De lichamelijke opvoeding
bij het onderwijs
Wiener Messe
De voedselvoorziening van
onzen veestapel
Het gebruik van
hagel-geweren
MYRA, HET ELFJE EN DE BOOZE KABOUTER ZWARTVOET
-!
Het proces om
de baby
Bommen op
Almelo
ER ZAL HARD WORDEN GEWERKT OM DEN
BESTAANDEN ACHTERSTAND IN TE HALEN
UITEENZETTING
VAN
Jhr. DE RANITZ
Kist aan Engelsch
valscherm
in Amsterdam neergekomen
NATIONALE COLLECTE
KINDERHOcKJE
Q
Inkrimping van den Nederlandschen
veestapel schijnt onvermijdelijk
De voorraden kracht
voeder betrekkelijk
gering
2e BLAD PAG. 3
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
VRIJDAG 12 JULI 1940
AMSTERDAM72 Juli In verband met het streven om te komen tot een ol-
gcheele verbetering van de lichamelijke opvoeding bij het onderwijs had een redac
teur van het ANP een onderhoud met jhr. mr. C. I. A. de Ranitzreferendaris
op hei departement van sociale zaken, afdceling volksgezondheid en secretaris
van het riikscollege voor de lichamelijke opvoeding.
Op de vraag, welke plannen er thans bestaan bii het rijkscollege om te komen
tot een verbetering van de lichamelijke opvoeding in het algemeen, en in het bij
zonder bji het onderwijs wees jhr. de Ranitz allereerst op de taak van de licha
melijke opvoeding in dezen tijd en gaf daarbij als volgt zijn meening weer.
ZONDER twijfel zal thans meer dan
vroeger de gedachte bij ons volk in
gang moeten vinden, dat de lichamelij
ke opvoeding een onontbeerlijk deel is
van de opvoeding tier jpugd onontbeer
lijk in dien zin. dat do natie in haai
strijd om het bestaan en om eer krach-
tigen opbouw beschikt zoowel ovpr haar
maximum van phym-ke a!-= over haar
maximum van morecle en intplieo'iu'ple
kracht. De zorg voor de phvsieke opvoe
ding der jeugd behoort daarom geheel
parallel te gaan met de zory voor de
geestelijke en verstandelijke ontwikke-
iine Het idpaal van den mpusch moet
blijven een harmonische ontwikkeling
van den geest en van het lichaam, een
evenwichtige groei en kracht van bei
de. zwakheid van den een vermindert
hef doelmatig gebruik van het ander,
phvsieke zwakheid belemmert meestal
de ontplooiing van den geest.
Lichamelijke opvoeding kan eerst
goed tot haar recht komen, indien de
algemeene gezondheidstoestand des
volks gopd is Het is fen onzent pen zeer
gelukkige omstandigheid dat de volks
gezondheid dank zij de gestadige samen
werking tusschpn de overheid en de
particuliere organisaties tn de laatste
decenniën ppn z.eer hoog peil heeft hp-
reikt. Men kan genist zeggen dat Ne
derland in dit opzicht in de wereld aan
de spits staat. De hvgiënisrhe toestand
is in ons vaderland wij mogen dit
mei trots en met gerustheid vermelden
voorbeeldig hetgeen mede aa,n onzen
volksaard te danken is.
De publiekp waardeering van de
lichamelijke opvoeding is ten onzent
evenwel bij de eisehen des tijds ten ach-
tpr gebleven Tk constateer dit feit thans
zonder op de oorzaken in te gaan. in
drn laatsten tijd. vóór dpn oorlog, was
daarin «tellig een kentering te bespeu
ren. wplke o.a tot uiting kwam voor en
na de public»ti van het befaamde rap
port van het riik«-rollpgp voor de licha
melijke opvoeding „de school en de
lichamelijke opvoeding" in hel najaar
van 1938. waarin de leemten op het ge
bied dier opvoeding werden geopen
baard en wegen tot verbetering werden
aangegeven.
