EEN 75-JARIGE DIE GEEN TIJD HEEFT: Dr. Jac. P. Thijsse ÜqwtLn. PUZZLE-RUBRIEK Zoo wordt een „ramp" in de studio gemaakt Veel idealen ff Menschen spreken „Ieder mensch heeft het voor zijn ziele- leven noodig, om met de natuur om te gaan" verwezenlijkt gezien DE EISCH IN DE ARENA-AFFAIRE ALG. SYNUDE DER NED. AERV. KERK 2e BLAD PAG. 4 AMERSFOORTSCH DAGBLAD ZATERDAG 20 JULI 1940 Dr. JAC. P. THIJSSE FE ELBE LOVEND was al direct de telefonische afspraak, die ik maakte: „Jongen, hoor nou es: ik heb zoo weinig tijd. Maar als je nou met alle geweld komen wilt. kom dan morgen om vier uur Waarop ik haastig heb toegeslagen, en gezegd heb. dat ik er morgen om vier uur zijn zou. Want, in de eerste plaats, ik had Dr Jac P T h ij s s e aan de telefoon, die de volgende week 75 jaar wordt, en in de tweede plaats wilde ik nu zeker wel eens pralen met een vijf en zeventig jarige die weinig tijd heeft. Zoo stond ik dus om vier uur prompt voor de deur bij den aanstaanden jubilaris in Bloemendaat, die mezelf open deed met zijn bekenden breeden lach, en me verwelkomde, als had hij me al jaren gekend, met een: „Ha. daar is-ie, de interviewer Kom binnen, en maak het je gemakkelijk." Ik ben thuis, volkomen thuis in deze vriendelijke woning, waar ik nog nooit ben geneest Er hangt een sfeer van hartelijkheid, van blijmoedigheid, van levensoptimis- me van bloemen en vogels, en een intimiteit die weldadig aandoet Dan, ik houd van menschen die jongentegen me zeggen 't Geeft je zoo de illusie, dat je in jaren nog ver af staat van hen die aan hün jaren het recht ontleenen dat te zeggen. Bovendien, het zijn de menschen, die dóór het leven boven het leven zijn uitgegroeid, die levenskunstenaar zijn geworden. Over dat alles zit ik eigenlijk nog na te denken, als T h ij s s e als hij mij jongen noemt, mag ik wel T h ij s s e zeggen, omdat alleen de héél-grooten het zonder „de heer" voor hun naam kunnen doen al lang en breed zit te praten, zoo los weg, terwijl ik nog niet eens potlood en papier tevoor schijn heb gehaald. Te weinig populaire belang stelling voor Natuur monumenten LJ ET eerste woord, dat op het papier -*■ A komt te 6taan is: spijbelaar. „Vroe- gerjaren zegt Thijc-se toen ik nog op school was. ben ik een groot spijbe laar geweest. Dat was eenvoudig een bezetenheid van me, vooral als het mooi weer was. Dan was ik met geen tien paarden in de klas te houden, en zwierf ik rond over het land, waar ik meer leerde dan in de dorpsschool. Ook van de Zondags school bleef ik veel weg, hoewel ik er nooit hekel aan heb gehad. Want de versjes, die ik daar geleerd heh. zijn me m'n heele leven bij gebleven En later, toen ik zelf voor de klas stond, heb ik opnieuw gespijbeld, maar toen met de jongens. Want als de zon hoog aan den hemel stond, dan kwam die bezetenheid weer, en trok ik er met de jongens op uit. Ik hen hoofd geweest van een school in de Jordaon in Amsterdam. Wat is dat een bele\enis voor me geweest, als- ik met die schooiertjes er op uit trok, die op die manier nog nooit-of-te-nimmer buiten de Jordaan, laat 6taan buiten Amsterdam waren geweest! Ongelooflijk. We gingen dan naar de Zuiderzee hoe ik er eekomen ben, weet ik nog niet of heelemaal de Koenen- kade om, waar nu het boschplan wordt gemaakt. Wat een prachtige ochtenden waren dat, en wat leerden we zoo een massa. En wat een le venskracht zat er in die schooiertjes met gaten in hun kousen, op een 6lof en een klomp. Later, op de kweekschool, ben ik ook met de leerlingen uit geweest, hoewel dat al moeilijker