DONDERDAG 27 JUNI 1940
AMSTEHDAM, 26 Juni. Vanmiddag
kwam de gemeenteraad van Amsterdam
onder voorzitterschap van burgemeester
dr \Y. de V 1 u g t in vergadering bijeen.
De voorzitter installeerde den heer C.
A. F. Lammers IS D.A.P.) als raads
lid. Aan de orde waren vervolgens dp
ingekomen stukken. Rij deze stukken
bevond zich de interppllatie-aanvraav
van het raadslid ds. mr. Ekering (N.S.B
om eenige vragen tot B. en W. te mogen
richten o\er het optreden dor politie.
Aangenaam zou het mij zijn geweest
aldus de burgemeester indien ik
den Raad zou kunnen voorstellen deze
interpellatie toe le staan. Dit kan ech
ter niet In de eerste plaats moeten de
vragen over dit onderworp tot den bur
gemeester en niet tot R. en W. worden
gericht en in de tweede plaats kan men
den burgemeester over hef optreden der
politie niet interpelleeren De burge
meester stelde dus voor de interpellatie
niet toe te staan.
De heer Seeeprs (Comm.) deelde
niet het standpunt, dat de burgemees
ter over deze zaak niet geïnterpelleerd
zou kunnen worden. Toch zou hij niet
tegen het voorstel van den burgemees
ter stemmen, omdat hij als de instantie,
die verantwoordelijk is. dp regeering be
schouwt. Deze bevindt zich niet in het
land en is niet ter verantwoording te
roepen.
Ds. mr. F. k e r i n g (N.S.B.) was
over het antwoord van den burge
meester zeer teleurgesteld De bur
gemeester immers had hem zelf den
weg der interpellatie gewezen. Het
betreft hier een hoogst ernstige
zaak, n.l. de rust en veiligheid van
de burgerij van Amsterdam. Wij
zullen over deze zaak het oordeel
van den Raad afwachten en mocht
de interpellatie niet worden toege
staan, is de geheele raad mede ver
antwoordelijk voor de gebeurtenis
sen te Amsterdam tusschen 10 en
15 Mei De N.S.B.-fractie zal geener
lei verantwoordelijkheid in zulk een
beslissing kunnen drogen.
De burgemeester antwoordde, dat hij
inderdaad, toen ds. Ekering de zaak
met hem besprak, deze gezegd heeft dat
het aanvragen van een interpellatie de
weg zou zijn om de zaak aan de orde
te stellen. Doch spr. heeft ds. Ekering
onmiddellijk gezegd, dat hij den Raad
zou voorstellen de interpellatie niet toe
te staan op de reeds aangegeven gron
den
De discussie was hiermede ten
einde en het voorstel om de inter
pellatie niet toe te staan, werd in
stemming gebracht en aangenomen
mp| 38 tegen 3 stemmen. Tegen
stemden de N.S.B.-raadsleden, die
onmiddellijk na den uitslag \an de
stemming de vergadering verlieten.
De Raad behandelde voorts een serie
hamerstukken. De Raad benoemde tot
leeroar in de geschiedenis aan het Bar-
laeus-gymnasium dr. C J. Vos. conrec
tor aan het Stedelijk Gymnasium le
Tiel en tot leeraar in de oude talen aan
hei Barlaeuc-gvmnasium den heer H. J.
de Marez Ovens, leeraar aan het Ba ara's
Lyceum.
ROTTERDAM, 26 Juni. Teneinde
de moeilijkheden voor de Rotterdam-
sche winkeliers, die hun zaken verlo
ren hebben, niet nog grooter te maken,
zal de raad van Rotterdam, die mor
genmiddag bijeenkomt, een verordening
te behandelen krijgen, volgens welke
het verboden zal zijn eenig beroep of
bedrijf in Rotterdam uit te oefenen,
tenzij de betrokkene dat beroep of be
drijf reeds op 9 Mei in de gemeente
uitoefende. Ook zal het verboden zijn
meer filialen, bijkantoren of andere
nederzettingen van eenige zaak of on
derneming te hebben, dan men op 9 Mei
j.l. binnen Rotterdam bezat. De bedoe
ling is. deze verordening direct in wer
king te doen treden en haar vijf jaar
van kracht te verklaren.