School en vrije jeugd-
vorming
A AN die leetiiten zijn naar mijn
meening twee instituten in het
bijzonder debet: ten eerste de school
en in de tweede plaats de z.g. vrije
jeufidvorming, d w. z de vorming
in onze jeugdorganisaties. Het ge-
noemd rapport handelt niet over de
lichamelijke opvoeding in die orga
nisaties. In mijn kwaliteit van secre
taris van den centralen jeugdraad
mag ik constateeren, dat in de
jeugdorganisaties enkele gunsti
ge uitzonderingen niet te na gespro
ken b.'v. de padvinderij gedurende
vele jaren de physicke vorming ver
onachtzaamd is. doch dat eveneens
in den laatsten tijd hierin verbete
ring is ingetreden.
Onze jeugdorganisatie^ hebben voor
haar jongeren voortreffelijken arbeid
verricht op de onderscheidene gebieden
van geestelijke, maatschappelijke en
cultureeie ontwikkeling. De lichamelijke
ontwikkeling, welke men toch werkelijk
niet geheel aan de sportorganisaties
kan overlaten (immers sport is slechtf
een onderdeel van lichamelijke opvoe
ding), werd over het algemeen verge
ten. Zonder twijfel zullen de jeugdor
ganisaties. indien zij haar plaats in de
algemeene ontwikkeling der jeugd naast
gezin, school en kerk in dezen tijd wil
len behouden, aan de lichamelijke op
voeding een belangrijker plaats op het
programma barer werkzaamheden moe
ten inruimen.
Voor de lichamelijke opvoeding is de
lagere school een onontbeerlijk hulp
middel.; immers hier alleen kan rlc ge-
heele jeugd dit noodzakelijk deel der
opvoeding op systematische, deskundige
wijze deelachtig worden. Bovendien too-
ncn algemeene ervaring en speciale on
derzoekingen aan, dat het schoolleven
de phvsieke ontwikkeling van het indi
vidu aanmerkelijk belemmert. De school
moet hierin corrigperend optreden.
De heer De Ranitz wees vervol
gens op de historische ontwikkeling
van de lichamelijke opvoeding bij
het onderwijs aan de hand van de
wettelijke bepalingen, welke tot
stand kwamen, doch welke niet de
gewenschfe uitwerking hadden. Ge
lukkig had reeds vóór den oorlog
de regeering besloten hieraan een
einde te maken en de lichamelijke
opvoeding met ingang van 1 Januari
1941 verplichtend te stellen voor alle
scholen. Thans wordt hieraan dan
ook hard gewerkt.
Op de lagere scholen met een nor
male bezetting kan men volstaan met
leerkrachten, die de akte S bezitten en
dus de bevoegdheid hebben gymnas
tieklessen te geven, al zal bet geven
van onderwijs door vakleerkrachten
steeds een betere oplossing blijken te
zijn. In de lichtlijnen, welke het rijks-
colltge heeft opgesteld, staat oa dat
iedere school de beschikking moet heb
ben over een behoorlijke speelplaats
betegeld en zoo mogelijk overdekt
De uitgaven voor dit onderwijs ko
men geheel voor rekening van de ge
meente. Voor wat betreft de frequentie
en de lengte der lesuren, is het rijks-
college van oordeel, dat afgezien moot
worden van liet z.g. pauze-turnen (de-
lichamelijke opvoeding in de vrije
kwartieren). Wil men doelmatigheid
betrachten, dan wordt het aantal les
uren ais volgt gedacht' voor de leer
lingen van rJe derde tot en met de ze
vende klas twee lesuren van 45 minu
ten, voor de leerlingen van de twee
eerste klassen drie lesuren van 30 mi
nuten. Dpze lesuren dienen volledig ge
geven te worden. Men mag hiervoot
dus geen tiid aftrekker, om zich te ver-
kleeden of zich naar een of ander les
lokaal of snortferrein te begeven, waar
de les gegeven wordt.
Thans ook op nijver
heidsscholen
p EN dringende wensch is boven
dien de doorvoering van de li
chamelijke opvoeding op de nijver
heidsscholen. Op het oogenblik
wordt een proef genomen op een
nijverheidsschool te Den Haag in
overleg met het rijkscoilegc en de
volledige instemming van het mi
nis! erie van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen. Deze proef is geno
men op initiatief van den heer J.