ging. Maar ik ben van oordeel, dat de tegenwoordige scholen ook nog lang niet genoeg de natuur in gaan". Naar buiten ZOU daarvoor dan, bij het toch al zoo overladen programma van het middelbaar onderwijs, nog wel tijd te vinden zijn?" „Waarachtig Vlak voor den oorlog heeft het Curatorium van het Kennemer Lyceum bij het departement van onder wijs een nieuw vaeantieplan voor het middelbaar onderwijs ingediend, dat daarvoor tijd maakt. Dat kan gemakkelijk, als hel eind van de cursus wordt verplaatst naar April, zoodat de jeugd dan in den mooisten tijd van het jaar gelegenheid krijgt tot onbezorgd genieten in de vrije natuur, waartoe vele excursies naar bui ten kunnen worden georganiseerd. Na tuurlijk moet er dan in den zomer een heel ander lesrooster zijn dan in den winter, maar daarvoor is dan ook gezorgd. Het plan is bij het departement en wellicht zal ik het nog verwezenlijkt mogen zien Daarmee zou dan een van mijn laatste idealen vervuld zijn". „Inderdaad heeft U in Uw leven heel wat idealen werkelijkheid zien worden, is het niet?" „Gelukkig wel, en heel wat ook. Zegt Goethe niet ergens, dat je wenschen eigenlijk voorgevoelens zijn van dingen, die eaan gebeuren? Zoo is het in mijn leven geweest. Een vvensch was een voorgevoelen, en een voorgevoelen was na korten of langeren tijd realiteit. En daarom wanhoop ik niet, dat deze rege ling ook nog wel eens zal worden in- geuerd. „Is dat. dan het laatste?" „Nou. 't is welletjes geweest, vind je niet? Maar als ik de lijst nog moet gaan afwerken, die ik zoo in mijn hoofd heb. dan kan er nog wel het een en ander gebeuren. Hebben jullie in Utrecht nog niet iets. dat noodig beschermd moet worden? Wat denk je van het Linscho- ter bosch? Vroeger heb ik daar veel ge zworven, toen ik kwajongen in Woel den was." N atuurbeschermina DAN komt het gesprek op de natuur- bescherming. Natuurlijk, hoe kan het anders. Zou een cesprek met Thijeae er gens anders over kunnen loopen? „leder mensch heefl hel voor rijn ziele leven nonc/ig om mei de natuur om Ie gaan. En dan staal zonder twijfel onze deren worden gezorgd: er moet bij de scholen een studietuin zijn, en ook een zwemplaats, aansluitend bijvoorbeeld aan het dorpspark. Dan krijgt ook de jeugd direct contact met de natuur, wat van groot belang is. Maar de woeste gronden kunnen wij niet missen, al was het alleen maar omdat daar de biologen ontkiemen en opgroeien, die ook voor de stoffelijke welvaart van ons volk zoo veel beteekenen. Ik heb dat elders uit voeriger betoogd." TA EN fiksche donderbui pakt *2/ zich boven het Bloemendaal- sche bosch samen, als ik weer in de vestibule sta en afscheid neem. De regendruppels vallen al. „Ga je er door, jongen? Groot gelijk hoor, ik heb me van het weer ook nooit een lor aangetrokken, en ik ben er vijf en zeventig mee gewer den. Adieu, ik heb er toch geen spijt van, dat ik je heb laten ko men, hoor!'' Als ik, nog lachend, over zooveel ondeu- gen iheid, het fui\ pad af loop tusschen de gele Teunisbloemen door, heb ik in eens heel sterk den indruk, dat Thijsse zelf toch eigenlijk Neder- land's grootste natuur monument is, omdat hij het was, die ons hee le volk de liefde voor de levende natuur in al haar schakeeringen heeft pogen bij te brengen. En hoe prachtig is hem dat gelukt! eigen, wetenschappelijk zoo merkwaardige, natuur bovenaan. Op het gebied van be scherming dezer natuur is ontzaglijk veel gedaan, doch het jammere is, dat de po pulaire steun zoo ontbreekt. Het aantal leden van „Natuurmonumenten", onge