Om huurverhooging en huuropzeg-
ging tegen te gaan hebben B. en W.
van Rotterdam een verordening ont
worpen. welke in hoofdzaak bevat de
voorschriften van de huurwetten 1918.
Een hoogere huurprijs dan op 9 Mei
j.l. gold, zal niet mogen worden bedon
gen tenzij met toestemming van B
en W.
Bij opzegging van de huur zal de
huurder zich schriftelijk tot B. en W.
kunnen wenden met verzoek 'de opzeg
ging nietig te verklaren.
Als een opzegging van huur niet
wordt vereisclit kan de huurder zich
tot B. en W. wenden met verzoek te
bepalen, dat een nieuwe huur tot stand
zal komen.
Ook deze verordening zal onmiddel
lijk in werking treden.
VEE AAN BESLAG ONTTROKKEN
's-GRAVENHAGE, 26 Juni. Bij
den landbouwer A. G. J. van D. in de
omgeving van Den Haag was beslag
gelegd op eenige stuks vee. Dit vee
had hij naar een andere plaats ge
bracht. Het betrof hier een executie
maatregel van de overheid. De procu
reur-generaal had S maanden gevan
genisstraf gecisclit. Het hof veroor
deelde den landbouwer tot 4 maanden
gevangenisstraf.
De gemakkelijkste vorm van betaling van het kwartaal
abonnement op het „AMERSFOORTSCH DAGBLAD" Is
per automatische giro.
Op aanvraag zendt onze Administratie (Tel. 4620) U
een machtiging ter teekenlng, de girodienst zorgt dan
automatisch voor overschrijving van Uwe rekening
op de onze.
Indien U thans aanvraagt, kunnen de abonnementsgel
den voor het derde kwartaal 1940 reeds automatisch
overgeschreven worden.
DE ADMINISTRATIE.
De laatste dagen is Den
Helder het doelwit van
de Engelschen
's-GRAVENHAGE, 26 Juni. In een
persconferentie van de Presse-Abtei-
lung van bet Rijkscommissariaat heeft
de Pressedezernent. de heer W. Janke.
gewezen op de groolere activiteit in de
lucht, welke de Engelschen de laatste
dagen aan den dag lecgen. Zij toonen
daarbij, aldus de heer Janke, dezelfde
methode als in Duitschland.
Dc aanvallen geschieden moest
's nachts van groote hoogte, als het
zicht slecht is en het wolkendek schuil
caan mogelijk maakt. De Engelschen
vliegen dan in kleine groepen of met
een enkel vliegtuig en werpen bommen
zonder ander aanwijsbaar doel, dan om
de bevolking te terroriseeren. Deze
methode bereikt het tegendeel van wat
er mee bedoeld wordt en heeft geen
ander ehVrt dan het uitlokken van
reprcssailles. die intü'sschen reeds be
gonnen zijn. Ook hier te lande
lijden vreedzame visschersdorpen, afge-
l°gen boerderijen, woonhuizen, die ver
van elk militair doel \erwijderd zijn,
onder deze Engelsche wijze van oorlog
voeren. Bij de Engelschen wordt het be
zit der „bondgenooten" blijkbaar niet
ontzien, aldus de heer Janke.
Do laatste dagen heeft speciaal Den
Helder, waar geen militaire objecten
meer bestaan, sinds de Nederlandsche
marine deze plaats verliet, een en an
der van deze Engelsche methode er
varen.
Het meest schokkende feit daar
bij is, dat het marinelazaret, dit
maal bij uitzondering overdag ter
wijl de roode-kruisteekens kilome
iers ver zichtbaar zijn. op Vrijdag
21 dezer door bommen getroffen
werd en de vliegtuigen bovendien
met machinegeweervuur op burgers
in de omgeving schoten. In het la
zaret waren geen militaire gewon
den aanwezig.