Wils, voorzitter van den bond van
vereenigingen tot het geven van
nijverheidsonderwijs. Het gaat bij
deze proefneming niet uitsluitend
om het belang der leerlingen, doch
evenzeer om een landsbelang, dal
immers stellig gediend is met een
goede lichamelijke vorming onzer
toekomstige industrie-arbeiders
(sters).
Ten aanzien van het middelbaar en
gymnasiaal onderwijs wees de beer de
Ranitz op voorstellen, welke van bet
rijkscollege zijn uitgegaan om het leer
plan gewijzigd te krijgen, waardoor af
gestapt zal worden van een sterk ver
ouderd 6ysteem. Deze plannen zullen
thans, nu de situatie daarvoor veel gun
stiger is, opnieuw worden ingediend.
Het betreft hier o.-a.
1 De reorganisatie van de verschil
lende akten op het gebied van L.O.
2. De lichamelijke opvoeding aan de
kweekscholen en de universiteiten.
3. Reorganisatie van de middelbare
akte lichamelijke opvoeding.
Zooals u ziet aldus eindigde jhr. de
Ranitz is er op het gebied van de
iichanilijke opvoeding alom activiteit en
waakzaamheid. F.r zal overal nog hord
gewerkt en samengewerkt moeten wor
den, voordat de achterstand op het ge
bied van de lichamelijke opvoeding is
ingehaald en een ctevige grondslag is
gelegd voor een systematische verster
king van den physieken weerstand on
zer bevolking.
Voor de opsporing een be
looning van 5000.
uitgeloofd
De procureur-generaal bij het gerechts-
bof te Amsterdam en de hoofdcommissa
ris van politic aldaar hebben op verzoek
van den bevelhebber der Duitsche weer
macht in Nederland een bekendmaking
in de stad doen aanplakken van den vol
genden inhoud:
„Medeburgers! Op den 9en Juli 1940 is
in de vroege morgenuren in Amsterdam
in het plantsoen tegenover het perceel
Wielingenstraat 26 een F.ngelsch val
scherm mei een ijzeren kist, groot 40X
20X20 cm, omiaaggekomen De wacht van
dén luchtbeschermingsdienst heeft vol
gens voorschriften het voorval aan zijn
blokhoofd gemeld doch heeft nagelalen.
de kist in de eerste plaats in veiligheid
le brengen. Deze is verdwenen.
Deze kist met inhoud moet onmiddel
lijk opgespoord worden.
Helpt allen mede!
Wij allen hebben er het grootste belang
bij, dat de Engelsche luchtaanvallen op
ons land eindelijk ophouden. Deze wor
den alleen daardoor mogelijk gemaakt,
omdat Engeland handlangers in ons land
heeft.
Maakt dezen menschen, die ons allen
de zwaarste schade berokkenen en in
wier bezit de onderhavige kist gekomen
zal zijn, hot werk onmogelijk.
Voor de terugbezorging van de kist met
inhoud wordt een belooning van 5000
uitgeloofd."
ftwpjes
UTR. STRAAT 14
TEL. 529 S
Nieuwe aanvragen
in; ienen
's-GRAVENHAGE, 12 Juli. De secre
taris-generaal, waarnemend hoofd van
het departement van landbouw en vis-
scherij brengt ter kennis van belangheb
benden, dat:
1. Tot zun departement gerichte aan
vragen van een verzoek om formulieren
loi het aanvragen van vergunningen tot
het met behulp van geweren, t.vv. die,
waarmee slechts met hagel wordt ge
schoten (z.g. hagelgeweren) dooden of
\crjagen van niet beschermde vogels in
den zin der ogelwet 1936 zijn vervallen.
2. Zij. die vergunningen wcnschen
aan te vragen (of deze reeds lui zijn de
partement hebben aangevraagd) tot het
met behulp van geweren, t.w. die, waar
mede slechts met hagel wordt geschoten
(z.g. hagelgeweren) dooden of verjagen
van niet beschermde vogels in den zin
der Vogelwet 1936, zich tot en met 3D Sep.
lember 1940 zullen moeten richten tot dc
hoofden van de plaatselijke politie.