veer 12000, is veel te weinig in verhou ding tot het bezit van deze vereeniging, dat een waarde van millioenen vertegen woordigt. Zonder de hulp van enkele vermo gende Nederlanders waren we nooit zoo ver gekomen. En, ga zelf nou maar een6 na: alleen de Veluwezoom en Oisterwijk op zichzelf zijn het al waard, dat duizen den Nederlanders lid. van „Natuurmonu menten" worden tegen... vijf centen in de week. Al gaf iedereen, die deze reser vaten bezocht, maar een gulden, dan waren we er ook al." „U hpdoelt natuurlijk, dat veel Neder landers er wel van genieten, maar er niet aan mee betalen." „Zoo is het precies. In 't klein zie je het hier, aan Thijsse's Hof. Dat prach tige plantsoen heeft groote opofferin gen en veel geld gekost. liet wordt onnoemelijk gewaardeerd, door dui zenden die er dagelijks komen genie ten, die er dat heele rijke natuurleven kunnen bespieden, die er zelfs de nach tegaal kunnen zien, en niet alleen hoo- ren, zingen. Maar wie zijn er lid van de Stichting? Een handjevol menschen. Neen, „Natuurmonumenten" moest hon derdduizend leden hebben; dan liepen we alles ondersteboven, bij wijze van spreken natuurlijk. Want \oor dat geval heb ik nog wel zoo een lijstje van din gen. die we zouden aankoopen om ze te bewaren voor het nageslacht." „Zou er niet ook wel eens een ver keerd begrip bestaan ten aanzien van de natuurbescherming?" Geen malle dweperij ZONDER twijfel. Maar men kan nu toch langzamerhand wel weten, dat wij niets moeten hebben van malle dweperij, dat wij allemaal reeele kerels zijn, met een open oog voor de werkelijk heid, voor de noodzakelijkheid ook van werkverschaffingen en ontginningen. Ik heb dal duidelijk uiteen gezet in mijn Verkadesalbum „Waar wij Wonen." Het was eigenlijl^bedoeld als een reactie op die uitgave van de regeering „Het Wer kende Land." Daarom zond ik het album ook aan den betrokken minister. Een paar we ken daarna sprak ik hem, en vroeg ik ernaar. „Heb ik heelemaal niet gezien was het antwoord: waarschijnlijk ie- Kei boek rechtstreeks naar de kinderkamer gegaan" Eerlijkheidshalve moet ik er bij voegen, dat ik het album zonder be geleidend schrijven had gestuurd, want ik ben nog wel eens wat gemakkelijk uitgevallen, weet je." „Werkverschaffing en ontginningen hebben dus zeker ook Uw belangstel ling." „Jazeker, omdat dat ten slotte ook een vorm van natuurbescherming kan zijn. Ik heh de absolute zekerheid, dat het ontginningslandschap er een van groote bekoring kan zijn. Dat zie je in de Wie- ringermeer. En a!s de zaak goed vvortV aangepakt, zien de menschen, die het natuurschoon daar stichtten, de resul taten er ook nog van Maar in die ont ginningen moet óók direct voor de kin RECHTSWEZEN Twee en een half jaar met aftrek der voorloopige hechtenis ROTTERDAM, 20 Juli. Gistermid dag heeft de Rotterdamsche rechtbank, gepresideerd door mr. Verveen, de be handeling van de zaak tegen den voor- maligen Arena-exploitant A. J. W. U. voortgezet en beëindigd. Nadat getuige F. H. M. van de Laar, die de vorige maal niet was verschenen en inmiddels werd opgeroepen, werd gehoord, en de feiten grootendecls bevestigd en eenige vragen van den verdediger had beant woord, nam mr. J. K. Hoeffelman, of ficier van Justitie, requisitoir. Spreker dankte tie rechtbank voor de goede en serieuze behandeling van deze 7.aak. De oplichting van Dalmeyer en \an de Laar achtte hij in de eerste plaats bewezen op grond van de getui genverklaringen, evenals de verval- sching van de cassarapporten, waardoor aan het