Uitsluitend burgers zijn van deze
handelswijze het offer geworden. Ook
in den afgeloopen nacht werd den Hel
der opnieuw aangevallen en is een
aantal woonhuizen, dat ver van elk
militair object, voorzoover men daar
over in den Helder nog zou kunnen
spreken, verwijderd is. getroffen.
Naar verschillende onzer correspon
denten in Noord-Holland melden, heeft
de bevolking van den Helder ernstig ge
leden onder de nachtelijke aanvallen
der Engelsche bommenwerpers op de
burgerlijke bevolking.
De bommen werden over verschillende
deelen van Den Helder uitgestrooid.
Er zijn vele dooden gevallen en tal
van gewonden. Onder de bevolking
heerschte de grootste verontwaardiging,
die zich vaak in de heftigste bewoor
dingen tegen de Engelsche belagers uit.
Vele menschen zijn uit den Helder
gevlucht en vonden in de omgeving
gastvrij onthaal. Sommigen zijn veel
verder gevlucht en in Amsterdam aan
gekomen. Allen zijn het er over eens,
dat de bommen geen militaire doelein
den troffen, de Engelschen hadden het
blijkbaar op de burgers voorzien, die zij
in den slaap overvielen door van zeer
groote hoogte hun bommen neer te
werpen.
NED. VER. VOOR VROUWENBELAN-
GEN EN GELIJK STAATS
BURGERSCHAP
's-GRAVENHAGE, 26 Juni. Naar
wij vernemen is de jaarvergadering
\an bovengenoemde vereeniging voor-
loopig uitgesteld, terwijl het maand
blad tot nader te bepalen datum niet
zal verschijnen. De zetel van het bu
reau is uit bezuinigingsoverwegingen
verplaatst.
In September hoopt het hoofdbestuur
zijn werkzaamheden weder te kunnen
voortzetten.
C.A.O. VOOR DE SCHOENINDUSTRIE
's-GRAVENHAGE, 26 Juni. De be-
drijfsraad voor de schoenindustrie heeft
een verzoek ingediend tot verbindend
verklaring van bepalingen der nieuw
afgesloten collectieve arbeidsovereen
komst voor de schoenindustrie.
179. Ineens komt ze te voorschijn en springt op Peters
bed. Ze kriebelt hem even onder zijn neus. Hatsjie! niest
Peter en is meteen wakker. Wat doe jij liier. Myra, roept
hij Mü- Heeft de zuster je hier gebracht? Nee. Peter., ik
ben achter haar aaii geloopen toen zij je melk binnenbracht.
Ik heb een zalfje gemaakt om je beter te maken. Kom. ik
zal je verband er af doen.
ISO. Als 't verband er af is smeert Myra den zieken enkel
goed in met 't koele zalfje. Als de enkel goed gewreven is
gaat Myra weer naar de keuken terug. Wat zal de zuster
verwonderd zijn, als ze ziet, dat Peter weer loopen kan
En dat is ook zoo! Want den volgenden morgen vindt ze
een dansenden Peter voor zich. Ze slaat haar handen in
elkaar en gelooft, dat er een wonder is gebeurd.
ROTTERDAM, 26 Juni. Eind Mei
werd op initiatief van den heer H. G.
Hey, directeur van het rijksbureau voor
distributie van textielproducten door
den handel, een contactcommissie ge
vormd uit de doör den oorlog getroffen
textielbedrijven ie Rotterdam. Deze
commissie onder leiding van haar voor
zitter, den heer A. H. Yegter. riep alle
Rolterdamschc textielfabrikanten-gros
siers en -détaillisten op en stelde een
werkprogramma samen.
In de vergadering van belanghebben
den, welke on 28 Mei j.l. werd gehou
den, verleende de vergadering aan de
contactcommissie vrij mandaat voor
hare werkzaamheden. Het werkpro
gramma werd daarna gepubliceerd.
Vele besprekingen werden vervolgens
gevoerd, waarbij de commissie contact
kreeg met veie officieele instanties,
waaronder de stichting Rotterdam
1940.