3. De aanvragen om vergunningen
ex artikel 60 der Jachtwet 1923, waarbij
liet gebruik van een geweer is geoor
loofd, welke zijn ingediend vóór 1 Juli
1940. zijn vervallen. Dergelijke aanvra
gen-zullen opnieuw op de gebruikelijke
wijze bij liet hoofd van dc plaatselijke
politie zijn in te dienen.
Ook Nederland vertegen
woordigd
's-GRAVENHAGE, 12 Juli. Op
de Wiener Herbstmesse, die dit jaar
van 1 tot 8 September zal worden ge
houden, zal ook Nederland zijn ver
tegenwoordigd. De economische voor
lichtingsdienst heeft zich bereid ver
klaard een algemeene stand in te
richten.
Zooals in vroeger jaren staat dc'ze
Messe in de eerste plaats in liet teeken
van een aanzienluke internationale deel
neming. Het internationale karakter van
de Messe wordt door de officiccle deel
neming van Bulgarije, Griekenland,
Hongarije, Italië, Nederland. Roemenië,
Slowakije en Yougoslavië aangetoond.
Ook deelneming van andere landen is te
verwachten. Voor de buitenlandsche
deelnemingen zal een eigen representa
tieve „hal der naties" worden inge
ruimd.
De Wiener Messe wil vooral de kunst
nijverheid vertegenwoordigen. De tech
nische Messe is op den export naar het
Znid-Oosten en op de behoeften van
Zuid-Oost-Europa ingesteld.
Voor Nederland wordt in deze Messe
een goede' gelegenheid geboden den
export naar liet Zuid-Oosten aanzienlijk
uit te breiden en nieuwe handelsbetrek
kingen aan te knoopen.
DIXTELOORD, 12 Juli. De naüonale
colleele 1910 heeft in Dintcloord f7516.—
opgebracht. Daar deze gemeente 4000 in
woners telt, is dit een gemiddelde van
1.87 per hoofd en f 9.— per gezin. De
actie stond onder leiding van den bur
gemeestcr.
MEISJE VERDRONKEN
BROEK OP LANGENDIJK. 12 Juli.
Gistermorgen is het 3-jarig dochtertje
van den heer I). B. van de Siuiskade te
Broek op Langediik in de Ringvaart ge
vallen en verdronken.
TECHNISCH ADVIESBUREAU VOOR
HUISHOUDELIJKE ARBEID TEN
PLATTELANDE OPGERICHT
's-GRAVENHAGE, 11 Juli. Bij de
Stichting voor huishoudelijke voorlich
ting ten plattelande bestond reeds ge-
ruimen tijd het plan tot liet instellen
ven een technisch adviesbureau voor
huishoudelijke voorlichting ten platte
lande. Op dit bureau zouden verschil
lende werkzaamheden op huishoudelijk
gebied bestudeerd kunnen worden om
daarna op de cursussen weJke van deze
stichting uilgaan de beste methoden te
kunnen propageereu.
Heden vond in het departement van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
de installatie van dit bestuur door den
voorzitter van de Stichting voor huis
houdelijke voorlichting ten plattelande.
prof. dr. G A. van Poelje, plaats. In zijn
rede zette dc voorzitter de werkwijze
van het instituut uiteen. Het bestuur
van het bureau is gelegd in handen van
vertegenwoordigsters van de drie
boerinnenbonden en van de twee ver
eenigingen van leeraressen bij het Nij
verheidsonderwijs voor meisjes en een
adviseerend lid vanwege de stichting.
BIJ HET BADEN IN ZEE VER
DRONKEN
•s-GRAVENHAGE, 11 Juli. Bij het
baden in zee, ter hoogte van de Keizer
straat te Scheveningen. is hpdennamid-
dag de 20-jarige R. R., wonende aai] de
Bakkerstraat te dezer stede, afgedreven
en vermoedelijk verdronken. Het lijk is
nog niet aangespoeld.
DR. H. F. P. MAASLAND f
Te Brussel is. 72 jaar oud, overleden
de zeer bekende gvnaecoloog en chirurg
dr. H. F. P. Maasland.