autëursrechtenbureau te Am sterdam iets meer dan de helft van het verschuldigde bedrag is uitbetaald. De verduistering van de 47.780 francs in Antwerpen, die waren opgevoerd als salarissen voor arbeiders die er ech ter niet meer waren nam de officier eveneens als bewijzen aan. Van de overige verduisteringen in België wilde mr Hoeffelman het bewijs niet als vast staand aannemen. Hierna sprak de vertegenwoordiger van het O.M. over den persoon van ver dachte. Het psychiatrisch rapport heeft hem. naar sprekers meening, hoewel vrij juist, niet bepaald vleiend be schreven. Bij het verhoor door den rechter-commissaris bracht zijn houding moeilijkheden voort, doordat hij voort durend om de zaak heendraaide. Verd. heeft moreele defecten en is maat schappelijk gevaarlijk. Bij het vaststellen van den eisch wilde de officier rekening houden met den ernst van de misdrijven en den langen tijd, welken ver dachte in voorarrest heeft gez.eten n.l. van October af. Spreker reqiii- reerde 2Vc jaar gevangenisstraf met aftrek der voorloopige hechtenis. Mr. R. J. M. II. Brouwers, verdachtes verdediger, achtte geen der ten laste gelegde feiten, die van de Arena-af faire, noch die van de verduisteringen in Relgië, bewezen. Verdachte is de exploitatie van Arena begonnen met een te oplimistischen kiik op de zaak, doch niet met misdadige bedoelingen. Verd heeft er voor gewerkt en toch ging het geld verloren, niet door zijn schuld doch door het verloopen van de zaak. toen pas zeiden Dalmeyer en Van de Laar: ..Hij heeft ons bedrogen". De he- fiordeelinn: van verdachtes persoonlijk heid wilde spr. aan de rechtbank over !atfi\ Po raadsman riep tenslotte de ni'o-s'o clementie in. Na re en dupliek werd de uitspraak vastgesteld op 30 Juli a.s. Een van de Tobisfilms van het ko mende seizoen is „Das unsterbliche Herz", een werk, dat het leven vart den uitvinder van het horloge behan delt. Heinrich George en Paul Wegener zet men hier in de hoofdrollen. jN verschillende films komen opnamen voor van gebeurtenissen, die met een beklemmend realisme gemaakt zijn en waarvan de belangwekkende toeschou wer zich wel eens afvraagt hoe zooiets ooit in een studie opgenomen kan wor den- fn werkelijkheid zijn dergelijke scè nes vrijwel altijd truc-opnamen. Deze twee foto's geven er een voorbeeld van. De schipbreuk op de linker foto is eerst gefilmd, waarschijnlijk met een scheepsmodel in een waterbassin. Op de rechter foto blijkt wat er verder ge beurd is: dank zij een technische han digheid is vóór de opname van de schip breuk een tweede opname gebracht en nu verschijnen de roeiende acteurs, die in werkelijkheid rustig in de studio za ten, plotseling in een zeer angstaanja gend milieu.. (De foto's zijn uit de R.K.O -film „Swiss family Robinson") GRAND THéèTRE. Van Vrijdag 19 t.m. Donderdag 25 Juli vertooning van de film „De groote leugen". lederen middag 2.30 uur (behalve Zondag en Woensdag) familiematinee's met „De groote toove- naar van Oz". Voorstellingen: Zondag 1.45, 4.00, 6.15 en 8.30 uur doorloopend. Andere dagen 8 uur. Zaterdags 6 en 8.15 uur. CITY-THEATER. Van Vrjjdag 19 t.m. Maandag 22 Juli vertooning van de film ,,De dag breekt aan." Voorstellingen: Vrijdag en Maandag vanaf 8 uur n.m. 's Zaterdags matinee om 2.30 uur en doorloopend om 6 en 8.15 uur. 's Zondags doorloopend, 1.45, 4.00, 6.15 en 8.30 uur. REMBRANDT-THEATER. Vertooning van de films „De terugkeer van dr. X." en Zaken zijn zaken". OPENBARE LEESZAAL MET JEUGDLEES ZAAL, Muurbuizen 9., BELLAMY-BIBLIOTHEEK (kosteloos). - Appelweg 6. AMICITIA. 