Met medewerking van deze stichting
werd besloten op Dinsdag j.l. de ,,Rot-
terdamsche contactcommissie uit door
den oorlog getroffen textielbedrijven"
om te zetten in een stichting, genaamd
Textielstichting Rotterdam".
De nieuwe stichting heeft ten doel
den wederopbouw en het verschaf
fen van hulp bij den wederopbouw
van door den oorlog getroffen te
Rotterdam uitgeoefende textielbe
drijven.
De stichting heeft van het Rijk de
beschikking gekregen over een cre-
diet van 2M millioen gulden. Zij
heeft de bevoegdheid aan hare le
den bepaalde credieten te verleenen
voor het aanleggen van nieuwe
handelsvoorraden.
Leden der stichting zijn de door den
oorlog getroffen Rotterdamsche textiel
firma's. die van de stichting een cre-
diet ontvangen tot aankoop van koop
mansgoederen.
Het bestuur der textielstichting Rot
terdam is samengesteld uit de vroegere
leden der Rotterdamsche contactcom
missie uit de door den oorlog getroffen
textielbedrijven.
Het bureau van de stichting is geves
tigd in het gebouw St. Homobonus,
Walenburgerweg 130. Rotterdam.
DE DOOD VAN OVERSTE MUSSERT
's GRAVEXHAGE, 26 Juni. Omtrent
den dood van overste Mussert verneemt
het A.N.P. nader, dat de beide officieren,
wier arrestatie door den au'diteur-mililair
is gelast, beiden tot het korps wielrijders
behooren en dal het bevel tot arrestatie
is gegeven ter zake van muiterij, den dood
ten gevolge hebbende.
Commissie voor hulp en bijstand
naar Frankrijk vertrokken
's-GRAVENHAGE. 26 Juni. Heden
is de heer A. van Nijnanten. voorzitter
van de commissie voor de vluchtelingen
te Breda met den heer J. Meeus, eva
cuatiecommissaris, en den heer van
Dijk naar Frankrijk vertrokken, ten
einde de vluchtelingen aldaar te verza
melen en hun aller Ihulp en steun te ver
leenen voor een spoedigen terugkeer. De
hulpactie strekt zich niet alleen uit tot
de Bredasohe vluchtelingen, maar tot
alle Nederlanders.
Aan de hand van nauwkeurig bij
gehouden lijsten van de vluchtelin
gen van Breda en omgeving, en vele
honderden gegevens' van personen
buiten Breda, zal de commissie al
het mogelijke doen om allen op te
sporen en behoudpn thuis te bren
gen. Daar de volledige medewerking
der Duitsche autoriteiten tot in fi
nesses geregeld is, zal de terugkeer
al zal die door de groote afstan
den natuurlijk vele dagen in beslag
nemen betrekkelijk snel geschie
den.
Is de heer van Nijnanten in staat om
lijsten van hen, die zich in Frankrijk
bevinden, al eerder naar Nederland te
zenden of radiografisch door to geven
(er gaat een kortegolf-zender mee), dan
zal hij dit stellig doen en wordt er te
Breda voor gezorgd, dat deze lijsten zul
len worden gepubliceerd en ter inzage
gelegd op het gemeentehuis en op Ko
ninginnestraat 80.
Zouden tijdens zijn afwezigheid de
lijsten werden ontvangen, die de Zwit-
sersche gezant voor Breda zou trachten
te verschaffen, of die de heer van Nij
nanten via het internationale Roode
Kruis in Oenève heeft aangevraagd, dan
zullen deze eveneens worden gepubli
ceerd.
Man valle het lenigingscomité te Bre
da niet lastig met aanvragen om inlich
tingen, die toch nu niet te geven zijn,
maar wachte even geduldig af. Nadruk
kelijk wordt, voorts verklaard, dat deze
hulpactie alle Nederlanders geldt en
zich uitstrekt over geheel Frankrijk tot
Bordeaux.