1
1 1u6
1 Êr-J
V"\ 'fci
iC'
j)
"V
205. Daar zien ze in 't felle lichtschijnsel twee bange
kereltjes slaan. De zwartvoeters houden elkaar stevig vast.
Ze begrijpen niet waar dat liclle licht vandaan komt Ineens
beginnen ze weer te schreeuwen: .Help, help: we zijn door
den boozen wind opgesloten!!!"
205. Als de Zwartvoeters door het luikje gekeken hadden,
zouden ze bemerkt hebben, dat ze in 't zelfde kasteel schuil
den. waarin ook Myra is. Maar ze zijn zoo angstig gewor
den door het licht, dat ze zich niet durven verroeren. Ineens
valt er met donderend geraas een oude steen uit den kasteel
muur. „Het spookt hier!!" gillen de angstige kereltjes
Opnieuw enkele getuigen-
verhooren
's-GRAVENHAGE. 11 Juli.
Krachtens de voorloopige uitspraak
van den president der rechtbank
mr. A. S. Rueb, in het bekende pro
ces om de baby, waarvan het eigen
domsrecht niet vast staat na den
bominslag in huize Bethlehem op 10
Mei j.l. heeft hedenmiddag weder
een getuigen- en deskundigenver
hoor plaats gehad.
Dr. M. G. A. Tholen, arts van de kli
niek, werd het eerst gehoord. Er zijn
twee kinderlijkjes gevonden Omtrent
het eerstgevonden lijkje wist hij niets
af. Op 30 Mei j.l. is nog een kinderlijkje
gevonden. Dal werd hem getoond op de
plaats waar het was gevonden. Het was
van een kind van liet mannelijk ge
slacht.
Mevr. van der Endevan Zundert uit
Naaldwijk lag op zaal 8. Haar zoontje
lag bij haar. Na den ontzaglijken slag
vluchtte zij met haar kind. Builen stond
een zuster, die in haar schort hel kind
opving. Getuige ging zelf ook door het
raam naar buiten, waar zij het kind in
ontvangst nam. Toen is zij via een
schuilkelder naar het ziekenhuis West
einde gebracht. Mevr. Steinmetz (een
der partijen) lag tegenover haar. Iloe
mevr. Steinmetz en haar kind zijn weg
gekomen, weet getuige niet.
Mevr. W. van der KooiHilgersom
lag ook op zaal 8. Met haar kind is zij
gevlucht. Buiten werd zij door eenige
soldaten gebracht naar den schuilkel
der van de „Eerste Nedcrlandsche".
Haar kind is steeds bij haar gebleven.
Mevr. M. E. HijdraKruining heeft
na den inslag haar kind afgegeven aan
een man, die buiten stond Daarna heeft
men haar geholpen door het raam naai
buiten. Zelf is zij naar het ziekenhuis
aan den Zuid wal gebracht. Haar kind
heeft zij daar later weer in ontvangst
genomen. Wat mevr. Steinmetz betreft,
kan zij zich'alleen herinneren, dat zij
voor het raam heeft gestaan. Zij had
haar kind tuen bij zich.
Tenslotte hoorde de president nog
mevr. Vink—Kortekaas. Toen zij na den
slag naar het raam liep, hoorde zij' roe
pen: „Eerst de kinderen". Zij liep toen
terug naar dc wieg, greep haar kind en
gaf het af aan een zuster, 's Middags
heeft zij zelf het kind afgehaald in het
ziekenhuis Westeinde. Mevr. Steinmetz
:ag op zaal 8 schuin tgenover haar. Na
den slag stond mevr. S, voor een der
ramen. Zij gilde vreet-clijk en riep:
„Mijn kind. mijn kind." Zij had toen een
baby in den arm.
De president verklaarde het getuigen
verhoor gesloten.