25 Juli. Rede van ir. A. Bert. Zaal open 7.30 uur n.m. OPLOSSING De oplossing van de puzzle van vorig* week luidt: SETTQBSQNS PBKPMLA NNOEËODREELOËLEAD IDERÏÏËTOQNRÉSOLTE T£R£PDQBGRADBADAR 3RAPNOAËPTOBN RDA INYLAKDAW EBEUPOAR I EBNEOTS KTREEBMBRB FBK ABMRSÖATOljFg TNEIBTNS QTETTÉAFTZEBNAIR aeorbEafonq£Ë< ..FONGZB DOMORBSILTÈ HGTOC v. LINKS n. RECHTS: 1 afstand tusschen twee tonen 7 volkskunde 14 zy rivier v. d. Donau 16 een der cycladen 17 slim 19 getal 20 bemorste lap 22 zijrivier v. d. Donau 23 verlaagde toon 24 gebogen been 26 nakroost 27 deel v. d. Bijbel 28 erg 29 deel v. h. lichaam 31 plakmiddel 33 lidwoord 34 waterkant 36 geestelijke 38 geneesmiddel 40 deel van Azië 41 oude 43 Romeinsch keizer 44 luchtvormige stof 45 bitter vocht 47 fijne bijzonderheid 48 hachelijk 50 maat 52 holte in een muur 54 zijrivier v. d. Donau_ 57 gebrek 50 Grieksche wijsgeer "2 bewoner van Lom bok 64 hijschwerktuig 65 soort stof 66 zaliger nagedach tenis 67 schadelijk insect 69 baardje 70 huisdier 71 van onderen 72 veerkracht 74 buitenl. munt 6 vlug dier 77 wapen ^8 verbond 10 trouwhartig per soon 81 deel v. h. lichaam 2 iemand die iets wegneemt 84 elk 86 blaasinstrument 87 vroeg op VAN BOVEN NAAR BENEDEN: 1 staat der Ver. Sta ten 2 getal 3 boom 4 godsdienst 5 huidbekleedsel der vogels 6 godheid 8 rivier in Duitsch- land 9 soepel 10 duizend liter 11 roofdier 12 Eur. hoofdstad 13 pakhuis 15 strykhout 18 eenjarig dier 21 rivier in Noord Duitschland 23 insect 25 bundel 28 muil 29 troefkaart 30 wig 32 persoon 35 soort tabak 36 nagerecht 37 beroemde sympho nic van Beethoven 39 Rom. legerafdee- ling 41 stad in Azië 42 volk 44 godin 46 onderwijs 49 slechte gewoonte 51 toezicht o.d. open bare orde 53 zeer groot mensch 55 met elkander 56 tweehoevig dier 58 Jav. titel 59 boom 60 dronken 61 damp 63 tooverheks 65 vocht 68 voorzetsel 70 broodje 73 geneesmiddel 75 insnijding v. d. ploeg 76 zangstuk 77 tyding 79 vroeger 81 vogel j 83 noot I85 dat is (Auteursrecht; Denksport) KERKNIEUWS Derde zitting ■s-GRAVENHAGE, 19 Juli. Na ope- ning en gebed door dt.i president wer den de notulen der vorige zitting vast gesteld. Aanvulling der agenda had plaats. De behandeling der financieele aan gelegenheden werd voortgezet. Namens de commissie ad hoe bracht de quaes tor-generaal rapport uit over de voor gestelde. kleine toelagen aan gemeenten en personen uit het fonds „Noodlijden de kerken en personen". Een bedrag tan 7105werd daarvoor uitgetrokken. Met dank werd het rapport aanvaard. Vervolgens deed dezelfde eenige mede deelingen over zijn arbeid van de laat ste weken. Aan het einde van de be handeling van de financieele aangek genheden gekomen, dankte de presiden den quaestor-generaal hartelijk voo; zijn tegenwoordigheid en adviezen, et al den arbeid, met zooveel toevvijdinj door hem verricht. De vice-president rapporteerde vervol gens over de registers van den secrets ris. In het voorbijgegane jaar waren i& gekomen 2179 stukken en uitgegaai 2215 stukken. Hij stelde voor aan dei oud-secretaris en den tegenwoordige! functionaris dank te brengen voor hu! veplomvattendcn en nauwkeurigen ar heid. De vergadering ging hiermee aC coord. De groslijst voor 2-leden der Alg. Svfl Commissie met hun-secundi werd op gemaakt. Na behandeling van verschillende ti ken werd de zitting, wegens het Hou den van epn s'nndus contrncta geslote en de vergadering. verdaagd tot Zaïf' dagmorgen tien uur.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1940 | | pagina 8