Een slachtoffer bij het
blusschingswerk
ARNHEM, .26 Juni. Hedenmiddag
omstreeks half vijf sloeg de bliksem in
het landhuis van jhr. Roëll, oud-nota
ris, gelegen aan de Kluizenaarslaan te
Velp. Het huis, dat met riet was ge
dekt, stond weldra in lichter laaie. On
middellijk ging men aan het werk om
van den kostbaren, antieken inboedel
nog zoo veel mogelijk in veiligheid te
kunnen brengen, doch doordat het vuur
zich snel uitbreidde, slaagde men hier
in slechts gedeeltelijk.
Inmiddels was de brandweer van
Velp aangekomen, welke met veel
materiaal den strijd tegen het vuur
aanbond. Eerst tegen halfacht had
men den brand geheel gebluscht.
Bij een ingesteld onderzoek vonden
de brandweerlieden op de eerste
verdieping het lijk van den gep.
sergeant-majoor Sutherland, die
vermoedelijk behulpzaam was bij de
redding van den inboedel, doch
daarbij door den rook werd b.e-
dwelmd en in het vuur om het
leven kwam.
De heer Roëll bevindt zich in een zie
kenhuis, zijn echtgenoote was met een
dienstbode alleen thuis. Huis en inboe
del zijn tegen brand verzekerd.
OPBRENGST VAN DEN
P.T.T.-DIENST
's GRAVEXHAGE, 26 Juni. De op
brengst van het staatsbedrijf P.T.T.-
dienst was over April 1940 totaal f 780.509
hooger dan in dezelfde maand van het
vorig jaar. De totale opbrengst over de
eerste vier maanden van dit jaar was
f 2.087.256.hooger dan over dezelfde pe
riode van 1939.
FEUILLETON
Dooi
WILKIE COLLINS
Nederlandsche bewerking
van
42)
Ik keek om mij heen, om te zien, of
ik onder het aanwezige publiek de d.rie
Indiërs kon herkennpn. doch zae nie
mand met een donkere gelaatskleur, be
halve pan langen man met een zwartpn
baard, die er uitzag als een zeeman
„Zij zullen wel ergens hun spion heb
ben". zei mijnheer Bruff. dip Hen zee
rnan eveneens had opgemerkt.
Op r),inngenblik werd hij voorzichtig
aan zijn jas getrokken door ..Klapbes"
die hpm attent maakte op mijnheer Lu-
ker, die, gevolgd door zijn lijfwacht, uit
het privé kantoor kwam
„Houdt hem in de gaten" fluisterde
mijnhee» Bruff. „Als hij den diamant
aan iemand moet overhand,igen. zal hij
dat zeker hier rlopn"
Zonder ons ie zien. baande mijnheer
Luker zich langzaam een weg naar don
uitgang. Toon hij een kleinen gezetten
man. geklped in grijs rosluum. passeer
de, zag ik dat hij pen beweging met zijn
hand maakte De man schrok even en
keek hem na Rij de d,«>ur gekomen, na
men de agenten hem tusschen zich in
en het drietal verliet zoo de bank, ge
volgd door een van mijnheer Bruffs
mannen.
Ik keek den advocaat aan en wierp
vervolgens een beteekenisvollen blik op
den man in het grijs. „Ja", fluisterde
mijnheer Bruff, „ik heb het ook gezien".
Hij keek rond,, waar „Klapbes" en de an
dere man gebleven waren, doch beiden
waren verdwenen.
„Wat voor den drommel, heeft dat te
heteekenen?" zei hij nijdig. „Juist nu wij
hen het meest nnodig hebben, zijn ze er
niet".
„Wat doen wij nu?" vroeg ik.
„Gaat u maar mee naar mijn kantoor.
„Klapbes" en d.e andere man hebben ze
ker iemand anders gevolgd."
Toen wij in Grav's Inn Square aan
kwamen. bleek de tweede man al epn
kwartier op ons te hebben gewacht
„Wat hpb je vnor nieuws?" vroeg
mijnheer Rruff. t
„Hel spiit mij, u te moeten zeggen, dat
ik mij heb vergist" antwoordde hu Ik
had er een epfl op d.ur\on doen. dat ik
mijnheer Luker iets aan een heer in een
grijs costuum had zien geven Maar die
hepr blijkt een zeer respectabel ïjzer-
handelaar in Easlcheap te zijn."