ALMELO, 11 Juli. Vandaag
was de stad Almelo bef slachtoffer
van het luk raak worpen van En
gelsche bommen op ons land. Drie
Engelsche vliegtuigen hebben hier
een viertal bommen geworpen. Er
werden vier menschen ^edood, n.l.
een echtpaar, dat een wandeling
deed en twee kinderen. Er zijn ver
scheidene gewonden. De huizen in
de omgevinc werden ernstig bescha
digd. Militaire objecten zijn er niet
in de buurt.
DE VERLIEZEN VAN ONZE
WEERMACHT
De Tel. meldde, zooals men weef, dat
de totale verliezen van onze weermacht
zouden hebben bedragen: 3000 gesneu
velden en 7000 gewonden.
De inspecteur van den geneeskundi
gen dienst der landmacht, generaal-
majoor N. A. A, van de Roemer, bij
wien Het "aderiand naar de juistheid
van dit bericht informeerde, zei dat
deze cijfers niet van een officieele in
stanfie afkomstig zijn. Dat van de ge
sneuvelden noemde de generaal echter
ongeveer juist, dat van de gewonden
zeer sterk overdreven. Thans zijn het
er nog 8 900. Natuurlijk niet meege
rekend het aantal, dat zich eventueel
bevindt onder de soldaten, die nog in
het buitenland vertoeven. Omtrent hen
ontbreken de gegevens tot dusver.
's GRAVENHAGE, 12 Juli. -
De gewijzigde omstandigheden
hebben in ons land tal van vraag
stukken doen opkomenwelke van
zeer grooten invloed kunnen zijn
op de positie, waarin de bevol
king van Nederland in velerlei
opzicht zal komen te verkeeren
Een van de vraagstukkenwelke
hierbij op den voorgrond staat, is
de positie welke ons land inneeml
fen aanzien van de veevoeder
voorziening. Deze zal immers di
rect van invloed zijn op de samen
stelling van den Nederlandschen
veestapel, welke weer ten nauwste
verband houdt met de levensmid
delenvoorziening van ons volk.
In verband hiermede heeft het A.NP
zich gpwenrl tof terzake deskundigen
teneinde een indruk te krijgen van den
huidigen topsland op dit gebied en hoe
deze zich waarschiinliik in den komen
den tijd zal ontwikkelen.
Dreigend tekort aan
krachtvoeder
Hiprbij bleek", dat reeds lang voor bef
uitbreken van den oorlog een onderzoek
was ingesteld naar de positie, waarin
Nederland zou komen te verkeeren ten
aanzien van de voorziening met veevoe
der. wannepr de invoer geheel of ge
deeltelijk zou vprvallen
Dif onderzoek wees uit. dat in
deze omstandigheden een groot te
kort zou ontstaan aan krachtvoer
voor hef vee Onder krachtvoer moet
hierbij hoofdzakelijk worden ver
staan: voedprgranen voederkoeken
(bijproducten van de oliebereiding),
voedingsmiddelen van dierlijken
oorsprong (diermeel, vischmeel en
bloedmeel).
In verband hiermede werden topn spe.
eiale maatregelen getroffen om. indien
de grenzen eventueel voor den invoer
min of meer zouden zijn afgesloten, de
beschikking te hebben over een voor
raad van deze producten, zoodat de vee-
slapel onder deze omstandigheden zoo
weinig mogelijk zou behoeven te wor-
lcn beperkt. In hrt afgelooppn seizoen
men rekent hierbij met seizoenen
d.w.z. van oogst tof oogst, dus ongevppi
van September tot Sppfpmber is di 1
nok over het alcpmpen zeer eopd gelukt
Dit is mede voor een aanzienlijk deel te
tanken aan hef door het Rijksbureau
voor Voedselvoorziening tot uitvoering
gehraehtp disfrihutip-syslpem. waarbij
voor de onderscheiden diereroepen vol-
"1^ daarfop opgestelde normen kracht
voeder in den vorm van mengvoeder
werd toegekend.
Import onmogelijk
Onder de huidige omstandigheden is het
echter noadzakclük er rekening mede te
houden, dat in den komenden tijd de in
voer van krachtvoer uit het bu'tenlnn/i
zeer waarschiinb'tk niet mogelijk zal ziin
Men staat voor de situatie dat de hnidivt-
^'OorrpPerj prrirlifvMflfr po" slechts be-
trekkofiik verin" zün. terwfif een aanvoer
door de afgesloten grenzen niet mogelijk is
Wij zullen den komenden tijd bijna
geheel zijn aangewezen op de voort
brengselen van eigen bodem voor voe
ding van onzpn veestapel. Hoe staat het
daar nu mede?