„Waar is „Klapbes"?" vroeg mijnheer
Rruff berustend.
De man kepk hem verwonderd aan.
„Dat w-eei ik niel. mijnhper Ik heb hem
niet meer gezien, spdert ik dp bank ver
liet."
Mijnheer Bruff zei hem. dat hij kon
gaan. en stelde mij voor. op zijn, kan
toor te blijven eten. voor hot geval dp
jongen mocht komen opdagen Wij kon
den een eenvoudig maal uit het dicht-
bi.i gelegen restaurant laten komen. Ik
ging hiermee accoord. doch toen wij
nog een half uur na hot beëindigen \an
ons maal vergeefs op den jongen had
den gewacht, besloten wij naar huis ie
gaan.
De man. die mijnheer Luker gevolgd
was, had zich intusschen gemeld, doch
hij kon ons niet anders mededeelen.
dan dat mijnheer Luker regelrecht naar
huis was gegaan, vergezeld van de bei
de agenten, die daarop waren vertrok
ken. Het was dus duidelijk, dat de
Maansteen zich niet meer in het bezit
van mijnheer Luker bevond, daar hij
anders de agenten zeker niet zou heb
ben laten gaan.
Mijnheer Bruff begaf zich naar zijn
huis in Hampstead en ik haastte mij
naar Rachel Bij den portier van het
kantoor liet ik een visitekaartje achter,
waarop ik schreef, om hal fel f thuis te
zullen zijn. en verzocht hem. dit aan
den loopjongen te geven, als hij daar
zou terug komen.
Mijn bezoek bij Rachel duurde lan
ger dan ik had voorzien, en het was
halfeen toen ik thuis kwam. De huis
knecht overhandigde mij een stukje pa
pier, waarop in ren keurige hand ge
schreven stond: „Plet is al over half-
elf. mijnheer en ik hen erg moe Ik zal
morgenochtend tusschen negen en tien
uur terugkomen." Te norcleelen naar de
beschrijving, die de huisknecht van
den bezoeker gaf. was het „Klapbes"
geweest, die een uur op mij gewacht
had en ten laatste den bediende met
een ernstig gezicht verzekerd had dat
hij niets waard zou zijn. als hij niet
voldoende nachtrust kreeg
Om negen uur den volgenden morgen
was ik klaar om mijn bezoeker te ont
vangen Om halflien hoorde ik nade
rende voetstappen. die voor mijn deur
stilhielden. „Kom binnen. Klapbes!"
riep ik.
„Graag, mijnheer antwoordde een
sombere stem, waarna de deur open
gins en voor mij stond brigadier
Cuff!
„Ik dacht, dat ik beter even hier kon
aanloopen, mijnheer Blake, om te zien
of u in de stad was, voor ik naar York
shire schreef. Ik ben pas gisteren uit
lerjand teruggekeerd", zei de brigadier,
als inleiding tot het doel van zijn be
zoek.
„Ik las uw brief voor ik naar bed ging
Ik kan slechts één ding zeggen ik
heb het geval geheel verkeerd heoor
deeld. Maar ik geloof niet. dat er iemand
is, die in de positie, waarin ik mii toen
bevond, een oplossing had kunnen vin
den."
„U komt nel op tijd om u te rehabili-
teeren", zei ik.
Ik vertelde hem vervolgens van het
experiment met de opium en wat er
daarna in het bankgebouw was gebeurd.
Hij was zeer geïnteresseerd in het ex
periment hij had er nooit eerder van
gehoord en hij stelde vooral belang in
het denkbeeld van dokter Jennings om
op die manier te weten le komen, wa'
ik met den diamant had gedaan.
Jk ben het niet met dokter Jennings
eens. dat u den Maansteen in uw ka
mer heeft verstopt", zei brigadier Guff
„maar wel. dat u hem daarheen heeft
mee/zenomen
„Nu?" vroeg ik „Wat heb ik er dan
mee gedaan
..Heeft ii zelf geen vermoeden?"