In de eersle plaats kan rekening wor
den eehonden met de nog aanwezige
hoewel uiteraard zeer eeslonkpn. voor
raden, terwijl in de tweede plaats een
raming kan worden gemaakt ten aan
zien van de opbrengst van de oog9t in
September a.9 Met dezen totalen voor
raad moet onze veestape! dus tot Sep
tember 1941 worden gevoed, daar zooals
gezegd, de mogelijkheid tot verderen
invoer, althans van eenigszins belang
rijken omvang, gering is. Opgemerkt
kan hierbij nog worden dat o.a vocr-
mais. dat epn der grootste ingevoerde
voedermiddelen was. hoofdzakelijk
werd geïmporteerd uit Amerika.
Inkrimping van den vee
stapel
Onder deze omstandigheden ligt
het dus voor de hand dat een in-
kiimping van den Nederlandschen
veestapel noodzakelijk is geworden.
Bij de heoordeelinc van de mate
van deze noodzakelijkheid moet re
kening worden gehouden met de
volgende feiten: ten eers'e de voor
ziening met broodgraan van de be
volking moet veilig gesteld worden,
ten tweede: voor paarden moet vol
doende krachtvoer ter beschikking
worden gesteld, zulks met het oog
op het groote belang dat hiermede
gemoeid is fen opzichte van de bo-
demproducfie, daar paarden nood
zakelijk zijn voor de bewerking van
den bodem, temeer nu de machinale
fractie Is beperkt door toewijzing
van brandstof daarvoor, en ook het
belang van de paarden ton opzichte
van het vervoer. Aangezien hierbij
meer dan ooit de volle capaciteit
van het paard wordt gevraagd ver-
eischi de voedervoorziening van
deze groep ook speciale aandacht
Verminderde voeder-
toewijzing
Het overblijvende kan dus worden
besteed voor voeder ten behoeve van
onzen veestapel, n.l het rundvee, var
kens en pluimvee. Wat zullen nu de
gevolgen zijn van deze verminderde voe
dertoewijzingen?
Bij de beschouwing van deze kwestie
springt in het oog. dat de rundveestapel
hiervan niet zooveel zal hebben te lijden
als dit het geval zal zijn met andere
rubrieken. Het rantsoen voor het rund
vee hestaat immers voor een overwe
gend deel uit producten van eigen bo
dem. Ook in den winter is dit het ge
val, daar het mogelijk is door hooi. kuil-
voer en vopdprbiefen. dus alles produc-
len van eigen bodem, grootendeels te
voorzien in de voederbchnpffen van deze
groen Dat hieraan de volle aandacht
wordt hesleed hehopfi wel niet speciaal
te worden gezegd. Daar echler ook het
rundvep in normale omstandigheden
gedeeltelijk met krachtvoer werd ge
voerd hetgeen nu natuurlijk ook min
der het geval zal zijn. zal de melkpro
ductie wel ipfs verminderen, doch dit
behoeft geen enkelen nadeeligen invloed
te hehhon on de voedselvoorziening van
ons volk. daar dp melksiroom in de
laatste jaren zeer groot was.
Inkrimping van varkens
en pluimvee
Anders staat het met de varkens
en het pluimeve Hier zal een in
krimping op den duur onvermijde
lijk zijn daar deze groepen in hooge
mate voor hun voeding zijn aange
wezen °P voedergranen Hoever deze
inkrimping zal mopfen gaan kan
momenteel nog niet met zekerheid
worden eezeed doch onrustbarend
is ook od dit gebied de toestand
niet.
Als resultaat kan dus worden gezegd,
dat. hoewel ook op dit gebied zorgen
bestaan, er geen reden is voor oneerust-
heid met het oog on de voedselvoorzie
ning van het Nederlandsche volk in den
komenden tijd.