„Neen."
De rechercheur stond op en hegif
zich naar mijn schrijftafel. Na eenice
oogenblikken kwam hij terug met een
gesloten enveloppe.
„Verleden jaar heb ik de verkeerde
persoon verdacht, en misschien doe ik
dat nu weer. Wacht u met het openen
van dit couvert, tot u rle waarheid hee't
\ernomen en vergelijk dan den naam
\an den schuldige met den naam die
hierin staat vermeld".
Het was al bijna tien uur en de jon
gen was nog niet gekomen. Brigadier
Cuff praatte over andere onderwerpen,
informeerde naar Betteredge en zijn
vriend, den tuinman, toen mijn bedien
de kwam zeggen dat de jongen beneden
wachtte.
Ik liet hem boven komen en toen
„Klapbes" den brigadier in het oog
kreeg, bleef hij bij de deur staan en
nam hem achterdochtig op.
„Zeg maar wat ie op het hart hebt."
stelde ik hem gerust „Deze heer is van
alles reeds op de hoogte en verleent mij
assistentie. Brigadier Cuff," vervolgde
ik, „dit is de loopjongen van mijnheer
Bruff."
„Hoe heet je?" vroef Cuff
„Octavius Guy," antwoordde de jon
gen „Op kantoor noemen ze mij ..Klap
bes", vanwege mijn oogen."
„Octavius Guy", hernam Cuff op ern-
stigen toon, „je was gisteren op de
bank plotseling verdwenen. Wat heb je
uitgevoerd
„Ik volgde een man."
„Wie was dat?"
„Een langen man met een zwarten
baard in zeemanscostuum."
„Dien herinner ik mij heel goed." viel
ik in. „Mijnheer Bruff en ik dachten,
dal hii een spion van de Indiërs was"
Brigadier Cuff scheen niet de minste
belangstelling te koesteren voor hetgeen
wij dachten en vervolgde zijn ondervra
ging.
„Nu, waarom volgde je dien man?"
„Ziet u, mijnheer Bruff had gezegd,
goed uit te kijken of en aan wien mijn
heer Luker iets zou overhandigen en ik
zag. dat hij dien zeeman iets gaf."
„Waarom heb je dat niet aan mijnheer
Bruff verteld?"
„Daar had ik geen tijd voor. De zee
man maakte direct dat hij weg kwam
en nam een rijtuig."
„En jij liep dat rijtuig achterna?"
„Ja, mijnheer."
„Klapbes," zei Cuff, terwijl hij hem op
het hoofd klopte, „er zit wel wat in die
kersepit van jou. Ik ben zeer over je
tevreden tot dusver."
De jongen bloosde van genoegen bij
deze goedkeuring en de rechercheur wil
de zijn ondervraging voortzetten, toen
de bediende mij kwam zeggen, dat mijn
heer Bruffs procuratiehouder mij
wenschte te spreken. Ik liet Cuff met
den jongen alleen en ontving mijn be
zoeker in een andere kamer.
Ik hoorde van hem, dat de oude heer
ongesteld was geworden en om hem op
de hoogte te houden, schreef ik hem een
briefje, waarin ik hem vertelde, dat
„Klapbes" bij mij was en op dit oogen-
blik zijn wederwaardigheden aan bri
gadier C.uff vertelde.
Toen ik miin bezoeker uitgeleide had
gedaan, keerde ik terug naar r|p knmer,
waar ik Cuff met den iongen alleen had
gelaten. Het verhoor \va« blijkbaar juist
afgeloopen en de brigadier «telde voor.
onmiddellijk een rijtuig te bestellen.
„Wij hebben al veel kostbaren liid ver
loren, doordat u gisteren niet om.halfelf
thuis was," zei hij.
Binnen vijf minuten zaten wii in een
huurrijtuig, de jongen naast den koet
sier, om hem den weg te wijzen.
(Wordt vervolgd).